Ted Talk van Tricia Wang. The Human insights from big data 15
Hoorcollege 1.
Kenmerken van kwalitatief onderzoek
● Woorden als data
● Betekenissen: die mensen aan communicatiefenomenen geven
● Rijke data: analyse duurt lang, meer detail/diepte, minder participanten. De steekproef
hoeft niet heel groot te zijn, omdat de data veel rijker is.
● Theorie genererend: nieuwe theorie ontwikkelen, niet een oude testen
In het boek wordt er onderscheid gemaakt tussen Big Q en Small Q:
1. Big Q → groot kwalitatief onderzoek
a. Paradigma: achterliggende wereldbeelden
b. Perspectief
2. Small Q → klein kwalitatief onderzoek
a. Technieken: negeren van epistemologische perspectief
b. Mixed method: mix tussen kwalitatief en kwantitatief, bijv. survey met open en
gesloten vragen
c. Gebruik van specifieke kwalitatieve dataverzameling en technieken
Wat heb je nodig om een kwalitatief onderzoeker te zijn:
● Je bent geïnteresseerd in processen en betekenissen
● Je hebt een kritische benadering ten opzichte van het leven en kennis
● Je hebt oren en ogen → je moet heel goed kijken hoe mensen reageren en luisteren naar
wat ze zeggen en daarop doorvragen
● Je kan goed reflecteren → je moet reflecteren op de inzichten die je krijgt en op jezelf. Jij
als onderzoeker speelt namelijk een belangrijke rol bij kwalitatief onderzoek. Hoe jij een
focusgroep interpreteren is heel anders dan hoe Lotje een focusgroep zou interpreteren.
● Je hebt goede sociale vaardigheden
10 fundamenten van kwalitatief onderzoek
1. Gaat over betekenis, niet getallen
2. Geeft niet maar één (goed) antwoord
3. Stelt dat context belangrijk is:
, a. Context speelt een rol in de interpretatie (aanname KO)
b. Kwalitatief onderzoek erkent subjectiviteit in de data die geanalyseerd wordt.
4. Kan ervaringsgericht of kritisch zijn:
a. Ervaringsgericht (Experiential): de ervaringen van mensen, nadruk op
betekenisgeving. De onderzoeker wil de participant begrijpen en zijn ervaringen
begrijpen. Kwalitatief onderzoek focust zich erop om mensen een stem te geven.
i. Eigen framing van mensen
ii. Rijker en dieper begrip van een fenomeen
iii. Omarmt de rommeligheid van subjectieve realiteit
iv. Kan elk project bevatten door manier van vraagstelling
v. Verzamelen van data die we ons nooit zelf hadden kunnen voorstellen
b. Kritisch (Critical): achter de ervaringen van mensen, cultuur, normen en waarden.
Dit is niet perse iets dat mensen in het interview benoemen maar waar je wel meer
over wil weten.
i. Kan kijken naar representatie en constructie van taal
ii. Taal: de manier waarop taal wordt gebruikt om een realiteit te vormen of
een versie hiervan, bijvoorbeeld door deconstructie van tekst
iii. Representatie: de manier waarop een stimulus gepresenteerd wordt en
hoe dit opgebouwd is
5. Is onderbouwd door ontologische assumpties: ‘zijnsleer’, wat is de werkelijkheid.
a. Ontologie: de relaties tussen de wereld en menselijke interpretaties → Realiteit
weerspiegelt altijd onze kennis en is dus ons perspectief
b. Relativisme: realiteit is afhankelijk (van de context), werkelijkheid wordt ander
ervaren en is subjectief. Beeld van de realiteit is volledig afhankelijk van
menselijke interpretatie en kennis
c. Kritisch realisme: een pre-sociale werkelijkheid bestaat maar kunnen we alleen
deels leren kennen, iedereen kan het slechts uit eigen context bekijken
d. Realisme: er is een objectieve werkelijkheid buiten ons. Een wereld onafhankelijk
van menselijke gedachte (kwantitatief onderzoek voornamelijk)
e.
6. Is onderbouwd door epistemologische assumpties: ‘kennisleer’. Wetenschap is de basis
van kennis. Drie posities:
a. Positivisme: empirisme, onze waarnemingen zijn waarheid
b. Contextualisme: kennis komt uit context, waarheid kan gevonden worden maar is
gebonden aan een bepaalde context. Volgens deze positie is er een relatie tussen
sociale omgeving en hoe we de werkelijkheid zien, sociale en culturele contexten
c. Constructionisme: kennis is geconstrueerd en product van subjectieve visie van
de onderzoeker. Meerdere realiteiten maar kennis is waar in de bepaalde
realiteiten
, d.
7. Gaat ook over kwalitatieve methodologie: van groot naar klein…
a. Methodes/technieken: de manier van dataverzameling zonder te kijken naar
achterliggende structuren (paradigma’s).
b. Methodologie: stappenplan van uitvoering onderzoek, volledig proces. Breder
dan methode → het raamwerk waarbinnen het onderzoek is uitgevoerd
8. Kwalitatief onderzoek maakt gebruik van allerlei soorten data:
a. Interviews/focusgroepen: transcriptie maken
b. Inhoudsanalyse: mediamateriaal
c. Participerende observatie: veldaantekeningen = vorm van
sociaal‑wetenschappelijk onderzoek waarbij de onderzoeker tijdelijk deel uitmaakt
van de gemeenschap die hij wil bestuderen. Hij probeert zich daarbij zoveel
mogelijk op de achtergrond te houden en de normale gang van zaken door zijn
aanwezigheid zo min mogelijk te beïnvloeden. -
d. Maakt gebruik van ‘kwalitatief denken’:
e. Luister naar de participanten
f. Kijk naar de betekenissen
g. Structuur zoeken in de data
h. Leren denken vanuit onderzoeksvragen in plaats van hypotheses, vragen en geen
verwachtingen
9. Je moet als je kwalitatief onderzoek doet ook kwalitatief denken. Hoe je steekproeven
trekt en hoe je interviews aflegt. Het is echt een ‘mind set’. Je werkt bij kwalitatief
onderzoek met onderzoeksvragen en niet hypotheses. Je bent wel bezig met hypothese
ontwikkelen maar je bent ze niet aan het toetsen.
10. Kwalitatief onderzoek gaat over subjectiviteit en reflexiviteit
a. Subjectiviteit van de mensen die je onderzoekt, op zoek naar variatie en wees
zelf als onderzoeker ook subjectief
b. Reflexiviteit: reflexie op jezelf als onderzoeker, de inzichten die je opdoet tijdens
het onderzoek en je eigen rol daarin
Bij kwalitatief onderzoek werk je dus met onderzoeksvragen in plaats van hypotheses. Maar wat
zijn kenmerken van deze onderzoeksvragen:
➔ Gaan over iets nieuws of origineels, begin aan het onderzoek zonder
assumpties/verwachtingen
➔ Formulering bevat vaak: ‘Hoe…?’ of ‘Wat vinden…?’
➔ Relevant voor de wetenschap en de praktijk
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper noorhagenbeek. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,89. Je zit daarna nergens aan vast.