Inleiding pedagogiek – literatuur voorbereiding
5) Opvoeding en cultuur
Vanobbergen, W. (2016 ). Het kind als consument en onz e zorg om de kinderti jd. In P. Smeijers, S. Ramaekers, R.
van Goor & B. Vanobbergen (Red.), Inleiding in de pedagogiek. Deel 1. T hema's en basisbegrippen (pp. 195-206 ).
Amst erdam: B oom.
H15: Het kind als consument en onze zorg om de kindertijd
Kinderen worden nu gezien als autonome consumenten en de (westerse) maatschappij richt zich ook tot de kinderen door de vorm van
reclames. Lieten en De Vos zeggen dat hierdoor kinderen hun kind-zijn zo opgeven voor onvrijheid door deel te nemen als autonome
consumenten. Allerlei bedrijven proberen kinderen te winnen voor hun product. Niet omdat het leuk of leerzaam is, zo blijkt, maar omdat
ze geld 'nodig' hebben voor de aankoop van een mobiele telefoon of tablet. Kinderen willen erbij horen op school en dus zijn bezittingen als
een mobiele telefoon essentieel.
Ellen Seiter: Door de commercialisering van de leefwereld is de opvoeding van kinderen erg veranderd.
De pedagogische literatuur neemt over dit thema nu eerder een adviserende rol aan. opvoeding verschijnt als een strijd 'tegen de
commercie’
Een theoretisch concept dat ons moet helpen om het kind-zijn en de kindertijd op een meer gecontextualiseerde manier te benaderen en
te analyseren is 'generationing', ontwikkeld binnen het bredere paradigma van de sociology of childhood
Alanen formuleerde genarationering kinderen worden gezien als volwassenen en moeten zich hier ook naar gaan gedragen.
15.1 Kunnen kinderen nog kind zijn?
Veiligheid en onschuld zijn lange tijd de sleutel geweest voor gelukkige kinderen, volgens Neil Postman veranderd door agressie en
seksualiteit en dus is er sprake van een verdwijnend kind.
De positie van Postman vinden we ook vandaag nog zeer duidelijk terug. Een treffend voorbeeld is de bestseller Toxic childhood: How the
modern world is damaging our children and what we can do about it (2006) van de Engelse Sue Palmer. Palmer stelt dat kinderen vandaag
steeds ongelukkiger worden. Dat uit zich volgens haar in de problemen die kind-zijn vandaag kenmerken: van eetstoornissen, via ADHD en
autisme, tot de depressies waarmee vele kinderen worstelen. Bovendien ervaren kinderen steeds meer moeilijkheden bij het uitbouwen
van relaties met anderen.
Kinderen verschijnen in deze als kwetsbare slachtoffers van een doorgedreven media- en consumptiecultuur
gevolg: samenleving die zich hoofdzakelijk kenmerkt door een moreel en cultureel verval!
In 2007 verscheen Detoxing childhood: What parents need to know to raise happy, successful children, waarin Palmer onder meer wijst op
het belang van 'real food' en 'real play' voor de ontwikkeling van kinderen.
Kinderen zouden nu door hun kindertijd worden gejaagd om zo snel mogelijk zelfstandig te worden.
Volgens Carl Honoré zorgen de vele keuzemogelijkheden ervoor dat kinderen daar onder doorgaan. Opvoeding is op die manier
productontwikkeling geworden en moeten we terug naar de basics, het eenvoudige kinderspel in de zandbak bijvoorbeeld
15.2 Geluk als cement voor de opvoeding binnen een commerciële wereld
Vandaag: sterke commercialisering van emoties, in het bijzonder de commercialisering van angst en onzekerheid die vaak met het
opvoeden van kinderen gepaard gaat
Men zegt een gelukkige kindertijd is een veilige kindertijd echter slaan we daar in door met volgsystemen voor ouders zodat ze hun
kinderen kunnen volgen.
Zowel Postman als Palmer zien in de commercialisering van de leefwereld van kinderen een bedreiging voor de gelukkige kindertijd.
Historisch onderzoek toont evenwel aan hoe het juist deze commercialisering is geweest die een belangrijke rol heeft gespeeld in de
creatie van de gelukkige kindertijd.
Verschillende auteurs geven aan hoe aan het eind van de negentiende eeuw de aandacht voor het belang van een gelukkige kindertijd
steeds sterker gaat toenemen. Geluk wordt dan een kenmerk dat niet van nature met de kindertijd verbonden wordt, maar op een
bepaald moment als van essentieel belang voor de kindertijd is beschouwd (traditionele samenlevingen maakten geen directe koppeling
tussen kind-zijn en geluk)
Bij de wisseling naar de twintigste eeuw wordt geluk net als voeding een essentieel iets, willen we verzekeren dat kinderen zich tot
normale volwassenen ontwikkelen. Zeker drie maatschappelijke ontwikkelingen hebben hierin een centrale rol gespeeld: (1) de doorbraak
van de commerciële (kinder)industrie, (2) een doorgedreven professionalisering van opvoeding en (3) het dalende sterftecijfer bij kinderen.
15.2.1 ‘You gotta smile to be happy’
Stearns (2001) situeert de ontwikkeling van de Europese consumptiesamenleving in de achttiende eeuw, waarbij de precieze aanvang
moeilijk aan te geven is. Consumptiesamenlevingen hebben zich geleidelijk aan ontwikkeld.
Het kindbeeld wordt gebruikt in reclames om te zorgen dat ouders bepaalde producten gaan kopen zodat hun kind ook gelukkig wordt
zoals het kind in de reclame. Ouders zijn nu bezig om de behoefte van hun kinderen te voorzien door middel van spullen te kopen en
geluk is een plicht geworden van de ouder.
Een van de meest geciteerde historici met betrekking tot deze tijdsperiode is Viviana Zelizer; geeft aan hoe kinderen geleidelijk aan
verdwijnen uit het arbeidsproces zonder daarbij hun economische betekenis te verliezen.
, De kindsterren lijken levende poppen die het nieuwe geluk maximaal moeten symboliseren. In de Verenigde Staten, maar ook
ver daarbuiten, vormt Shirley Temple het kindsterretje bij uitstek. Iedereen smelt voor Shirley, alias Sunshine Girl. Haar 'You
gotta smile to be happy' weet te betoveren, wat hard nodig is op een ogenblik dat heel het Westen in een harde economische
crisis verkeert. En er was natuurlijk ook de invloedrijke Disney Company, die met haar slogan 'Make people happy' de toon van
de kindertijd definitief zou bepalen.
15.2.2 Opvoeden als 'making the child happy as possible'
De aandacht voor het geluk van kinderen en de daaruit voortvloeiende sentimentalisering van kind-zijn leidt tot een breuklijn tussen kind-
zijn en volwassen-zijn, waarbij kinderen bekleed worden met specifieke noden en behoeften. Dit zorgt voor een klemtoonverandering in
de houding tegenover kinderen: het is niet langer het controleren, maar het verzorgen van kinderen dat centraal komt te staan in het
leven roepen van een hele reeks specialismen en specialisten die ouders, leerkrachten en scholen in dit verzorgingsproces dienden bij te
staan
In de professionele hulp is er veel aandacht voor de kleine problemen die ervoor zouden zorgen dat een kind niet gelukkig worden en dat
ze elk klein probleem gaan vergroten en het gevoel hebben dat zij als ouder zelf niks kunnen oplossen. Ouders moeten aan de andere
kant ook ervoor zorgen dat ze niet alles voor hun kinderen doen want dan zijn zij de schuld voor de luiheid of andere problemen die hun
kind in de toekomst ontwikkeld.
15.2.3 Dalende kindersterfte
Tot rond 1900 hoog zuigelingensterfte
→ bacteriologische revolutie: oplossing voor het probleem van besmette koemelk gevonden
sterilisatie
→ private hygiëne (wassen, voeding) en publieke hygiëne (het aanleggen van rioleringen, het verbeteren van
drinkwatervoorzieningen en het bouwen van gezonde arbeiderswoningen)
dalende kindersterfte
grotere aandacht voor de behoeften van het individuele kind (Steams, 2010)
15.3 Een nieuwe claim op het kind(-zijn)?
Heinz Hengst zei dat er 3 scripts waren:
1. Childhood script: ontwikkeld door de volwassen middenklassen ouders, leerkrachten, pedagogen etc.
2. Script van het kind zelf. 3
3. Het script van de markt, deze ontstaat wanneer kinderen deelnemen aan de markt.
De commerciële kindercultuur staat voor het ontsnappen van de werkelijke maatschappij.
De kinderwereld zoals die gecreëerd wordt door de markt presenteert zich als een wereld voor en door kinderen, maar is in wezen een
wereld op en top geconstrueerd door volwassenen.
Hengst zelf (2001) spreekt liever in termen van de 'liquidation of childhood'. De moderniteit kenmerkte zich door een kind-zijn waar niet
langer arbeid, maar spel, leren en ontwikkeling centraal stonden. Het verdwijnen van dit kindzijn verwijst naar het verdwijnen van
kwalitatieve verschillen in de ervaringswerelden van de verschillende generaties.
Meer en meer wordt belang gehecht aan niet-educatieve domeinen van het dagelijks leven, terwijl juist een van de pijlers van de
moderniteit ligt in het definiëren van kinderen en jongeren op basis van sterk educatief ingevulde criteria. Hengst lanceert hierbij de
oproep de actuele activiteiten van kinderen vanuit dit emancipatieperspectief te herbekijken. Dit betekent onder meer dat we het leren
van kinderen op andere vlakken moeten durven situeren. Het monopolie op leren door de school is door de commerciële cultuur niet
alleen sterk in vraag gesteld, maar ook duidelijk gecounterd.
Hengst zegt dat we nu niet echt een kindertijd meer hebben, het is gefocust op ontwikkeling.
Onderzoekers nemen vaak tegenstrijdige standpunten in. Sommige zeggend dat de commercialisering de bron is voor het verdwijnen van
de kindertijd, anderen zeggen dat kinderen hier heel goed mee om kunnen gaan en dat ze niet zo erg beschermt hoeven te worden.
Ellen Seiter (1993) stelt dat de passie van kinderen voor populaire cultuur de idee van pure materiële consumptie overstijgt. Kinderen
zijn volgens haar creatief in het omgaan met consumptiegoederen en de betekenissen die zij aan deze artikelen verbinden, liggen niet
noodzakelijk binnen de lijn van het materialistische ethos. Waar heel wat critici bedenkingen hebben bij de wijze waarop vrouwelijke
personages afgebeeld worden in tekenfilms zoals My Little Pony, stelt Seiter dat deze films in zekere zin voor meisjes een
emancipatorische functie hebben. Meisjes krijgen in deze animatiefilms immers voor het eerst een 'starring role'. Bovendien beklemtonen
de films gevoelens van dominantie en avontuur, gevoelens die doorgaans enkel met het leven van jongens geassocieerd worden.
Pilcher (2013) onderzocht hoe kinderen omgaan met (hun) kleding plaatst zich in deze traditie
dat kinderen veel meer zijn dan louter volgelingen van de kledingindustrie, maar juist op een zeer actieve manier keuzes maken en zo
mede een bepalende rol spelen in hun 'me-making'
15.4 Tot slot
In het sterk gepolariseerde debat over een gecommercialiseerde kindercultuur lijken we soms te moeten kiezen tussen twee posities
1. critici, die ongetwijfeld een aantal fundamentele vragen oproepen, maar eerder een conservatieve kijk op kind-zijn verdedigen?
commerciële wereld bedreigt of besmet de 'natuurlijke' aard van kind-zijn