100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Hoorcolleges effectiviteit & kwaliteit van orthopedagogische interventies €8,49   In winkelwagen

College aantekeningen

Hoorcolleges effectiviteit & kwaliteit van orthopedagogische interventies

 12 keer bekeken  0 keer verkocht

Deze samenvatting omvat alle hoorcolleges (behalve het responsiecollege) behorende bij het vak effectiviteit & kwaliteit van orthopedagogische interventies

Laatste update van het document: 2 jaar geleden

Voorbeeld 4 van de 80  pagina's

  • 6 januari 2022
  • 17 januari 2022
  • 80
  • 2021/2022
  • College aantekeningen
  • Jana knot-dickscheit & anne-marie huyghen
  • Alle colleges behalve het responsiecollege (hoorcollege 7)
  • evidence based
  • practice based
  • ‘what
Alle documenten voor dit vak (5)
avatar-seller
losvanmalenstein
Kwaliteit en effectiviteit van orthopedagogische interventies

College 1 16/11/2021
Docent: Jana Knot-Dickscheit

Doelstellingen van het vak
1. Benoemen welke manieren van onderzoek gefundeerde kennis leveren over de kwaliteit en
effectiviteit van orthopedagogische interventies.
2. Algemeen en specifiek werkzame factoren benoemen bij de behandeling.
3. Beschrijven welke interventies werkzaam zijn bij verschillende problematiek.
4. Aan de hand van een casusbeschrijving een keuze maken voor een interventie die het
meeste effect zal hebben.
5. Aan de hand van een casusbeschrijving de gemaakte keuze voor een interventie
beargumenteren.
→ waar we het in grote lijnen in het vak over gaan hebben en waarmee we gaan oefenen, is kennis
en handigheid in stel je werkt in het onderwijs of de jeugdzorg en je moet een besluit nemen over
wat je aan gaat bieden bij iemands hulpvraag en hoe onderbouw je je keuze en hoe gaat dit hele
proces. Goed de kwaliteit van programma’s en interventies kunnen inschatten en goed de afweging
kunnen maken waarvoor je kiest. En stel er zijn geen protocollen aanwezig, hoe doe je het dan, hoe
beantwoord je dan de hulpvraag?

Opbouw van het vak
Colleges 1 t/m 3: Jana Knot-Dickscheit
• ‘Evidence based’, ‘practice based’, Resultaatgerichte Ontwikkeling van interventies
(ROgI)
• Kwaliteit en effectiviteit van interventies: hoe te vinden + hoe te beoordelen
• Algemeen werkzame factoren, ‘What works’ beginselen
Colleges 4 t/m 6: Anne-Marie Huyghen → meer over externaliserende problemen en onderwijs
Opdracht: casus Kees
Responsiecollege → hierin wordt samengevat wat werd gezien in de opdracht (die globaal wordt
bekeken door docenten) en er kunnen vragen gesteld worden. Goede voorbereiding voor het
tentamen is deze opdracht zelf te maken.
Coördinator vak: Anne-Marie Huyghen, a.m.n.huyghen@rug.nl

Opdracht Casus Kees
Bedoeld om te oefenen met de theorie die in college wordt aangeboden
- Je maakt de opdracht zelfstandig
- Dit gaat het makkelijkst na het 4e hoorcollege (2 december)
- Na laatste hoorcollege (23 december) staat de antwoordsleutel op Nestor
- Je kijkt je opdracht zelf na en formuleert ten minste 1 vraag
- Voor 10 januari plaats je je vraag in de passende categorie op de discussieruimte in Nestor
- Aan de hand van jullie vragen wordt het responsiecollege vormgegeven

Plaatje olifant
→ Collega Tausendfreund: ‘weet je Jana, je hoeft in hulpverlenersland/de zorg alleen maar evidence
based te doen en dan lijkt het alsof er een olifant naar beneden dendert en alles verplet (elke
discussie of mensen die in een bepaald stramien denken o.i.d.) en dat is wel heel bijzonder. En die
komt ook ons vakgebied in gevlogen, want we kunnen niet zonder het begrip evidence-based
practice als we ingaan op de effectiviteit en kwaliteit van interventies, want het heeft veel met elkaar
te maken. Maar op wat voor manier heeft dat veel met elkaar te maken?

,Bron: Uit: M. Herben (2020) p. 13-16
geen eenduidige definitie van EBP
ervaren professionals EBP als een beperking van hun handelingsruimte en autonomie
Volgens Van der Laan (2006) wordt effectieve hulp bepaald door de mate waarin de cliënt zich
uitgenodigd voelt om zijn eigen expertise in te brengen, de kwaliteit van communicatie tussen cliënt
en professional, de mate waarin de professional op een persoonlijke manier zijn vak weet te
vertegenwoordigen en er blijk van geeft te geloven in zijn eigen aanpak.
Cochrane Collaboration: doelen 1) komen tot een eenduidig sterk design voor effectonderzoek en 2)
het koppelen van vele onafhankelijke kleinere onderzoeksresultaten tot een groot overkoepelend
resultaat, door middel van zogenaamde systematische reviews of meta-analyses
Campbell Collaboration was “providing better evidence for a better world”.
Met de komst van EBP werd echter ook goede, patiëntgerichte zorg steeds vaker gereduceerd tot
datgene wat is bewezen (Woodbury & Kuhnke, 2014; Van de Goor, Van der Zwet, Van de Mheen,
201723).
Terwijl EBP in de ambitie nooit enkel gelimiteerd is geweest tot effectiviteitvraagstukken werd het
begrip onbedoeld verengd tot (effect)onderzoek naar ‘dat wat werkt’ (Webb 2002; Gibbs & Gambrill,
2002; Thyer & Myers, 2011; Tavecchio, 2014; Gray e.a., 2015).
Sackets eerste definitie werd in 2000 daarom vervangen tot de meer geaccepteerde en bredere
definitie:
“The integration of best research evidence with clinical expertise and patient values”
(Sackett, Straus, Richardson, Rosenberg & Haynes, 2000).
Gorissen, 2017): “De gewetensvolle, expliciete en oordeelkundige integratie van drie zorgvuldig te
onderscheiden kennisbronnen (research-based kennis; expert-based of practice-based kennis en
cliënt-based kennis) met als doel de beste beslissing te nemen voor individuele patiënten, cliënten of
burgers”.

Evidence based practice
- Oorsprong in medische wetenschappen
- Geen eenduidige definitie EBP
- Verengd en rigide gebruik van EBP
- Professionals ervaren EBP als een beperking van handelingsruimte en autonomie (o.a.
Herben 2020)
→ Het begrip evidence based practice heeft zijn oorsprong in de medische wetenschappen. En dat is
een stukje te verklaren: in de medische wetenschappen was altijd de vraag als je het hebt over een
medicamenteuze behandeling, dan wil je weten of die pil ook werkt. Dus begin jaren ’90 is daar ook
het begrip evidence based practice uit ontstaan en dat werd heel erg gezien als iets dat we bewijs
moeten hebben dat een interventie die we toepassen werkt bij de patiënt die om hulp vraagt. Wat je
zag, wat ook in de medische wetenschappen standaard was, was dat er veel kleinschalig onderzoek
was en dan was er altijd die vraag ‘hoe kunnen we de uitkomst van die kleinere studies
veralgemenen naar een grotere groep?’. En wat men toen heeft gedaan, is dat men een vereniging
‘COTAN collaboration’ heeft opgericht die heel sterk erop gericht was te zeggen ‘laat ons nou die
kennis die we hebben over wat werkzaam is met elkaar te bundelen, maar ook vooral duidelijke

,richtlijnen daarover te geven wat nou eigenlijk goed onderzoek is; o.b.v. welk type onderzoek vinden
we dat de effecten echt zijn aangetoond?’. En men zei ook: we willen af van dat hele kleinschalige
onderzoek en als het er is, hebben zij ook een manier van werken/denken ontwikkeld om te zeggen,
we voegen de uitkomsten van die interventies bij elkaar (= meta-analyse; naar meerdere studies
kijken die te maken hebben met een bepaalde doelgroep en een bepaald type interventie en dan
kijken of je op dezelfde resultaten uitkomt). Dus dat was die ontwikkeling vanuit de medische
wetenschappen die begin jaren ’90 was ontstaan. Hoewel het vanaf het begin nooit zo extreem de
bedoeling was, kreeg evidence based practice de bijsmaak dat het er vooral om gaat dat iets uit
onderzoek effectief gebleken is en als we dat zo toepassen, is het evidence based practice. En dat
wrong natuurlijk. En dat zagen we natuurlijk ook omdat pedagogische
wetenschappen/orthopedagogiek op een gegeven moment ook dacht ‘hé, dat is helemaal niet zo gek
wat die mensen in de geneeskunde doen, want evengoed als je een pilletje aan iemand geeft en je
weet dat het werkt, wil je ook van ons werkveld weten dat wanneer je een interventie toepast of het
ook iets oplevert of dat het de situatie van een kind nog slechter maakt’. Dus het evidence based
practice begrip is op een gegeven moment ook breed toegepast op de pedagogische wetenschappen.
Maar wat je meteen ook zag, was dat er niet echt een eenduidige definitie was en dat omdat het
begrip zo verengd werd je ook een soort beweging kreeg in het beroepsveld van hulpverleners maar
ook van huisartsen die zeggen ‘weet je, als dat het is – evidence based practice, dan is het alsof onze
expertise helemaal geen rol meer speelt, dat we alleen nog maar protocollen uitvoeren en dat is het’.
Dus op deze slide daarom wat krantenartikelen, bv: ‘zorg met een ziel’: professionals betwijfelen als
je evidence based practice toepast, of je je beroep nog op zo’n manier uit kunt voeren dat het nog
een beetje leuk/goed is. Of ‘wat als een arts denkt: ik moet het anders doen? Of als de patiënt zegt:
ik wil dat middel niet?’: dit is een uitspraak van een huisarts, wat moet je dan doen?. Verder werd
gezegd dat evidence based practice alleen gezien kan worden in de context waarin iemand zich
bevindt. Wat Jana ons wil meegeven: als wij het over evidence based practice hebben, hebben we
het niet over zo’n nauw begrip dat het erom gaat dat het in de wetenschap is aangetoond, maar wij
staan juist voor een ander theoretisch model (zie volgende slide).

Theorie
Transitie naar pedagogiek
- Ingebed in zijn context
- Nadruk op een vijfde element ‘besluitvorming’
- Evenwichtige inbreng van de partijen
- Proces, niet behandeling
- Cliënt wordt erkent in zijn complexiteit en context

, → waar het ons om gaat, is dat evidence based practice dus veel meer is dan het stukje uit de
wetenschap. En wat we hier zien, is dat het aan de ene kant is ingebed in de context – en daarmee
bedoelen we dat bv de kwaliteit en uitvoerbaarheid van interventies ook heel sterk afhangt van de
context waarin iemand zich bevindt. Stel je bedenkt een heel intensieve vorm van interventie voor
iemand waarbij iemand bv elke dag een uur op en neer moet reizen en je hebt te maken met een
gezin waarbij veel problemen spelen, kun je dit dan wel aan iemand vragen, kun je niet iets anders
bedenken? Rekening houden met context dus. Maar context betekent ook dat als je straks in de
jeugdhulp werkt dat je ook altijd in een bepaalde organisatorische context werkt en dat maakt
natuurlijk ook uit voor welke kennis beschikbaar is, welke interventies er worden uitgevoerd, etc. Dus
ook de context van de organisatie waarin jij je bevindt maakt weer veel uit voor de mogelijkheden
die je hebt voor evidence based practice. Maar het allerbelangrijkste zijn eigenlijk 3 punten bij de
toepassing van evidence based practice in de pedagogiek (maar ook in andere werkvelden zoals de
geneeskunde wordt dit zo gezien). Wanneer je niet zo verengd denkt maar juist breder, geeft dat jou
veel meer opties voor handelen met dit model. Wat je hier ziet is dat je eigenlijk 3 aspecten hebt.
Aan de ene kant heb je die wetenschappelijke evidentie – dus wat weten wij vanuit onderzoek. Dan
zie je ook een bolletje waarbij het gaat om wat jij hebt aan kennis, vaardigheden en competenties
(dus klinische expertise). En wat ook belangrijk is, is dat je de ervaring/waardes/context van cliënt +
ouders ook meeneemt. Heel simpel: als iemand bij jou om hulp komt vragen en je weet dat hij al
eerder hulp heeft ontvangen, dan is het een hele slimme move om die persoon ook te vragen hoe die
andere hulp was, waar de cliënt wel/niet iets aan had, etc. Dus als je de wetenschappelijke kennis,
jouw ervaringskennis/kennis van jouw team en de ervaring van cliënten hebt, dan betekent evidence
practice dat die drie invloeden allemaal een gelijkwaardige inbreng hebben, en dat het erom gaat dat
je niet zegt ‘uit onderzoek is zus en zo gebleken dus daarom gaan we dat doen’, maar het is dus een
gezamenlijk besluitvormingsproces waarin alle drie de partijen evenwichtig in worden gebracht.

Evidence Based Practice…
“De gewetensvolle, expliciete en oordeelkundige integratie van drie zorgvuldig te onderscheiden
kennisbronnen (research-based kennis; expert-based of practice-based kennis en cliënt-based kennis)
met als doel de beste beslissing te nemen voor individuele patiënten, cliënten of burgers”. (Gorissen,
2017. Herben, 2020, p. 16)
› Besluitvormingsproces met een evenwichtige inbreng van alle partijen en inachtneming van
de context
› expliciete, transparante, reproduceerbare verantwoording van keuzes

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper losvanmalenstein. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 77764 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,49
  • (0)
  Kopen