Werkgroepen Gezondheidsrecht
Week 2
Werkgroep Overeen-komstenrecht en aansprakelijkheid
Toelichting
In deze werkgroep wordt de stof van het 2e college van 23 nov. 2018 behandeld. Het gaat om
civiele aansprakelijkheid en overeenkomstenrecht. In dat kader staat in de casus tevens een
eenvoudigere uitspraak van de burgerlijke rechter. Het is daarmee tevens een oefening om
een dergelijke uitspraak te doorgronden. Ook hier geldt dat voorbereiding noodzakelijk is
voordat de werkgroep aanvangt.
Hoe noteer je wetgeving: Noteren wetgeving.pdf Noteren wetgeving.pdf downloaden
Leerdoelen
Kennisname van belangrijke grondtrekken van het civiele recht
Inzicht in het systeem achter overeenkomsten
Kennis van enkele kernbegrippen uit het overeenkomstenrecht
Inzicht in civielrechtelijke schadeacties
Lees een eenvoudige rechterlijke uitspraak.
Verplichte Literatuur:
Verheugt: hoofdstuk 4,
Hoofdstuk 6 (met uitzondering van par. 4.2.1),
Hoofdstuk 8,
Hoofdstuk 9 (met uitzondering van par. 7 t/m 7.3).
Syllabus medische aansprakelijkheid: Syllabus medische aansprakelijkheid.pdf
Syllabus medische aansprakelijkheid.pdf downloaden
Casuïstiek: WG No 1 ovk en aansprakelijkheid bij college 2.pdf WG No 1 ovk en
aansprakelijkheid bij college 2.pdf downloaden
Aanvullende wettenbundel: aanvullende wettenbundel tbv GW5615PM 2018-
2019.pdf
Je hebt soorten recht, bv strafrecht en nog meer. Neem die stof wel door, ook van de syllabus.
Bv je krijgt een casus met de vraag, hebben we te maken met privaatrecht, bestuursrecht of
grondrecht?
WG1 Overeenkomsten, aansprakelijkheid
Leerdoelen
Kennisname van belangrijke grondtrekken van het civiele recht
Inzicht in het systeem achter overeenkomsten
Kennis van enkele kernbegrippen uit het overeenkomstenrecht
Inzicht in civielrechtelijke schadeacties
Lees een eenvoudige rechterlijke uitspraak.
Literatuur:
, - Verheugt: hoofdstuk 4,
- Hoofdstuk 6 (met uitzondering van par. 4.2.1),
- Hoofdstuk 8,
- Hoofdstuk 9 (met uitzondering van par. 7 t/m 7.3).
- Syllabus medische aansprakelijkheid (zie Blackboard)
1.1 Thema: Overeenkomst
Voorbereiden
Lees hoofdstuk 6 Burgerlijk recht. Kernbegrippen en hoofdstuk 8 Overeenkomstenrecht uit
Verheugt.
Het burgerlijk recht kent een aantal boeken. De in het Burgerlijk Wetboek (BW) opgenomen
artikelen scheppen als het ware een eigen begrippenkader. Daar sta je zelden bij stil, maar
het feit dat je bijvoorbeeld geld leent en daarvoor naar de bank gaat en bij diverse bezoeken
weer met een andere medewerker te maken hebt, of dat je alles online regelt, is alleen maar
mogelijk dankzij juridische constructies als rechtspersonen. Het recht schept een soort eigen
wereld door te regelen dat je naast natuurlijke personen ook allerlei constructies hebt die ook
voor het recht kunnen handelen. Zo kan de universiteit een contract sluiten met Starbucks en
als het niet naar wens verloopt zelfs naar de rechter stappen om bepaalde zaken proberen af
te dwingen.
En je staat er niet bij stil dat je bij de supermarkt dagelijks rechtshandelingen verricht met in
de regel een rechtspersoon als partner.
Het recht verbindt aan bepaalde handelingen rechtsfeiten. En er wordt gesproken van
rechtshandelingen. Dat gebeurt dagelijks.
- Is het kopen van een kopje koffie uit de automaat een rechtshandeling? Leg uit
Ja, je sluit een overeenkomst/verbintenis met de automaat. Het maakt niet uit of het
overeenkomst is met bediening of automaat.
- Is het geven van een naam aan een pasgeborene een rechtsfeit? Leg uit.
Ja, want je moet de naam dragen en staat op ID. Het recht bindt gevolgen aan het geven van
die naam.
Er moeten bijzondere redenen zijn om van naam te veranderen, dus je zit vast aan je naam.
- Jan speelt gitaar. Is dat een rechtsfeit? Leg uit.
Nee, er is geen overeenkomst.
Als er een klacht is van de buurman? Geluidsoverlast dan kun je naar de rechter gaan. Normaal
gesproken is het geen rechtsfeit. Maar bv bij burenoverlast of onregelmatige daad dan kun je
wel spreken van een rechtsfeit.
- Je fietst een voetganger omver. Is er sprake van een rechtsfeit? Leg uit.
Ja, want jij rijdt die voetganger omver en daar is vervolg aan verbonden. Het is een
onrechtmatige daad, je kunt schadevergoeding eisen. Dus dit leidt tot een rechtsfeit.
Aan een rechtsfeit zit een gevolg verbonden. Het kan gebeuren maar het was niet mijn
bedoeling.
Rechtshandeling, ik koop een koffie dus heb een overeenkomst.
- Kan een elfjarig kind een fiets kopen voor het recht? Zoek maar uit.
Fout:
,Nee. Tot 17 jaar handelingsonbekwaam.
Goed:
Het kan wel ook zonder toestemming. Dan heb je het over vernietigbaar. Kind kan het doen,
maar de ouder zou kunnen zeggen je moet het terugbrengen. Vernietigbaar vanwege
handelingsonbekwaam tot 17 jaar. Dus je kan het terugdraaien.
Het recht laat veel toe maar niet alles. Er is een belangrijk onderscheid. Sommige
rechtshandelingen bestaan voor het recht maar kunnen bij vervulling van bepaalde wettelijke
vereisten worden teruggedraaid. Dat wil zeggen dat de rechtshandeling weer ongedaan wordt
gemaakt. Dat heet vernietigbaar. Je had de rechtshandeling ook gewoon in stand kunnen
laten. Dat gebeurt dagelijks als kinderen van onder de 18 jaar en in bepaalde
gevallen onder de 16 jaar aankopen doen. In de meeste gevallen brengen deze kinderen of
hun ouders/voogden geen spullen terug naar de winkel met een beroep op
handelingsonbekwaamheid van hun kroost.
Er zijn echter ook handelingen die voor het recht geen betekenis hebben. Het recht verbindt
daar geen gevolgen aan. Dergelijke handelingen zijn voor het recht nietig. Een belangrijk
criterium om een bepaalde handeling voor het recht als nietig te beschouwen zijn
handelingen die indruisen tegen de goede zeden. Volgens art. 3:40 BW is een handeling die
daarmee in strijd is nietig, ofwel heeft nooit bestaan. Denk bijvoorbeeld aan matchfixing in de
voetbalwereld (zie bijvoorbeeld http://nos.nl/artikel/471846-geen-matchfixing-wedstrijd-
pec.html. Stel nu dat sterspeler X een overeenkomst heeft gesloten met gokbedrijf A om
ervoor te zorgen dat zijn voetbalclub de wedstrijd verliest en X heeft daar bij nader inzien
geen zin in. Dan kan het gokbedrijf zich nooit voor het recht beroepen op het bestaan van
een overeenkomst en dus ook nooit nakoming eisen.
Waarom eigenlijk niet? Leg uit.
Er zijn 4 rechten om een koop terug te draaien;
Bedrog, dwaling, misbruik van omstandigheden en bedreiging.
Dit is een bedreiging geweest? (Weet ik niet zeker)
Goed:
Dit is een nietigbaar, staat in art 3:40
Het overeenkomstenrecht is van belang voor de overeenkomsten die in de zorg worden
gesloten. Daarvan zijn er vele. Zo sluit de patiënt een geneeskundige
behandelingsovereenkomst met het ziekenhuis en in bepaalde gevallen ook met de arts zelf.
Het ziekenhuis sluit weer een arbeidsovereenkomst met het verpleegkundig personeel en in
veel gevallen ook met artsen. En daarnaast met personeel dat de zorg ondersteunt, zoals
mensen die de administratie verzorgen, de dokters-assistenten, etc.
Verder kopen ziekenhuizen apparatuur voor onder meer de verpleegafdelingen en de
operatiekamers. Daar kan het best wel eens mis gaan. Zie wat enkele ziekenhuizen is
overkomen: http://www.rtvoost.nl/nieuws/default.aspx?nid=146501
Als het mis gaat biedt het recht in bepaalde situaties de mogelijkheid daar wat mee te doen.
Een van de dingen die het recht toelaat is dat overeenkomsten weer worden ontbonden of
teruggedraaid. De wet benoemt een aantal situaties. Een van die situaties is dat er een
wilsgebrek bestaat. Je wilde het product of de dienst helemaal niet kopen als je alles erover
had geweten of niemand je onder druk had gezet. De wet kent diverse wilsgebreken.
- Welke wilsgebreken worden er in de wet genoemd en in welke wetsartikelen?
- Bedrog 3:33 lid 3
- Dwaling 6:228 (meeste staan in art 3) (bv korting blijft niet zo te zijn)
, - Misbruik van omstandigheden 3:44 lid 4
- Bedreiging 3:44 lid 2
Een andere situatie is dat degene die een overeenkomst sluit daarvoor te jong is of daar niet
toe in staat was. Ofwel geen besef had wat het gevolg kon zijn van het sluiten van de
overeenkomst. In dat geval noemen we zo iemand handelingsonbekwaam.
- Zoek op waar de wet wat zegt over handelingsonbekwaamheid.
Handelingsbekwaamheid 3:32 lid 1
- art. 3:34 BW: iemand met een tijdelijke of permanente stoornis van zijn geestelijke
vermogen
- art. 1:234 BW: minderjarigen (jonger dan 18 jaar, voor zover de wet niet anders
bepaalt!)
- art. 1:378 BW: curatele: volwassene onder voogdij.
- art. 1:457 BW: mentorschap.
In WG besproken:
Art 333 minderjarige en 334 minderjarige.
Het recht gaat uit van vertrouwen. De koop en wil komen tot elkaar.
Maar soms vraag je af of het een wilsgebrek is, bv omdat iemand heel emotioneel is.
Nu hebben we het steeds over ‘overeenkomst’, maar is dat ook een juridisch begrip?
- Vind uit of de wet wat zegt over overeenkomst.
Art 213
Speciaal type rechtshandeling: overeenkomst
• art. 6:213: overeenkomst is meerzijdige rechtshandeling, waarbij een of meer
partijen jegens een of meer andere een verbintenis aangaan. (Een
maatschapsovereenkomst is tussen meer maten, maatschap is geen
rechtspersoon.?)
Tenslotte hebben overeenkomsten de eigenschap dat ze rechten en plichten scheppen bij
degenen die de overeenkomst ofwel het contract gesloten hebben. Koopt Arend een bureau
bij Ikea dat thuis zou worden afgeleverd en Ikea levert niets, dan heeft Arend het recht om
van Ikea alsnog levering binnen een redelijke termijn te verlangen. Doet Ikea dat niet dan
kan Ikea een toerekenbare tekortkoming in de zin van art. 6:74 BW worden verweten. Maar
soms is nakoming onmogelijk: de advocaat stelde voor zijn cliënt te laat hoger beroep in. Nu
de wettelijke beroepstermijn is verlopen verklaart de rechter in hoger beroep de zaak niet-
ontvankelijk. De cliënt had de zaak in hoger beroep wellicht kunnen winnen en eist nu
schadevergoeding van zijn advocaat nu deze de kans op het alsnog winnen van het geding
verloren heeft laten gaan.
1.2 Oefeningen tijdens de werkgroep:
In groepjes van bij voorkeur 4 studenten behandelen jullie de volgende vragen en bespreken
met elkaar wat het juiste antwoord kan zijn. (tijd max. 30 minuten)
1. Bepaal welke rechtsfiguur bij de onderstaande gevallen aan de orde is en vermeld het
preciese wetsartikel (dus behalve het wetsartikel ook het lid of onderdeel).
Rechtsfiguur: overeenkomst is een voorbeeld van een overeenkomst. Een begrip dat in de wet
gehanteerd wordt om daar bepaalde rechtssituaties mee aan te duiden.
,a. Jan koopt bij een dealer een laptop en wil deze gebruiken voor internetgaming. Dat
eist een krachtige computer. De verkoper kijkt naar de specificaties en meent dat
deze computer voor dergelijke games geschikt is. Dat blijkt thuis niet het geval. Welke
rechtsfiguur is hier aan de orde?
Dwaling 6:228
b. Yvonne past een jurk en zegt dat het mooie natuurlijke zijde is. De verkoopster
beaamt dat maar weet wel beter. Welke rechtsfiguur is hier relevant?
Bedrog 3:44 lid 3
Opzettelijk niet de goede informatie verstrekt.
c. Jason weigert op straat een aangeboden fiets te kopen. ‘Dat komt je dan duur te
staan’ zegt de aanbieder. Als Jan de fiets nu maar koopt maar dat terug wil draaien,
op welke rechtsfiguur kan hij dan wellicht een beroep doen?
Bedreiging 3:44 lid 2
Fatima is verdrietig omdat haar konijn dood is gegaan. Een schoolgenoot hoort dat en wil het
mooie konijnenhok kopen. Daar heeft ze spijt van. Kan de koop worden teruggedraaid?
Misbruik van omstandigheden 3:44 lid 4
(Stel koper wist dat Fatima aan hok gehecht was en verdrietig was dan is heet misbruik van
omstandigheden. Anders bij gewoon normale verkoopprijs en geen bijzonderheden is het
niks.)
Berend ziet een mooi schilderij van Monet bij een befaamde
kunsthandel. Hij is bereid er flink voor te betalen. Eenmaal het schilderij thuis
opgehangen zegt zijn goede vriend dat dit nooit een echte Monet kan zijn, omdat het
schilderij vanwege bepaalde verfsoorten niet eerder dan in 1930 kan zijn geschilderd.
Als je wilt weten hoe het zit kijk dan op:
http://kunstgeschiedenis.jouwweb.nl/schilderkunst.
Berend wil zijn geld terug. Aan welke juridische mogelijkheid of mogelijkheden zou je
denken? Geef daarbij aan welke wetsartikelen aan de orde zijn.
Bedrog 3:44 lid 3 & Dwaling 6:228
(Bedrog doe je opzettelijk. Als de verkoper het ook niet echt weet, dus geen van de partijen
had idee dat het niet echt was, dan is het dwaling.)
d. Marlène heeft net een akelig bericht ontvangen dat haar paard erg ziek blijkt te zijn.
Ze is erg aan het dier gehecht. Mona, haar buurvrouw, heeft niets met paarden maar
is altijd al gek op die antieke koperen doofpot van Marlène geweest. ‘Wil je hem echt
niet aan mij verkopen?’ vraagt ze aan Marlène. Eigenlijk kan het Marlène geen barst
meer schelen. Mona betaalt een fatsoenlijke prijs. Later krijgt Marlène spijt, want het
was wel de doofpot van haar oma en heeft ze die nu ècht verkocht??. Zie je
juridische mogelijkheden om Marlène de doofpot weer in handen te geven. Licht je
antwoord toe?
Ja, misbruik van omstandigheden 3:44 lid 4, als context duidelijk is dat ze verdrietig was en
Mona had dit gezien. Dus als de koper weet dat de verkoper het bij normale omstandigheden
niet had gekocht.
Nee, want er staat Mona betaald een fatsoenlijke prijs. Dus dan in recht van de verkoper. In
context is niet duidelijk dat er emoties bij zaten.
Wat in het (overeenkomsten)recht een belangrijke rol speelt is dat partijen op elkaar kunnen
vertrouwen. Veel verplichtingen lopen langs de lijn van de vertrouwensleer. Dat wil zeggen
, dat het recht in principe uitgaat van hetgeen partijen redelijkerwijs van elkaar mogen
verwachten. In Verheugt worden daar voorbeelden van gegeven. Als een overeenkomst sluit
waar bij A een TV verkoopt aan B mag A erop rekenen dat B de afgesproken prijs betaalt. B
kan er dan niet mee aankomen dat hij de TV achteraf gezien toch te duur vindt of dat hij
onverwachts zijn bijbaantje is kwijtgeraakt. Als B niet betaalt kan A naar de burgerlijke
rechter (of civiele rechter) stappen om B alsnog tot betaling te dwingen. Dat blijkt
bijvoorbeeld uit art. 6:74 BW de toerekenbare tekortkoming. Je kan in dit artikel lezen wat
voor gevolgen het recht bindt aan niet-nakoming van de overeenkomst, namelijk een recht
op schadevergoeding (in lid 1). Volgens lid 2 moet de schuldenaar eerst proberen zijn
verplichtingen alsnog na te komen wanneer dat gezien de inhoud van de overeenkomst nog
mogelijk is.
In art. 6:75 BW zie je dat de schuldenaar de overeenkomst niet hoeft na te komen wanneer
hem geen verwijt treft of de wet nakoming verhindert. Samengevat in één term spreken we
dan van overmacht.
2. Rechtspraak over overeenkomsten
Om wegwijs te raken in de wereld van de overeenkomsten zijn op het blackboard enige
rechterlijke uitspraken aangehangen. Het gaat dan om zaken als vraag en aanbod,
redelijkheid, vertrouwensleer. Het aardige van rechtszaken is dat je ziet hoe deze abstracte
begrippen in een concreet geval uitpakken. Kijk achter de tab ‘enkele uitspraken over
civielrechtelijke begrippen’. Het is allemaal niet verplicht, maar je ziet een vorm van ‘law in
action’ mocht je ooit een ‘gouden bod’ gedaan worden dat bij nader inzien toch minder is dan
het leek. Of wanneer je onverhoopt een geschil hebt met een zorgverlener.
1.3 Thema: civiele aansprakelijkheid
Frederik en Maria Botter hebben twee kinderen, Julianne en Bengte. Ze zijn er heel blij mee,
maar bij de laatste zwangerschap was de geboorte heel riskant. Bengte kwam met een
keizersnee ter wereld. Mevrouw Botter heeft toen het besluit genomen zich te laten
steriliseren. Ze gaat naar het Eerste Maasdamse Centrumziekenhuis (EMC) en komt bij
gynaecoloog Sanders terecht. Sanders vertelt haar dat sterilisatie heel vaak gedaan wordt. Hij
neemt altijd de faloperingmethode, waarmee de eileider wordt dichtgeklemd.
De operatie wordt uitgevoerd. Maanden later voelt Maria wat pijn optreden. Ze gaat naar lang
aarzelen naar haar huisarts. Deze bekijkt haar en vraagt tot haar verbijstering of ze wellicht
zwanger is. Dat kan niet, reageert ze, maar toch ondergaat ze een zwangerschapstest en die
blijkt positief. Ze laat dit aan gynaecoloog Sanders weten. Deze reageert verschrikt, het is toch
echt de goede methode. Op de vraag hoelang hij al gynaecoloog is, zegt hij dat hij pas eind
vorig jaar zijn opleiding heeft afgemaakt.
Ze wil hier werk van maken en wendt zich tot advocaat mr. Richters. Richters is van plan alle
registers open te trekken en hoe dan ook schadevergoeding voor haar in de wacht te slepen.
Sanders wendt zich daarop ook tot een bekende letselschadeadvocaat, mr. Den Dolder, en die
zegt dat hij zich echt geen zorgen hoeft te maken over een eventuele schadeclaim. 'Je hebt
toch de juiste methode toegepast, op de juiste manier, nou wat dan nog', zo reageert deze
oude rot in het vak. Voor de zekerheid schakelt ook het ziekenhuis een advocaat in, mr.
Vaassen, die gespecialiseerd is in het beperken van schade voor organisaties.
Is hier een medische fout gemaakt? En heeft het echtpaar Botter wellicht recht op
schadevergoeding? Het zal je niet verbazen dat de verschillende belanghebbenden in deze