Dit is een samenvatting van anatomie, fysiologie en pathologie (periode 1, leerjaar 1). De leerdoelen per les staan erin en daarna de bijbehorende literatuur uitgewerkt.
Inhoudsopgave
Les 1.......................................................................................................................................................3
Les 2.......................................................................................................................................................6
Les 3......................................................................................................................................................12
Les 4......................................................................................................................................................20
Les 5......................................................................................................................................................27
Les 6......................................................................................................................................................34
Vragen oefentoets................................................................................................................................44
2
,Leerpakket 1, leerjaar 1 HBO-V
Les 1
Leerdoelen:
• De student beschrijft de bouw en functie van de cel en het celmembraan.
• De student omschrijft hoe katabole en anabole reacties verlopen.
• De student beschrijft hoe bij dissimilatie vrijgekomen energie wordt opgeslagen in ATP.
• De student omschrijft de belangrijkste transportmechanismen waarmee stoffen in en uit de cel
worden gebracht.
Wat betekent anatomie, fysiologie en pathologie nou?
Anatomie: benamingen.
Microscopisch: heb je microscoop voor nodig om het te zien
Macroscopisch: kan je met blote oog zien
Fysiologie: hoe werkt het.
Pathologie: ziekteleer, wat is er mis.
Cel: kleinste stofwisselingseenheid van het lichaam. Opbouw van lichaam.
Weefsel: cellen met dezelfde functie. Bijvoorbeeld spierweefsel, zenuwweefsel (prikkels leiden).
Organen: bestaan uit meerdere weefsels.
Longen: bindweefsel, spierweefsel, kraakbeen en epitheelweefsel.
Orgaanstelsels: organen en structuren die gezamenlijk aan een bepaalde verrichting werken.
Stofwisseling (metabolisme): alle biochemische reacties die in cellen kunnen plaatsvinden.
Bijvoorbeeld verbranding, groei, onderhoud en reparatie.
Anabole reacties: kleine moleculen worden samengevoegd tot grotere. Deze reacties kosten
energie. De gevormde moleculen worden meestal tijdelijk ingebouwd in de cellen en worden
gebruikt voor groei, onderhoud en reparatie van weefsels. Heirdoor ook wel
opbouwstofwisseling (assimilatie).
Katabole reacties: omzettingen waarbij grotere moleculen worden afgebroken tot kleinere.
Hierbij komt energie vrij. Deze energie kan worden gebruikt voor de opbouwstofwisseling of
andere energievragende processen, zoals beweging en warmteproductie. Ook wel
afbraakstofwisseling (dissimilatie).
Verbranding (afbraakreactie): een energierijke stof reageert met zuurstof.
Aerobe dissimilatie: verbranding waarbij altijd zuurstof nodig is.
Brandstof + zuurstof = energie + afvalstoffen (koolstofdioxide en water).
Anaerobe dissimilatie: als er geen zuurstof beschikbaar is in de cel maar er toch energie
nodig is. De cel gaat dan energierijke stoffen afbreken. Het nadeel is dat de energieopbrengst
veel lager is en er meer afvalstoffen vrijkomen. Dit gebeurt bijvoorbeeld in spieren als ze veel
arbeid moeten verrichten en de ademhaling niet voldoende zuurstof in de cellen beschikbaar
stelt.
Glucose = energie + melkzuur + water
3
, Leerpakket 1, leerjaar 1 HBO-V
Celademhaling: verbranding in de cel. Aerobe dissimilatie.
Het doel hiervan is het vrijmaken van energie. Dit kan worden gebruikt voor allerlei
activiteiten in de cel.
De brandstof in de cel is meestal glucose.
Glucose + zuurstof = energie + water + koolstofdioxide
Als er geen glucose is, kunnen de cellen ook vetten verbranden. Dit is minder schoon, omdat
er meer afvalstoffen ontstaan.
Vetten + zuurstof = energie + water + koolstofdioxide + afvalstoffen
Adenosinedifosfaat (ADP): de stof die energie kan opladen.
2 fosfaatmoleculen zitten vast aan het eiwit adenosine.
In de cel zweven ook lossen fosfaatmoleculen. Zodra er energie ontstaat, kan een derde
fosfaatmolecuul aan ADP binden. Dan heet het adenosinetrifosfaat (ATP): is een
energiepakketje
Tegelijk met het fosfaatmolecuul wordt energie opgeslagen. Die derde fosfaatbinding noem
je energierijke binding.
ADP is nu opgeladen.
ATP bewaart de energie
ADP + P + energie = ATP
Als er weer energie nodig is, wordt het derde fosfaatmolecuul losgekoppeld en komt de
opgeslagen energie vrij.
Enzymen: reactieversnellers.
Het zijn altijd eiwitten.
Worden door het lichaam zelf gemaakt in de cel.
Kunnen biochemische reacties razendsnel laten verlopen.
Zijn reactie specifiek: voor elk soort reactie bestaat een eigen enzym.
Zijn temperatuur specifiek: elk enzym werkt het beste bij een bepaalde temperatuur. Dit
heet de optimumtemperatuur. Bij een lagere temperatuur werkt het enzym langzamer. Bij
een te hoge temperatuur wordt de moleculaire structuur onherstelbaar beschadigd. Voor de
meeste enzymen ligt de optimumtemperatuur rond de 37 ᵒ c.
Zijn zuurgraad specifiek: ze hebben een optimale werking bij een bepaalde zuurgraad (ph). In
een te zure of te basische omgeving, werkt het enzym trager of helemaal niet.
o Hoe hoger de pH hoe basischer het wordt.
Worden zelf niet verbruikt of chemisch veranderd bij de reacties die ze beïnvloeden. Ze
kunnen dus steeds weer ingezet worden.
Hebben meestal een co-enzym nodig. Dit is een stof die meehelpt de reactie goed te laten
verlopen. Dit kan een metaal zijn, zoals zink, koper, magnesium of ijzer of een klein organisch
molecuul, zoals vitaminen B₁ en B₂.
Worden meestal genoemd naar de stof die ze splitsen of naar de reactie die ze beïnvloeden.
Heeft vaak als uitgang -ase.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper jvpeper. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,59. Je zit daarna nergens aan vast.