Dit is een hele duidelijke samenvatting van het vak 2.4 Perceptie van de problemen 1 tot en met 6. Bij dit document zit ook een duidelijke samenvatting van alle belangrijke colleges.
Probleem 1
Licht; de stimulus voor visie
Visie is gebaseerd op zichtbaar licht wat energie is v/h elektromagnetische spectrum. Deze energie kan
beschreven worden m.b.v. golflengtes. Zichtbaar licht loopt van 400-700 nm. Je kan licht als golflengtes
of pakketjes fotonen beschrijven, waarbij 1 foton het kleinst mogelijke pakket is.
Oogafwijkingen
• Presbyopie
Accommodatie heeft limieten. De afstand waar de lens niet meer
kan focussen op objecten die dichtbij staan heet het near point. Hoe
ouder iemand wordt, hoe verder dit punt komt. Dit komt omdat de
lens harder wordt en de spieren zwakker.
• Myopie/nearsightedness (bijziendheid)
Het onvermogen om verre objecten scherp te zien. Het oog focust
parallelle lichtstralen vóór het netvlies waardoor het beeld wazig
wordt. Dit kan komen doordat:
1. Cornea en de lens buigen het licht te ver, genaamd
refractieve myopie.
2. De oogbal is te lang, genaamd axiale myopie.
Dit kan worden opgelost op verschillende manieren:
1. De stimulus dichterbij brengen, het focuspunt komt dan
namelijk weer op het netvlies te liggen. De afstand waar het
lichtpunt focust op het netvlies noem je far point.
2. Bril of lenzen dragen.
3. Laserbehandeling (LASIK) waarbij de cornea vervormd
wordt.
• Hypermetropie/farsightedness (verziendheid)
Ze zien verre objecten scherp, maar dichtbije objecten niet. Het focuspunt voor parallelle lichtstralen
ligt achter het netvlies, vaak omdat de oogbal te kort is.
• Er is vaak veel accommodatie nodig waardoor men last kan krijgen van vermoeide ogen en
hoofdpijn (vooral bij ouderen).
• Maculaire degeneratie
Verwoest de kegelrijke fovea en een klein gebied eromheen, dit zorgt voor een ‘blind spot’. Als iemand
dus direct ergens naar kijkt verliest diegene zijn visie. Vaak bij ouderen.
• Retinitis pigmentosa
Degeneratie van het netvlies wat doorgegeven kan worden i/d familie. De perifere staafreceptoren
worden aangevallen waardoor visie i/h perifere visuele veld verslechtert. In erge gevallen worden de
kegels ook aangevallen waardoor iemand blind raakt.
• Staaf monochromaten
Mensen geboren zonder kegels door een genetisch defect.
• Detached netvlies
Zodra het netvlies loslaat van een laag genaamd pigment epitebelium (bevat enzymen noodzakelijk
voor regeneratie). Zodra de visuele pigment moleculen gebleekt zijn kunnen de retinal en opsin niet
meer met elkaar verbonden worden waardoor iemand blind raak op dat deel v/h netvlies. De
pigmenten kunnen niet regenereren, dit kan komen door verwondingen aan het oog of het hoofd.
,Visie en transductie
Een scherpe afbeelding op het netvlies is essentieel, we zien de afbeelding op het netvlies echter niet.
De afbeelding zien we pas zodra de elektrische signalen v/h netvlies het brein hebben bereikt.
Daarvoor moet licht dus worden omgezet naar elektriciteit, transductie.
• Dit wordt uitgevoerd door fotoreceptoren, de staafjes en kegels.
• Het belangrijkste deel v/h staafje is het buitenste segment aangezien hier licht tot elektriciteit
wordt omgezet. Die segmenten bestaan uit stapels van schijven, die weer uit duizenden visueel
pigment moleculen bestaan.
• Zo’n visueel pigment molecuul is een lange proteïne ketting genaamd opsin. Elk molecuul
bevat daarbij één retinal molecuul, deze is cruciaal aangezien deze sensitief is voor licht.
Transductie gaat van start zodra het retinal één foton absorbeert. Zodra de foton het retinal bereikt
veranderd de vorm, zodat het retinal uit de opsin steekt.
• Dit proces triggert de transformatie van licht naar energie i/d receptoren en heet isomerisatie.
De receptoren
Het netvlies bevat de receptoren voor visie, Deze bevatten de visueel pigment moleculen die op licht
reageren en elektrische signalen vormen. Deze signalen gaan door het neuronennetwerk van het
netvlies naar het brein. Er zijn twee visuele receptoren:
1. Kegels
2. Staafjes
De staafjes en kegels wisselen elkaar af i/h netvlies. Het aantal staafjes/kegel verschilt echter per
locatie op het netvlies.
• Fovea: Bevat alleen kegels. Als je direct naar een voorwerp kijkt valt de afbeelding hiervan
direct op de fovea. Bevat echter maar 1% van alle kegels i/h netvlies aangezien de fovea erg
klein is.
• Perifere netvlies: Alles v/h netvlies behalve de fovea, bevat staafjes én kegels.
• Er zijn meer staafjes (120 miljoen) dan kegels (6 miljoen) i/h perifere netvlies.
In onderstaande afbeelding zie je de verdeling v/d staafjes en kegels op het netvlies. Bij het bruine
streepje zijn geen receptoren (de blind spot) aangezien de optische zenuw hier het oog verlaat. Deze
spot zit i/d zijkant van onze visie wat meestal toch niet scherp is dus is het moeilijk te detecteren.
Daarbij vult het brein deze plek vaak ook aan kijkend naar de omgeving.
,Hecht’s psychofysische experiment.
Hij keek hoeveel visuele pigment moleculen geïsomeriseerd moesten zijn voordat een persoon kan
zien. Hij had twee conclusies:
1. Een persoon kan licht zien zodra zeven staaf receptoren tegelijk geactiveerd zijn.
2. Een staaf receptor kan geactiveerd worden door de isomerisatie van één visueel pigment
molecuul.
Hoe kan de isomerisatie van één visueel pigment molecuul de
gehele receptor activeren? Het bleek zo te zijn dat de isomerisatie
zorgt voor duizenden andere chemische reacties.
• Enzyme cascade: De volgorde van reacties die in gang zijn
gezet door het visueel pigment molecuul. De isomerisatie
van één visueel pigment molecuul kan door de chemische
reacties het gehele staafje receptor activeren. De volgorde
van reacties die getriggerd worden door de geactiveerde
visuele pigment molecuul.
Donkeraanpassing van de staafjes en kegels
• Het proces waarbij de sensitiviteit van het oog i/h donker groter wordt.
De donkeraanpassingscurve geeft aan hoe visuele sensitiviteit veranderd i/h donker. Je kan hier zijn
dat deze in twee fases toeneemt. I/d initiële snelle fase, de eerste 3-4 minuten, neemt de sensitiviteit
sterk toe. I/d latere fase zwakt de snelheid af tot 7-10 minuten en neemt dan tot de 20-30 minuten
weer toe. Je visie gaat van kegelvisie naar staafvisie.
• Dark-adapted sensitivity: Aan het eind v/d curve is ongeveer 100.000 keer groter dan het
begin.
Zodra het licht uitgaat gaat de sensitiviteit van kegels en staafjes beiden omhoog. Onze visie wordt
echter bepaald door de op dat moment meest sensitieve receptor, dus de kegels i/h begin. Na 3-5
minuten zijn de kegels klaar met aanpassen en na 7 minuten is de sensitiviteit v/d staafjes groter dan
de kegels. Bij het punt van staaf-kegel pauze nemen de staafjes de visie over.
Meten van kegel adaptie
Door het licht alleen op de fovea te laten vallen en het licht niet groter dan de fovea te maken. Dit is
handig omdat de fovea alleen kegels bevat. De kegels zijn aan het begin sensitieve voor licht waardoor
ze het begin v/d curve bepalen.
Meten van staaf adaptie
Het meten van mensen met staaf monochromaten. Staafjes hebben een lagere sensitiviteit voor licht,
maar hun sensitiviteit blijft ongeveer stijgen tot 25 minuten na het donker worden. Details moeten
groter worden om ze nog te zien.
Visuele pigmentregeneratie
Zodra licht op het retinal valt en de transductie dus begint verwijdert het retinal zich v/d opsin. Dit
zorgt ervoor dat het netvlies van kleur veranderd, ook wel visuele pigment bleking. Er vind een proces
van visuele pigment regeneratie plaats waarbij de retinal en opsin elkaar weer terugvinden.
• Er zullen bij normaal licht altijd intacte en gebleekte visuele pigment moleculen zijn. Als je
echter voor langere tijd uit het licht blijft zal je dus voornamelijk intacte visuele pigmenten
moleculen hebben, de rode kleur v/h netvlies komt dan terug.
Staafjes hebben ongeveer 30 minuten nodig voor regeneratie en kegels slechts 6 minuten. Dit zorgt
ervoor dat staafjes pas na 20-30 minuten hun maximale sensitiviteit hebben behaalt.
1. Onze sensitiviteit tot licht hangt af v/d concentratie van een chemische stof, het visuele
pigment.
2. De snelheid waarop onze sensitiviteit i/h donker zich aanpast hangt af van een chemische
reactie, de regeneratie v/d visuele pigmenten.
, Spectrale gevoeligheid van kegels en staafjes
Iemands gevoeligheid tot licht bij elke golflengte v/h zichtbare
spectrum. Staafjes zijn gevoeliger voor korte golflengtes dan kegels. Om
dit te testen kijk je naar monochromatisch licht, deze bevat maar één
golflengte.
• De drempel voor het zien van licht is het laagst i/h midden v/h
spectrum. Er is dus minder licht nodig om de golflengtes i/h
midden te zien vergeleken met de langere en kortere
golflengtes.
Je kan deze drempel omzetten naar sensitiviteit, dan krijg je de
spectrale sensitiviteit curve.
• Staafjes zijn sensitiever voor korte golflengtes. De staafjes zijn
het meest sensitief voor licht bij 500 nm en de kegels bij 560
nm.
• Purkinje shift: Verandering v/d kegel visie naar staafjes visie
waardoor de perceptie van korte golflengtes verhoogt tijdens
donkeraanpassing. Dit betekent dus dat je de blauwe kleuren
dan intenser ziet.
Het verschil i/d spectrale sensitiviteitscurve komt door de verschillen
v/h absorptie spectrum v/d kegels en staafjes. Een absorptie spectrum
laat de hoeveelheid geabsorbeerd licht zien tegenover de golflengte v/h
licht.
- Staafjes: Absorberen het best bij 500 nm.
- Kegels: Hier zijn drie absorptie spectra voor omdat er
drie verschillende kegel pigmenten zijn. De korte is het
beste bij 419 nm, medium bij 531 nm, en lang bij 558
nm.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lucaanthonisse. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.