Samenvatting van de hoorcolleges groepsdynamica, hierin worden de boeken: inleiding groepsdynamica en Sociale psychologie. Inzicht in sociale relaties (behalve hoofdstuk 6 en 8) besproken.
Hoorcolleges groepsdynamica
Hoorcollege 1: introductie sociale psychologie en groepsdynamica
Sociale psychologie gaat simpel gezegd in de kern over: sociale beïnvloeding.
Groepsdynamica gaat simpel gezegd in de kern over: gedrag van mensen in kleine
groepen.
De formule B f(P,S) hoort bij de: veldtheorie
Wat is sociale psychologie?
De wetenschap die zich richt op de manier waarop gevoelens, gedachten en gedragingen
worden beïnvloed door de werkelijke dan wel voorgestelde (het idee hebben van de)
aanwezigheid van anderen.
Belangrijkste begrippen:
- Invloed
- De ander
Sociale psychologie richt zich dus op invloed en anderen. De sociale psychologie bestudeerd
dus sociale beïnvloeding.
Sociale beïnvloeding: 3 invalshoeken
- Intra- persoonlijke perspectief (alles wat in een individu huist) bijvoorbeeld
opvattingen, ideeën, belevingen en gevoelens.
- Inter- persoonlijke perspectief (wat gebeurt er tussen mensen)
- Perspectief van de groepsprocessen (wat gebeurt er binnen een groep) bijvoorbeeld
groepsdruk
Wat is groepsdynamica?
Groep: twee of meer interdependentie (onderling afhankelijke) individuen die elkaar
beïnvloeden door middel van interactie in bijvoorbeeld een gezin, een liefdesrelatie.
Dynamica: leer van de bewegingsverschijnselen, iets is in beweging. Dynamiek, beweging,
verandering
Groepsdynamica: de studie van gedrag van mensen in kleine groepen. (Tot 20/30 mensen)
groepen hierboven zijn eigenlijk meer massa’s
Ideale groepsgrootte: ongeveer 6 of 7 mensen.
Kurt Lewin: veldtheorie
Veldtheorie: B (gedrag): (P x S)
Gedrag/behaviour (B) is de uitkomst van een combinatie van persoonskenmerken (P) en de
situatiekenmerken (S)
P x S= gedrag (B)
In 3 van de 4 gevallen zijn de situationele kenmerken bepalend voor hoe je je gedraagt.
Kurt Lewin definitie groepsdynamica: ‘groepsdynamica is de manier waarop individuen en
groepen reageren op veranderende omstandigheden’.
Verband tussen sociale psychologie en groepsdynamica: groepsdynamica is een
onderdeel van de sociale psychologie. Sociale psychologie zal de hele tijd het
achtergrondplaatje zijn van ons denken, ons kijken, ons analyseren en groepsdynamica
wordt steeds specifieker de concrete vorm van hoe we nou gaan kijken.
,Waarom zijn wij niet allemaal eenlingen? men
Drie redenen voor de neiging tot affectie:
- Behoefte aan sociale vergelijking. De mens is een vergelijkend wezen, we zijn
continu met elkaar aan het vergelijken. We krijgen de hele tijd feedback van anderen
- Behoefte om angst te vermijden
- Behoefte aan informatie
Waarom vormen mensen groepen?
- Evolutionaire/biologische verklaring (het groepsbestaan betekende vroeger
bescherming. In je eentje was je vroeger veel zwakker dan in een groep. Je
overlevingskansen namen toe wanneer je in een groep zat. Voortplanting was ook
niet mogelijk als je in je eentje was. In een groep had je grotere overlevingskansen.)
- Psychologische verklaring (zie ook Vonk, 2013) (de need to belong; de neiging om
ergens bij te horen. De pijn van ergens niet bij horen is net zo groot als bv. Een klap
in het gezicht) men wil niet ergens buitengesloten worden. We hebben de behoefte
om ons aan te sluiten bij een groep.
- Cognitieve verklaring (er zijn vaak verstandige redenen te bedenken waarom we iets
in een groep kunnen doen dan in ons eentje. ‘Vele handen maken licht werk’.
Rationele redenen om een groep te vormen. In een groep krijgen we meer voor
elkaar dan in ons eentje).
Wat kenmerkt een groep?
- Interactie. Regelmatige interactie, dit kan fysiek zijn, maar ook online
- Identiteit. Mensen in de groep moeten het besef en de beleving hebben dat ze een
groep zijn. Het besef dat men een groep vormt
- Gemeenschappelijke doelen. Er wordt aan gemeenschappelijke doelen gewerkt.
Bijvoorbeeld een projectgroep, iedereen wil het project halen. Een vriendengroep:
samen leuke dingen doen, elkaar helpen. Doelen kunnen wel degelijk verschillen.
Mensen kunnen verschillende doelen hebben in een groep.
- Afhankelijkheid. Onderling afhankelijk zijn van elkaar. Wanneer iemand er minder bij
is in een groep dan heeft dit invloed op de rest van de groep.
Naarmate deze vier kenmerken sterker aanwezig zijn, dan mogen we ook sterker van een
groep spreken.
Zes fasen van de groepsontwikkelingstheorie:
- Voorfase: voorbereiding van degene die de groep gaat maken. Dus er wordt
bijvoorbeeld beslist hoe groot de groep is, wat voor groep het is etc. de groep is nog
niet gevormd en nog nooit bij elkaar geweest.
- Oriëntatiefase: de eerste fase waarin in een groep voor het eerst bij elkaar komt. Dit
kan bijvoorbeeld ook virtueel via bijvoorbeeld Skype. In deze fase zijn de groepsleden
vooral de kat uit de boom aan het kijken. Men wil vooral niet te opvallend zijn zodat
men niet buiten de boot zal vallen.
- Machtsfase/ conflictfase: de tweede fase waarin we echt bij elkaar zijn. De eerste
invloeden ontstaan. De eerste kritische opmerkingen worden gemaakt over een
onderwerp. De eerste discussie met bijvoorbeeld een docent of groepsleider.
Onderlinge uitwisseling van perspectieven tussen de personen. Mensen durven zich
wat meer te laten zien en gaan wat meer invloed uitoefenen. De groep begint wat in
beweging te komen.
- Affectiefase/ stabilisatiefase: derde fase waarin we echt bij elkaar zijn. In deze fase
staat het ‘hoe’ centraal. Hoe willen we met elkaar omgaan? Mag er humor bij zijn?
Gaan we naast de groep ook privé met elkaar om? Hoe privé of niet gaan we met
elkaar om.
, - Autonome fase/ prestatiefase: de volwassen fase. De groep is helemaal volwassen
en kan helemaal zelfstandig/ autonoom aan de slag. Wat als er een nieuw lid bijkomt
of weggaat in deze fase? Dat vraagt om aanpassing, de groep moet misschien wel
opnieuw kalibreren. De groep kan bijvoorbeeld ook terugvallen in een vorige fase.
- Afsluitingsfase: In deze fase komen heel veel groepen tot hun einde/ ze sluiten/
ronden de samenwerking af. Evalueren op de taken of opdrachten. In een gezin is
eigenlijk geen afsluitingsfase, maar wellicht wel een deel wanneer bijvoorbeeld
ouders overlijden of kinderen uit huis gaan. De groep blijft wel bestaan en dus
onveranderd. De interactie tussen de leden wordt anders, maar het bestaan van het
gezin blijft onveranderd. Het gezin komt niet ten einde.
De fasen lopen niet altijd perfect volgens het boekje in de praktijk.
Groepsontwikkeling: vervolg:
- Voorfase --> formuleren doelstelling, et cetera
- Oriëntatiefase --> groep afhankelijk (inclusie)
- Machtsfase --> strijd om invloed (controle)
- Affectiefase --> onderlinge verhoudingen (cohesie)
- Autonome fase --> volledige rijping (zichzelf kunnen zijn)
- Afsluitingsfase --> afsluiting en afscheid
Investment-model: probeert een antwoord te vinden op de vraag: ‘hoe kan het dat mannen,
maar ook vrouwen in een liefdesrelatie blijven met huiselijk geweld?’:
Welke sociale factoren weerhouden mannen en vrouwen ervan om in een relatie met
huiselijk geweld te blijven?
Dit model probeert daar antwoord op te geven.
Wij voelen met onze liefde een mate van verbondenheid, deze zal uiteindelijk bepalen of we
bij elkaar blijven of niet.
Drie sociale factoren beïnvloeden het niveau van verbondenheid met onze geliefden en deze
zouden dan een voorspelling kunnen geven of men blijft of weggaat.
De drie factoren:
- Satisfaction level/ tevredenheidsniveau: Onze algehele tevredenheid met onze
geliefde. Allemaal kenmerken die los van het geweld wel iets kunnen zeggen over
hoe tevreden je met je liefde bent.
- Quality of alternatives: Hoeveel beschikbare kwalitatieve alternatieven zijn er voor je
geliefde. Heb je veel sociale contacten, bv een baan etc. om je geliefde te kunnen
vervangen.
- Investment size: Wat heb je al geïnvesteerd in je relatie. Ben je al lang in je relatie en
heb je dus al veel geïnvesteerd in je relatie, of niet.
Deze drie factoren vormen je commitment level en
bepalen dus of je bij je relatie zal blijven of weg zal gaan.
Eerste tentamenvraag: wat is de beste definitie van de
sociale psychologie/groepsdynamica?
Tentamenvraag: delen van het groepsontwikkelingsmodel koppelen aan de stijlen
leidinggeven.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ja901. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,39. Je zit daarna nergens aan vast.