M Europees strafrecht (blok 2)
Terrorisme
Week 1
Overzicht
1. Introductie en internationaalrechtelijke regimes terrorisme.
2. Definities
o Hierover is een discussie die speelt op internationaal gebied
3. Historische ontwikkeling.
o De 3 belangrijkste periodes die worden onderscheiden in de literatuur
qua terrorismebestrijding op Europees en internationaal verband en wat
er in die periodes is gebeurd
4. Terrorisme in EU-strafrecht in brede zin.
Internationaalrechtelijke regimes terrorisme
EU-strafrecht
o Zowel materieel als procedureel
Internationale strafrechtelijke samenwerking: RvE-verdragen
o Dan hebben we het over uitlevering, uitlevering, strafvervolging,
strafexecutie. Daar zie je verdagen vanuit de Raad van Europa die
hierin een belangrijke rol spelen en later ook het EU-strafrecht.
Internationale strafrechtelijke samenwerking: VN-verdragen transnationale
(grensoverschrijdende) misdrijven.
o Denk bijvoorbeeld aan het verdrag over grensoverschrijdende
georganiseerde misdaad. Daar valt terrorisme duidelijk ook onder. Veel
terrorisme heeft een grensoverschrijdend aspect en dan kan het ook
onder dat soort verdragen vallen. En die hebben dan bepaalde
verplichtingen, denk bijvoorbeeld aan de verplichting op het moment
dat er een verdenking is van terrorisme, dan moet je of zelf vervolgen of
uitleveren. Dat soort verplichtingen zie je in dat soort verdragen
terugkomen. Ook voor klein rechtshulp zie je in het VN-verdrag over
transnationale georganiseerde misdaad verplichtingen staan op dat
gebied, dus ook al voordat de EU daar van alles mee deed, zag je hier
al het een en ander over in VN verband, en daar is terrorisme een
voorbeeld van.
Internationaal strafrecht (tribunalen: ICC).
o Dat is een heel apart onderwerp. Hier hebben we het nog niet over
gehad in de studie. Dat gaat over het Internationaal Strafhof onder
meer. Je hebt ook nog andere tribunalen van oudsher. Die zien op de
crimes of crimes. De grootste en allerergste internationale misdrijven
die je kunt bedenken. Denk aan genocide en oorlogsmisdrijven, dus
misdrijven tegen de menselijkheid. Terrorisme kan hier ook onder
, vallen, maar het hangt er een beetje vanaf wat voor terrorisme precies.
Mogelijk is er dus een taak voor het Internationaal Strafhof. MAAR: het
Internationaal Strafhof komt eigenlijk pas in beeld op het moment dat
nationale staten niet kunnen of niet willen vervolgen. Dus een
subsidiaire rol. Je mag hopen dat dat niet zo snel in Nederland zal
gebeuren, dat men niet wil vervolgen of niet de capaciteit heeft om te
vervolgen. Maar tegelijkertijd is het niet ondenkbaar dat dat een keer
gebeurt, dus dan kan er een rol zijn voor het Internationaal Strafhof.
o Het tribunaal van Libanon heeft zich al eens beziggehouden met
terrorisme en gepoogd daar een definitie van te geven.
o In Nederland hebben wij de Wet Internationale Misdrijven. Daar staat
de Nederlandse manier van omgaan en definities over internationale
misdrijven. Dus: genocide, misdrijven tegen de menselijkheid en
oorlogsmisdrijven. En die kunnen dan onder voorwaarden specifiek
onder de wet internationale misdrijven worden vervolgd. Op dat soort
delicten staan logischerwijs hogere straffen dan in het commune
strafrecht. Dat kan eventueel een rol spelen bij terrorisme.
Internationaal humanitair recht (oorlogsrecht).
o Dat is voor een belangrijk deel in het internationaal strafrecht te vinden,
is daarin opgenomen. De ernstigste schendingen van het humanitair
recht (oorlogsrecht), die zijn ook strafbaar gesteld voor de
internationale tribunalen. Maar dat internationaal humanitair recht is
opgekomen als manier om te zorgen: als er oorlog is, moeten alle
partijen zich aan deze normen houden. Daar kan een link met
terrorisme zijn, omdat sommige terroristische acties in een
oorlogssituaties gebeuren, en dan spelen dit soort normen ook een rol.
Europese en internationale mensenrechten.
o Spelen een belangrijke rol bij terrorisme. Wij focussen ons voornamelijk
op het EVRM. Hebben we het over EU-strafrecht, dan natuurlijk ook op
het EU-handvest. Maar ook het internationale verdrag inzake politieke
en burgerlijke rechten bijvoorbeeld.
EU-administratief recht (bevriezen tegoeden, Kadi).
o Het hele sanctiesysteem. Je kunt organisatie en individuen die
bestempeld zijn als terroristisch, vanuit het internationale recht kunnen
die sancties opgelegd krijgen. Dat is met name dat je niet meer bij je
banktegoed kan. Dit soort sancties zorgen ervoor dat je niet meer tot je
banktegoeden kunt komen. Dit zorgt voor een hoop discussies. Dit is
niet alleen EU-recht, maar komt ook vanuit de VS (gebied waar hier
veel kritiek op is geweest). Is niet direct strafrecht, maar wel iets
repressiefs.
Internationaal recht staatsaansprakelijkheid en ICJ
o Gaat over de aansprakelijkheid van staten over gedragingen vanuit de
staat. Je ziet daar een rol voor het internationale gerechtshof. Een zaak
, kan tussen 2 staten plaatsvinden, en dan wordt er nagegaan of een
staat aansprakelijk is voor bepaalde acties. Terrorisme speelt hier een
rol, want materieel strafrechtelijke wetgeving over terrorisme richt zich
op groepen mensen die terrorisme plegen (gericht tegen de staat of
dominante groepen). Maar in een oorlogssituatie, waarbij een dictator
aan de macht is, daar zie je dat terroristische groepen hard worden
aangepakt, maar de staatsautoriteiten zijn soms zelf veel erger bezig
(als je het zou vergelijken met aantal doden), maar die worden dan niet
aangepakt, omdat veel definities van terrorisme zich niet op
staatoptreden zelf richten, en het is natuurlijk ook heel lastig om te
vervolgen. Daarvoor heb je in ieder geval dat bredere internationale
recht over staataansprakelijkheid, maar hoe effectief is het
daadwerkelijk? Dat is natuurlijk de grote vraag.
Er zijn veel regimes, dat is het belangrijkste punt hier. Het is wat ingewikkeld, het
overlapt elkaar ook. Maar het is goed om te weten wat er allemaal bestaat.
Wat interessant is aan het humanitair recht/oorlogsrecht: in Europa zie je dat de
terrorismebestrijding heel erg gericht is op strafrecht, ook wel breder: administratief
echt en allerlei preventiemechanismen. Maar het is iets anders dan in de VS, waarbij
je na 9/11 heel erg zag dat ze de war on terror hebben uitgevoerd. Dat is de oorlog
tegen terrorisme. Ze hebben hier veel gebruik gemaakt van militair rechtelijke
middelen, van oorlogsrechtelijke middelen in hun strijd tegen terrorisme. En dat is
iets heel anders als wat we in EU-landen hebben gedaan. Er is veel kritiek geweest
op de VS, dat mensen voor militaire rechtbanken worden berecht met minder
waarborgen voor de mensen, of überhaupt helemaal niet worden berecht en moeten
blijven zitten. Ook vraagstukken over het al dan niet toegestaan zijn van
onmenselijke behandelingen, die kwamen in de VS naar voren. Vanuit de overheid
werd geprobeerd om juristen in te zetten om de beargumenteren dat marteling soms
wel was toegestaan, want mensenrechtelijk gezien niet zo is. Dus de hele militaire
aanpak in de VS heeft tot een hoop kritiek geleid. Die hebben we in Europa niet als
zodanig gebruikt. Dat wil niet zeggen dat er in Europa geen kritiek is over
terrorismebestrijding, maar die is van een andere orde. Overigens is ook belangrijk
om te benoemen dat veel EU-landen hebben samenwerkt met de VS en hun
vergaande manier van terrorismebestrijding.
Mensenrechten
Een hoop mensenrechten die een rol kunnen spelen bij terrorismebestrijding. We
zien dat daar veel interessante en belangrijke discussies over zijn
Artikel 2 EVRM
o Het recht op leven. Hier zou je misschien kunnen zeggen: op het
moment dat jij de positieve verplichting hebt om het recht op leveren te
garanderen (daaronder valt ook de positieve verplichting om misdaden
zoals moord en doodslag effectief te vervolgen en te bestraffen), dan
, heeft dat direct consequenties voor het type terrorisme waar doden bij
vallen of mogelijk kunnen vallen.
o Tegelijkertijd is de vraag als je het hebt over de voorbereidingsdelicten,
training, werving voor terrorisme, opruiing tot terrorisme: hierover kun je
indirect zeggen dat de bescherming van het recht op leven vereist dat
er nog een heleboel voorbereidende misdrijven ook worden strafbaar
gesteld en effectief vervolgd om uiteindelijk het recht op leven te
beschermen.
o De rest van de artikelen zit meer in de sfeer van de negatieve
verplichtingen! Artikel 2 dus positief!
Artikel 3 EVRM
o De relatie met terrorisme is hier: verbod van foltering. Helaas komt dit
voor in liberale democratieën en dit is een heel belangrijk recht, omdat
juist bij terrorisme de neiging heel groot zal zijn om net wat te ver te
gaan in bijvoorbeeld verhoren. Het zaait zo’n ontzettende angst, het
maakt mensen bang en boos en autoriteiten willen zo snel mogelijk
laten zien dat ze iets doen. Daarom is het absolute recht van art. 3 zo
belangrijk om dat te voorkomen. Het houdt ook in dat je niet mag
dreigen met foltering, wat we in jurisprudentie terugzien. Dus je mag er
niet mee dreigen en je mag het niet doen. In de VS werd door de CIA
veel te hard ondervraagd en daar heeft het EHRM geconstateerd dat er
een schending was van dit artikel.
Artikel 5 EVRM
o Het recht op vrijheid onder meer. Dat betekent dat je niet zomaar
iemand preventief mag vastzetten. Je moet duidelijke redenen en een
duidelijke grondslag hebben om mensen vast te kunnen zetten en niet
zomaar preventief. Daar zie je ook dat in Nederland deze discussie is
geweest: als uitreizigers terugkomen in Nederland, moeten we hen dan
niet standaard vastzetten? Dus los van het strafrecht iemand in
preventieve detentie zetten, ter bescherming van de maatschappij. Dat
was een voorstel van wat politieke partijen, maar dit is uiteindelijk niet
doorgegaan. Het is ook niet nodig, omdat er al een strafrechtelijke
grondslag is: terugkeerders kun je in VH zetten.
Artikel 6 EVRM.
o Eerlijk proces. Op allerlei manieren is dat van belang. Denk aan het
gebruik van geheime informatie waar je jezelf niet tegen kunt
verdedigen (denk aan Kadi zaak = bevriezing van tegoeden). In
Nederland is de discussie over informatie van de inlichtingendiensten
en wanneer je die in het strafproces mag gebruiken. Daar is een
speciale regeling over gemaakt, ook als gevolg van 9/11.
o Een interessante is de interactie tussen inlichtingendiensten en
veiligheidsdiensten met politie en justitie. Dat zijn in Nederland
verschillende organisaties die bewust gescheiden zijn van elkaar, want