100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Pim S1.2 €5,89   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Pim S1.2

1 beoordeling
 40 keer bekeken  4 keer verkocht

Samenvatting Pim S1 BLOK 2. Bevat de hoofdstukken 1,2, 7, 7, 15, 16, 17. Alles wat je nodig hebt voor het behalen van het tentamen

Voorbeeld 3 van de 19  pagina's

  • Nee
  • H1,2, 7, 8 , 15, 16, 17
  • 12 januari 2022
  • 19
  • 2021/2022
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (3)

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: thymenvanholland • 5 maanden geleden

avatar-seller
zothielens
Management accounting
Hoofdstuk 1
Management accounting houdt zich bezig met (vooral financiële) informatieverschaffing aan de
ondernemingsleiding ten behoeve van het nemen van beslissingen en het beheersen van
bedrijfsprocessen.
 betreft interne informatieverschaffing

Externe informatieverschaffing: de financiële verslaggeving gericht op de oordeelsvorming van
derden ten aanzien van de organisatie.
 Ookwel financial accounting genoemd.

Overeenkomst management accounting en financial accounting: beide verschaffen financiële
informatie:

De verschillen:
1. Toegang tot informatie en regelgeving
De ondernemingsleiding heeft toegang tot alle informatie. Om voor alle in de onderneming
geïnteresseerden een minimumhoeveelheid aan informatie te garanderen, is er de
publicatieplicht.

Publicatieplicht geldt voor rechtspersonen:
Voor beursgenoteerde ondernemingen geld dat ze moeten voldoen aan de IFRS.
Aan de publicatieplicht wordt voldaan door het deponeren van een jaarverslag bij het
handelsregister.

Het jaarverslag bestaat uit:
Jaarrekening (balans, resultatenrekening, toelichting op beide)
Directieverslag
Overige gegevens (waaronder de accountantsverklaring)

Op de interne verslaggeving zijn geen wettelijke regels van toepassing.

2. Frequentie en snelheid van informatieverschaffing
Intern vindt er doorlopend informatieverschaffing plaats. Extern is de frequentie van
berichtgeving veel minder groot.
 Het publiceren van het jaarverslag (voor veel onderneming)

Interne informatie is voor de leiding sneller beschikbaar dan externe informatie voor externe
belanghebbenden.

Beursgenoteerden ondernemingen moeten binnen 4 maanden na afloop van het boekjaar een
jaarrekening openbaar maken, andere ondernemingen hebben 7 maanden de tijd.

3. Neiging tot creative accounting
Creative accounting: het op kunstmatige wijze verfraaien van de balans en de
resultatenrekening.
 Speelt bij externe verslaggeving.

Intern Extern
Toegang tot alle informatie Ja nee
Wettelijke voorschriften Nee Ja
Frequentie Vrijwel doorlopend Periodiek

, Detaillering Zeer gedetailleerd Meer globaal
Tijdstip van berichtgeving Vrij snel na einde periode Later
Mogelijke neiging tot Nee, althans niet op het Ja
‘creative accounting’ niveau van de centrale leiding


Relatie met andere vakgebieden:
1. Ondernemingsfinanciering
2. Statistiek; ondernemen gaat gepaard met onzekerheid. De ontwikkelingen in de ICT stellen
het management in staat om steeds grote hoeveelheden te analyseren.
3. Psychologie
Entrapmentverschijnsel: het voorzetten – door addtionele investeringen – van het eenmaal
begonnen (mislukte ) project.

Een andere gevoelsoverweging die bedrijfseconomische gedrag kan doorkruisen, is het hanteren
van andere doelstellingen dan winstmaximalisatie of het maximaliseren van de waarde van de
onderneming.

4. Organisatiekunde ; er moet coördinatie plaatsvinden tussen verschillende taakgebieden.
Hiervoor wordt meestal budgettering gebruikt. Budgettering kan ertoe leiden dat
medewerkers hun eigen belang of het belang van hun afdeling vooropstellen ten koste van
het belang van de onderneming als geheel.
De bedrijfsadministratie vormt de basis van (management) accounting.

Contingencybenadering: de standaardoplossing voor managementaccounting bestaat niet.

Factoren die invloed hebben op de problemen waarmee managementaccounting zicht bezighoudt:

1. Aard van de ondernemingsactiviteiten
 Er vindt waardecreatie plaats als de opbrengst van de outputs hoger is dan de betaalde
inkoopprijzen van de inputs.

We onderscheiden vier soorten ondernemingen aan de hand van inputs, transformatieproces en
ouputs:
Landbouw en extractie
Industrie
Handel
Dienstverlening

Indien er sprake is van verschillende soorten producten ontstaat er het probleem van indirecte
kosten: kosten die niet onmiddellijk zijn toe te rekenen aan een product.

2. Omgeving
Ondernemingen die opereren in een stabiele, voorspelbare markt, hoeven niet al te hoge eisen te
stellen aan accounting informatie. De meeste ondernemingen worden voortdurend
geconfronteerd met op hen of komende veranderingen. Deze veranderingen dwingen tot het
regelmatig aanpassen van het assortiment.

3. Afhankelijkheid tussen bedrijfsonderdelen
Verschillende afdelingen binnen de onderneming moeten met elkaar samen werken en hun
activiteiten op elkaar af te stemmen. De mate van benodigde afstemming wordt bepaald door de
wijze waarop de ene afdeling afhankelijk is van de andere.

, Gebundelde afhankelijkheid: de bedrijfseenheden kunnen hun gang gaan, zonder afhankelijk
te zijn van andere afdelingen. Voorwaarde is dat ze zo goed mogelijk proberen bij te dragen
aan de ondernemingsdoelstellingen.
Sequentiële afhankelijkheid: doet zich voor in ondernemingen waar het productieproces
bestaat uit achtereenvolgende bewerkingen. Dit vereist een zorgvuldige afstemming tussen
de verschillende activiteiten, omdat de output van de ene afdeling de input van de andere
afdeling is. Een storing in een afdeling leidt tot een knelpunt voor de totale onderneming.

4. Grootte van de onderneming
5. Ondernemingscultuur
Dit betreft de manier waarop de medewerkers met elkaar omgaan. Op het gebied van
management accounting is de gezagsverhouding belangrijk.

De controler is de functionaris die het meest nauw betrokken is bij de vraagstukken binnen het
vakgebied van management accounting.

Hoofdstuk 2

Kostprijs: de in geldtermen uitgedrukte waarde van de voor vervaardiging van dat product
opgeofferde waarde/productiemiddelen.
 Om de verkoopprijs te kunnen vaststellen moeten alle kosten in de kostprijs worden
opgenomen: de integrale kostprijs.

Bij de integrale kostprijs zijn alle kosten product costs.

Indien er geen voorraadmutatie is over een periode, heeft het al dan niet opnemen van een
kostenpost in de kostprijs invloed op de kostprijs maar niet op de winst. Is er wel een
voorraadmutatie heeft dit wel invloed op de winst.
 Bij een voorraadtoename is de winst hoger naarmate er meer kosten als product costs worde
beschouwd , omdat de aan de voorraad toename toegerekende kosten pas bij verkoop in een
volgende periode ten laste van het resultaat gebracht worden.

Indien door verspilling de werkelijke kosten hoger blijken te zijn dan de standaardkosten,
worden die verspillingen rechtstreeks ten laste van het resultaat gebracht in de periode dat ze
zich voordoen (period costs).

Bedrijfsdrukte: de omvang van de ondernemingsactiviteiten in een periode (de
productieomvang).

In geval van variabele kosten is het totale kostenbedrag afhankelijk van de bedrijfsdrukte.
In samenhang van bedrijfskosten wordt er onderscheid gemaakt in:
Proportioneel: variabele kosten nemen evenredig met de productie toe.
Progressief: variabele kosten nemen sterker toe dan de productie.
Degressief: variabele kosten nemen minder sterk toe dan de productie.
 De absolute bedragen nemen in alle gevallen toe.

Constante kosten: periodieke kostenbedragen; binnen zekere productiegrenzen; niet afhankelijk
van de bedrijfsdrukte.
Bij uitbreiding van de productiegrenzen zien we “trapsgewijs” verloop van de constante kosten.

Naijlen van de constante kosten: Als er sprake is van een afname van de bedrijfsdrukte doet zich
het verschijnsel voor dat vermindering van de constante kosten minder snel gaat dan de
toename.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper zothielens. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,89. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 76462 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€5,89  4x  verkocht
  • (1)
  Kopen