Ontwikkelingspsychologie
Pedagogie is de opvoeding in de praktijk, in zijn concreetheid. -
Pedagogiek is de wetenschap, de theorie over alles wat met opvoeding te maken heeft. Pedagogiek bestudeert het
pedagogisch handelen van mensen.
Plaats van pedagogiek tussen de sociale wetenschappen :
- Pedagogiek is een onderdeel van de sociale wetensschappen en is ontstaan op het einde van de 18e eeuw.Vroeger
werd er wel over nagedacht maar voorla theologie, filosofie en psychologie hielden zich bezig met de opvoeding.
- tegenwoordig is de pedagogiek heel erg aangewezen voor haar kennis op de psychologie en sociologie want dat
invloed rechtstreeks het denken en handelen in de pedagogiek. Maar pedagogen halen die kennis niet alleen bij
psychologie en sociologie, ze bestuderen ook de waarden en normen die bij het opvoeden gebruikt worden. Dus de
praktische gerichtheid en waarden en normenonderzoek onderscheiden de pedagogiek van de psychologie en
sociologie. pedagogiek wordt daarom ook integratieve normwetenschap genoemd
Deeldisciplines
- binnen de pedagogiek kan je een aantal deeldisciplines onderscheiden:
Onderwijspedagogiek of onderwijskunde : nagaan hoe in het onderwijs wordt opgevoed
Comparatieve pedagogiek of vergelijkende opvoedkunde: gaan kijken in andere landen hoe er daar
opgevoed wordt en daaruit zaken leren.
Historische pedagogiek of geschiedenis van de opvoeding: gaan kijken hoe in de loop van de geschiedenis
de opvoeding verandert is en ook hieruit zaken leren.
Orthopedagogiek: opvoedingssituaties waar er problemen kunnen voortdoen. Die problemen kunne gaan
over leerproblemen maar ook problemen om een kind met beperking op te voeden.
Sociale (ped)agogiek: gaat over volwassenen buiten de gezinse situatie en schoolse situatie. Het gaat over
hoe mensen gevormd worden, begeleid worden maar ook over kinderen, hoe jeugdbewegingen
georganiseerd zijn en wat er daar allemaal gebeurt.
Gezinspedagogiek: waar het gezin bestudeerd wordt als plaats waar er opgevoed wordt.
Fundamentele pedagogiek : theoretische studie over het opvoedingsconcept. Vragen die hier behandelt
worden zij bv: ‘wat is opvoeden’, ‘welke middelen worden gebruikt’, ’wat is het doel’,…
Korte historiek
- opvoedkunde was een onderdeel van filosofie en theologie.
- van 1900 ontstond de wetenschappelijke opvoedkunde
- 3 manieren opgetreden om te kijken naar kinderen:
Allereerst is er de positieve kijk op de manier waarop een kind op de wereld komt. Het kind is van nature
goed. We moeten hen daarom in de mogelijkheid stellen om ze te laten rijpen, om zich te ontwikkelen en
dat dit de taak is van de opvoeder.
De tweede hoofdlijn heeft een negatieve kijk op de pasgeborene. Er moet ingegrepen worden bij het kind
anders is er geen sprake van een menselijke ontwikkeling. Een kind wordt als het ware onbeschaafd
geboren en de opvoeding dient dan om cultuur bij te brengen en op te voeden tot een volwaardige burger.
De derde is een neutrale opvatting en ziet het pasgeboren kind als een onbeschreven blad. In principe kan
de opvoeder op dat blad schrijven wat hij of zij wil. Je kan het kind alles aanleren en afleren zolang je de
juiste omstandigheden creëert.
,Opvoeden
= “een bepaalde vorm van omgang tussen volwassenen en jeugdigen die erop gericht is steun en richting te geven
aan het proces van volwassenwording”
opvoeden gebeurt door volwassenen aan kinderen en jongeren. Kinderen kunnen elkaar niet opvoeden en
kinderen kunnen op hun beurt volwassenen niet opvoeden. Ook al worden de rollen soms omgedraaid, dan
nog is er geen sprake van opvoeden want opvoeden gebeurt met een bepaald doel voor ogen. kinderen
kunnen wel anderen beïnvloeden.
opvoeden is niet vrijblijvend : het is de recht van kinderen want het gaat over het geven van steun en
richting aan kinderen en jongeren die niet mag ontbreken.
Het transactioneel opvoedingsmodel
- Heersende huidige visie op opvoeding : het is een complexe wisselwerking tussen verschillende factoren
Kortom: er is een complexe wisselwerking tussen meerdere
ouder-, kind- en omgevingsfactoren.
Ouder/opvoeder : beleving ouderschap, kennis, vaardigheden,
eigen opvoedingsgeschiedenis
Omgeving : kinderopvang, speelmogelijkheden, buurtklimaat,
opvoedingssteun (op maat)
- We kunnen natuurlijk pas spreken van een opvoedingsproces
wanneer in een bepaalde situatie een volwassene een kind opvoedt.
-De opvoeding beschouwen als een complementair en circulair proces houdt in dat we erkennen dat het géén
eenrichtingsverkeer is van ouder naar kind, maar dat er interactie is tussen beide partijen.
- Het transactioneel opvoedingsmodel is een model dat aandacht heeft voor de interactie tussen opvoeder, kind en
omgeving. Opvoeder en kind interageren niet enkel met elkaar, maar ook met een derde belangrijke factor: de
omgeving ( de context ). Ook verschillen in omgevingsfactoren, zoals het land waar een kind opgroeit, de
gezinssamenstelling of de woonsituatie hebben een niet te onderschatten invloed op de opvoeding. Uit verschillende
onderzoeken komt naar voren dat de sociale context waarin mensen leven niet alleen van invloed is op de
ontwikkeling en het gedrag van kinderen, maar ook op de manier waarop ouders opvoeden. Hierbij kan gedacht
worden aan armoede, (weinig) sociale steun , in buurten.
4 kenmerken van de opvoeding
Opvoeding is opzettelijk of intentioneel: Wanneer je werkt aan een opvoeding, dan heb je bepaalde doelen
en idealen in het achterhoofd.
Opvoeding is universeel: . In alle culturen is het kind aangewezen op opvoeding. Er zijn natuurlijk culturele
verschillen in de waarden en normen waaraan men vindt dat kinderen na de opvoeding moeten voldoen.
Maar het is wel zo dat elke cultuur opvoedt om tot bepaalde normen en waarden te komen.
De opvoeder heeft verantwoordelijkheidszin: Aan de basis van elke opvoeding ligt het feit dat de opvoeder
zich verantwoordelijk voelt voor de opvoedeling.
, Opvoeding is waardegeladen: Opvoeders hebben de intentie om de opvoedeling op te voeden tot een
wezen met bepaalde waarden en normen. Opvoeden is nooit neutraal. De opvoeder heeft een beeld van de
opvoedeling als volwassene, met een bepaald waarden- en normenpatroon, en voedt dus daartoe op.
Opvoeding volgen Peter Adriaenssens
- Het is duidelijk dat Peter Adriaenssens opvoeden niet ziet als een kwestie van gezag of als een kwestie van dialoog,
maar als een evenwicht tussen gezag en dialoog.
Wat met gezag?
Gezag vs inspraak
Gezag = ‘te zeggen hebben over’
Inspraak = ‘gelegenheid om zijn mening of wensen kenbaar te maken, meespreken, niet mee beslissen’
Gezag= macht?
neen, het verschil tussen gezag en macht zit hem in het al dan niet hebben van de instemming van de ‘onderliggende
partij’. Bij gezag is er gezagsaanvaarding, bij macht niet.
Een tweede belangrijk kenmerk is ‘vertrouwen’, zowel bij gezag als bij gezagsaanvaarding. Wat betreft gezag,
vertrouwt de opvoeder erop dat:
Zijn keuze juist is
Kind in staat is om aan keuze te beantwoorden
Kind met hem eens zou zijn, mocht hij door zijn ogen kijken
Vertrouwen van kind in opvoeder (basis voor gevoel van veiligheid)
Doel van opvoeding volgens Peter Adriaenssens
- Waarden en vaardigheden aanleren zodat ze in staat zijn 4 grote opdrachten te vervullen in het leven:
1. Zich hechten en blijvende relaties opbouwen met anderen
2. Sociaal gedrag ontwikkelen (geen schade berokkenen aan zichzelf of anderen)
3. Deelnemen aan arbeidsproces (studeren, beroep leren, werken)
4. Waarden en vaardigheden doorgeven aan eigen kinderen
Opvoeden : de kapstok
Kapstok van iedere opvoeding:
Wat zijn de gedragsregels in het gezin?
Kiezen voor een opvoedingsmodel/opvoedingsstijl
Is er eensgezind ouderschap?
Kan het gezin de creativiteit benutten, erin geloven en taakverdeling uitwerken?
Zijn er rechtvaardige kansen voor iedereen?
Kan het gezin rekenen op steun en empathie?
Wat zijn gedragsregels in het gezin
Goede regels essentieel, ook ‘neen’ kunnen zeggen
Invulling is gezinsafhankelijk
Regels geven ruimte door de veiligheid die ze bieden
Blijft een regel altijd een goede regel? Neen:
- goede grenzen moeten aangepast zijn aan de leeftijd en de capaciteit van het kind.
- de controle door de ouders moet geleidelijk aan verminderen
naarmate het kind ouder wordt. Anderzijds moet het
verantwoordelijkheid van het kind toenemen.
Stopt niet echt aan 18 jaar:
, In ouder-kindrelatie moet altijd zorg en bezorgdheid blijven bestaan
Snijpunt in puberteit: controle door de ouders en zelfstandigheid van het kind kruisen elkaar
VALKUIL 1: ouders die alles onder controle willen houden
- Ontwikkeling van zelfstandigheid van kind = sterk verwaarloosd.
- Kunnen moeilijk initiatief nemen en voor alles raad en hulp
van ouder nodig.
- Best leren omgaan met regels en beginnende zelfstandigheid
vanaf 6 jaar.
VALKUIL 2: ouders die eindeloos praten en overleggen
Elke regel open ter discussie, dus geen regels meer, dus
onduidelijkheid en vaak onveiligheid
Hoe het best omgaan met afspraken en regels?
- Duidelijkheid: concrete taal, niet abstract betrekking, op gedrag en niet op houding
- Redelijkheid: afhankelijk van leeftijd en ontwikkelingsniveau
- Kort op de bal spelen: uitgelegd in de situatie waar ze van toepassing en opletten met aaneenrijgen van instructies
Samenvattend
- Grenzen zijn nodig om kinderen een veilig opvoedingsklimaat te bieden
- ‘Gulden snede’ van opvoeding: Structuur en duidelijke grenzen -> veiligheid -> vertrouwen -> zelfvertrouwen
Echte evolutie van controle door ouders vs. zelfstandigheid van kind
- Grenzen zijn flexibel en veranderen doorheen de tijd
- Geven veiligheid indien doorzichtig en duidelijk geformuleerd
Kiezen voor een opvoedingsmodel/stijl
- Diana Baumrind: 2 dimensies op continuüm:
Ontvankelijkheid: Mate waarin ouders op kind reageren met steun, warmte en acceptatie.
Warm ouders: affectie naar kind
Vijandig ouders: afwijzing van kind
Peter spreekt hier over nabijheid (afstand) of betrokkenheid
Belangrijk bij ontvankelijkheid zijn sensitiviteit en responsiviteit
Veeleisendheid: Mate waarin ouders proberen invloed op gedrag uit te oefenen
Streng ouders: neiging regels genadeloos maken en opleggen
Toegeeflijk ouders: geen regels
Peter spreekt hier over controle en loslaten
(Overbeschermend)
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Yassmina220011. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.