Faillissementsrecht
Faillissement Curator in het spel, ondernemer is de zeggenschap in de onderneming kwijt.
Surseance er komt een bewindvoerder die met de ondernemer gaat kijken naar een oplossing.
Faillietverklaring
Uitspraak tot faillissement gebeurt bij rechterlijke vonnis na verzoek van een of meer schuldeisers of
de schuldenaar zelf, art. 1 FW. Voorwaarde staan in art. 6-3 FW. Als een ander het aanvraagt geldt
art. 5 FW, verzoekschriften worden ingediend door een advocaat.
Surseance van betaling
De schuldenaar die voorziet dat hij met het betalen van zijn opeisbare schulden niet zal kunnen
voortgaan, kan surseance van betaling aanvragen, art. 214 FW. Voorlopige verlening, art. 215-2 FW.
Aanvang surseance is op de dag van de aanvraag, art. 217 FW.
Ondernemer kan gelijktijdig een aanvraag tot surseance doen als der er een schuldeiser een
faillissement heeft aangevraagd. Art. 218-6 FW, het verzoek van surseance gaat voor.
Aankondiging verzoek om surseance, art. 216 FW.
Bij surseance ben je onbevoegd voor enige daad van beheer of beschikking, tenzij een machtiging of
bijstand van de bewindvoerders, art. 228-1 FW.
Schuldsanering
Een natuurlijk persoon kan een verzoek doen tot toepassing schuldsaneringsregeling, art. 284 FW.
Gedurende 3 jaar werken met als vergoeding het bijstandsniveau, wat daar boven komt is voor de
bewindvoerder. (V.O.F, Eenmanszaak, Maatschap, kunnen ook natuurlijk persoon zijn)
Verzoek doen bij faillietverklaring, art. 3 jo. 284 FW. Een persoon in de schuldsanering wordt een
saniet genoemd.
Faillissement, echtgenoot
Een faillissement bij een persoon die gehuwd is in gemeenschap van goederen wordt gezien als een
faillissement van die gemeenschap, art. 22 FW en art. 63 FW.
Verzet en hoger beroep door schuldenaar
Art. 8 FW recht op hoger beroep, art. 10 FW verzet door schuldeisers en belanghebbenden, art. 11
FW hoger beroep na afwijzing verzet, art. 12 FW beroep in cassatie.
Omvang faillissement
Het gehele vermogen ten tijde van de faillietverklaring en hetgeen gedurende het faillissement wordt
verwerft, art. 20 FW. De dag van het faillissement is de dag op 00.00 uur waarop de faillietverklaring
wordt uitgesproken (dus die dag zelf al heel de dag), art. 23 FW. Ook beheer of beschikking
onbevoegd.
Afkoelingsperiode, art. 63a FW. Bijzondere positie pandhouder, art. 63b FW. Fiscus, art. 63c FW.
Indien op de dag van de faillietverklaring nog niet alle handelingen voor een levering door
schuldenaar, kan de levering niet meer geldig geschieden, art. 35-1 FW.
Beslag, bijz. beslagen vervallen, art. 33 FW.
Buiten faillissement blijvende goederen, art. 21 FW jo. 447 RV. (zoals bed, beddengoed, kleding enz.)
, Wie failliet?
Natuurlijk persoon
o Art. 4-2 FW, een schuldenaar die gehuwd is kan slechts aangifte tot faillietverklaring
doen met medewerking van zijn echtgenoot.
o Art. 22 FW, uitbreiding begrip gefailleerde.
VOF
o Art. 2-3 FW, ten aanzien van een VOF is de rechtbank, binnen welke gebied het
kantoor der vennootschap is gevestigd bevoegd.
o Art. 4-3 FW, ten aanzien van een VOF moet de aangifte de naam en de woonplaats
van elke der hoofdelijk voor het geheel verbonden vennoten inhouden.
Gevolg faillissement
Art 23 FW, verlies van beheer en beschikkingsbevoegdheid, tenzij art. 24 FW, baat (als je het bedrijf
wil voortzetten is het van belang dat gas water licht catering enz. draaiende blijft), dan wel bevoegd.
Dus door art. 24 FW was de schuldenaar wel beschikkingsbevoegd. Schuld is ontstaan door
faillissement dus geen concurrent schuldeiser maar komt gelijk te staan met de curator.
Boedelschulden zijn schulden die ontstaan door faillissement.
De curator is belast met het beheer en de vereffening van de failliete boedel, art. 68 FW, de rechter-
commissaris houdt toezicht op het beheer en de vereffening van de failliete boedel, art. 64 FW.
Art. 25 FW, rechtsvorderingen, welke rechten of verplichtingen tot de failliete boedel behorende ten
onderwerp hebbe, worden zowel tegen als door de curator ingesteld.
Wederkerige overeenkomst, art. 37
Bijzondere positie: art. 37a t/m 41 FW.
Actio pauliana
Onverplichte verrichte rechtshandeling, art. 42 FW en 43 FW.
o Onverplicht
o Rechtshandeling
o Wetenschap benadeling schuldenaar
o Wetenschap benadeling schuldenaar, bij schenking sowieso benadeling.
Omkering bewijslast ‘wetenschap’: art. 43, < 1 jaar.
Vermoeden van Actio Pauliana.
Verplicht verrichte rechtshandeling: art. 47 FW, De voldoening door de schuldenaar van een
opeisbare schuld (hoeft niet alleen geld te zijn, kan ook een verplichting tot leveren of
verplichting tot verpanding zijn) kan alleen dan worden vernietigd wanneer wordt
aangetoond dat er sprake is van beide gevallen:
o Wetenschap faillissementsaanvraag
o Samenspanning , de betaling (kan bijvoorbeeld ook zijn het afgeven van pandrecht)
het gevolg was van overleg tussen de schuldenaar en de schuldeiser.
Het is een verplichte handeling wanneer je voor het faillissement al een verkoop bent aangegaan
waardoor je verplicht bent deze na te komen.
Verrekening
Art. 53 FW, hij die zowel schuldenaar als schuldeiser van de gefailleerde is, kan zijn schuld met
vordering op de gefailleerde verrekeningen, indien beide zijn ontstaan vóór de faillietverklaring.
Art. 54 FW, niettemin is degene die een schuld aan de gefailleerde of een vordering op de
gefailleerde vóór de faillietverklaring van een derde heeft overgenomen, niet bevoegd tot
verrekening, indien hij bij de overneming niet te goeder trouw heeft gehandeld.