100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting practische economie module economische groei €2,99   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting practische economie module economische groei

 4 keer bekeken  0 keer verkocht

practische economie havo 5, mudule economische groei + alle begrippen

Voorbeeld 2 van de 7  pagina's

  • 18 januari 2022
  • 7
  • 2021/2022
  • Samenvatting
  • Middelbare school
  • HAVO
  • Economie
  • 5
Alle documenten voor dit vak (1240)
avatar-seller
lottekraaijveld
Economie economische groei

Hoofdstuk 1

Samenvatting

In de macro-economie wordt gekeken naar de optelsom van economische waarden, zoals de totale
productie van een land of de totale werkgelegenheid. Een belangrijke macro-economische waarde is
het bruto binnenlands product (bbp): de waarde van alle in een land geproduceerde goederen en
diensten in een jaar. Het is een indicator voor wat een land voortbrengt. Om het bbp te bereken, zijn
er 2 methoden: de objectieve methode en de subjectieve methode.

Bij de objectieve methode kijk je naar de totale waarde die in een land door de productie wordt
toegevoegd: het verschil van de opbrengst van het uiteindelijke product en de kosten van de
ingekochte goederen en diensten. Daarbij worden alle ambtenarensalarissen gebruikt als waarde
voor de teogevoegde waarde van de overheid.

Bij de subjectieve methode tel je alle primaire inkomens bij elkaar op. Dit geeft het netto
binnenlands inkomen (nbi). Het idee hierachter is dat de netto toegevoegde waarde in zijn geheel
uitbetaald wordt aan diegenen die de productiefactoren leveren. De productiefactoren worden
ingedeeld op basis van inkomensstromen: kapitaal, arbeid, natuur en ondernemerschap.

Productie voegt niet alleen waarde toe, maar veroorzaakt ook waardevermindering. Bij de bruto
toegevoegde waarde wordt geen rekening gehouden met afschrijvingen. De netto toegevoegde
waarde doet dat wel: netto toegevoegde waarde = bruto toegevoegde waarde – afschrijvingen.
Opgeteld geld dat hetzelfde: netto binnenlands product (nbp) = bruto binnenlands product –
afschrijvingen.

Het nbp is gelijk aan de optelsom van alle netto toegevoegde waarden. De netto toegevoegde
waarde wordt in zijn geheel gebruikt voor de beloning van productiefactoren. En de optelsom van
deze primaire beloningen is gelijk aan het nbi. Daarom geldt: nbi = nbp. Als rekening gehouden wordt
met de herkomst van productiefactoren, ontstaat het nationaal inkomen: de optelsom van alle
primire inkomens die door de ingezetenen van een land gedurende een jaar wordt verdiend.

De samenhang van alle economische activiteiten vat je samen in de economische kringloop. Deze
kringloop geeft een overzicht van een economie als geheel. Daarin verkopen bedrijven producten
aan gezinnen, aan de overheid en aan het buitenland. Consumenten kopen consumptiegoederen (C),
de overheid koopt overheidsgoederen (O) en het buitenland koopt onze exportgoederen (E).
Bedrijven lenen geld bij financiële instellingen om hun netto-investeringen (I) te financieren. Het
totaal aan geld dat naar de brdrijven stroomt, is dan C + I + O + E. de bedrijven keren de totale netto
toegevoegde waarde (Y) uit aan gezinnen als beloning van de productiefactoren en betalen de
import (M). het totaal aan geld dat vanaf de bedrijven naar andere partijen stroomt, is dan gelijk aan
Y + M. De ingaande geldstromen in de kringloop moeten gelijk zijn aan de uitgaande geldstromen. Er
geldt dus:

Y=C+I+O+E–M

De gezinnen stellen de productiefactoren ter beschikking aan bedrijven en ontvangen als beloning
een inkomen (Y). Zij geven dat aan 3 dingen uit: consumptiegoederen (C), belasting (B) en spaargeld
(S). Hieruit volgt de volgende vergelijking:

Y=C+B+S

, De overheid onvangt belastinggeld (B) en koopt goederen bij de bedrijve, de overheidsbestedingen
(O). het verschil tussen deze inkomsten en uitgaven is het saldo van de overheidssector:

Saldo overheidssector = B – O

Financiële instellingen ontvangen spaargeld van gezinnen (S) en ze lenen geld uit aan bedrijven (I).
het verschil tussen de besparingen en de investeringen is het particulier spaarsaldo:

Particulier spaarsaldo = S – I

Het saldo van de particuliere sector en de overheidssector samen is het nationaal spaarsaldo:

Nationaal spaarsaldo = (S – I) + (B – O)

En dit is gelijk aan het uitvoersaldo:

(S – I) + (B – O) = (E – M)

Bij de financiële instellingen wordt evenveel overschot opgenmen als dat door de gezinnen is
ingebracht. hieruit volgt:

S = I + (O – B) + ( E – M)

Het systematische overzicht van de financiële stromen uit de economishce kringloop vormen de
nationale rekeningen. Voor nederland worden de nationale rekeningen opgesteld door het CBS.
Voor de Europese Unie wordt dat gedaan door de Eurostat.

De handel tussen landen heeft ook een eigen overzicht: de betalingsbalans. Voor een land geeft de
betalingsbalans een overzicht van alle transacties tussen het land en het buitenland. De
batalingsbalans bestaat uit 2 rekeningen: de kapitaalrekening en de lopende rekening. Het saldo op
de lopende rekening is gelijk aan het saldo (E – M) in de economische kringloop. De lopende rekening
is onderverdeeld in 4 deelrekeningen: goederenrekening, dienstenrekening, primaire-
inkomensrekening en inkomensoverdachtenrekening.

De batalingsbalans is in evenwicht als het saldo ervan nul is. Bij een negatief saldo betaalt het land
meer aan het buitenland dan dat het van eht buitenland ontvangt. Als het buitenland een andere
valute heeft dan het binnenlandse valuta heeft het negatieve saldo een afname van de buitenlandse
valutareserve tot gevolg.

Begrippen

Betalingsbalans Overzicht van alle transacties van een land met het buitenland
Bruto binnenlands inkomen (BBI) Netto binnenlands inkomen plus afschrijvingen
Bruto binnenlands product (BBP) Opbrengstwaarde van alle geproduceerde goederen en
diensten min de waarde van de daarvoor gebruikte
grondstoffen en ingekochte diensten
Bruto inversteringen Netto-investeringen plus afschrijvingen
Buitenlandse valutareserve Voorraad buitenlands geld
Economische kringloop Schematische weergave van geld- en goederenstromen
binnen de economie
Export Aan het buitenland verkochte goederen en diensten
Import Van het buitenland gekochte goederen en diensten
Kapitaalrekening Deelrekeing van de batalingsbalans waarop

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lottekraaijveld. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 77254 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€2,99
  • (0)
  Kopen