Deze samenvatting bevat de stof over staats- en bestuursrecht. Er komen verschillende onderwerpen aanbod, zoals: internationaal recht, Europees recht, provincie wet, gemeente wet, rechtelijke machten. Er komen ook verschillende onderdelen aan bod van de provincie, gemeente, internationale organisat...
SBRP-hoorcollege 1: staatsrecht.
Trias politica: de scheiding van de machten. 1 persoon of instantie mag niet alle
bevoegdheden in de hand hebben.
1. Wetgevende macht:
Algemene regels voor burgers. Wetgevende macht ligt op centraal niveau bij
regering+ statengeneraal. Zij maken wetten in formele zin.
Voorbeeld: algemene wet bestuursrecht, wetboek van strafrecht, burgerlijk wetboek.
2. Uitvoerende macht:
Uitvoering van de algemene regels. Het bestuur voert deze regels uit. Op centraal
niveau ligt de uitvoerende macht bij de regering.
Voorbeeld: vergunningverlening, subsidieverstrekking.
3. Rechtsprekende macht:
Geschillenbeslechting over uitvoering algemene regels door onafhankelijke rechter.
Voorbeeld: uitspaken rechters.
De trias politica klopt niet helemaal. De machten horen gescheiden te zijn, maar de regering
is zowel de wetgevende als de uitvoerende macht. De macht is dus niet gescheiden.
Checks and Balance: volksvertegenwoordiging (staten- generaal) en regering hebben elk hun
eigen taken en eigen bevoegdheden, maar zijn daarbij op onderlinge samenwerking
aangewezen en beschikken over instrumenten voor wederzijdse controle.
Art 81 GW: wetgevende macht en de uitvoerende macht moeten samenwerken. Dit hoort
niet.
Staten- Generaal/ wetgevende macht:
Art. 50 GW: vertegenwoordigen het gehele Nederlandse volk.
- Tweekamerstelsel.
- Parlement is een ander woord hiervoor: bestaat uit 1e en 2e kamer.
- 2e kamer direct gekozen/ 1e kamer (senaat) indirect gekozen. De leden van de 1e
kamer worden gekozen door de leden van provinciale staten.
Constitutionele positie Staten- Generaal/ wetgevende macht:
- Geen hiërarchische verhouding (geen rangorde).
- Zelfstandige en onafhankelijke positie van de andere overheidsinstellingen.
Voorbeeld:
1. Art. 72 GW: opstellen reglement van orde (=interne werking, slecht bindingen
voor Kamerleden).
2. Art. 58 GW: toelating Kamerleden.
3. Art. 61 GW: zelf benoemen voorzitter Kamer.
,Bevoegdheden Eerste en Tweede kamer, controlerende bevoegdheden:
Tweede Kamer Eerste Kamer
Budgetrecht/ begroting Budgetrecht/ begroting
(recht om samen met de regering de
hoogte van het doel van uitgave te bepalen)
(105 GW)
Vragenrecht/ inlichtingenplicht Vragenrecht/ inlichtingplicht
(recht om schriftelijke vragen aan de Recht van een kamerlid om vragen te
regering te stellen,) (68 GW) stellen aan een minister of staatssecretaris
zonder toestemming van een meerderheid
van de Tweede Kamer.
Recht van interpellatie Recht van interpellatie
(Recht om vragen te stellen aan een Recht van een kamerlid om informatie te
minister, zonder dat het op de agenda vragen over een onderwerp dat niet op de
staat) (68 GW) vergaderagenda staat.
Recht van enquête Recht van enquête
(recht van onderzoek te regelen bij de wet) Recht van de kamer om met behulp van een
(70 GW) commissie van onderzoek, buiten de
ministers om, informatie te verzamelen.
Recht van initiatief
(Recht om een wetsvoorstel in te dienen)
(82 lid 1 GW)
Recht van amendement
(Bevoegdheid om wetvoorstellen te
wijzigen, veranderingen erin aan te
brengen) (84 GW).
Met deze bevoegdheden controleert de wetgevende macht de uitvoerende macht, de
ministers gaan ze dan bijvoorbeeld ondervragen. Vorm van Checks and Balance.
De constitutionele positie uitvoerende macht:
Regering:
- Zelfstandig ten opzichte van onder andere de Staten- Generaal en de rechtelijke
macht:
Geen hiërarchische verhouding ten opzichte van andere staatsorganen (alleen
ondergeschiktheid tussen minister en staatssecretarissen).
Ministers: (Art. 57 GW laat de trias politica zijn, dingen die niet samen mogen):
- Parlementaire immuniteit (71 GW): ministers kunnen niet in recht aangesproken of
vervolgd worden voor hetgeen dat zij in vergaderingen van Staten- Generaal of
Kamercommissies hebben gezegd of aan deze hebben overlegd.
, Samenstelling uitvoerende macht:
- Regering (art. 42 GW): koning en een of meer ministers en/ of staatssecretarissen.
Staatssecretarissen kunnen invallen voor ministers (art 46 lid 2).
- Ministers (art. 44 GW): lid 1 is met portefeuille lid 2 is zonder portefeuille. Ministers
geven leiding aan ministerie/ departement.
Bij koninklijk besluit ingesteld en ontslagen.
- Staatssecretaris (art. 46 GW): bij ministers en staatssecretaris is een hiërarchische
verhouding, de minister staat erboven.
Verantwoording aan Staten- Generaal.
Minister kan aanwijzingen geven aan staatssecretaris.
Benoeming en ontslag bij koninklijk besluit, formeel is door de koning en informeel
door de regering.
- Koning:
1) Staatshoofd:
Vertegenwoordiging Nederlandse staat in binnen- en buitenland. Bijvoorbeeld
staats- en werkbezoek en koningsdag. Als staatshoofd heeft hij geen politieke
bevoegdheden.
2) Lid regering:
Regeerfunctie wordt niet als staatshoofd uitgevoerd! Koning is bestanddeel van
het ambt regering. Hij kan zelfstandig regels maken, ter verantwoording
geroepen worden. (= koning en één of meer ministers en/ of staatssecretarissen)
- Kabinet: ministers en staatssecretarissen. Komt niet voor in de grondwet.
- Ministerraad (Art 45. GW): ministers en minister-president vormen dit. Minister-
president is de voorzitter van de ministerraad. Ze vergaderen elke vrijdag. Er is geen
hiërarchische verhouding, niemand staat hier boven elkaar (primus intek pakes).
Taak: Art. 45 GW. Besluiten over algemeen regeringsbeleid en bevorderen eenheid
van dat regeringsbeleid.
- Minister- president: voorzitter ministerraad (Art. 45 lid 2 GW). Volgens het
Nederlands constitutioneel recht is de minister- president geen regeringsleider. Hij
heeft geen leidinggevende bevoegdheden tegenover ministers. Verdeling van
bevoegdheden en verantwoordelijkheden over de individuele minister. Maakt deel
uit van de Europese Raad.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lars63. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,29. Je zit daarna nergens aan vast.