100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Kern van de stof: arbeidsrecht €7,99
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Kern van de stof: arbeidsrecht

2 beoordelingen
 35 keer bekeken  10 keer verkocht

Alles wat je moet weten om het vak arbeidsrecht met een prachtige cijfer binnen te slepen!

Voorbeeld 4 van de 46  pagina's

  • 21 januari 2022
  • 46
  • 2021/2022
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (39)

2  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: hambergthomas • 2 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: debbyquent • 2 jaar geleden

avatar-seller
isabelgodwaldt
Samenvatting arbeidsrecht – week 1A
Elementen van artikel 7:610 BW

0. Leerdoelen 7. Werknemers- en werkgeversorganisatie
1. Definitie van het arbeidsrecht 8. De STAR en de SER
2. Artikel 7:610 BW
3. Rechtsvermoeden AOK
4. Instructiebevoegdheid van de werkgever
5. Inleiding loon
6. De Nederlandse arbeidsmarkt


Leerdoelen
De student kan:
 Uitleggen wat de plaats van het arbeidsrecht in het Nederlandse rechtsbestel is.
 Beschrijven wat een arbeidsovereenkomst is en hoe deze overeenkomst zich onderscheidt
van andere overeenkomsten.
 Een eenvoudige kwalificatiecasus oplossen aan de hand van de wettelijke en in de
jurisprudentie ontwikkelde criteria.

Definitie van het arbeidsrecht
Arbeidsrecht = het geheel van rechtsregels dat betrekking heeft op de arbeidsverhouding van de
onzelfstandige beroepsbevolking (ofwel de werknemers).

Sociaal recht is een ruimere omschrijving van het arbeidsrecht. Dit begrip omvat namelijk ook het
pensioen- en sociaalzekerheidsrecht en heeft betrekking op alle inwoners van Nederland en niet
alleen op de werknemers.

Artikel 7:610 BW
De beroepsbevolking valt uiteen in drie groepen:
1. De zelfstandige beroepsbevolking
2. De onzelfstandige beroepsbevolking = werknemers
3. De niet-actieve bevolking

Het grootste gedeelte is de werknemers waarop boek 7 Titel 10 BW van toepassing is.

De arbeidsovereenkomst (AOK) kent 3 belangrijke elementen:
 Arbeid
 Loon
 Ondergeschiktheid (de werknemer is in dienst van een werkgever)

Arbeid
De werknemer verricht arbeid
 Ruime opvatting want arbeid kan zowel van geestelijke of lichamelijke aard zijn;
 Alleen aanwezig zijn, kan ook worden gekwalificeerd als arbeid;
 De werknemer is gehouden zélf de arbeid te verrichten, tenzij er toestemming is van de
werkgever om daarvan af te wijken (artikel 7:659 BW).
 Er is sprake van een stageovereenkomst (in plaats van een AOK) indien de arbeid primair
gericht is op het uitbreiden van de kennis en ervaring van de werknemer. Hierbij is bepalend
of het verrichten van de werkzaamheden in overwegede mate in het belang is van de
opleiding die gevolg wordt.

, Dus: als de arbeid primair is gericht op het uitbreiden van de kennis en ervaring van de
werknemer is er sprake van een stage en wordt er niet voldaan aan het criterium van arbeid.

Vraag jezelf af: verricht de werknemer arbeid die bijdraagt aan zijn/haar leerproces?

 HR Van der Male/Den Hoedt
o In dit arrest was er geen sprake van een arbeidsprestatie. Integendeel zelfs
aangezien mevrouw Den Hoedt geacht werd om niet op werk te verschijnen. Er werd
dus niet aan alle elementen van artikel 7:610 BW voldaan en dus was er geen sprake
van een AOK.
De Hoge Raad bepaalde dat er moet worden gekeken naar alle omstandigheden
van het geval en niet alleen op de schriftelijke tekst van de overeenkomst om te
bepalen of er sprake is van een AOK.

Loon
De werkgever betaalt loon
 Loon is de verschuldigde tegenprestatie voor de arbeid.
 Meestal in de vorm van geld (artikel 7:617 lid 1 sub a BW), maar het gebruik van een woning
of een stagevergoeding kan ook loon zijn (zie artikel 7:617 lid 1 sub b – sub d BW voor andere
loonvormen).
 HR Zaal/Gossink
o Regel: loon moet door de werkgever voor de arbeid verschuldigd zijn, maar kan
bestaan uit iedere prestatie die de werkgever ten opzichte van de arbeid
verschuldigd is.

Zakgeld, fooien en onkostenvergoeding zijn geen tegenprestaties. Deze worden
immers door derden verstrekt en kunnen daardoor niet worden beschouwd als loon.

Ondergeschiktheid
De werknemer is “in dienst van” de werkgever
 Dit betekent dat er sprake moet zijn vaan een zekere vorm van gezag = de werkgever moet
een bepaalde zeggenschap hebben over de taken die de werknemer verricht.
 Vroeger werd de ondergeschiktheid erg letterlijk genomen en als zodanig gevoeld door
mensen. Je was dan in dienst van een werkgever en die vertelde jou wat jij moest doen.
 Tegenwoordig is er bij de uitvoering van arbeid een grote mate van vrijheid en
zelfstandigheid, maar toch is er sprake van een AOK. Er is dus nog steeds een bepaalde vorm
van ondergeschiktheid, doordat de werkgever zeggenschap heeft.
 Hof (Amsterdam) Deliveroo
o In dit arrest werd besloten dat de bezorgers van Deliveroo wel een AOK hebben,
omdat er sprake is van ondergeschiktheid:
 Er is sprake van een eenzijdige vaststelling van de voorwaarden;
 Er is onvoldoende feitelijke vrijheid om te weigeren;
 Er is geen sprake van ondernemerschap.

Schijnzelfstandigheid = iemand waarvan gezegd wordt dat hij als zelfstandige optreedt, maar
in werkelijkheid een werknemer is.

Zelfstandige bepaalt zelf zijn tarieven, hoe hij zijn werk indeelt en die staat niet onder
toezicht van zijn opdrachtgever. En bij een werknemer is dat niet het geval, die staat wel
onder gezag van de werknemer.

, Problemen bij schijnzelfstandigheid  de werkgever zegt ik heb geen AOK met jou. Gevolg:
geen regeling of vangnet bij ziekte, bij ongeval is hij niet beschermd, geen ontslagvergoeding,
geen ontslagbescherming etc. Alle regels die normaal gesproken wel gelden voor de
werknemers, gelden niet voor de ‘schijnzelfstandige’.


Regel: op het moment dat iemand arbeid gaat verrichten in dienst van een ander tegen een loon is
er sprake van een AOK, ongeacht de vraag of partijen hun overeenkomst als zodanig noemen.

LET OP Er moet aan deze drie elementen zijn voldaan om te kunnen spreken van een AOK. Zo
niet? Dan is er geen AOK.

In HR Groen/Schoevers (1997) heeft de Hoge Raad bepaald dat of er sprake is van een AOK moet
worden beoordeeld aan de hand van de feiten en omstandigheden van het geval, waaronder de
vraag of partijen de totstandkoming van een AOK hebben beoogd, alsmede de wijze waarop
partijen feitelijk aan de AOK uitvoering hebben gegeven.

Oftewel de werkelijke bedoeling van partijen is doorslaggevend. Zij kunnen deze bedoeling niet
veranderen door een andere naam aan de overeenkomst te geven. De naam van de overeenkomst is
dus niet doorslaggevend.

LET OP BELANGRIJK: in HR X/Gemeente Amsterdam (2020) heeft de Hoge Raad de partijbedoeling
‘buiten spel gezet’.

De Hoge Raad beslist in dit arrest dat een overeenkomst wordt aangemerkt als een AOK indien de
inhoud van de overeenkomst voldoet aan de in de wet gestelde voorwaarden van een AOK (artikel
7:610 BW).

Hierbij bepaalt de Hoge Raad uitdrukkelijk dat – anders dan in HR Groen/Schoevers wel is gezegd –
de bedoeling van partijen geen rol speelt bij de vraag of een overeenkomst moet worden
aangemerkt als een AOK.

De Hoge Raad heeft in dit arrest dus bepaald dat de bedoeling van partijen niet relevant meer is bij
de beantwoording van de vraag of er sprake is van een AOK.

Een casus moet worden benaderd vanuit de twee/drie-fasenleer:
Fase I) Je stelt vast welke rechten en plichten er over en weer overeengekomen zijn
(Haviltex-maatstaaf).
 Arbeid
 Loon
 Ondergeschiktheid
 Gedurende een zekere tijd*

Fase II) Aan de hand van de overeengekomen rechten en plichten kwalificeer je de
overeenkomst. Je bepaalt bij deze stap of er sprake is van een AOK.

Fase III) Als er sprake is van een AOK dan bekijk je in de laatste fase of er rechten en plichten
zijn, die in strijd met de AOK zijn en daardoor dus komen te vervallen.

LET OP Fase III is niet door de Hoge Raad zelf opgenomen in de uitspraak, maar staat
in de conclusie van de A-G.

, *Er komt vrijwel geen betekenis toe aan dit element. Dit komt namelijk ook niet voor in de
rechtspraak.

Voorbeeld
Verpleegkundige A sluit een opdrachtovereenkomst met het LUMC. Daarin wordt overeengekomen
dat A alle reguliere verpleegkundige taken uitoefent. Boven het contract staat dat het gaat om een
opdrachtovereenkomst. In artikel 1 stelt de overeenkomst dat de opdrachtnemer wel is
onderworpen aan de regels in het ziekenhuis. Artikel 2 luidt dat A geen recht heeft op vakantiegeld of
vakantiedagen, want hij is ondernemer en geen werknemer. Artikel 3 bepaalt het maandloon.

Fase I) Er is sprake van arbeid want uit de casus blijkt dat A alle reguliere verpleegkundige taken
uitoefent. Er is sprake van loon. Tot slot is er sprake van ondergeschiktheid, omdat A onderworpen is
aan alle regels in het ziekenhuis.

Fase II) Dat betekent dat er sprake is van een AOK, omdat er wordt voldaan aan alle elementen zoals
bedoeld in artikel 7:610 BW.

Fase III) Artikel 2 is nietig. Het gaat immers om een AOK, ook al hebben partijen de overeenkomst
aangeduid als een opdrachtovereenkomst. Dat betekent dat A wel recht heeft op vakantiegeld en
vakantiedagen.

Rechtsvermoeden AOK
 Artikel 7:610a BW

Als het onduidelijk is of er sprake is van een AOK of een andersoortige overeenkomst kan het
rechtsvermoeden worden gebruikt.

Voorwaarden:
 Ten behoeve van een ander;
 Tegen een beloning
 Gedurende drie opeenvolgende maanden, wekelijks óf gedurende ten minste 20 uren per
maand;
 Arbeid verricht.

Als aan bovengenoemde voorwaarden wordt voldaan, wordt er vermoed sprake te zijn van een AOK.

Instructiebevoegdheid van de werkgever
 Artikel 7:660 BW

De werkgever heeft zeggenschap op de uitvoering van de arbeid door de werknemer op grond van de
instructiebevoegdheid.
De werknemer is verplicht om de instructies op te volgen, die de werkgever aan hem/haar geeft in
het kader van het verrichten van de arbeid.

De voorschriften mogen gaan ‘omtrent het verrichten van de arbeid’ en ‘die welke strekken ter
bevordering van de goede orde in de onderneming van de werkgever’.

LET OP De instructies moeten voldoende verband houden met de arbeidsverrichting. Hierbij
is de functieomschrijving van de werknemer in de AOK weer relevant. Des te breder de
functieomschrijving, des te meer instructies kunnen worden gegeven.

Loon

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper isabelgodwaldt. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 52510 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€7,99  10x  verkocht
  • (2)
In winkelwagen
Toegevoegd