Tentamen samenvatting
College 4 – Legaliteit 3 – Erkenning, attributie, delegatie en mandaat.
Zijlstra H2
In het publiekrecht bestaat geen algemene rechtsbevoegdheid. Iedere bestuursbevoegdheid moet op een
wettelijke grondslag of op z’n minst op een (eventuele algemene) wettelijke taak kunnen worden teruggevoerd
(legaliteitsbeginsel).
Mandaat mag altijd tenzij wet of aard tegenwerkt. Mandaat aan niet ondergeschikten past niet bij mandaat,
maar is niet door de wet verboden; maar ga uit van niet.
Kritiek mandaat:
‘Duidelijk is, dat een vernietiging wegens een gebrek in de mandaatverlening het - onderliggende - geschil niet
oplost. Om vanuit dat gezichtspunt gebreken in beginsel te passeren dan wel, met toepassing van art. 8:72 lid 3
Awb, voor 'gedekt' te verklaren, lijkt dan een verstandige benadering. Intussen is het echter een flinke stap,
zeker als de burger daarbij wordt voorgehouden dat het eigenlijk in diens belang is dat het besluit dat hij
aanvecht, zijn werking behoudt.’
Omdat delegatie wijziging brengt in het wettelijk patroon van bevoegdheidstoedeling is een wettelijke basis
vereist. Sub delegatie mag niet. Probleem: sub delegatie en het legaliteitsbeginsel. Sub delegatie is alleen
toegestaan als het (oorspronkelijke) delegerende b.o. in de sub delegatie heeft voorzien.
Gebrek mandaat: passeren of rechtsgevolgen in stand laten.
Gebrek delegatie: dodelijk.
Ongeschreven volkenrecht; onur air.
Onur Air: Er werd een bevoegdheid aan bestuur toegekend die niet in de GW/wet was toebedeeld, maar
volgens de Afdeling er toch was, wat voortvloeide uit internationaal dwingend recht. Het zag op het accepteren
van vliegtuigen in je eigen luchtruim. NL maakte gebruik van die bevoegdheid; schorste tijdelijk de
toestemming voor Onur Air om in NL te vliegen. Afdeling stelt: die bevoegdheid bestaat wel op grond van
internationaal recht, iedere staat heeft recht om zelf te beslissen over haar terrein en dus ook luchtruim.
Bestuursbevoegdheid ^, ongeschreven grondslag kan fungeren voor overdracht bestuursbevoegdheid blijkt uit
Onur Air arrest. Bij regelgevende bevoegdheid: liever niet, echt enkel uitzonderlijke situatie zoals oorlog.
TT vraag: In hoeverre doet de Onur Air-uitspraak afbreuk aan het legaliteitsbeginsel? Staat voerde wettelijke
regelingen aan (hier kun je mijn wettelijke bevoegdheid afleiden). Rechter: het gaat allemaal niet op, daar is de
bevoegdheid niet voor bedoelt. Doordat de rechter dat doet, toont deze uitspraak respect t.o.v. het
legaliteitsbeginsel.
Anderzijds zie je een ongeschreven bevoegdheidsgrondslag wordt verondersteld (die voortvloeit uit het
ongeschreven internationaal recht/volkeren recht) en dat biedt weer minder waarborgen (schuurt weer met
legaliteitsbeginsel). Is het nou een complete afbreuk van legaliteitsbeginsel?
Nee, rechter geeft argumenten die heel nauwgezet het legaliteitsbeginsel volgen. Dit is ook een gebied wat niet
ten nadele is van de burgers (wel van buitenlandse). Het wordt niet tegen de burger gebruikt, was dit wel het
geval: dan minder snel volkerenrechtelijke bevoegdheid geaccepteerd!
Juridisch en rechtsstatelijk perspectief op delegatie en mandaat
- Legaliteit en bevoegdheidsverkrijging: relevant voor democratisch-rechtsstatelijke functie en
rechtsbescherming individu. Het is essentieel voor publiek recht.
- Vormen van bevoegdheidsverkrijging, achtergrond: John Locke 1632-1704:
De staat is er voor de burger en niet andersom: soevereiniteit ligt bij burgers.
Door een ‘sociaal contract’ leveren burgers rechten in, uit welbegrepen eigenbelang.
Staatsmacht (en dus: bestuursbevoegdheden!) moet principieel dienstbaar aan burgers zijn en gaat
daarom niet verder dan nodig.
- Democratisch-rechtsstatelijke functie: legaliteit en machtenscheiding
, Soevereiniteit van het volk: welke bevoegdheden willen we, en welk orgaan mag dit uitvoeren in het
belang van de burger?
democratisch primaat: bevoegdheidscreatie (attributie) door wetgevende macht.
Legaliteitsbeginsel, geen algemene rechtsbevoegdheid (Zijlstra), HR Fluorideringsarrest: hoe goed een
actie ook bedoeld is er moet een grondslag zijn.
Bevoegdheidstoedeling alleen bij wet voorzien (bijv. 10:15 t.a.v. delegatie)
democratische controle op uitvoering bevoegdheden: vertrouwensregel, ministeriele
verantwoordelijkheid, enz.
- Mandaat en delegatie
Minister kan onmogelijk alles zelf doen, noodzakelijk om bevoegdheid te spreiden, maar onder zijn
naam. Verspreiding, i.t.t. delegatie; waar overdracht plaatsvindt.
Functies mandaat: belang arbeidsverdeling met behoud verantwoordelijkheid, faciliteren van
hiërarchisch aangestuurd, grootschalig en afrekenbaar bestuur, belang van eenheid en samenhang
beleid.
Functies delegatie: belang decentralisatie, belang van scheiding en opsplitsing macht, belang
onafhankelijke uitvoering van bepaalde bevoegdheden.
Bij mandaatgebrek 2 sporen:
1 vertrouwensbeginsel (vertrouwen op, lastig bewijzen), 2 nulliteit/onrechtmatig besluit, of
bekrachtiging/herstel via 6:22 Awb.
Verband ministeriele verantwoordelijkheid en bezitten van bestuursrechtelijke bevoegdheid:
mandans politiek aftrekbaar, delegans niet? Een minister kan niet zeggen; ik had niet de bevoegdheid
dat te doen dus je kan me niet wegsturen. Het zijn juridische autonome concepten; een redelijke
volksvertegenwoordiging kijkt natuurlijk wel naar de feitelijke beïnvloedingsmogelijkheid van de
persoon, maar juridisch gezien heeft hij geen poot om op te staan. Bij geen vertrouwen moet je
opstappen.
Probleem: sub delegatie en het legaliteitsbeginsel. Sub delegatie is alleen toegestaan als het
(oorspronkelijke) delegerende b.o. in de sub delegatie heeft voorzien.
Leer titel 10.1 Awb: waarom is iets zo? Te maken met machtenscheiding?
Bijv: delegatie maakt machtenscheiding mogelijk. Mandaat kan aan een andere macht.
- HPG-system integratie arrest
,Afsluitend
- concepten bevoegdheid, attributie, delegatie en mandaat zijn waarborgend en faciliterend
Waarborg tegen machtsmisbruik
Faciliteert grootschalig en complex bestuur van een (gedecentraliseerde) overheid
- principes legaliteit en machtenscheiding dienen via het democratisch primaat de volkssoevereiniteit c.q. de
dienstbare overheid aan burger.
Attributie regelgevende bevoegdheid moet in de grondwet staan;
Attributie van bestuursbevoegdheid moet een grondslag hebben in een AVV, niet perse WIFZ.
Delegatie regelgevende bevoegdheid moet een grondslag hebben in WIFZ, want de volksvertegenwoordiging
moet erbij betrokken zijn.
, College 6 – Machtenscheiding II. Machtenscheiding in de Staatsregeling van 1798.
Franse revolutie – staatsregeling 1798.
Intro
- Machtenscheiding: indien er sprake is van onderscheid tussen uitvoerende, wetgevende en federatieve macht
(Locke). Of wetgevende, uitvoerende rechtsprekende macht incl. C&B (Montesquieu).
- Wanneer sprake van machtenscheiding in Nederlandse geschiedenis?
- proclamatie afkondiging 1795-1798: hier ontstond een scheiding der machten. Dus
vanaf start 1798: wording eenheidsstaat NL.
- daarvoor was Holland een losse confederatie, provincies soeverein, geen grondwet.
Tabellen en tijdpad
• Bijeenkomst 6
• 1581-1795 Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden:
• Geboorteakten Nederlandse staat: Unie van Utrecht (1579) & Plakkaat van Verlatinge(1581)
• 1795-1798 wording Eenheidsstaat (scheiding der Machten)
• 1795-1806 Bataafse Republiek (vazalstaat Frankrijk): Bataafse Staatsregelingen
• Bijeenkomst 7
• 1806-1810 Koninkrijk Holland o.l.v. Lodewijk Napoleon: Constitutie Koninkrijk Holland
• 1811-1813 Nederland Provincie van Frankrijk
• 1813-1815 Verenigde Nederlanden: Grondwet Verenigde Nederlanden
• Bijeenkomst 8
• 1815-1830 Koninkrijk der Nederlanden (Noord&Zuid samen): Grondwet 1815
• 1830 Afscheiding Zuidelijke Nederlanden, Grondwetswijziging 1840
• Koninkrijk der Nederlanden:Grondwetswijzigingen 1848, 1887, 1917, 1922 (zie Canvas: Bannier )
Republiek der 7 Nederlanden 1581-1795
- discussie staatsgezinden vs. prinsgezinden
staatsgezinden = anti-stadhouders, pleiten voor republiek in de vorm van aristocratie zonder
gebondenheid aan constituties of wetten.
prinsgezinden = oranjegezinden, pleiten voor gematigde monarchie (voor stadhouders).
(Kun je zien als voortzetting van politieke tegenstelling remonstranten (de Groot, Old.) vs.
contraremonstranten (Maurits).)
- geen machtenscheiding in republiek
- geschriften gaan over staatsinrichting als gemengde staat. (monarch; stadhouder, aristocratie; staten,
democratie; steden)
Verlichtingsdenkers
Locke – Rousseau – Montesquieu
Locke 1632 – 1704
- Soevereiniteit van het volk
- Regering < beperkte groep mensen van de gegoede stand (Locke behoorde tot gegoede stand, niet
aristocraat)
- Machtenscheiding om corruptie te voorkomen.
- Wetgevende macht is de hoogste macht
- Subjectieve rechten: grondrechten en mensenrechten zijn onvervreemdbaar! Bij inbreuk is
verzet/revolutie geoorloofd.
Rousseau 1712-1778
- Le contract Social: gelijkheid voor ieder!
- tegen versnippering van volksvertegenwoordiging.
- totalitaire democratie: Iedereen moet mee doen! (is dat haalbaar?) geen erkenning in grondrechten.