Beeldtaal
Samenvatting
Het verwerken van beeld in drie stappen: kijken, begrijpen en overtuigd worden. Drie
theorieën die hierbij passen: Gestalt, semiotiek en visuele retorica.
Deel 1 STOP! Eerst kijken! Dan lezen! Dan
interpreteren!
We bedoelen met de term ‘beeld’ in dit boek alle communicatieve middelen die niet
primair tekst zijn, door middel van een tweedimensionaal medium tot ons komen, en
primair een communicatie-retorische functie hebben.
Visuele communicatie is volgens Horn de integratie van beelden en vormen én
woorden tot één communicatie-eenheid.
De hersenen hebben overigens op één moment slecht aandacht voor óf tekst óf
beeld.
Is je doel te informeren, dan is duidelijkheid een noodzakelijke voorwaarde. Is je doel
te overtuigen, dan kun er soms ook overtuigend zijn zonder volslagen duidelijkheid.
Er zijn drie theoretische scholen voor beeldtaal namelijk; gestalttheorie, semiotiek en
moderne visuele retorica. Het word ook wel de GSR-beeldanalyse genoemd. Dat
houdt in dat je heen en weer beweegt tussen de theorieën en het met het ander
aanvult.
Visuele geletterdheid heeft betrekking op twee perspectieven: dat van de maker en
dat van de gebruiker.
Visuele geletterdheid houdt niet alleen in dat we beeld kunnen begrijpen,
communiceren, bekritiseren, produceren, decoderen, interpreteren, evalueren en
lezen, maar ook dat we het kunnen herkennen en onthouden.
Interpreteren heeft doorgaans te maken met kennis: kennis over de context van het
beeld, van waar het beeld vandaan komt, waar het naar verwijst, enzovoort. Visuele
geletterdheid betekent voor de maker dat je die interpretatie mogelijk maakt.
Volgens Anne Bamford kan een ‘beeldgeletterde’ onder andere:
- het onderwerp van beeld benoemen.
- De betekenis van beeld begrijpen in de culturele waarin het werd gemaakt en
wordt gebruikt.
- Grammatica, stijl en compositie ervan analyseren.
- De gebruikte technieken analyseren.
- De esthetische kwaliteit ervan evalueren
- De kwaliteit ervan in termen van doel en publiek evalueren
- De beeldconventies herkennen
- Stereotypen herkennen die een uiting zijn van vooroordelen over de personen
op een afbeelding.
, Semiotiek maakt onderscheid in 3 soorten tekens:
- Iconische tekens
- Indexicale tekens
- Symbolen of symbolische tekens
Ga niet te snel op je intuïtie of je eerste indruk af, en blijf de volgorde Gestalt –
semiotiek – visuele retorica als rode draad hanteren bij je beeldanalyse.
Vragen die horen bij gestalttheorie:
- Wat zien we, welke vorm, structuur?
- Hoe komt het dat we zien en onderscheiden wat we zien?
- Hoe komt het dat we andere zaken niet goed onderscheiden?
- Wat zijn de onderdelen van het beeld?
- Wat hoort bij elkaar en wat volt op elkaar?
Vragen die bij de semiotiek horen:
- Wat betekent wat we zien?
- Welke symbolen herkennen we?
- Hoe komt het dat we dat weten?
Vragen die bij de visuele retorica horen:
- Waarvan wil dit beeld ons overtuigen?
- Hoe komt het dat dit beeld zo sterk werkt?
- Waardoor raken we geroerd, overtuigd, opgetogen, boos?
Beeld is uitstekend om te gebruiken om:
- Plaatsen, organismen en objecten te laten zien die zich normaal aan onze
belevingswereld onttrekken
- Grote hoeveelheden data overzichtelijk te maken
- Moeilijke begrippen te verduidelijken
- Complexe relaties inzichtelijk te maken
Door af te wijken van de norm, val je ook op en dat is soms nu net de bedoeling vb.
melkchocolade in een rode verpakking.
In Visual Pesuasion worden 5 voorbeelden gegeven van beeldmanipulatie die de
bewijskracht van beeld stevig onder druk kunnen zetten:
- In scène zetten van het gefotografeerde
- Bewerken van beeld
- Selectief afbeelden
- Verkeerd labelen van een situatie
- Manipuleren van een beeld
Deel 2 drie visies op beeld
Visuele communicatie is ogenschijnlijk zo’n lastig vak omdat iedereen van de
beoogde doelgroep de visuele boodschap die de maker probeert uit te zenden op een
verschillende manier kan interpreteren.
Gestalt zorgt ervoor dat de cognitieve load – de ‘breinbelasting’ – afneemt.