Aard & doel SV
Hoofddoel = verzekeren juiste toepassing materieel SR. Doel is tweeledig
- Bestraffen schuldige; dus deugdelijk onderzoek nodig,
- Voorkomen bestraffen onschuldige; Weegt zwaar (in dubio pro reo/onmiddelijkheidsbeginsel, rechter
mag alleen ex 338 SV tot een bewezenverklaring komen)
Hierbij vaststelling schuld van belang
- Materiele waarheid staat centraal
o Actieve rol rechter (286 lid 1/286 lid 4/292 lid 1/292 lid 2/315 lid 1)\
o Magistratelijke rol OM
Oorspronkelijk inquisitoir1
Belissen o.g.v. materiele waarheid nastreven” oog voor gerechtvaardigde belangen van
verdachte (regeling kennisnemen processtukken 30 SV)
Opportuniteitsbeginsel; Vervolgen, strafbeschikking, KNVV (243 lid 1), transactie , vw sepot
(267 lid 2 + 242 lid 2)
Positieve insteek opportuniteitsbeginsel: relatief grote vrijheid om te vervolgen
Negatieve insteek: lid 2, vervolgen TENZIJ
Mogelijkheid van strafbeschikking inmiddels ook voor niet OM-ers, dus
vervolgingsmonopolie strikt genomen niet meer alleen bij OM. OM eigenlijk
‘’Dagvaardingsmonopolie’’.
12 SV waarbij gerechtshof op stoel van OM gaat zitten, maar rechter heeft zich op
afstand te houden
NJ 2016/388 .. De beslissing van het OM on tot vervolging over te gaan leent zich
slechts in zeer beperkte mate voor een inhoudelijke rechterlijke toetsing in die zin
dat slechts in uitzonderlijke gevallen plaats is voor een niet OV verklaring van het
OM op grond dat het instellen of voortzetten van die vervolging overenigbaar is met
beginselen van een goede procesorde
o Vertrouwensbeginsel: .. zo’n uitzonderlijk geval doet zich voor als de
vervolging wordt ingesteld nadat door het OM gedane, of aan het OM toe
te rekenen uitlatingen of daarmee gelijk te stellen gedragingen bij de
verdachte gerechtvaardigd vertrouwen hebben opgewekt dat hij niet
(verder) zal worden vervolgd. Aan uitlatingen of gedragingen van
functionarissen aan wie GEEN bevoegdheid in verband met de
vervolgingsbeslissing zijn toegekend kan zulk gerechtvaardigd vertrouwen
dat (verdere) vervolging achterwege zal blijven evenwel in de regel niet
worden ontleend. stilzitten valt hier niet onder
o Gelijkheidsbeginsel/verbod van willekeur: … Een uitzonderlijk geval als
zojuist bedoelt doet zich ook voor wanneer de vervolging wordt ingesteld
of voortgezet terwijl geen redelijk handelend lid van het OM heeft kunnen
oordelen dat met (voortzetting van) de vervolging enig door
strafrechtelijke handhaving beschermd belang gediend kan zijn. In het
geval van een zodanige, aperte onevenredigheid van de
vervolgingsbeslissing is de (verdere) vervolging onverenigbaar met het
verbod van willekeur (dat in de strafrechtspraak in dit verband ook wel
wordt omschreven als het beginsel van een redelijke en billijke
belangenafweging). Aan het oordeel van het OM om deze reden in de
verdere vervolging van een verdachte niet OV moet worden verklaard
dienen zware motiveringseisen worden gesteld.
Zie bijv ECLI:NLLGHARL:2014:BZ4908 & sepotmelding &
vertrouwensbeginsel
1
Inquisitor = rechters acteve rol bij onderzoeken zaak. GEEN partijenproces. Verdachte is voorwerp van
onderzoek, geen procespartij. Zwakker kant = onderzoekende rechter bekijkt alleen door eigen bril.
Accusatoir = geding gezien als conflict tussen 2 partijen, Rechtsstrijd wordt aangegaan o.b.v. gelijkwaardigheid,
termen ‘’winst’’ en ‘’verlies’’, proces t.o.v. onafhankelijke/onpartijdige rechter (heeft passieve lijdelijke rol)
Proces over schuldvraag blijft achterewge als verdachte aanklacht niet wenst te bestrijden. Zwakker kant =
werkt alleen als 2 partijen daadwerkelijk bereid en ins taat op voet van gelijkwaardigheid strijd met elkaar aan
te gaan
NL = GEMATIGD ACCUSATOIR
, o
Regeling rechtsmiddelen: Herziening ten voordele (457) en ten nadele (482a) ,
Arrest Dronken Broer
- Omvang onderzoek evt. afh. van procesopstelling
Nevendoelen:
- Eerbiediging rechten vrijheden verdachte
o Voorkomen moet worden dat straf vervolging disproportionele inbreuk makt op vrijheid
betrokkene
o Zwijgrecht
o Cautieplicht
o nemo tenetur: Arrest Saunders/VK
- Eerbiediging rechten vrijheiden anderen
o beperking op getuigeplicht.
o Slachtoffer
Veel discussiepunten. Vroeger geneigd voorzichtig te zijn met ‘’’slachtoffer’’’want
onschuldpresumptie verdachte. Slachtoffer procesdeelnemer. Vandaag de dag
onbeperkt spreekrecht. Zero sum game. Beklag 12 Sv arrest Vrouwenpolder
moet fatsoenlijk behandeld worden (51a lid 2)
Spreekrecht slachtoffer. Arrest spreekrecht en bewijsrecht (1)
Klacht/hoor delicten 165a en 167a
Absolute klachtdelicten: knopen aan bij daad (285 SR)
Relatieve klachtdelicten: knopen aan bij relatie dader/slachtoffer (bijz. 316)
Valse aangifte/klacht = 188 SR
Kan in verschillende contexten bij strafproces betrokken worden.
Benadeelde partij 51f
o Moet gaan om rechtstreekse schade: iemand is getroffen in
een belang dat door de strafbepaling wordt beschermd.
Maar HR neemt ruimer: Causaal verband (HR:2019:793) 2
o Schadevergoedingsmaatregel 36F
Slachtoffer 51a e.v.
Spreekgerechtigde 51 E, 302 e.v.
- Procedurele rechtvaardigheid
o Toekennen verdedigingsrechten
o Recht op horen
o Spreekrecht slachtoffer
- Demonstratiefunctie;
o justice must not only be done it must also be seen to be done
o Openbaarheid zitting maakt publieke controle op de berechting mogelijk
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Fases strafproces:
- OTT (268) tegenover 258 ‘’rechtsgeding’’. Ruimer begrip want ook uitspraak en
beraadslaging valt daaronder.
268 MK uitgangspunt. Lid 2 = rechter die als RC enig onderzoek aan zaak verricht neemt
behoudens bij toep. 316 lid 2 op straffe van nietigheid geen deel = strenger dan EVRM
(Hausschildt) . Bijv. HR:2007:BA3634.
- 269 openbaarheid.
Intern = recht kennisneming processtukken 33 sv
extern = zitting en uitspraak openbaar voor publiek.
HR gronden waarop behandeling gesloten deur kan worden bevolen:
Belang goede zeden, openbare orde, veiligheid staat
Belangen minderjarigen
2
Zie bijv HR:2015:134 / HR:2018:235 / NJ 1994/244 / NJ 1998/54
, Eerbiediging persoonlijke levenssfeer verdachte, andere procesdeelnemers of anderszins
bij de zaak betrokkenen
Belang van goede rechtspleging.
VB arresten: NJ2000/633, NJ 2002/498, NJ 2015/312, NJ 2016/362
Voorbeeld openbaarheid EHRM zaak Riepan/Oostenrijk.
EHRM algmeen; niet elke uitspraak openbaar, maar wel van belang dat dan op andere wijze
dan via toegang in de zaal waar uitspraak wordt gedaan. NL stelliger in. Voorbeeld COVID
uitspraak ECLI:NL:HR:2020:2008
DUS: openbaarheid van groot belang, maar niet zo dat het moet gaan om een zitting waar te 
allen tijde publiek fysiek toegang toe heeft
- 271: Pressieverbod (lid 1) en onschuldpresumptie (lid 2)
- Cautie 273, identiteit verdachte vaststellen komt voor cautie, is dus geen ondervraging. HR
1982/17
- 278 recht op wegblijven; recht, tenzij bevel medebrenging. Bevel verschijning = bevelen dat
iemand in persoon zal verschijnen, bevel aan verdacht. Bevel medebrenging = als iemand
bevel niet nakomt.
- 311 recht op laatste woord. Voorbeeld verwijdering (ordemaatregel) HR:2015:3266 (273 lid 3)
Ogenschijnlijk verloop van het OTT
uitroepen voorzitter 284 voordragen OVJ (dus OVJ altijd aanwezigheidsplicht) 286 voorzitter
ondervraagt getuige 287 getuigen (299 ook van toepassing op getuigen Saïdi tegen Frankrijk)
301 voorhouden stukken, lid 4 belangrijk. 311 requisitoir, pleidooi, repliek, dupliek, laatste woord
312 wijziging TLL 315 evt. Nieuwe getuigen etc. 326 (PV zitting) 345 sluiting OTT
Ondervraging gedachte spanningsveld onschuldpresumptie.
- Beraadslaging (345 e.v.)
- Uitspraak (345 e.v.)
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Legaliteit en overheidsoptreden
Voorbereidend onderzoek = oz welke aan de behandeling ter terechtzitting voorafgaat
Strafvordering begint met opsporing (= 132a, het onderzoek (1) in verband met strafbare
feiten (2) onder gezag van de OvJ (3) )
OM gaat z.s.m. over tot vervolging als o.g.v. opsporingsoz van oordeel is dat die vervolging
moet plaatsvinden = opportuniteitsbeginsel (167 SV)
Legaliteitsbeginsel. Normering overheidsoptreden behoeft grondslag in wet in formele zin.
Beginselen o.a.
o Doelbinding (verbod van detournement de pouvoir)
o Prop & sub
Belast met opsporing
- Opsporingsambtenaren (127 SV)
o Gewone opsporingsambtenaren (141 SV)
o Buitengewone opsporingsambtenaren (142 SV)
- Taakstelling art 2 jo 3 Politiewet
‘’in ondergeschiktheid’’ --> voorkomen politiestaat
‘’ in overeenstemming met geldende rechtsregels’’
‘’ daadwerkelijke handhaving van de rechtsorde’’
In geval van openbare orde --> 11 PW, gezag BM
In geval van strafrechtelijke handhaving van de
rechtsorde --> 12 PW, gezag OvJ (148 SV)
‘’verlenen aan help die hen behoeven’’
Valt onder 11 PW --> Gezag BM
o 3 PW niet altijd voldoende grondslag!!
, Zwolsman(1): Voor methoden die NIET meer dan een beperkte inbreuk maken op de
persoonlijke levenssfeer van betrokkene is artikel 3 PW voldoende.
Voorbeeldarresten: Warmtebeeldkijker (NJ 2009/225), , Misleiding (HR:2018:18), HITT
Surveillance (HR:2020:80))
Pseudoverkoop: Extra eis bij Zwolsman gekomen : alleen opsporingsmethode
bevoegd in te zetten indien deze geen disproportionele inbreuk maakt op
grondrecht van burgers en DE OPSPORINGSMETHODE niet zeer risicovol is voor de
integriteit en beheersbaarheid van de opsporing
Alleen bevoegd [OPSPORINGSMETHODE] in te zetten op grond van art. 141/142/3 PW in te zetten, als dat
niet meer dan een beperkte inbreuk op persoonlijke levenssfeer van betrokkene (Zwolsman) en bovendien
niet zeer risicovol is voor de beheersbaarheid en integriteit van de opsporing (Pseudo verkoop). Toepassing
van [OPSPORINGSMETHODE] kan onrechtmatig zijn als zij in verband met de duur/intensitei/frequentie
geschikt is om een min of meer compleet beeld te verkrijgen van bepaalde aspecten van verdachtes
priveleven (bijv. Warmtebeeldkijker)
In casu is er sprake van een beperkte inbreuk, want (bijv. Korte duur, toestemming OvJ, frequentie
toezendingen, slechts algemene aanwijzing, beperkt beeld van bewegingen, bepaald gebied, observatie
kortstondig, voldoende duidelijkheid over inzet methode) dus artikel 141/142/2/3 PW wel/niet voldoende
toereikend.
- Bevoegdheden
o Staande houden 52 SV = GEEN vrijheidsbeneming
Iedere opsporingsambtenaar (127 SV)
Verdachte3 (27 SV)
Om identiteit vast te stellen als bedoeld in 27a lid 1
Arrest weigerachtige zwartrijders
Losrukken tijdens staande houding = 180 SR
Bevel mag wel genegeerd worden, maar wegrennen
levert weer 184 SR op
o Aanhouden 53/54 SV
53: Bij heterdaad
Een ieder is bevoegd
Heterdaadsituatie (128 SV)
verdachte4
54: Buiten heterdaad
o Opsporingsambtenaar (127 SV)
o Verdachte5
o Feit waarvoor VOHE is toegestaan (67 SV)
o Bevel (H)OvJ, tenzij spoedsituatie lid 4
o Spoedige voorgeleiding
o IVS 57 SV
o In beslag nemen voorwerpen 95 e.v.
o Stelselmatige observatie 126g, 126o sv
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
EVRM leidend maar margin of appreciation 6, door EHRM vooral gekeken hoe iets tot stand is
gekomen. Definities bepalingen trekt EHRM wel helemaal naar zich toe, zie bijv arrest Ozturk (1).
3
Redelijk vermoeden van schuld (objectief gerechtvaardigd)
Hollende kleurling, Rennende reputatie
4
Redelijk vermoeden van schuld (objectief gerechtvaardigd)
Hollende kleurling, Rennende reputatie
5
Redelijk vermoeden van schuld (objectief gerechtvaardigd)
Hollende kleurling, Rennende reputatie
6
= verdragsstaat mag zelf de afweging maken of zij m.b.t. dat EVRM recht meer of minder doen dan wat de
RvE doet, als het maar binnen de bandbreedte blijft