Samenvatting van alle artikelen, gesorteerd per college, van het (keuze)vak Vaders van de opleiding Pedagogische wetenschappen uit jaar 3, studiejaar .
Literatuur HC1
Lamb, M. (2000). The history of research on father involvement. Marriage &
Family Review, 29, 23-42
De kijk op het vaderschap is de laatste tijd veel veranderd. Waar er eerst gekeken werd naar
kwalitatieve dimensies (zoals dominantie) en nu meer naar kwantitatieve dimensies (zoals de tijd bij
de kinderen). Pleck (1984) keek naar hoe vaders schreven en hoe er over hen werd geschreven om te
kijken naar de rol van de vader in die tijd. Hij beschreef 4 perioden van vaderschap over de laatste
twee eeuwen:
1. Morele leraar/ gids: ze moesten er voor zorgen dat hun kinderen opgroeien met goed morele
waarden. Vaders werden gezien als leraren. Zo moesten ze hun kinderen leren lezen om de
bijbel te kunnen lezen. Een goede vader was een goed christelijk model voor de kinderen
2. Broodwinner: rond de industrialisatie werd de vader de kostwinner binnen het gezin. Dit wilde
niet zeggen dat ze niet meer de morele leraar waren. Maar een goede vader werd gezien als de
kostwinnaar.
3. Seks rolmodel: tijdens en na de tweede wereldoorlog kwam er meer aandacht voor de vader
als rolmodel voor vooral de jongens binnen het gezin. De afwezigheid van de vader werd
gezien als oorzaak van problemen bij de kinderen.
4. Nieuwe zorgende vader: dit was rond de 1970s. Vaders moesten een actieve zorgende rol
hebben in de dagelijkse verzorging en opvoeding van hun kind.
Door de gehechtheidstheorie werd er veel aandacht gelegd op de aanwezigheid van moeder. In de late
1970s gingen onderzoekers meer kijken naar de betrokkenheid van vaders. Ze keken naar de tijd die
vaders besteedden met hun kind en niet per se naar de kwaliteit van deze tijd. Het kijken naar deze tijd
was nog niet zo makkelijk. Dit kwam door de onduidelijke definitie van ouderlijke betrokkenheid. In
het huidige artikel hebben ze daarom een aantal componenten van ouderlijke betrokkenheid opgesteld:
Betrokkenheid: tijd die gespendeerd wordt met het kind een op een.
Bereikbaarheid: de ouder moet bereikbaar zijn voor de kinderen
Verantwoordelijkheid: het nemen van verantwoordelijkheid voor de verzorging en het welzijn
van het kind. Het kennen van de behoeften van het kind
Vaders lijken minder verantwoordelijkheid te voelen voor de kinderen dan de moeders. Voor de
betrokkenheid en de bereikbaarheid zijn vader en moeder ongeveer gelijk. De assumptie dat vaders
meer interacteren met oudere kinderen en moeders meer met jongere kinderen wordt niet bevestigd.
Wat wel is bevestigd is dat vaders meer tijd spenderen met jongens dan met meisjes onafhankelijk van
leeftijd. Over de tijd is de betrokkenheid van de vader toegenomen, maar hier moet wel kritisch naar
gekeken worden, want nog steeds is de betrokkenheid 1/3 van die van moeder, wordt er alleen
gekeken naar bepaalde soort gezinnen (niet
gezinnen zonder vader), ze kijken alleen naar
de tijd van de interactie, niet naar de kwaliteit.
De betrokkenheid van de moeder is vaak voor
het verzorgen en die van de vader meer als
speelmaatje. De betrokkenheid van vaders kan
bekeken worden aan de hand van motivatie
voor betrokkenheid. Bijvoorbeeld om je kind
zo goed mogelijk op te laten groeien. Voor
vaders is deze motivatie minder dan voor
moeders, omdat ze in tegenstelling tot
moeders minder zeker zijn van daadwerkelijk
ouderschap.
,Er zijn een aantal factoren die bepalend zijn voor de betrokkenheid van de vader:
SES: lagere SES vaders spenderen meer tijd met hun kinderen)
Leeftijd van de kinderen: vaders spenderen meer tijd met jongere dan oudere kinderen)
Gender van het kind: vaders spenderen meer tijd met jongens dan met meisjes
Werkstatus: vaders voelen meer verantwoordelijkheid als hun partner een baan heeft.
De vader heeft huidig nog steeds de grootste rol in het broodwinnen. Daarnaast is de vader belangrijk
voor emotionele support voor de moeder.
Pleck, J. H. (2012). Integrating father involvement in parenting research.
Parenting, 12(2-3), 243-253
Er zijn een aantal sterke en zwakke punten van het gebruik van twee van de drie componenten van
vaderlijke betrokkenheid:
Betrokkenheid: hier was veel data over te vinden en er waren representatieve steekproeven.
Maar er wordt geen koppeling gemaakt tussen betrokkenheid en de uitkomsten van de
kinderen.
Verantwoordelijkheid: dit werd meer gemeten met de uitkomsten voor moeder, zoals minder
gestresst. Daarnaast was de definitie niet heel sterk, waardoor er overlap plaatsvond met
betrokkenheid.
Pleck stelde een nieuwe conceptualisatie van ouderlijke (vaderlijke) betrokkenheid voor met 5
componenten:
1. Positieve betrokkenheid met activiteiten
2. Warmte en responsiviteit
3. Controle
4. Sociale en materiele indirecte zorg (doen voor het kind, maar niet met het kind)
5. Verantwoordelijkheid voor het proces (zorgen dat de 4 hierboven voorzien zijn)
Vaderlijke betrokkenheid wordt ondersteund door motivatie, hier worden er twee van gedefinieerd:
Motivatie als in vaderlijke houdingen tegenover vaderlijke betrokkenheid: deze houdingen
zijn bepalend voor in welke mate de vader gemotiveerd is om die vaderlijke betrokkenheid uit
te voeren.
Motivatie als in ouderlijke identiteit: waar ziet de vader zichzelf in het vaderschap. Hij kan
zich bijvoorbeeld zien als een solo-parent, maar ook als een co-parent.
Vaderlijke betrokkenheid lijkt goed te zijn voor de ontwikkeling van de kinderen en die van moeders
en vaders zelf.
Literatuur HC2
Bretherton, I. (2010). Fathers in attachment theory and research: A review. Early
Child Care and Development, 180, 9-23.
Het onderzoek naar de gehechtheid van vaders wordt verdeeld in vier fasen, waarbij elke bij elke fase
een aantal vragen centraal staan en de fases verandering aanbrengen in de conceptualisatie van de
gehechtheid van vaders.
Fase 1:
o Kunnen vaders dienen als een gehechtheidsfiguur en zo ja, hebben ze dan een
secundaire of gelijke rol aan de moeders?
, Op deze eerste vraag konden ze gelijk ja zeggen, maar hoe dit precies zat met de gehechtheid
van moeder wisten ze nog niet. Er werd gesteld dat kinderen zoeken naar een
hoofdgehechtheidsfiguur en een aantal secundaire gehechtheidsfiguren. Andere stellen juist
dat de moeder is om het kind te verzorgen en de vader om mee te spelen. Weer anderen stellen
juist dat moeder en vader samen een rol van gehechtheid vervullen, zonder hiërarchie.
Fase 2:
o Wat is de hiërarchie van de vader in de gehechtheid met het kind?
Hier vonden ze dat in bepaalde fases kinderen juist meer gehechtheid zoeken bij de vader.
Kinderen zoeken de vaders meer op voor interactie en de moeder meer als er een stressvolle
situatie is. Daarnaast is er gevonden dat vaders meer gehechtheid laten zien met jongens en
moeders met meisjes.
Fase 3:
o Wat is de vergelijkende kwaliteit van de gehechtheid van het kind aan de moeder en
vader?
o Zijn intergenerationele relatie kwaliteiten onafhankelijk over te dragen van vader en
moeder naar kind?
Er werd gekeken naar de adult attachment interview en de overeenkomsten met de
gehechtheid met het kind. Ouders konden aan de hand van dit interview vallen in 4
verschillende categorieën:
Veilig autonoom: de gehechtheid was bij vader en moeder emotioneel open en
samenhangend. De kinderen waren vaak veilig gehecht.
Afwijzend: het idealiseren van eigen ouders zonder precies te kunnen
uitleggen waarom ze zo ideaal zijn. Deze ouders verkleinen vaak het belang
van gehechtheid. Kinderen waren vaan vermijdend gehecht.
Bezig: deze ouders waren vaak niet makkelijk te volgen en hadden moeilijke
relaties met eigen ouders. De kinderen waren vaan ambivalent gehecht.
Onopgelost/ ongeorganiseerd: deze ouders hadden vaak een trauma
meegemaakt. De kinderen waren vaak gedisorganiseerd gehecht.
Fase 4:
o Zijn de ontwikkelingsuitkomsten van vader en moeders gehechtheid verschillend,
zelfs als beide veilig zijn?
o Zijn dezelfde metingen goed genoeg voor het meten van de gehechtheid van moeder
en vader?
Er zijn 4 modellen gemaakt om uit te leggen hoe meerdere gehechtheden zorgen voor
persoonlijke ontwikkeling:
Het monotropie model: alleen het hoofdgehechtheidsfiguur heeft een impact
op de persoonlijke ontwikkeling
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Stuviamail. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,79. Je zit daarna nergens aan vast.