Effi Briest
Gegevens:
Titel: Effi Briest
Auteur: Theodor Fontane
Eerste druk: 1895, Berlijn
Samenvatting Nederlands
Effi Briest is de dochter van de familie Briest. De levenslustige en kinderlijke groeit op in Hohen-
Cremmen, een kleine Pruisische plaats. De districtscommissaris Geert von Innstetten, een
jeugdvriend van Effi’s moeder, wordt verwacht. De baron vraagt om de hand van Effi. Hij heeft
een goede carrière voor zich en staat in een hoog aanzien. Hij is een man van moraal en
discipline. Effi trouwt met de 20 jaar oudere, zonder te weten wat trouwen eigenlijk precies
inhoudt. De huwelijksreis gaat naar Italië, waar ze de ene galerie en kerk na de andere bezoeken.
Het nieuwe huis in Kessin, een kleine stad in Pommern, vindt Effi angstaanjagend. Ze hoort
spookgeluiden, maar haar man geeft haar geen verklaring of troost. Ze merkt de enorme
verschillen tussen haar en Innstetten. Het sociale leven in Kessin vindt ze saai, maar het lukt de
apotheker Alonzo Gieshübler om af en toe wat lichtpuntjes in haar leven te brengen. Ook na de
geboorte van haar dochter Annie verandert er weinig aan Effi’s leven.
Effi hunkert naar aandacht en afwisseling. De komst van een nieuwe
landweerdistrictcommandant, major von Crampas, doorbreekt de verveling. In Crampas vindt Effi
alles wat ze in Innstetten mist: charmant, complimenteus, bewondering en een luisterend oor.
Hierdoor begaat ze ondoordacht overspel. Daarna wordt ze vaak door haar geweten geplaagd en
ze heeft te leiden onder schuldgevoelens, maar tot grote hartstocht met Crampas komt het niet,
omdat de familie naar Berlijn verhuist, waar voor Effi de betere dagen beginnen. Innstetten had
zijn langverwachte bevordering bij het ministerie bereikt. Samen met haar moeder zoekt Effi in
Berlijn een woning voor haar en Innstetten. Om niet nog een keer naar Kessin terug te hoeven,
doet Effi net of ze ziek is.
Na zes rustige jaren gezamenlijk te hebben geleefd komt er door toeval een stapeltje brieven te
voorschijn. Innstettens interesse is diep getroffen; het zijn liefdesbrieven van majoor Crampas
aan zijn vrouw Effi. Geheimraad Müllersdorf met wie Innstetten de situatie bespreekt zegt: "Dat
van dat “godsgericht”, zoals sommigen hoogdravend verzekeren, dat is dan wel onzin, niets
daarvan, omgekeerd, onze cultus van de eer is afgodendienst, maar we moeten er ons aan
onderwerpen zolang de afgod in ere staat.". Hij laat zich dan ook op sociale voorwaarden van Effi
scheiden; tegen zijn eigen wil, zonder Effi te haten. Ook duelleert Innstetten met Crampas. In het
duel met pistolen sterft Crampas. Hierna moet Effi haar man en kind verlaten. Ze wil terug naar
Hohen-Cremmen, maar het ouderlijk huis is gesloten voor haar.
Effi leeft in Berlijn een teruggetrokken leven met haar dienstmeisje Roswitha. De scheiding van
haar kind valt Effi het zwaarst. Het duurt drie jaar voor ze Annie weer ziet: maar haar dochter is
een vreemde geworden. Effi stort in. Ze mag uiteindelijk naar haar ouderlijk huis terug keren. Ze
zal sterven aan tuberculose, innerlijk verzoent.
Effi zegt als ze op sterven ligt tegen haar moeder over haar Innstetten: “En er is aan mij gelegen,
dat hij verneemt hoe mij hier in de dagen van mijn ziekte, die toch bijna mijn mooiste geweest
zijn, hoe mij hier duidelijk is geworden dat hij in alles juist gehandeld heeft. In die geschiedenis
met de arme Crampas-ja, wat moest hij per slot anders doen? En dan, waarmee hij mij het diepst
krenkte, dat hij mijn eigen kind in een soort afwijzing jegens mij heeft opgevoed, hoe hard het mij