Samenvatting Kees de jongen
Kees de jongen is een boek dat gaat over een jongen genaamd Kees. Deze jongen maakt veel
‘avonturen’ mee. Tussen aanhalingstekens gezet, omdat zijn avonturen eigenlijk bijna niks voorstellen.
In het boek zit nauwelijks een spanningsboog verwerkt. Het gaat telkens een aantal hoofdstukken over
een bepaalde gebeurtenis of obsessie van Kees en dan gaat het in de volgende hoofdstukken weer over
iets anders. Natuurlijk zijn er ook dingen die hetzelfde blijven. Zo denkt Kees veel na over hoe
anderen hem zien, wil hij een goede indruk maken op anderen en is hij verliefd op Rosa Overbeek.
In het begin van het boek wordt duidelijk gemaakt dat Kees woont in de Jordaan aan het eind van de
19de eeuw. Het gezin is gezellig en harmonieus, ook Kees draagt hieraan bij. Echter gaat het financieel
niet voor de wind bij de familie. Ze hebben een kleine schoenenwinkel die niet goed loopt. Kees is erg
goed op school en heeft Franse les. Mede hierdoor voelt hij zich erg goed en verheven boven de
andere jongens. Zelf noemt hij zich dan ook ‘een eenzame, wijze denker’. Kees voelt zich op zijn best
als hij voor zijn ouders of zijn meester een boodschap moet doen. Dan loopt hij statig over straat, recht
op zijn doel af terwijl hij zich inbeeld dat iedereen naar hem opkijkt.
Het inlevingsvermogen is dus typerend voor Kees. Hij bedenkt vaak vooraf hoe een bepaalde
gebeurtenis kan lopen en hij daar als held uit kan komen. Echter is dit altijd een fantasie en nooit
werkelijkheid.
Kees wil altijd opvallen en doet daar dan ook gekke dingen voor. Omdat Kees in een arm gezin woont
kan hij zelf niet sporten bij een vereniging. Een vriend op school wel, hij doet aan gymnastiek. Van
hem heeft hij een bepaalde pas geleerd die kees de zwembadpas noemt. Als hij deze pas, lopend naast
zijn moeder uitvoert, spreekt zijn moeder hem erop aan. Terwijl Kees zich net in zijn gedachten aan
het inbeelden is hoe groots de andere mensen op straat over hem zouden denken moppert zijn moeder
ertegenin:
‘’Eens ging Kees met z’n moeder mee, ’n boodschap. De moeder liep nogal vlug en Kees,
kleine jongen nog, want z’n moeder was ’n grote vrouw, Kees nam de zwembadpas. Hij sprak
geen woord en hij genoot in stilte; al heftiger zwaaiden z’n armen; iedereen zou zeker denken:
kijk, da’s vast een jongen van de gymnastiekvereniging…
Opeens bleef z’n moeder staan. ‘Wat mankeert je nou?’ vroeg ze wreed.’’ (bladzijde 17)
(Proloog, hoofdstuk 1)
Er komt een nieuw meisje bij Kees in de klas. Meteen heeft Kees interesse in haar. Zij is anders dan de
andere meisjes; slimmer, rijker en beter opgevoed. Kees voelde zich zoals altijd beter dan de andere
jongens en zo komt hij tot de conclusie dat ze beiden van hetzelfde hogere niveau zijn. Kees ziet het
als geestverwanten. Vanaf het begin toont Rosa ook een lichte interesse in Kees en Kees wordt dan
ook al snel verliefd. (hoofdstuk 2)
Vader wordt ziek
Op een doodgewone schooldag wordt Kees ineens tijdens de les van school gehaald. Hij moet naar
huis. Zijn vader heeft bloedspuwingen gehad en is ernstig ziek. Kees moet van alles doen, onder
andere ijs en medicijnen halen. Hij is nu regelmatig later op school, omdat hij in de ochtend langs de
apotheek moet. Zijn vader blijft lijden aan Tuberculose en alle ellende begint. De klandizie was al niet
goed, maar neemt verder af en moeder moet alles alleen doen in het huishouden. Kees moet nu ook
helpen. Hij past op zijn broertje en zusje en doet boodschappen voor zijn ouders. Zo nu ook op
financieel gebied; hij moet geld gaan brengen voor het afbetalen van een lening bijvoorbeeld.
(hoofdstuk 2,3)
1
, Kees blijft boodschappen doen voor zijn vader. Hij is nog altijd erg trots op zijn frans en maakt een
plan om Franse toeristen rond te leiden. Dit moet hij alleen doen, want anderen zouden het misschien
verpesten. Zo zouden de toeristen een goede indruk van de Nederlandse jongens krijgen. (hoofdstuk 4)
Kees ligt in bed maar raakt van streek als het beneden in huis stil blijft. Hij begint de speculeren en
komt tot de conclusie dat zijn ouders vast iets ergs is overkomen. Kees gaat kijken en ziet dat ze
gewoon buiten, voor de deur, met de buren staan te praten. Niks aan de hand dus. (hoofdstuk 5)
Groeiende financiële problemen
Kees moet weer een boodschap doen. Aan het gespannen gedrag van zijn ouders maakt hij op dat het
een belangrijke boodschap is. Hij krijgt een brief mee, moet deze afgeven, op antwoord wachten en
terugkomen. Hij moet lang lopen en bedenkt ondertussen hoe het gesprek allemaal wel niet kan lopen.
Het gaat allemaal goed en valt harstikke mee. Kees krijgt verschuldigd geld, waar in de brief om werd
gevraagd, mee naar huis en zelfs een kleine fooi. (hoofdstuk 6)
Op de terugweg van zijn boodschap, komt Kees langs een huis waar muziek wordt gespeeld. Hij blijft
staan, kijkt en luistert. Twee dames zien hem staan en blijven even naar hem kijken. Hij blijft langer
staan en bedenkt hoe ze de muzikaliteit in hem zien, hem naar binnen roepen en op de viool laten
spelen. Echter is dit een fantasie van hem en gebeurt het dus niet. (hoofdstuk 7)
Kees zijn nieuwe pak
Het gaat snel nóg slechter met het gezin. Vader verbeterd maar niet en de winkel loopt steeds slechter.
Als ze bij opa en oma op bezoek zijn, moet Kees met zijn kleine broertje en zusje gaan wandelen. Ze
komen terug en Kees merkt dat er een gespannen sfeer hangt. Ze moeten nog een kwartiertje
wandelen. Eenmaal terug gekomen krijgt hij een pak van opa en opoe (oma, zoals Kees dat altijd
zegt). Dit pak zal worden gemaakt van een oude mantel van zijn opa bij een specifieke kleermaker.
Kees haalt een paar dagen later de mantel bij opa en opoe op, maar vindt de stof niet mooi. Hij is dus
niet erg dankbaar en dit merkt zijn opa. Zijn grootouders zouden naast dit lap stof ook het vermaken
ervan bij de kleermaker betalen. (hoofdstuk 8)
Als hij thuis komt uit school is de kleermaker er al om hem op te meten. Hij meet hem op en gaat
weer. Ondanks dat hij opziet tegen zijn nieuwe pak, geeft hij toch een positieve draai aan zijn
toekomstige chique pakje. Hij schept op bij zijn klasgenoten. Een aantal weken later zegt zijn moeder
dat hij het pak moet gaan passen, maar als Kees aankomt bij de kleermakerwordt hij opnieuw
opgemeten. Ze horen lang niets van het pak en moeder neemt contact op met de kleermaker, maar die
is vertrokken. Het pak, waar Kees zo tegenop zag, komt er niet. (hoofdstuk 9)
De postzegelverzameling
Kees heeft een behoorlijke postzegelverzameling en is er trots op, hij heeft er moeite mee als een
vriend van hem, de Veer, een grotere blijkt te hebben. (hoofdstuk 10)
De Veer laat verschillende postzegels uit zijn verzameling zien, waaronder de grote Pers. Een
geweldige postzegel! Kees wil er ook een en als de Veer hem dan vertelt dat hij ze in een winkeltje
kan kopen voor zeven cent wil hij dat dan ook doen. Als hij thuis komt is de relatie tussen zijn ouders
en oom Dirk weer goed. Hij begint over de postzegel die hij wil kopen, maar het mag niet. Uiteindelijk
krijgt hij van zijn oom tien cent. Die avond gaat hij met de Veer naar het winkeltje en koopt de grote
Pers. (hoofdstuk 11)
De prijs
Kees zit in de laatste klas van de school en dan kun je een prijs uitkiezen. Kees maakt er een groot
dilemma van en zegt dat dit zorgvuldig moet gebeuren. Na lang denken besluit Kees dat hij een
schaakbord wil. Ondanks dat dit een beetje groot is, krijgt hij het; schaakstukken én een bord. Tussen
2