Dit document bevat een samenvatting van Capita Selecta in Clinical Psychology (2nd edition). De samenvatting bestaat uit hoofdstuk 1 t/m 4. Capita Selecta is onderdeel van het tweedejaars vak Klinische Psychologie (PSBA2-22). Collegeaantekeningen zijn verwerkt in de samenvatting. Zie de bundel voor...
Inhoud
Capita Selecta in Clinical Psychology (2020) – 2nd edition
- Hoofdstuk 1 – Symptom perception, interpretation and response
- Hoofdstuk 2 – The impact and outcomes of illness: patient perspective
- Hoofdstuk 3 – The impact and outcomes of illness: families and informal caregivers
- Hoofdstuk 4 – Clinical Forensic Psychology
, Capita Selecta
Hoofdstuk 1 – Symptom perception, interpretation and response
Ziekte veroorzaakt kenmerken die door het individu snel opgemerkt worden:
- Veranderingen in lichamelijke functies (vaker moeten plassen).
- Sensaties (verminderd zicht of reukvermogen, gevoelloosheid).
- Onprettige sensaties (pijn, koorts en misselijkheid).
- Uiterlijk van het lichaam (gewichtsverlies of gewichtstoename).
- Lichamelijk functioneren (flauwvallen).
Radley → een kenmerk/lichamelijk teken is niet per se een symptoom. Een kenmerk is een feitelijk
en objectief iets, terwijl een symptoom eerst geïnterpreteerd moet worden.
- Je constateert bijvoorbeeld een verhoogde lichaamstemperatuur. Voor je aan koorts denkt,
moet je eerst kijken of de verhoging niet komt door sporten, het weer of warme kleren.
Cassell
- Illness = datgene wat iemand voelt, de klachten waarmee hij naar de dokter gaat.
o Illness without disease = iemand kan zich ziek voelen zonder een ziekte te hebben.
- Disease = datgene wat er mis is met organen, cellen of weefsels.
o Disease without illness = iemand kan een ziekte hebben zonder zich ziek te voelen.
Wanneer iemand ziek wordt, zijn er drie fases die te maken hebben met de herkenning en erkenning
van symptomen:
- Het opmerken van symptomen.
o Mensen hebben stereotypes over wie welke ziekte krijgt → men associeert mannen
vaak met hartproblemen.
o Pijnlijk of storend → als een lichamelijk teken nare gevolgen heeft, zullen mensen
het eerder als symptoom ervaren.
o Nieuw → het ervaren van een nieuw symptoom wordt serieuzer genomen dan een
veel voorkomend symptoom.
o Aanhoudende kenmerken → als een kenmerk aanhoudt, wordt het eerder als
symptoom gezien.
- Het interpreteren van de symptomen als een ziekte.
o Medical student disease = studenten die geneeskunde en psychologie studeren,
denken aan het begin dat ze van alles hebben, omdat ze symptomen bij zichzelf
herkennen. Vaak blijkt dat de klachten overschat zijn en dat angst een rol speelt.
- Plannen en actie ondernemen.
Modellen van symptoomperceptie:
- Het aandachtsmodel van Pennebaker → strijd voor aandacht tussen verschillende interne of
externe stimuli leidt ertoe dat dezelfde fysieke tekens of fysiologische veranderingen in
sommige contexten niet opgemerkt worden, maar in andere wel.
- Het cognitief-perceptuele model van Cioffi → richt zich op processen van interpretatie van
fysieke veranderingen en invloeden op attributie als symptomen, en op de rol van selectieve
aandacht.
Competitie van cues theorie = individuen zijn beperkt in hun aandacht capaciteit, dus interne en
externe prikkels moeten gaan strijden voor de aandacht. Daarom merken sommige mensen
symptomen eerder op (omdat ze meer gefocust zijn op interne zaken) en sommige mensen merken
helemaal geen symptomen (omdat ze meer gefocust zijn op externe zaken).
, Twee aandachtssystemen hebben invloed op de manier waarop symptoominformatie wordt
verwerkt:
- Primair aandachtssyteem (PAS) → dit aandachtssysteem werkt onder het niveau van
bewustzijn en handelt op opgeslagen representaties, zoals een ziekteschema die automatisch
selecteert wanneer een persoon te veel aandacht besteedt aan somatische (lichamelijke)
ervaringen. Dit kan ervoor zorgen dat een symptoom verkeerd wordt afgestemd op een
bestaand schema, zoals bij medical student disease.
- Secundair aandachtssysteem (SAS) → dit aandachtssysteem is voor uitvoerende controle.
Aandacht kan hier worden gemanipuleerd door bewuste gedachten en cognitieve processen.
Dit wordt belemmerd als de PAS al heeft gedicteerd waar de aandacht van de persoon op
gericht is en als er al een label aan het symptoom is gehangen.
Individuele verschillen in symptoomperceptie en symptoominterpretatie:
- Geslacht
o Vrouwen letten vaak beter op lichamelijke symptomen dan mannen en ze zien
lichamelijke veranderingen ook eerder als een symptoom.
o Het is mogelijk dat fysiologische verschillen de pijngrens beïnvloeden, maar het kan
ook zijn dat de geobserveerde verschillen (naar buiten treden met de klacht) gedrag
weerspiegelen en niet de symptoomperceptie zelf.
o Somatisatiestoornis (de ervaring van meerdere of medisch onverklaarbare
symptomen) komt vaker voor bij vrouwen.
o Vrouwen scoren hoger op maten van neuroticisme en hebben dus een verhoogde
symptoomperceptie. Vrouwen interpreteren lichamelijke signalen dus eerder als een
symptoom van een onderliggende ziekte dan mannen.
o Het is voor vrouwen meer sociaal geaccepteerd om uit te komen voor hun klachten
dan voor mannen.
- Leeftijd
o Als je ouder bent, heb je meer informatie over je eigen lichaam. Hierdoor weet je
beter wat normaal is en wat niet.
o Kinderen weten symptomen minder goed onder woorden te brengen en kunnen het
minder goed koppelen aan een ziekte omdat ze hier minder kennis over hebben dan
oudere mensen.
- Emoties
o Positieve mensen hebben de neiging om zich gezonder te voelen en merken minder
symptomen op.
o Mensen met een slecht humeur denken dat ze kwetsbaarder zijn voor ziektes of
denken pessimistisch over hun vermogen om de symptomen te verlichten. Ook
melden ze meer symptomen.
o Angst kan ervoor zorgen dat symptomen worden genegeerd of dat er juist extra op
wordt opgelet.
- Persoonlijkheid
o Een neuroot heeft de neiging om negatieve emotionele sensaties te ervaren en dit is
gerelateerd aan negatieve affectiviteit (NA). Iemand met een hoge score op NA is
introspectief, negeert somatische informatie en interpreteert symptomen
negatiever. Dit zorgt ervoor dat ze meer symptomen opmerken en deze symptomen
verkeerd toeschrijven aan de onderliggende ziekte, wat leidt tot het vaker bezoeken
van gezondheidsinstanties.
- Cognities en coping stijl
o Type A gedrag (TAB) → mensen met dit type gedrag zijn ongeduldig, competitief en
agressief. Ze merken symptomen minder snel op, omdat ze taakgericht zijn en
tekenen van zwakte liever negeren.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper svh01. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.