Internationaal Privaatrecht
Rechtspraak
2021-2022
Onderwerpen
Onrechtmatige daad (7 lid 2 Brussel Ibis)...........................................................................................2
Bevoegde rechter bij onrechtmatige daad.........................................................................................3
Toepasselijke recht (Rome II)............................................................................................................13
Consumentenovereenkomst, bevoegdheid......................................................................................14
Overeenkomsten: bevoegdheid en toepasselijke recht....................................................................18
Erfrechtverordening.........................................................................................................................20
Echtscheiding....................................................................................................................................21
Erkenning en tenuitvoerlegging........................................................................................................21
,Onrechtmatige daad (7 lid 2 Brussel Ibis)
Kolassa
Begrip onrechtmatige daad, 7 lid 2 Brussel Ibis
Casus: de vraag was: leg je het begrip ‘onrechtmatige daad’ uit art. 7 lid 2 Brussel Ibis
verordeningsautonoom uit, of mag je dat begrip vaststellen aan de hand van het eigen
nationaal privaatrecht van de lidstaten? En leg je het eng of ruim uit?
Conclusie: het begrip ‘onrechtmatige daad’ leg je verordeningsautonoom uit, om te
voorkomen dat er verschillen zitten in de kwalificatie bij verschillende landen. Zodat je met
dezelfde vordering overal terecht kan.
En je legt het eng uit omdat art. 7 lid 2 een uitzondering is op de hoofdregel (art. 4). Soms is
het gerechtvaardigd dat de rechter die er dicht op zit, de plaats waar het schade brengende
feit zich voordoet, ook bevoegd is.
Er is ook een causaal verband vereist tussen schade en het gepleegde feit. Daarvoor volstaat
dat het doen en nalaten van de gedaagde een voor het intreden van de door de gelaedeerde
geleden schade noodzakelijke voorwaarde hebben gevormd”
Folien Fisher
Bevoegdheid rechter: eiser<>verweerder?
Casus:
Dit ging om een bedrijf die weigerde octrooilicenties af te geven. En verder werd beweerd
dat bedrijf in strijd zou handelen met het mededingingsrecht. Daarom is dat bedrijf Folien
Fisher zelf naar de Duitse rechter is gegaan om een verklaring voor recht dat ze niet
onrechtmatig handelde. Maakt het voor de bevoegdheid van de rechter wat uit als de
verweer ineens optreedt als eiser?
Conclusie:
Hof: “Uit een en ander volgt dat voor de vaststelling van de bevoegdheid van de nationale
rechter, een negatief declaratoire vordering niet kan worden uitgesloten van de
werkingssfeer van 7 sub 2 Brussel Ibis:
Het bijzondere aan een negatieve declaratoir is dat de eiser de voorwaarde voor de
aansprakelijkheid aan de orde stelt, en niet de verweerder. Maar het doel van 7 sub 2 en de
hele verordening is de voorzienbaarheid (weten welke rechter bevoegd is) en de
rechtszekerheid. En die verdeling van de rollen eiser en verweerder is niet relevant, want het
gaat niet om het beschermen van degene die schade heeft, beschermen zwakkere partij maar
om het vaststellen van de vraag of er een schade brengende feit was en de gevolgen. Dus
het is niet relevant wie de eiser is en wie de verweerder. De beoordeling van het
feitencomplex blijft hetzelfde.
Kortom: dus ook als de verweerder (degene die de mogelijke schade heeft veroorzaakt) een
zaak aanhangig maakt, kan rechter zijn bevoegdheid verklaren aan de hand van artikel 7 sub
2.
Tacconi/Heinrich Wagner
Overeenkomt of onrechtmatige daad?
Casus:
Afgebroken onderhandelingen. Was hier sprake van een geschonden overeenkomst of een
onrechtmatige daad?
2
, Conclusie:
Definitie onrechtmatige daad = iedere vordering die beoogt de aansprakelijkheid van een
verweerder in het geding te brengen en die geen verband houdt met een verbintenis uit
overeenkomst.
Is er sprake van een vrijwillig aangegane verbintenis? Zo niet: dan valt het onder
onrechtmatige daad, 7 lid 2 Brussel Ibis. Zo ja: dan valt het onder overeenkomst, 7 lid 1, en
mag je voor de bevoegdheid van de rechter dus niet naar lid 2 kijken.
Granarola/SpA/Ambrosi Emmi France SA
Afbreken onderhandelingen een o.d. of een overeenkomst?
Casus:
Het ging hier om twee partijen die al jaren lang met elkaar zaken deden. Abrupt beëindigde
de ene partij de jarenlange handelsbetrekking. Er was geen overeenkomst getekend, geen
schriftelijk stuk. Is dit dan een kwestie van een overeenkomst of een onrechtmatige daad,
art. 7 lid 1 of 2 Brussel Ibis?
Conclusie:
Een schadevordering vanwege een abrupte verbreking van een jarenlange handelsbetrekking
betreft geen verbintenis uit onrechtmatige daad in de zin van deze verordening, indien
partijen in een stilzwijgend overeengekomen contractuele verhouding tot elkaar stonden.
Het bestaan van een dergelijk stilzwijgend overeengekomen contractuele verhouding moet
worden aangetoond aan de hand van een aantal onderling samenhangende factoren, waarbij
met name sprake kan zijn van: jarenlange handelsbetrekkingen, goede trouw tussen partijen,
de regelmatigheid van transacties en hun ontwikkelingen in de loop van de tijd in termen van
hoeveelheid en waarde, de mogelijk afspraken over in rekening gebrachte prijzen/kortingen,
en de gevoerde correspondentie.
Bevoegde rechter bij onrechtmatige daad
Kolassa
Erfolgsort, rechtstreekse schade bankrekening + bijkomende omstandigheden
Casus:
Oostenrijker heeft via Oostenrijkse bank certificaten gekocht. Naar Oostenrijks recht moet je
dan een prospectus geven, en daarin waren foutjes gemaakt. Kolassa koopt dus die
certificaten via de Oostenrijkse bank, en die bank bestelt de certificaten bij de Duitse
moedermaatschappij, en die neemt ze op haar beurt weer af bij de Barclays bank (Engeland).
De belegging verdampt. Schade. Kolassa daagt Barclays bank voor de Oostenrijkse rechter
o.g.v. onrechtmatige daad. Kolassa was geen consument van Barclays, maar van zijn eigen
Oostenrijkse bank, dus hij kon Barclays niet o.g.v. consumentenrecht voor de rechter dagen.
Kolassa zegt: “ik lijd schade op mijn Oostenrijkse belegginsrekening. In Kronhofen was
immers gezegd: de schade deed zich voor op de beleggingsrekening in Duitsland. En nu heb
ík schade op mijn beleggingsrekening Oostenrijk! Dus Erfolgsort Oostenrijk, mijn rechter is
bevoegd!”.
Conclusie:
O.g.v. 7 lid 2 is de rechter bevoegd van het Handelsort of Erfolgsort. Zie Kronhofer. En ja, de
plaats waar de schade intreedt, kan de woonplaats van de verzoeker (Kolassa) zijn, als de
schade daar inderdaad intreedt (r.o. 50).
In deze casus was de waardedaling van de certificaten niet te wijten aan de wisselvalligheden
van de financiële markten, maar aan het beheer van de fondsen, het kwam door Barclays
3