Samenvatting Inleiding recht voor de ondernemer
Les 1
Ondernemingsrecht = het omvat alle in Nederland voorkomende bedrijven
en organisaties, winstgericht of niet.
Verschillende rechtsvormen zijn: eenmanszaak, bv, de nv en de EESV.
Het begrip onderneming heeft binnen het vermogensrecht geen vaste
definitie. Als juridische entiteit is de onderneming onbekend: het is slechts
een economisch begrip. Het verschijnt dan ook onder meerdere definities
in verschillende wetten:
1. Artikel 1 van de Wet op ondernemingsraden (WOR).
2. Het Handelsregisterbesluit in artikel 2.
Er wordt ook wel gemeend dat het ondernemingsrecht slechts
winstgerichte bedrijven betreft.
Rechtspersonen en rechtssubjecten
Onder Nederlands recht zijn niet alleen natuurlijke personen rechtssubject, maar
ook rechtspersonen. Een rechtssubject is een drager van rechten en plichten.
Dat een natuurlijk persoon of een rechtspersoon drager van rechten en plichten
is, betekent simpelweg dat hij zaken in eigendom kan hebben, dat het recht
erkent dat zaken van hem kunnen zijn en dat hij schulden kan hebben.
Anderzijds betekent dit dat hem als drager van plichten verplichtingen kunnen
worden toegerekend en dat het recht ervan uitgaat dat deze lasten door hem
moeten worden voldaan en zo nodig door de schuldeiser op zijn vermogen
kunnen worden verhaald.
Een rechtsobject is datgene waar een rechtssubject recht op kan hebben (een
huis).
Rechtspersonen worden op grond van artikel 2:5 BW gelijkgesteld met natuurlijke
personen, voor wat het vermogensrecht betreft. Alle rechtspersonen zijn
geregeld in boek 2 van het BW.
Zowel de natuurlijke personen als de rechtspersonen zijn rechtsbevoegd:
bevoegd en vrij tot het genot van de burgerlijke rechten (art. 1:1 lid 1 BW).
Rechtsbevoegdheid heeft dus betrekking op de mogelijkheid om
rechtshandelingen te verrichten, overeenkomsten te sluiten, goederen in
ontvangst te nemen, schulden aan te gaan, vorderingen te innen, onrechtmatige
daden te begaan enzovoort.
Nu de persoonsvennootschappen en de eenmanszaak geen rechtspersonen of
natuurlijke personen zijn, hebben ze logischerwijs geen rechtsbevoegdheid.
Zoals gesteld, worden rechtspersonen gelijkgesteld met mensen. Rechtspersonen
zijn rechtssubjecten en worden door daardoor vermogensrechtelijk gelijkgesteld
met natuurlijke personen, maar zullen altijd door middel van natuurlijke personen
dienen te functioneren. De functionarissen worden binnen iedere rechtsvorm
anders genoemd (en kunnen ook verschillende taken en bevoegdheden hebben).
Soorten rechtspersonen
Er bestaan publiekrechtelijke rechtspersonen, kerkgenootschappen en
privaatrechtelijke rechtspersonen. In Nederland komen zes soorten
privaatrechtelijke rechtspersonen voor:
1. De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid (bv);
2. De naamloze vennootschap (nv);
3. De vereniging (uitgesplitst in twee soorten);
4. De stichting;
1
, 5. De onderlinge waarborgmaatschappij (OWM);
6. De coöperatie.
De bekendste en de tevens meest voorkomende onderneming is de besloten
vennootschap met beperkte aansprakelijkheid (bv). Deze lijkt veel op de
naamloze vennootschap (nv), maar heeft een wat ‘beslotener’ karakter.
Buitenstaanders kunnen minder makkelijk invloed krijgen op de besluitvorming
van de bv, iets wat bij de nv makkelijker zou gaan.
Rechtspersonen
Van alle rechtspersonen is de bv verreweg het meest populair. Daarna volgen de
stichting en vereniging. Na de coöperatie komt de nv en het minst populair is de
onderlinge waarborgmaatschappij.
BV
- De besloten vennootschap (bv) is een rechtspersoon met eigen kapitaal,
dat door middel van het uitgeven van aandelen is verkregen.
- Ze dient te worden opgericht met een notariële akte, waarin statuten zijn
opgenomen.
- De bv is sinds eind 2012 geen minimumoprichtingskapitaal meer en is een
zeer populaire rechtsvorm vanwege de beperking van de persoonlijke
aansprakelijkheid van bestuurders en aandeelhouders.
- Deze rechtsvorm moet zich inschrijven bij de Kvk.
- Geen beursgang.
- Aandeelhouders storten geld in de bv in ruil voor stem- en winstrecht.
Kunnen ook stemloze- of winstloze aandelen worden uitgegeven.
NV
- Een kapitaalvennootschap met beperkte aansprakelijkheid.
- Wel een verplicht minimumoprichtingskapitaal.
- Ook via een notariële akte met statuten opgenomen.
- Ingeschreven bij KvK.
- De aandelen kunnen op naam of aan toonder zijn, en met de
laatstgenoemde aandelen kan een beursgang worden gemaakt. Er bestaan
geen stem- of winstrechtloze aandelen.
Coöperatie
- De coöperatie is een verenigingsvorm, waarbij een ledenorgaan verplicht
is.
- Deze rechtspersoon is gericht op winst.
- Heeft als doel het voorzien in stoffelijke behoeften van leden door het
sluiten van overeenkomsten met hen.
- Dient bij de notaris worden opgericht.
- Ingeschreven bij de KvK.
- De bestuurders zijn in beginsel niet aansprakelijk en het is mogelijk dat de
aansprakelijkheid van leden ook wordt beperkt of uitgesloten, zoals bij de
bv en nv.
OWM
- De onderlinge waarborgmaatschappij is hetzelfde als de coöperatie,
behalve dat ze als doel moeten hebben dat ze met haar leden
verzekeringsovereenkomsten sluit.
Vereniging (formeel en informeel)
2
, - Een vereniging is een rechtspersoon met leden die een ander doel heeft
dan de coöperatie en de OWM, en die niet gericht is op winst. Ze mag
behaalde winst niet uitkeren aan leden.
- Een vereniging kan via een notariële akte worden opgericht, waardoor ze
een formele vereniging is met volledige rechtsbevoegdheid; in dit geval
moet ze ook verplicht worden ingeschreven bij de KvK.
- Als ze zonder notariële akte wordt opgericht, is de vereniging informeel en
daarmee beperkt zij haar rechtsbevoegdheid. Inschrijving bij de KvK is dan
optioneel. Een vereniging kan een onderneming drijven, maar dat hoeft
niet.
Stichting
- Een stichting is een rechtspersoon met in beginsel één orgaan en heeft, in
tegenstelling tot de vereniging een ledenverbod.
- Niet gericht op winst.
- Ze mag behaalde winst niet uitkeren aan bestuurders of anderen, behalve
wanneer de uitkering van ideële of sociale aard is.
- Ook een stichting kan een onderneming drijven.
- Een stichting wordt opgericht door middel van een notariële akte en moet
worden ingeschreven in het Handelsregister.
Personenvennootschappen
Er zijn drie soorten personenvennootschappen: de maatschap, de vennootschap
onder firma (vof) en de commanditaire vennootschap (cv). Hierbij wordt
onderscheid gemaakt tussen de openbare en de stille maatschap.
Maatschap
- De maatschap is een vennootschapsverband waarin, al dan niet met
gebruikmaking van een gemeenschappelijke naam, een beroep of een
bedrijf wordt uitgeoefend.
- De stille maatschap is bedoeld voor beroeps- of bedrijfs- uitoefening.
- De openbare maatschap is bedoeld voor beroepsuitoefening.
- De stille maatschap treedt niet naar buiten onder één naam, maar de
openbare maatschap wel.
- Een maatschap wordt opgericht op basis van een overeenkomst, waarbij
iedereen iets inbrengt, zodat er een gemeenschap ontstaat en samen
voordeel kan worden behaald.
- Dient zich in te schrijven in het Handelsregister.
- Deze rechtsvorm is voornamelijk bedoeld voor beroepsbeoefenaren.
- Het grootste verschil met de vof en cv is dat de maatschap enkel
vertegenwoordigd kan worden als alle maten een volmacht geven aan
degene die handelt namens de maatschap.
Vof
- De vof is gebaseerd op de maatschap.
- Zelfde wijze opgericht als maatschap.
- Dient te worden ingeschreven bij de KvK.
- Een vof is echter een vennootschap voor bedrijfsuitoefening, waarbij het
bedrijf altijd onder gemeenschappelijke naam wordt uitgeoefend.
- Alle vennoten zijn bevoegd tot vertegenwoordiging, tenzij ze daarvan
worden uitgesloten.
- Meest voorkomende personenvennootschap.
Cv
3
, - De commanditaire vennootschap is gebaseerd op de vof en heeft dezelfde
oprichtingshandelingen en tevens dezelfde definitie.
- Hierbij is echter sprake van een of meer commanditaire vennoten, ook wel
‘stille’ vennoten genoemd, naast de gewone of beherende vennoten.
- Stille vennoten zijn vennoten die slechts geld hebben ingebracht, maar
niet werkzaam zijn binnen of namens de vennootschap. Ze delen
volwaardig mee in de winst, maar dragen intern slechts bij tot de hoogte
van hun inbreng bij een eventueel verlies.
- Alle vennoten, behalve de commanditaire, zijn bevoegd tot
vertegenwoordiging, tenzij ze daarvan zijn uitgesloten.
Eenmanszaak
- De eenmanszaak is de meest voorkomende rechtsvorm.
- De eenmanszaak is een niet wettelijk geregeld rechtsvorm, zonder formele
oprichtingsvereisten.
- Je dient je in te schrijven in de KvK, zodat je geregistreerd staat in het
Handelsregister, zodat iedereen kan zien dat je een serieuze onderneming
drijft.
- Inschrijving is voor iedere onderneming, dus ook een eenmanszaak,
verplicht.
- KvK is niet een verplichte oprichtingsvereiste!!!! Je moet het wel
doen maar het is niet verplicht om je eenmanszaak op te kunnen
richten.
Publiekrechtelijke rechtspersonen en kerkgenootschappen
Op grond van art. 2:1 lid 1 BW bezitten de Staat, de provincies, de
gemeenten en de waterschappen alsmede alle lichamen waaraan
krachtens de Grondwet verordende bevoegdheid is verleend,
rechtspersoonlijkheid. Voorbeelden van dit laatstgenoemde: Kamer van
Koophandel, de Sociaal-Economische Raad, het Waarborgfonds
Motorverkeer en de Nederlandse Orde van Advocaten.
Publiekrechtelijke rechtspersonen staan wat het vermogensrecht betreft
met een natuurlijk persoon gelijk, net als de privaatrechtelijke
rechtspersonen, tenzij uit de wet het tegendeel voortvloeit.
Kerkgenootschappen zijn organisaties die zich uitsluitend met religie
bezighouden. Zij bezitten conform art. 2:2 BW eveneens
rechtspersoonlijkheid, maar verder geeft de wet geen regels over de
structuur en inrichting ervan.
De belangrijkste aspecten bij het kiezen van de juiste rechtsvorm
Op basis van zowel een aantal juridische als een aantal financiële,
praktische en fiscale aspecten kan steeds worden bepaald welke
rechtsvorm het best past bij een bedrijf.
Sommige aspecten zijn heel eenduidig, zoals het doel van het bedrijf,
andere zijn complexer, zoals de belastingregels, en dus lastiger te
hanteren bij het maken van een keuze.
Overigens, niet alleen als startende onderneming, maar ook wanneer een
onderneming aan het groeien is, is het van belang om te kijken in welk
juridisch jasje het best past en of voortzetting in een andere rechtsvorm
niet beter is.
4