Artrose
- Primair artrose; zonder duidelijk aanwijsbare oorzaak (komt het vaakste voor)
- Secundaire artrose; is een gevolg van een oorzaak
Bijv. heupdysplasie (de kop en kom passen niet goed op elkaar er ontstaat een schuifkracht),
X-benen/O-benen, of een trauma/ongeluk
Hyalienkraakbeen zit tussen de gewrichten
- Kraakbeencellen (chondrocyten)
- Collagene vezels type 2
- Proteoglycanen zoals:
glycosamino, glycanen en chondroitinesulfaat - dit maakt het hard
- Veel water 60-85%
4 stadia kraakbeen
- Graad 1; verende eigenschap minder, geen afwijking op de foto
- Graad 2; kleine scheurtje in het oppervlak; geen afwijking op de foto, bot witter (microscoop
te zien)
- Graad 3; diepe groeve in het oppervlakte, smaller gewrichtsspleet, te zien op foto
- Graad 4; kraakbeen is verdwenen
Graad 3 en 4 noem je beide artrose, dit kan het lichaam niet meer herstellen
Kenmerken van artrose
- Beschadiging van het kraakbeen
- Beschadiging vanaf graad 3 kan het lichaam niet meer herstellen
- Verdwijnen van de kraakbeenmatrixen haar cellen
Verandering subchondraal bot (het bot onder het hyalien kraakbeen) dit is de pijn die men ervaart
- Bij artrose word het dikker bot,
witter,
er ontstaan holtes in het bot waar vocht in gaat zitten
kleine stukjes bot kunnen loslaten/afbreken
ft/diagnose
bij de anamnese;
- pijn bij belasten,
- zeurende pijn vooral s ’nachts,
- stijfheid vooral tijdens het opstarten (bij langer tijd liggen of zitten)
onderzoek
- passief bewegingsonderzoek, vooral voor bewegingsbeperking volgens het capsulair patroon
heup is dan de; endorotatie, abductie en extensie meer beperkt (optioneel)
, De bloeddruk = (perifere weerstand -> hoe groter de vaten des te kleiner de druk (vasodilatatie) –
hoe kleiner de vaten des te grotere druk (vasconstrictie) x cardiac output = hartslagfrequentie x
slagvolume, voor - na) - zorgt voor de doorstroom van bloed dat de organen de benodigde stoffen
krijgen
- Systolischebloeddruk; hoogste bloeddruk – bij aanspannen
- Diastolische bloeddruk; lage bloeddruk – bij ontspannen
Een hartklopping bestaat uit: 1 systol en 2 diastol
- 1. Zenuwstelsel + bloedvaten -> Barroreceptoren, te lage bloeddruk word de sympaticus
(onderdeel autonoomstelsel) aangezet -> hogere hartfrequentie en vasconstricitie
(vernauwing bloedvat) = bloeddruk stijging.
- 2. Hersenen -> hypofyse maakt ADH (antiplas hormoon)-> meer vocht vasthouden ->
bloedvolume stijgt -> eind diastolische bloedruk stijgt = bloeddruk stijgt
- 3. Nieren -> in de kleine bloedvaten richting nieren (afferente arteriolen) zitten
Baroreceptoren en minder voorurine -> het RAAS systeem -> natrium terugresorptie ->
bloedvolume stijgt – eind diastolische volume stijgt = bloeddruk stijgt ( en je krijgt dorst) =
bloedvolume stijgt)
Hoog -> laag
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper timjeuken. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.