Neurobiologische achtergronden
van opvoeding en ontwikkeling
HC deel A
College 1: 14-09-2021
Zenuwstelsel
- Centraal en perifeer
o Centraal zenuwstelsel: hersenen en ruggenmerg zorgt voor de aansturing en
controle (bevindt zich aan de binnenkant in het botachtig omhulsel)
o Perifeer zenuwstelsel: lichaamszenuwen uitlopers van en naar het centrale
zenuwstelsel, wat verbinding maakt met de spieren en andere organen in het
lichaam (bevindt zich aan de buitenkant)
Perifeer zenuwstelsel
- Het somatische en het autonome zenuwstelsel
o Somatisch zenuwstelsel
Bewuste/vrijwillige controle van spieren (bijv. grijpen)
Sensorische informatie (prikkels) (bijv. aanraking, pijn)
o Autonoom zenuwstelsel
Onbewuste/onvrijwillige controle van lichaamsfuncties (bijv. hartslag,
ademhaling)
Autonoom zenuwstelsel
- Onderscheid tussen het sympathische en het parasympatische zenuwstelsel (grotendeels
tegengestelde functies)
o Sympathisch zenuwstelsel: mobilisatie van energie beschikbaar maken van
energie om actie te ondernemen
Versnelling hartslag en ademhaling
o Parasympatisch zenuwstelsel: conservatie van energie bewaren van energie en
het lichaam in een toestand van rust brengen
Vertraging hartslag
Het brein:
Hersenen
- Drie delen
o Rhombencefalon (achterste hersenen)
o Mesencefalon (middelste hersenen)
, o Prosencefalon (voorste hersenen)
Rhombencefalon
- Bestaat uit:
o Medulla
Verlengde van het ruggenmerg (maar bevindt
zich binnen de schedel)
Oorsprong craniale zenuwen (deze
zenuwbanen verlaten het merg al binnen het
hoofd/het cranum)
Belangrijk voor vitale reflexen (bijv.
ademhaling, hartslag, braken, hoesten)
o Pons
Pons = brug; zenuwenbanen kruisen van de ene naar de andere kant
(belangrijk, want je rechter hersenhelft is verantwoordelijk voor het laten
bewegen van je linker hand, dus de zenuwen worden gekruist)
Oorsprong craniale zenuwen (deze zenuwbanen verlaten het merg al binnen
het hoofd/het cranum)
o Cerebellum
Kleine hersenen letterlijke betekenis
Belangrijk voor motoriek (balans en coördinatie) vloeiend maken van
bewegingen
Belangrijk voor coördinatie van activiteit in verschillende hersengebieden
Mesencefalon
- Bestaat uit tectum, tegmentum, colliculi en substantia nigra
- Bij zoogdieren erg klein, bij veel andere dieren (bijv. reptielen)
een veel prominenter deel van het brein
- Spelen voornamelijk een rol in feedback loops, dus in
samenwerking met andere hersengebieden
- Medulla, pons en middelste hersenen vormen samen de
hersenstam (hersenstam zie plaatje hiernaast)
Prosencefalon
- Bestaat uit
o Diencefalon (betekent letterlijk tussenhersenen)
Thalamus
Hypothalamus
o Telencefalon (betekent letterlijk eindbrein)
Cerebrale cortex
Limbisch systeem
Basale ganglia
Thalamus
- Ligging: eind van de hersenstam, in het midden van het brein
- Belangrijk ‘relay station’ schakel station
o Informatie komt eerst in de thalamus binnen, waarna de informatie wordt
doorgegeven aan de gebieden waar de informatie verwerkt kan worden
, o Veel cortico-corticale verbindingen via de thalamus (verbindingen tussen
verschillende gebieden van de cortex)
Hypothalamus
- Ligging: onder de thalamus (hypo = onder)
- ‘Relay station’ (schakelstation) voor lichaamsfuncties die
gereguleerd worden door hormonen (output) honger,
dorst, lichaamstemperatuur, endocriene functies etc.
Cerebrale cortex
- Cerebrum = hersenen, cortex = schors hersenschors
(buitenste laag van de hersenen)
- 4 kwabben
o Occipitaalkwab: gezichtsvermogen (achterkant
van het brein)
o Temporaalkwab: gehoor, visuele en taalfuncties
(onderkant van het brein aan de zijkant)
o Parietaalkwab: sensorische functies, aandacht (bovenkant van de achterkant van het
brein)
o Frontaalkwab: motoriek, executieve functies, aspecten
van geheugen en emoties (voorkant van het brein)
Limbisch systeem
- Ligt subcorticaal, dat wil zeggen onder de cortex
- Bestaat uit
o Gyrus cinguli (cingulate gyrus)
o Fornix
o Hippocampus (belangrijk voor geheugen)
o Amygdala
- Belangrijk voor emotioneel gedrag (genereren van gevoel, het
kunnen lezen van gevoel)
Basale ganglia
- Liggen subcorticaal
- Bestaan uit
, o Nucleus caudate
o Putamen
o Globus pallidus
- Belangrijk voor motoriek, ‘poort-functie’ of een beweging wel of niet tot stand komt, ook
voor hersenactiviteit in andere gebieden
Het brein: andere onderverdelingen
Hersenhelften
- Hersenen bestaan uit twee min of meer symmetrische helften
o Hemisferen ander woord voor hersenhelften
o Veel informatie kruist, bijvoorbeeld
Rechterhelft stuurt beweging linker lichaamsdelen en vice versa
Informatie uit het linker visuele veld wordt in de rechter hersenhelft
verwerkt, en vice versa
- Hemisferen verbonden via corpus callosum
o Dikke bundel zenuwbanen in het midden van het brein
Grijze en witte stof
- Grijze stof: cellichamen (waar de uitlopers vandaan komen)
- Witte stof: zenuwuitlopers
o Wit vanwege een ‘beschermlaagje’ dat de geleidingssnelheid bevordert: myeline
Ventrikels
- Met vocht gevulde holtes
o Cerebrospinaal vocht beschermende functie (zit bijvoorbeeld ook tussen de
schedel en het brein, wat beschadiging bij stoten voorkomt), maar ook afvoer van
bepaalde afvalstoffen en reststoffen
o Engels: cerebrospinal fluid (CSF)