Leerdoelen kennislijn OP7
Week 1
College 1 - verpleegkunde
De verschillende aspecten van het verpleegkundig proces relateren aan het proces van
klinisch redeneren (1,3,6)
o Wanneer je werkt en denkt volgens het verpleegkundig proces ben je automatisch
bezig met klinisch redeneren. Omdat je stap voor stap een verbetering opstelt.
Aan de hand van een casus de verschillende stappen in het proces van klinisch redeneren
toelichten (6)
o Gegevens verzamelen, diagnose, zorgresultaten, interventies, uitvoeren en evaluatie.
Klinisch redeneren door gebruik te maken van kennis uit diverse disciplines (verpleegkunde,
psychologie, geneeskunde, sociologie, recht, ethiek en economie) (6)
o Elke discipline heeft zijn eigen inbreng bij een bepaald probleem.
College 2 - geneeskunde
De pathofysiologie, diagnose, therapie en prognose beschrijven van de volgende
ziektebeelden: astma en COPD (1)
o Astma
Pathofysiologie: chronische ontsteking van de luchtwegen
Diagnose: deze wordt opgesteld door te kijken naar de klachten van de
zorgvrager
Therapie: leefregels en medicijnen
Prognose: bij sommige mensen verdwijnt het wanneer ze ouder worden,
maar bij sommige blijft het of komt het later terug
o COPD
Pathofysiologie: luchtstroombeperking veroorzaakt door verlies van
elastische terugslag als een gevolg van emfyseem of luchtwegobstructie
Diagnose: deze wordt opgesteld aan de hand van een longfunctietest of
spirometrie
Therapie: stoppen met rokken, ontstekingsremmers, luchtwegverwijders,
operatie of longtransplantatie
Prognose: COPD kan niet worden genezen en kan de levensverwachting
beïnvloeden
College 3 - verpleegkunde
De (theoretische) benaderingen van zorg die zelfmanagement bevorderen en versterken bij
mensen met een chronische aandoening en hun naasten
o Zelfmanagementondersteuning en eigen regie.
De (ontwikkelings)psychologie, principes van zelfmanagement, coping stijlen en
systeembenaderingen die van belang zijn in de zorgverlening aan mensen met een
chronische aandoening of beperking (4)
o Zelfmanagementondersteuning en eigen regie. Maar ook bijvoorbeeld motiverende
gespreksvoering. Samenwerken met de zorgvrager.
1
, De adaptieve opgaven van patiënten met chronische aandoeningen (4)
o Adaptieve opgaven zijn de inspanningen die mensen moeten verrichten om op een
goede manier met hun aandoening en de daarbij horende veranderingen om te
gaan.
o Dit zijn bijvoorbeeld bewegen, gezonder eten, ander dagritme, meer naar buiten,
meer dagbesteding, enz.
De verschillende verpleegkundige perspectieven op managementondersteuning (4)
Persoonsgerichte basishouding (4)
o Sommige verpleegkundigen vinden het erg belangrijk om te zorgen voor
zelfmanagement en persoonsgericht te werken en sommigen vinden dit niet
belangrijk.
Werkgroep 1 – geneeskunde
De pathofysiologie, diagnose, therapie en prognose beschrijven van de volgende
ziektebeelden: ziekte van Crohn en Colitis Ulcerosa (1)
o Ziekte van Crohn
Pathofysiologie: ontsteking van het slijmvlies van de bekleding van de
maagdarmtractus, waardoor ulcera, oedeem, bloedingen, dehydratie en
elektrolytenverlies kunnen optreden
Diagnose: kijken naar klachten, lichamelijk onderzoek, bloedonderzoek,
ontlasting onderzoeken, beeldend onderzoek, colonscopie
Therapie: medicijnen, operatie, leefstijl aanpassen
Prognose: het verloop verschilt erg per persoon, genezen is niet mogelijk
o Collitis ulcerosa
Pathofysiologie: ontsteking van het slijmvlies van de bekleding van de
maagdarmtractus, waardoor ulcera, oedeem, bloedingen, dehydratie en
elektrolytenverlies kunnen optreden
Diagnose: kijken naar klachten, lichamelijk onderzoek, bloedonderzoek,
ontlasting onderzoeken, colonscopie
Therapie: medicatie, operatie, leefstijl aanpassen
Prognose: het verloop verschilt erg per persoon, genezen is niet mogelijk
Stap 1 en 2 benoemen in het kader van klinisch redeneren volgens ProActive Nursing
o Stap 1: oriënteren op de situatie: alle informatie verzamelen, ordenen en
interpreteren waarbij je het concreet en bondig in kaart brengen om het daarmee zo
helder, correct, eenduidig en zakelijk mogelijk te kunnen communiceren.
o Stap 2: (klinische) probleemstelling: in deze stap is het de bedoeling dat je kunt
aantonen wat feitelijk de problemen zijn. Daarbij onderscheid je niet alleen
lichamelijke (somatische) en mentale (psychosociale) aspecten, maar je moet ze ook
zo nodig kunnen linken met elkaar
Werkgroep 1 – verpleegkunde
De verschillende aspecten van het verpleegkundig proces relateren aan de methodiek van
het klinisch redeneren (klinisch redeneren) (1,3,6)
2
, o Het verpleegkundig proces is een systematische, creatieve benaderingswijze voor het
denken en doen van verpleegkundigen die gebruikt wordt om patiëntengegevens te
verkrijgen, te categoriseren en te analyseren en om acties te plannen om aan de
behoeften van patiënten te voldoen.
o Deze probleemoplossende methode vereist het kunnen nemen van besluiten,
klinisch inzicht en een aantal kritische cognitieve vaardigheden.
o Het biedt een kader voor het soort kritisch denken dat verpleegkundigen doen.
Aan de hand van een casus de verschillende stappen in het proces van klinisch redeneren
toelichten (6)
o Stap 1: Oriënteren op de situatie
o Stap 2: (Klinische) probleemstelling
o Stap 3: Aanvullend onderzoek
o Stap 4: Beleid
o Stap 5: Verloop
o Stap 6: Evaluatie
Werkgroep 2 – verpleegkunde
Herkennen voor welke adaptieve opgaven patiënten met chronische aandoeningen staan (4)
o Leefstijl aanpassen
o Slaapatroon aanpassen
o Voeding aanpassen
o Rust indelen in agenda
Definiëren wat er wordt verstaan onder zelfmanagement en zelfmanagementondersteuning
(4)
o Zelfmanagement: het gaat over zelf bepalen welke zorg je wilt of wat je belangrijk
vindt in je leven
o Zelfmanagementondersteuning: wanneer de zorgvrager de zorgverlener ondersteunt
bij de zelfmanagement
De onderdelen van het Generiek Model Zelfmanagement beschrijven (4)
3