Klinisch redeneren en verpleegkundige classificaties
Hoofdstuk 3
Klinisch redeneren: een continu proces van gegevensverzameling en analyse gericht op vragen en
problemen van een individu en zijn naasten, in relatie tot ziekte en gezondheid.
Verpleegkundig proces: een systematische, creatieve benaderingswijze voor het denken en doen van
verpleegkundigen die gebruikt wordt om patiëntgegevens te verkrijgen, te categoriseren en te
analyseren en om actie te plannen om aan de patiëntbehoeften te voldoen.
Methodisch handelen: er wordt eerst bedacht hoe het probleem aangepakt gaat worden, daar wordt
een plan voor opgesteld en uitgevoerd.
Cyclisch werken: regelmatig terugkeren naar een eerdere stap of na de laatste stap weer bij het
begin beginnen.
Risico-inschatting: doordat de verpleegkundige kennis heeft van welke mensen een verhoogd risico
hebben op het ontstaan van bepaalde problemen, kan de verpleegkundige in veel situaties
preventieve maatregelen inzetten.
Vroeg-signalering: doordat de verpleegkundige kennis heeft van de vroege symptomen van
veelvoorkomende aandoeningen kan deze op tijd worden gesignaleerd en actie worden
ondernomen.
Probleemherkenning: doordat de verpleegkundige kennis heeft van veel verschillende aandoeningen
en de uitingen daarvan, kan zij hierin actie ondernemen.
Monitoring: de verpleegkundige monitort de werkzaamheid van de interventies en het beloop van de
aandoening.
Vier belangrijke momenten van besluitvorming:
Bij het vaststellen van de verpleegkundige diagnose
Bij het formuleren van beoogde resultaat
Bij de keuze voor verpleegkundige interventies
Bij het vaststellen van feitelijk behaalde resultaten
Kritisch denken binnen het verpleegkundig proces
Hoofdstuk 1
Interdisciplinaire samenwerking: samenwerking tussen artsen, verpleegkundigen en andere
beroepsbeoefenaars om de zorg te plannen en verlenen.
Probleemoplossing: het proces van vaststellen van een probleem om daarna maatregelen te plannen
en te nemen om het probleem op te lossen.
Besluitvorming: het proces waarmee je bepaalt wat de beste actie is, de actie die waarschijnlijk leidt
tot het beste resultaat.
, Kritisch denken: een zorgvuldige, doelgerichte en vastberaden manier van denken die veel mentale
vaardigheden vergt, zoals het bepalen welke gegevens relevant zijn, het beoordelen van de
geloofwaardigheid van bronnen en het trekken van conclusies.
Intermenselijke vaardigheden: communicatieve vaardigheden die niet mondeling of schriftelijk zijn.
Deze hebben betrekking op menselijke gedragingen, sociale systemen en non-verbale gedragingen.
Hoofdstuk 2
Vakbekwaamheid: de manier waarop verpleegkundigen hun kennis gebruiken.
Ethische kennis: kennis die nodig is om een relatie te kunnen leggen tussen de te dragen
beroepsverantwoordelijkheid, de na te leven kwaliteitseisen die opgesteld zijn volgens de
Beroepscode en de algemeen geldende morele principes, zoals algemeen maatschappelijke fatsoens-
en beleefdheidsregels.
Zelfkennis: kennis die je bezit over de wijze waarop je jezelf als individueel verpleegkundige verhoudt
tot anderen en tot je vakgebied.
Intellectueel bescheidenheid: betekent dat je je bewust ben van de grenzen van je kennis en je
realiseert dat je verstand je soms misleidt.
Intellectuele moed: betekent dat je bereid bent om je eigen inzichten en de overtuigingen van
anderen eerlijk te onderzoeken, in het bijzonder die waarover je een sterk negatief gevoel hebt.
Intellectuele empathie: het vermogen om je te verplaatsen in de belevingswereld van iemand anders
om zo beter te begrijpen wie hij is, wat hij doet en wat hij vindt.
Intellectuele integriteit: betekent dat je consistent ben in je denkwijzen, zoals helderheid,
nauwkeurigheid, volledigheid – dat je voor jezelf dezelfde kwaliteitseisen hanteert als die je voor
anderen hanteert.
Intellectueel doorzettingsvermogen: het gevoel dat je je gedurende langere tijd moet inspannen om
antwoord te krijgen op verwarrende en onbeantwoorde vragen om zo inzicht en begrip te verkrijgen.
Intellectuele nieuwsgierigheid: betekent dat je een onderzoekende houding hebt.
Cognitieve (denk)vaardigheden: de intellectuele activiteiten die je verricht tijdens complexe
denkprocessen, zoals het maken van kritische analyses, het oplossen van problemen en het nemen
van besluiten.
Waarneming: het proces waarbij je de zintuigen gebruikt om de wereld te ontdekken. Dit heeft drie
verschillende activiteiten:
Selecteren: bepaalde gewaarwording waaraan je aandacht schenkt.
Aanbrengen: patroon of structuur in deze gewaarwording.
Interpreteren: wat het patroon of de structuur voor je betekent.
Feiten: verklaringen die je kunt verifiëren door observatie en onderzoek.
Logische conclusies: conclusie die zijn gebaseerd op feitelijke informatie, maar die verder gaan dan
deze informatie door het geven van verklaringen over nog onbekende zaken.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper VerpleegkundeStudent2. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.