100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Inleiding tot het Recht - Alle Notities €8,39   In winkelwagen

College aantekeningen

Inleiding tot het Recht - Alle Notities

 67 keer bekeken  2 keer verkocht
  • Vak
  • Instelling

Drie delen van Inleiding tot het recht - 1e bachelor Handelswetenschappen KULeuven - Campus Brussel Deel 1 - Staatsrecht, Deel 2 - Burgerlijk recht, Verbintenissen, Deel 3 - Ondernemingsrecht

Voorbeeld 4 van de 139  pagina's

  • 26 februari 2022
  • 139
  • 2021/2022
  • College aantekeningen
  • Drie professoren
  • Alle colleges
avatar-seller
RECHT HOE LEREN?
*Schema maken adv slides
*Samenvatting maken adv notities/slides (+ extra info uit boek)


STAATSRECHT LES 1


1. Objectief recht  Subjectief recht

 Bronnen van subjectief recht
o Rechtsfeiten
 Voorbeeld: als je 18 wordt krijg je het subjectief recht om
met de auto te mogen rijden / te trouwen / subjectief recht
op uw ouders dat zij in je opvoeding investeren
o Rechtshandelingen
 Menselijke gedragingne met het oog op creëren van
rechtsgevolgen
 Voorbeeld: inschrijven op unief, contract aangaan

 Toepassing: wie heeft het auteursrecht op de tattoo van iemand?
o Fotograaf?
o
o De tatoeëerder?

 fotograaf



2. Publiek recht  Privaat recht

 Publiek recht:
 Zijn van dwingend recht = je kan niet afwijken van
deze rechten vb. je krijgt pas op je 18 het recht om
rijbewijs te halen


3. Rechtsubject  Rechtsobject


4. Natuurlijke personen  Rechtspersonen

,RECHT LES 2


 Scheiding der machten
o Wetgevende macht = parlement (kamer en senaat)
1. Waar men de objectief rechtsregels opstelt en gaat neerleggen in
wetten
2. Aan deze kan men subjectief rechten ontleden
o Uitvoerende macht = regering en koning
1. Past de objectieve rechtsregels toe
2. Verantwoordelijk voor Dagelijks bestuurd vh land
o Rechterlijke macht = hoven en rechtbanken
1. Komen tussen bij geschillen tussen de objectieve rechtsregels
2. En kunnen deze afdwingen

 Monarchie, in BE =>
o een grondwettelijke: we hebben een grondwet, is de structuur van het
koningshuis
o Representatieve: vorst heeft geen staatsmacht, deze ligt bij een democratisch
verkozen parlement, die onze vertegenwoordigen (representeren:
o Erfelijke: troonopvolging gaat via erfelijkheid
o Monarchie: koningshuis

o Koning oefent geen staatsmacht uit
1. Behoort tot de uitvoerende en wetgevende macht, maar oefent deze
niet uit => zie art. 106 GW
 stelt de wetten zelf niet op en past ze zelf niet toe
 Civiele lijst: fondsen die de koning krijgt voor zijn taken,
bepaald door een wet = een formele wet => art. 89 GW
 Persoon van de koning is onschendbaar = immuun tegen straf
en burgerlijk recht => art. 88 GW
o Wanneer iemand een subjectief recht heeft tegen de
koning dan kan u deze niet op hem toepassen
o Zolang koning Albert 2 op de koning was kon de
dochter dit niet doen
o Parlementsleden zijn ook onschendbaar, maar kan
worden opgeheven

,  Parlementaire monarchie  Presidentiële regimes
o Leopold III
1. Niet erg populair
2. gebracht naar Oostenrijk door Duitsers
3. Na WO II:
o Referendum of koning Leopold III nog nodig was
o Men heeft toen koning Leopold III niet geschikt om te
regeren bepaalt volgends => art. GW?
o 2e ander voorbeeld: bij Boudewijn toen hij zich voor
enkele uren niet in staat was om te regeren, omdat hij
abortus wet niet kon ondertekenen

o President Trump // Presidentieel regime
1. Onderscheid met een monarchie:
 Staatshoofd wordt RECHTSTREEKS verkozen
 Staatshoofd heeft staatsmacht
 Scheiding tussen wetgevende macht (parlement) 
uitvoerende macht (regering) enkel verantwoordelijk
tegenover de president
 Gedwongen samenwerking: president moet met parlement
werken die van een andere politieke strekking zijn

 Eenheidsstaat // Federale Staat // Confederatie (statenbond)
o Eenheidsstaat:
1. 1 centrale overheid, waarbij alle macht; soevereiniteit centraal ligt
2. Deconcentratie: dat de centrale overheid, bepaalde instellingen
opricht in het land die verantwoording verschuldigd zijn aan hen =/=
niet autonoom
3. Decentralisatie: bepaalde bevoegdheden van de centrale overheid
worden naar lagere niveaus gebracht, zoals gemeentes of provincies
die deze dan uitvoeren, maar bij een conflict zal de centrale overheid
altijd voorrang hebben
4. Voorbeelden: ierland/ italië
o Federale staat:
1. Verschillende bevoegdheidsniveaus
 Federale niveau:
o
 Niveau van de deelstaten:
o = zijn autonoom
o = niet ondergeschikt aan federale niveau, staan naast
het federale niveau
o Decreten en ordonanties hebben zelfde binnende
kracht als wetten
o Beschikken over eigen fin. Middelen
2. Verschillende federalisme’s
 Centripetaal: 2 autonomen entiteiten vormen samen een staat
die naar elkaar toe groeien

, Centrifugaal: 2 autonomen entiteiten vormen samen een staat
die uit elkaar gaan vb. spanje/Belgie
3. Voorbeelden: belgië; usa; swiss
o Confederatie (statenbond):
1. Twee soevereine staten die via een vedrag beslissen op een aantal
bevoegdheden samen te werken vb. defensie, buitenlands beleid
2. 1 van de 2 staten hebben een veto op de andere
3. Vlaams-Belang + NVA willen dit bijvoorbeeld met België doen en zo
Vlaanderen en Wallonië splitsen in een statenbond

 Historiek België: van eenheidsstaat naar federale staat
o Zie slide

o Streven naar officiële tweetaligheid
o Vlamingen wouden eigen autonoom bestuur
o Industriële revolutie: Vlaanderen werden rijker
1. Creatie van de deelstaten
o Universiteit gesplitst KUL naar Louvain La Neuve

 Ontwikkeling van België, omwille van het streven naar meer splitsing tussen
Wallonië  Vlaanderen door de groeiende polarisatie => staatshervormingen

o 1970
o 1980
o 1988-89
o 1993
o 2001
1. Vooral hervormingen met betrekking tot fiscaliteit
2. Mogelijkheid om provincies en gemeenten autonoom te gaan
organiseren
3. Arbritragehof => grondwettelijk hof
o 2010
1. Gezondheidsbeleid naar de deelstaten => NU: kritiek gekregen
omwille van corona-crisis
2. Fiscale autonomie in de deelstaten

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper EllaDubois. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,39. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 71184 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,39  2x  verkocht
  • (0)
  Kopen