Algemene introductie over diversiteit
Slogan van dit vak; bewust worden van enorme diversiteit in denken, voelen en handelen tussen
mensen overal ter wereld.
Doel; dat wij ons bewust worden van de rijkdom die er is in de samenleving. Het anders zijn wordt
niet uit de weg gegaan. Bewust worden van eigen en andermans referentiekaders door vanuit de
theorie denkkaders te beheersen om deze verschillen en overeenkomsten te duiden.
We leven in een complexe samenleving. Het daagt ons uit om vragen te stellen en niet alles vanuit
één perspectief te bekijken. Het dwingt ons om eigen fundamenten en vanzelfsprekendheden steeds
opnieuw te bevragen en met andere ogen leren te kijken naar de sociale realiteit.
Superdiversiteit
Het begrip wordt op verschillende manieren geïnterpreteerd.
Het heeft te maken met diversiteit in de diversiteit waarbij er steeds sprake is van ontwikkeling en
verandering.
Vertovec zegt; het is niet langer voldoende om diversiteit alleen te bekijken vanuit etniciteit. Er is
meer nodig;
- Verschillen in immigratiestatus en de rechten en restricties die eraan verbonden zijn
- Verschillen in ervaringen op de arbeidsmarkt
- Verschillen in leeftijd en geslacht
- Patronen van geografische spreiding
- Verdeelde lokale reacties van instanties en bewoners
De interactie van al deze factoren kunnen we aanduiden met de term superdiversiteit.
Dus, niet alleen kijken naar etniciteit, maar ook naar alle andere dimensies, vooral hoe die
samenhangen en elkaar beïnvloeden. Grote manier van kijken wat zorgt voor meer aandacht voor
grote verschillen.
Wat betekent dit voor professionals?
Bij onderzoek kunnen we niet langer kijken naar alleen land van herkomst en/of etniciteit als manier
om diversiteit te bekijken en analyseren.
De andere dimensies moeten we ook in beeld krijgen.
Zorg gericht op een individu, i.p.v. hele groepen uit een bepaald land bijv.
Meer rekening houden met superdiversiteit in het beleid. Zorgt voor nieuwe patronen in
ongelijkheid, vooroordelen en discriminatie. ‘’wij-zij denken’’
Intersectionaliteit of kruispunt denken
Het gaat ons allemaal aan. Het gaat om verschillen waar iedereen mee te maken heeft in contact met
de ander. Nu hebben we veel meer te maken met verschillen dan vroeger. Belangrijk kenmerk van de
huidige wereldsamenleving; meer sprake van diversiteit.
Maatschappelijke ordeningsprincipes; verschillen en combinaties staan centraal die belangrijke assen
vormen van maatschappelijke betekenisgeving. Deze assen geven richting aan de manier waarop de
samenleving wordt ingericht.
G. Wekker zegt; intersectionaliteit verwijst naar de insecties (kruisingen) vd verschillende
ordeningsprincipes die gelijktijdig met elkaar verweven zijn in het snijpunt. Het zegt ook dat je zoveel
meer bent dan 1 onderdeel. Vb. je bent niet alleen man, maar ook heb je een bepaalde achtergrond,
klasse, seksuele identiteit en religie.
,Bij intersectionaliteit gaat het om verschillende deelidentiteiten die samen maken wie jij bent in
totaliteit. Kortom: intersectionaliteit is een manier van denken, handelen en kijken die gekenmerkt
wordt door;
- Dynamisch denken; intersectioneel denken wordt geassocieerd met het beeld van een
caleidoscoop; geeft beeld van kleurrijke, bewegende beelden die steeds weer op
verschillende manieren bepaalde patronen vormen; gaat niet om statisch, maar om een
dynamisch beeld. Gaat niet om voorgeschreven hokjes bij intersectioneel denken, maar meer
een manier van denken die verbindend is, waarbij er ruimte is voor ‘anders zijn’ en je kunnen
inleven in die ‘vreemde ander’.
- Inclusiviteit; gevoel van ‘erbij horen. Inclusie gaat verder dan diversiteit. Belangrijke
kernwaarde bij inclusie is; waardigheid. We moeten het gevoel hebben dat ons leven de
moeite waard is en dat wijzelf ook de moeite waard zijn. Ons eigen leven en die van een
ander betekenis willen geven. Waarde als; erbij betrokken zijn en mee kunnen doen zijn
belangrijk als uitgangspunt, als dat er is komt de diversiteit vanzelf.
- Verwevenheid en gelijktijdigheid; opsommingen van maatschappelijke positioneringen zijn
zo normaal geworden; man of vrouw, zwart of wit etc. Als je niet bij één van beide hoort,
wijk je af, wordt je buitengesloten.
- Meervoudigheid; iedereen heeft een identiteit dat uit deelidentiteiten bestaat. Sprake van
meervoudig perspectief; men denkt niet meer vanuit één perspectief, het of perspectief,
maar meervoudig, het en-enperspectief.
Hoe ga je om met verschillende beelden/verwachtingen van elkaar?
Elk persoon heeft een referentiekader. Een soort bril waardoor die kijkt naar de ander. Voor jezelf
ben je al aan het onderzoeken hoe je gevormd bent. Zo zou je ook moeten kijken naar de ander,
maar vaak zit daar een gekleurde bril tussen. Vaak heb je al een bepaalde gedachte over iemand.
Referentiekader; wijze waarop jij de ander, de
samenleving, de wereld om je heen waarneemt en hoe
je daar betekenis aan geeft. Gevormd door je
socialisatie.
Zo kijken we naar een ander persoon die we tegen
komen, maar wat gebeurd hier nu? Vaak zien we de
persoon als 1 kleur, we zien niet meer alle verschillende
kleuren bolletjes. Want vanuit ons referentiekader zijn
we geneigd om iemand te oordelen, veroordelen.
Jouw referentiekader voelt als waarheid. Vaak gaan we onze waarden en normen ook verheffen,
vinden wij de waarheid. Dat zijn onze ideeën, zo zit de waarheid in elkaar. Daar is in de theorie een
woord voor bedacht; sociaal-constructivisme.
Sociaal constructivisme = mensen construeren hun eigen (sociale) werkelijkheid door te interacteren
met medemensen. Er is niet één waarheid, maar er zijn vele naast elkaar. De subjectiviteit van
menselijke waarneming en oordelen wordt tot uitgangspunt genomen. Niet dat er geen
gemeenschappelijke betekenisconstructie mogelijk is, deze is echter niet vanzelfsprekend. Mensen
gaan in de omgang met de werkelijkheid vooral af op de interpretatie ervan in en door de
(sub)cultuur waar zij deel van uit maken. Belangrijke anderen bepalen in belangrijke mate hoe wij de
werkelijkheid ervaren en hoe wij ons zelf zien. Mensen zijn hierbij steeds uit op het bewaken en
verstevigen van hun identiteit. Belangrijke anderen zijn diegenen die bereid zijn die identiteit te
helpen behouden en verstevigen.
Sociaal-constructivisme
Dus het uitgangspunt is; wordt uitgegaan van subjectieve werkelijkheid.
,Ieder mens heeft zijn eigen beelden van de werkelijkheid.
Ieder mens ordent, waardeert en verbindt nieuwe kennis op een eigen persoonlijke manier. Leren is
dan ook betekenis verlenen.
Personen met een referentiekader en een subjectief idee van de werkelijkheid vormen samen de
samenleving.
Dus de samenleving bestaat uit al die verschillende personen, met alle eigen identiteiten. Om die
samenleving behapbaar te houden gaan wij als mensen;
- Onderscheid maken.
- Onderscheid is pas mogelijk als er grenzen worden gecreëerd.
- Door grenzen laat iets zich bespreekbaar maken.
- Grenzen sluiten dus zowel in als uit, denk aan discriminatie.
- Elke waarnemer maakt eigen grenzen en vele ervan zijn gemeenschappelijk.
- En toch ook subjectief; goede, ware, positieve, enig mogelijke..
Dus de samenleving ziet er dan ongeveer zo uit; allemaal mensen
met een identiteit die groepjes vormen. Sommige mensen zitten in
meer groepen. Sommigen sluiten uit. Er is ook een groep die
bestaat uit 1 persoon. Dus een samenleving is een complex geheel.
Grenzen sluiten hier al in en uit, je hoort ergens bij of niet. Soms
hebben we hulp nodig om over te stappen naar een andere groep;
we hebben een brug nodig om de andere groep te gaan leren
kennen.
Kortom;
Als mensen proberen wij te duiden, proberen wij hokjes en vakjes te maken, classificeren, delen in,
maken categorieën, benoemen, maken onderscheid.
Maar ook; we oordelen, veroordelen, discrimineren, zoeken naar normativiteit (jouw norm, mening
etc. opleggen bij de ander, geeft aan hoe het hoor, wat gewenst of ongewenst gedrag is),
stigmatiseren.
Maar ook; we zoeken naar consensus (leden van een groep hebben overeenstemming gevonden),
proberen de ander te begrijpen, sluiten aan.
Dus, hokjes zijn nodig om elkaar te begrijpen, maar doel is ook om elkaar in te sluiten.
Normativiteit is dan ook een woord om te zeggen dat jouw norm, jouw waarheid, iets moet zijn voor
iedereen.
Gelijkheidsideaal
Is in de grondwet terecht gekomen; dat we in NL iedereen gelijk willen behandelen. We mogen
nergens op discrimineren.
Het is de eerste wet in onze grondwet.
Je zou zeggen; iedereen kent deze, dus is het ook heel makkelijk om deze te doen. Maar dat is nog
niet zo makkelijk.
Conclusie; het is niet zo makkelijk om inclusief te zijn!
Beroepshouding
We leren accepteren, verbinden en inzetten van verschillen. Dat we leren communiceren met elkaar.
Dat hoe groter de verschillen zijn we nog meer ons best moeten doen om die te overbruggen.
Sociaal kapitaal volgens R. Putman
Hij zegt; sociaal kapitaal = kenmerken van sociale organisatie zoals netwerken, normen en sociaal
vertrouwen dat de coördinatie en samenwerking vergemakkelijken voor wederzijds voordeel.
Hij zegt dat globalisering heeft geleid tot afname van sociaal kapitaal.
, Bonding en bridging volgens R. Putman
Bonding = vormen van sterke banden tussen mensen van dezelfde gemeenschap of achtergrond,
zoals familie of dezelfde leeftijdsgroep. Naar binnen gekeerde vorm van sociaal kapitaal.
Bridging = sociale contacten bouwen met andere groepen die niet hetzelfde zijn als jij. Doel is om
bruggen te bouwen en verbinden te maken met andere gemeenschappen, leeftijdsgroepen of
etnische groepen. Naar buiten gekeerde vorm van sociaal kapitaal. Hierdoor ontstaan sterkere
netwerken die klasse, status en achtergrond overstijgen wat zorgt voor andere soort wederkerigheid;
vernieuwing en versteviging.
Het sociaal kapitaal neemt toe door bonding en bridging.