100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Bewustzijnsfilosofie samenvatting deel II (2022) + begrippenlijst (zelf 9 gehaald) €2,99
In winkelwagen

Samenvatting

Bewustzijnsfilosofie samenvatting deel II (2022) + begrippenlijst (zelf 9 gehaald)

1 beoordeling
 66 keer bekeken  4 keer verkocht

Overzichtelijke en uitgebreide Nederlandse samenvatting voor het tweede deel van het vak bewustzijnsfilosofie (Tilburg University, jaar 1). Deze samenvatting omvat alle stof voor het tentamen; dus zowel de hoorcolleges als de boeken. De samenvatting volgt de structuur van de hoorcolleges (7 t/m 14)...

[Meer zien]
Laatste update van het document: 2 jaar geleden

Voorbeeld 6 van de 34  pagina's

  • Nee
  • Hoofdstuk 2, 4, 6, 7, 9, 10, 11, 14, 15
  • 23 maart 2022
  • 26 maart 2022
  • 34
  • 2021/2022
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (90)

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: lottedekock1 • 2 jaar geleden

reply-writer-avatar

Door: ronavandevijver • 2 jaar geleden

Bedankt voor je beoordeling! Mocht je vragen of feedback hebben, hoor ik het graag :)

avatar-seller
ronavandevijver
Bewustzijnsfilosofie
Samenvatting deel II
Hoorcolleges 7 t/m 14 + de bijbehorende hoofdstukken van het boek



Inhoudsopgave
HC 7 – De natuurlijke methode ..................................................................................................................................2
Question 8 – Can the problem of consciousness be solved? .................................................................................... 2
Hoofdstuk 2 – What is it like to be …? ..................................................................................................................... 5
HC 8 – Projectiethese (deel 1) ....................................................................................................................................5
Hoofdstuk 10 – Pain ................................................................................................................................................ 6
HC 9 – Projectiethese (deel 2) ....................................................................................................................................8
Hoofdstuk 6 – Seeing blue ..................................................................................................................................... 10
HC 10 – Niet bewust van zaken die er wel zijn ......................................................................................................... 10
Hoofdstuk 6 – Filling in the gaps ............................................................................................................................ 11
Hoofdstuk 6 – Implications for theories of vision ................................................................................................... 11
HC 11 – Het probleem van andere geesten .............................................................................................................. 14
Hoofdstuk 11 – Binding by synchrony .................................................................................................................... 16
Hoofdstuk 11 – Reenty and the dynamic core ....................................................................................................... 17
HC 12 – Bewustzijn bij dieren & de functie van bewustzijn ...................................................................................... 18
Hoofdstuk 15 – Animal minds................................................................................................................................ 18
Hoofdstuk 14 – The function of consciousness ...................................................................................................... 18
HC 13 – De illusie van een bewust zelf ..................................................................................................................... 21
Hoofdstuk 7 – Egos, bundles and multiple selves ................................................................................................... 21
HC 14 – De vrije wil .................................................................................................................................................. 24
Hoofdstuk 9 – Agency and free wil ........................................................................................................................ 25
Uitgebreide begrippenlijst bewustzijnsfilosofie ............................................................. Error! Bookmark not defined.
Deel I .................................................................................................................................................................... 28
Deel II ................................................................................................................................................................... 31

,HC 7 – De natuurlijke methode
- We gaan uit van een materialistische positie in het lichaam-geest debat; dus alles wat we over bewustzijn
ontdekken, ontdekken we over het brein.
(we laten in het midden of de identiteitstheorie of het connectionisme de juiste theorie is)
- We nemen een naturalistisch standpunt in: vragen beantwoorden d.m.v. wetenschap.



Question 8 – Can the problem of consciousness be solved?
(8 questions about the conscious mind)

Zombie twins
- Gedachte experiment Chalmers: Stel dat er een exacte fysieke kopie is van ons universum. Deze fysieke
kopie van ons universum heeft dus ook een exacte kopie van onze planeet inclusief alle inwoners. Je eigen
zombie tweeling is op ‘planeet Zombie’ precies hetzelfde aan het doen. Chalmers stelt dat je zombie
tweeling geen fenomenale ervaringen heeft: het zijn fenomenale zombies. Ze hebben dus geen fenomenale
ervaringen maar omdat ze een kopie zijn, gedragen ze zich wel hetzelfde. Stel dat je van een ijsje eet en je
zegt 'dit ijs is heerlijk', ben je misschien geneigd te denken dat de fenomenale ervaring van het ijs de oorzaak
was van die zin. Maar je zombie-tweeling zal precies hetzelfde zeggen, dus wat was de causale rol van
fenomenale ervaringen van de zombie bij het zeggen van deze zin?
o De zombie heeft geen fenomenale ervaringen, dus ze kunnen geen enkele oorzakelijke rol hebben
gespeeld. Aangezien er alleen fysieke eigenschappen zijn in de zombie-wereld, kan alles wat daar
gebeurt in puur fysieke termen worden verklaard.
o Dit heeft ook implicaties voor de verklaringen van ons gedrag in onze wereld. Als alle acties van de
zombie in fysieke termen kunnen worden verklaard, en we handelen op precies dezelfde manier,
kunnen al onze acties ook in precies dezelfde fysieke termen worden verklaard. Dit betekent dat
fenomenale ervaringen niet fysiek kunnen zijn, en als fenomenale ervaringen niet fysiek zijn, is
fysicalisme niet echt.

Is Chalmer’s argument fatal for physicalism?
- Twee argumenten tegen Chalmer’s argument tegen fysicalisme:
1. Het bestaan van zombies is waarschijnlijk onmogelijk (en Chalmers geeft geen goede argumenten
waarom zombies wel zouden kunnen bestaan).
2. Chalmers heeft zijn gedachte experiment zo ontworpen dat als je het gelooft, je het dualisme al hebt
geaccepteerd (het gedachte experiment gaat er van uit dat fenomenale ervaringen niet fysiek zijn, en er
ook niet door worden veroorzaakt, want ze zijn afwezig in het fysieke kopie van onze wereld).
- Wanneer de conclusie wordt getrokken dat het fysicalisme onjuist is, dan is dit geen juiste conclusie, maar
een uitleg van de veronderstelling die al aanwezig was in het gedachte-experiment.

The importance of the phenomenal zombie
- Ondanks dat het gedachte experiment geen goed argument is tegen fysicalisme, is het wel van belang in het
debat. Twee redenen:
1. Ook al is het een gedachte experiment dat bedoeld is om een dualistische intuïtie weg te halen, het haalt in
veel gevallen juist de tegenovergestelde intuïtie weg (zelfs voor dualisten).
2. Ook al ligt de bewijslast bij Chalmers en niet bij zijn tegenstanders, het kan ook worden gezien als een
uitdaging voor de materialist om uit te leggen waarom zombies denkbaar maar niet mogelijk zijn.

,Easy problems and hard problem
- Easy problems: voor deze problemen hebben we een wetenschappelijke methode om het op te lossen. Als
we kunnen antwoorden wat de causale rol of functie van een bepaalde mentale staat is, hebben we te
maken met een easy problem.
- Als Chalmers gelijk heeft, is het onmogelijk om een functionele analyse van fenomenale ervaringen te geven.
Maar het lijkt erop dat er geen causale rol is voor de fenomenale geest: alle causale relaties kunnen in puur
neurologische termen worden verklaard. Chalmers visie komt dan neer op epifenomenalisme, de theorie
dat mentale toestanden echt zijn maar geen causale krachten hebben.



Toespitsing van de problematiek

- Onderscheid tussen cognitie en fenomenaal bewustzijn
o Cognitie heeft intentionaliteit
o (fenomemaal) bewustzijn heeft what it is likeness en qualia (werd in deel 1 ervaringen genoemd)
- Qualia heeft verschillende definities. In deze cursus wordt uitgegaan van de definitie: kwalitatieve aspecten
van een ervaring.
- Fenomenologie: hoe je iets ervaart
- Er is geen eenvoudige definitie van bewustzijn
o Searle: zegt dat er geen definitie is, maar dat bewustzijn wel uitgelegd kan worden door een
voorbeeld: het verschil tussen de droomloze toestand (want als je droomt ben je bewust, maar bij
een droomloze slaap ben je écht onbewust) en de bewuste wakende toestand. Hieruit kunnen we
concluderen dat de bewustzijn nodig hebben om allerlei complexe handelingen uit te voeren (omdat
je dus bewust bent als je wakker bent).
o Tegenargument Searle: Kenneth Parks heeft een stressvol leven en valt in slaap voor de TV. Als hij
wakker wordt, heeft hij zijn schoonmoeder vermoord. Hij heeft dit gedaan in zijn slaap en is dus een
slaapwandelaar. De handelingen die hij heeft uitgevoerd waren complex maar hij was aan het
slaapwandelen; deze handelingen heeft hij dus onbewust verricht. Waar hebben we het dan voor
nodig als het niet noodzakelijk is voor complexe handelingen.
- Fenomenale (of filosofische) zombie: iemand die fysiek hetzelfde is als een ‘normaal’ persoon en hetzelfde
gedrag vertoont als een ‘normaal’ persoon maar dan onbewust (deze heeft dus géén qualia en what-it-is-
likeness). Het gedrag van deze zombie (die hetzelfde is als dat van een ‘normaal’ mens) kan verklaart worden
zonder bewustzijn nodig te hebben. Je hebt dan bewustzijn dus ook niet nodig om ons gedrag te verklaren.
Dit roept de vraag op: doet het bewustzijn er wel toe?
o Maar we hebben wel bewustzijn. Als het niet fysisch is, is bewustzijn dan net als in het
epifenomenalisme (:het subjectieve bewustzijn is een volkomen machteloos bijverschijnsel van
hersenprocessen) of het dualisme.
- Blindsight: patiënten met een beschadiging aan de primaire visuele cortex die het vermogen hebben om te
reageren op visuele stimuli zonder ze bewust waar te nemen.
o Graham Young: bekend geval van blindsight
o Hoe komt het dat hij zo vaak goed gokt? -> de input wordt op verschillende manieren verwerkt.
1. Van de ogen naar de visuele cortex (een jong evolutionair pad; bestaat nog niet zo lang)
2. Het tweede pad verwerkt (blijkbaar) informatie zonder dat we daar bewust van zijn (evolutionair
oudere pad).
Young heeft dus schade aan het evolutionair jongere deel, maar niet aan het evolutionair oudere
pad.
o Is Young dus een filosofische zombie: hij ziet zonder zich er bewust van te zijn.
o Larry Weiskrantz: heeft Young veel onderzocht. Hij stelt dat als je weet welk deel van de hersenen
kapot is en dan kan vaststellen dat deze persoon geen visuele ervaringen meer heeft, dan weet je
dus dat dit bepaalde deel een rol speelt in het tot stand komen van bewuste ervaringen.
- Parks en Young voeren dus handelingen uit waar je normaal bewustzijn voor nodig hebt. Zijn zij dan niet
(gedeeltelijk) een zombie.

, o Young is geen zombie omdat hij enkel geen visuele ervaringen heeft in zijn rechter visuele veld.
Young weet ook dat hij geen bewuste ervaringen heeft, dit is iets wat de filosofische zombie nooit
zou doen. Mensen met blindsight zullen niet uit zichzelf iets zeggen over een stimulus. In het forced-
choice experiment krijgen ze meerkeuze vragen. Iemand met blindsight scoort bijna altijd goed maar
iemand zonder blindsight scoort altijd goed. De echte filosofische zombie heeft superblindsight; hoe
doet het net zo goed als een ziende (hij heeft dus net als een ziende alles goed) maar ziet niets.



Methodologische uitgangspunten (hoe pakken we onderzoek naar bewustzijn aan?)

- Naturalisme: stelt dat vragen over het bewustzijn moeten worden beantwoord door wetenschap i.p.v. door
filosoferen.
o Met de wetenschappelijke methode is ontdekt dat wij geëvolueerde wezens zijn. Ons bewustzijn is
dus ook geëvolueerd. Bewustzijn zal dus waarschijnlijk een biologische functie hebben.
- De natuurlijke methode:
o Owen Flanagan: beschrijft de natuurlijke methode (heeft hem niet bedacht). Hij stelt dat er een
interdisciplinaire methode nodig is om inzicht te verwerven in bewustzijn en om de problemen
rondom bewustzijn op te lossen; Begin met het kijken naar drie verschillende inzichten. (1) Neem
fenomenologie (= hoe de persoon iets ervaart; geen wetenschappelijke methode) serieus. Luister
naar wat individuen te zeggen hebben over bepaalde (bewuste) ervaringen. Kijk ook naar de
psychologie en cognitieve wetenschap en luister naar wat ze zeggen over bewustzijn. Kijk ten slotte
goed naar wat de neurologen zeggen over hoe bewuste mentale gebeurtenissen worden
gerealiseerd en vergelijk de overeenkomsten en verschillen tussen deze drie inzichten. (Je zou
natuurlijk ook kunnen gaan kijken naar andere wetenschap zoals filosofie, biologie, psychiatrie,
antropologie, sociologie, scheikunde en natuurkunde.)
o Voorbeeld; de Penfield homunculus: stelt de hersenen voor in een menselijke vorm. Het brein wordt
uitgebeeld als een mannetje met grote handen, vingers, voeten en lippen. De omvang van de
ledematen van het mannetje beeldt de grootte van het corresponderende gebied in de motorische
schors uit.
 Als je alleen naar het brein zou kijken, kom je niet achter de functie en kom je er niet achter
of het bewustzijn zich hier bevindt.
 Als je alleen introspectie gebruikt, kom je er niet achter dat je het brein nodig hebt om te
denken en te voelen.
 Met de natuurlijke methode combineer je dus verschillende methodes om tot nieuwe
antwoorden te komen. Penfield kon alleen maar de Penfield homunculus bedenken/
ontdekken door de combinatie van hersenonderzoek en de fenomenologie van patiënten.
- Neodarwinistische evolutietheorie:
o Als we stellen dat bewustzijn een functie heeft, dan zal het een evolutionaire functie moeten
hebben; overleven of reproductie
- Inductie:
o Inductie (algemeen maken/ generaliseren): op basis van een aantal waarnemingen waarin A op B
volgt, concluderen dat A altijd op B volgt. Of op basis van een aantal waarnemingen waarin A=B
concluderen dat A=B altijd klopt.
o De generalisatie die we maken vanuit gevalsstudies m.b.t. bewustzijn is nooit zeker.
 Daarom bekijken we vaker meerdere gevalsstudies met dezelfde conclusie om meer
empirisch bewijs te verzamelen.



The natural method applied to depression
- Een deel van de karakterisering van depressie is in termen van fenomenologie: depressie wordt voornamelijk
gekenmerkt door langdurig verdriet, zelfverwijt, een gevoel van waardeloosheid en een gebrek aan plezier.

, - We moeten hierbij de fenomenologie serieus nemen, maar alleen de fenomenologie is niet genoeg. De kans
om een goede behandeling te vinden is groter als we weten waardoor een depressie wordt veroorzaakt.
- Het gebruik van alléén fenomenologie levert ons geen kennis op over de verhoudingen tussen geest en
lichaam. Maar kijken naar alléén de hersenen geeft ons ook geen inzicht in deze relaties. Om erachter te
komen wat de precieze relaties zijn tussen mentale, en belichaamde en gesitueerde hersentoestanden,
moeten we verschillende disciplines combineren.



Hoofdstuk 2 – What is it like to be …?
- Qualia (enkelvoud quale): kwalitatieve aspecten van ons bewustzijn en ervaringen.
- Hoe kan je bepalen of qualia bestaan? Ze hebben namelijk geen fysieke eigenschappen die gemeten kunnen
worden. Gedachte experimenten kunnen hierbij helpen.
- Frank Jackson: bedacht het Mary gedachte experiment. Mary leeft in de toekomst waarin alles over de
hersenen bekend is. Mary weet zelf alles van kleurwaarnemingen. Ze is echter opgegroeid in een zwart-witte
kamer en heeft nog nooit kleur gezien. Hoe zal Mary reageren als ze voor het eerst kleuren ziet?
o Mary zal verbaasd zijn over alle kleuren.
o Mary zal niet verbaasd zijn, ze weet immers al alles over kleurwaarneming.
Filmpje over dit gedachte experiment: https://youtu.be/mGYmiQkah4o
- Filosofische zombie: iemand die identiek is aan je, maar geen bewustzijn heeft. Kan een filosofische zombie
bestaan?
o Ja, een filosofische zombie is mogelijk.
Volgens Todd Moody kunnen deze zombies denken, verbeelden of dromen maar kunnen ze deze
termen niet begrijpen zoals wij ze begrijpen. Deze zombies kunnen er bijvoorbeeld wel praten over
dromen (omdat ze dit hebben geleerd), maar ze zullen niet de ervaring van dromen kunnen hebben.
o Nee, een filosofische zombie is niet mogelijk.
Dennett introduceert het concept van de zimbo: een complexe zombie die, als gevolg van
zelfcontrole, interne (onbewuste) toestanden heeft. We kunnen de zimbo bijvoorbeeld vragen naar
zijn dromen of gevoelens. Het zou dergelijke vragen kunnen beantwoorden omdat het zijn eigen
activiteiten kan controleren. De antwoorden zouden heel normaal lijken en suggereren dat het
bewust was. De zimbo zou denken dat hij een bewustzijn heeft, zelfs als dat zo was. Zo komt Dennet
tot zijn bewering dat we allemaal zombies zijn. Wat hij bedoelt is dat we complexe zelf
controlerende zombies zijn die kunnen praten en denken over mentale beelden, dromen en
gevoelens.



Dus…

- Bewustzijn valt moeilijk te definiëren, maar we weten nu dat het nodig is om spontaan gedrag te vertonen
en om accurate informatie over onze omgeving te verwerven.
- De natuurlijke/ wetenschappelijke methode is de beste methode om bewustzijn te onderzoeken.




HC 8 – Projectiethese (deel 1)
- Het is beter/ handiger om bewustzijn géén definitie te geven maar te omschrijven a.d.h.v. eigenschappen en
voorbeelden.
- Je zou (fenomenaal) bewustzijn nog wel kunnen definiëren als kwalitatieve aspecten met qualia

, Bewustzijn is zowel homogeen als heterogeen

- Owen Flanagan: (fenomenaal) bewustzijn is aan de ene kant homogeen: elke ervaring heeft een what-it-is-
likeness. Maar aan de andere kant is het heterogeen: geen ervaring is hetzelfde.
- Bewustzijn is dus homogeen en heterogeen. Dit levert een probleem op: als we iets in het algemeen
(homogeen) willen vertellen over bewustzijn, dan zit je met het probleem dat bewustzijn ook zo heterogeen
is dat wat je ontdekt over het ene type ervaring misschien helemaal niet geldt voor een ander type ervaring;
als we willen weten wat bewustzijn is, dan moeten we het voor elke type apart vaststellen
o Als alle bewuste ervaringen zo verschillend zijn, hebben ze dan allemaal wel een biologische functie;
welke zijn biologisch adaptief? (= een resultaat van evolutie). Sommige mentale toestanden kunnen
ook bijverschijnselen zijn van adaptieve eigenschappen.
- Darwin: evolutie door natuurlijke selectie mede door kunstmatige selectie (: selectie door mensen van
dieren of planten op bepaalde eigenschappen; je selecteert bijvoorbeeld op kwaliteit i.p.v kleur).
o Voorbeeld: Dimitri Belyaev moest tamme zilvervossen kweken omdat dit makkelijker was voor
bontjassen dan wilde zilvervossen. Hij selecteerde dus op tamheid. Door deze selectie zijn er grote
verschillen tussen de tamme en de wilde zilvervos. De verschillende schedel en de floppy oren zijn
bijproducten van het selecteren op tamheid. Pleiotropie: één gen codeert niet voor één eigenschap
maar voor verschillende eigenschappen. Als je dus selecteert op tamheid, zal dit gevolgen hebben
voor andere eigenschappen (bijv. type oren) die worden gecodeerd door hetzelfde gen.
 Het kan dus zijn dat als je de vraag stelt over de evolutionaire functie van een eigenschap,
deze eigenschap geen functie heeft maar een bijproduct is.
 Niet alle biologische eigenschappen zijn dus biologisch adaptief. Het gevaar van alle
eigenschappen biologisch adaptief zien, heeft panadaptionism (Stephen Jay Gould).



Hoofdstuk 10 – Pain
- Pijn: een onaangename zintuiglijke en emotionele ervaring geassocieerd met werkelijke of potentiële
schade, of beschreven in termen van dergelijke schade.
- Pijn is altijd subjectief.
- Pijn correleert met neurale gebeurtenissen. Wanneer iemand pijn heeft, vinden er tal van chemische
veranderingen plaats en gaan signalen langs gespecialiseerde dunne, niet-gemyeliniseerde neuronen
genaamd C-vezels genaamd. Deze signalen gaan naar het ruggenmerg, van daar naar de hersenstam,
thalamus en de delen van de cortex, waaronder de somatosensorische cortex en de cortex anterior cingulate
(ACC).
- De correlatie tussen de hoeveelheid ervaren pijn en de hoeveelheid activiteit in deze gebieden blijkt vrij
nauw te zijn, waarbij fMRI- en PET-onderzoeken meer hersenactiviteit in ACC laten zien wanneer pijn als
intenser wordt ervaren.
- Pijn voelt anders als het onverwacht is dan wanneer het zelf wordt toegebracht.
- Waar is de pijn?
o Logischerwijs zou je denken dat het in je arm zit, en dat is zeker waar het lijkt te zijn.
o Identiteitstheoretici zouden het in de hersenen vinden, of misschien ook in alle C-vezels en andere
geactiveerde delen van het zenuwstelsel.
o Dualisten zouden zeggen dat pijn in de geest zit en daarom strikt gezien geen locatie heeft.
o Damsio: het hebben van een zelf is nodig om pijn te voelen. Hij stelt dat neurale patronen niet
genoeg zijn om pijn pijnlijk te maken. Om de emotionele kwaliteiten te hebben die pijn heeft, moet
je weten dat je ook pijn hebt.
o Humphrey: zintuiglijk bewustzijn is een activiteit. We hebben geen pijn, we worden gepijnigd.
waarneming van pijn -> gevoel van pijn -> ervaring van actief pijn hebben -> actief proberen van de
pijn af te komen.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ronavandevijver. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 59063 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€2,99  4x  verkocht
  • (1)
In winkelwagen
Toegevoegd