100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Inleiding Jeugdrecht literatuur, hoorcollege, werkgroep en jurisprudentie () €7,99   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Inleiding Jeugdrecht literatuur, hoorcollege, werkgroep en jurisprudentie ()

 32 keer bekeken  3 keer verkocht

Ik heb het vak inleiding jeugdrecht in een keer afgerond met een 7. Daarvoor heb ik deze samenvatting van literatuur, hoorcolleges, werkgroepen en jurisprudentie gebruikt. Deze samenvatting bevat geen antwoorden op de werkgroepopdrachten.

Voorbeeld 4 van de 52  pagina's

  • 31 maart 2022
  • 52
  • 2020/2021
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (9)
avatar-seller
Julietmaaike
Kleine samenvatting inleiding jeugdrecht

Week 1
Wet- en regelgeving
- VN- Verdrag inzake de Rechten van het Kind, 20 November 1989;
- General comment No. 12 (2009) The right of the child to be heard;
- General comment No. 14 (2013) on the right of the child to have his or her best interest
taken as a primary consideration (art. 3, para. 1).

Jeugdrecht – reikwijdte en bronnen
Het gaat steeds over de minderjarige in het recht. Zij verhouden zich tot hun ouders en verzorgers.
Het gaat altijd over relatie minderjarigen-verzorgers. Boek 1 BW is de belangrijkste bron. Dit is het
algemeen civielrechtelijke jeugdrecht.
Gezag: ouderlijk gezag en voogdij. Wie voedt jou op? Wie beslist over je leven? Ook
handelingsbekwaamheid komt aan de orde.

Civiele jeugdbeschermingsrecht: wat als je ontwikkeling wordt bedreigd? Welke stappen mag de
overheid dan nemen? In hoeverre mag de overheid inbreken in het gezinsleven? Mag gezag worden
ontnomen?

Jeugdstrafrecht: is lastig want gaat eigenlijk over het gehele materiele en formele strafrecht. In
beginsel is dat gewoon van toepassing. Er zijn bepalingen die wel afwijken omdat jongeren een
speciale status hebben en kwetsbaarder zijn. Wordt er voldoende rekening gehouden met hun
belangen?

Jeugdhulp en mensenrechten komen ook aan de orde.
Actief in zowel publiek- als privaatrecht. Vertrekken uit het recht maar ook verschillende disciplines
worden bekeken en internationale verdragen.

Jeugdrecht – ontwikkeling
- 1905: kinderwetten die voor het eerst erkende dat kinderen een bepaalde bijzondere positie
innemen. Het recht moet bescherming waarborgen. Ouders hadden hiervoor heel veel
vrijheid. Opvoeding werd aan de ouders overgelaten. ‘kinderwetje van Van Houten’. Als
kinderen delicten gaan plegen gaat het niet goed met de leefomgeving van kinderen.
- Na WOII: welzijnsdenken. Meer aandacht voor ondersteuning van gezinnen. Ook dankzij de
opkomst van maatschappelijk werk ouders hadden soms gewoon hulp nodig.
- Jaren 70: opkomst aandacht rechtspositie. Men vond dat de overheid niet zomaar z’n gang
kon gaan. Eerlijke processen, kans geven ouders om problemen op te lossen. Meer aandacht
voor de rechtspositie van het kind zelf. Daarvoor: ouders, verzorgers. Nu voor het eerst
aandacht voor de minderjarige als rechtssubject. Meer invloed EVRM.
- 1989: IVRK
- 1995: inwerkingtreding IVRK

Kort: het gaat dus eigenlijk om de vraag in hoeverre de overheid zich met een opvoeding mag
bemoeien. Het gaat niet alleen om het doel om het te realiseren maar er moet ook oog zijn voor
kansen ouders en eerlijkheid naar kind en ouders. Eerlijke, noodzakelijke, proportionele interventie.

Opzet college: rechten van het kind
Kinderrechten zijn soort toetsingskader Nederlandse jeugdrecht. Kern: IVRK

1: Internationale mensenrechten


1

,Kinderrechten zijn onderdeel van het internationale kader: vooral ontwikkelt in de 20 e eeuw. De
notie dat je als mens rechten hebt, zijn noties die al eeuwen oud zijn. Door de wereldoorlogen is het
besef gekomen dat het belangrijk is om internationaal te erkennen dat mensenrechten er ook echt
toe doen. Wanneer er fascisme, nationalisme is komen mensenrechten in het gedrang. Ontstaan VN
en League of Nations zorgde voor verdere ontwikkeling van mensenrechten. Oorspronkelijk gaat het
over regulering verhouding overheid en burger, verticaal. Wat mag de overheid niet: negatieve
verplichtingen. Tegenwoordig vooral ook positieve verplichtingen van de overheid. Ontwikkeling:
Raad van Europa, later de EU.

2: Opkomst kinderrechten
- 1924: declaration of Geneva: duidelijke lijst met wat de mensheid verplicht is aan kinderen.
- 1959: declaration of the rights of the child: voor het eerst dat rechten noties terugkomen.
Een verwijzing nar belang van het kind als kernbeginsel. In alle aangelegenheden met
kinderen moet het belang van het kind een plek krijgen.
Kinderen werden gezien als kwetsbaar. Er is daar een bijzondere verantwoordelijk voor nodig van de
overheid.
- 1979: year of the child: voorstel van Polen: verklaring alleen is de zwak. Meer belang voor de
rechtspositie voor het kind zelf. Daarom moest de verklaring een verdrag worden: juridisch
bindend.
- 1989: IVRK aangenomen door de VN.
- 1995: inwerkingtreding en protocollen (seksuele uitbuiting en bescherming gewapende
conflicten) van het verdrag.

IVRK
Elk kind dat zich bevindt in de rechtsmacht van één van de landen waarbinnen het Verdrag in
werking is getreden heeft recht op de vervulling van zijn of haar rechten uit het IVRK. 41 IVRK bepaalt
dat ingeval andere Verdragen van toepassing zijn, de voor het kind meest gunstige regeling van toe-
passing is.

De werking van mensenrechten voor burgers kan met name een verplichting van de overheid
inhouden. In andere gevallen is het mogelijk dat artikelen door hun formulering en inhoud
rechtstreeks van toepassing kunnen zijn ten behoeve van burgers (rechtstreekse werking). In
Nederland bepaalt de rechter op grond van artikel 93 en 94 Grondwet (Gw) of een verdragsbepaling
rechtstreekse werking heeft. Hierbij wordt gelet op de aard, inhoud, strekking en formulering van
een bepaling. Ook bedoelingen van de opstellers van het verdrag en de Nederlandse wetgevers die
het verdrag hebben geratificeerd worden meegenomen in de beoordeling. Ten slotte wordt gekeken
naar uitvoeringswetgeving en de mogelijkheden binnen het nationale recht om de norm rechtstreeks
te kunnen laten werken. Rechtstreekse werking:
- 7 lid 1 IVRK;
- 9 lid 2 IVRK;
- 9 lid 3 en 4 IVRK;
- 10 lid 1 IVRK;
- 13 IVRK;
- 14 IVRK;
- 15 IVRK;
- 16 IVRK;
- 30 IVRK;
- 37 IVRK;
- 40 lid 2 IVRK;
- 5 IVRK;
- 8 lid 1 IVRK;
- 12 lid 1 IVRK;
2

, - 2 IVRK;
- 3 lid 1 IVRK;
- 9 lid 1 IVRK.
Er heerst verdeeldheid over 2 IVRK. Naast deze rechtstreekse werking geldt dat Nederlandse wet- en
regelgeving altijd verdragsconform moet worden geïnterpreteerd en bij strijdigheid ondergeschikt is
aan internationaal recht.

Horizontale werking
In het IVRK kan het in het bijzonder gaan om de positie van ouders en andere betrokkenen bij de
opvoeding.

De rechten zijn niet altijd absoluut. Beperkingen:
- Bedreiging voor andere belangen;
- Botsing tussen verschillende grondrechten.

Holistische benadering
Het IVRK beschouwt het geheel van de rechten, die in het Verdrag zijn vastgelegd als essentieel voor
de ontwikkeling van kinderen. Men moet dus steeds naast het specifieke artikel ook het geheel van
rechten in ogenschouw nemen.

3 IVRK – algemene kenmerken
Bijzonder verdrag want reguleert een bijzondere groep. Ook: economische, sociale en culturele
rechten van de mens. Erkenning kind als rechtssubject, kind in ontwikkeling met bijzondere
behoeften, lid van zijn gezin/familie.

Perspectief op kinderen is door dit verdrag veranderd. Bijzondere zorg nodig want kwetsbare groep.
Maar nu vertrekken we vanuit het idee dat kinderen mens zijn en daarom recht hebben op
mensenrechten. Daarnaast zijn ze kwetsbaar, maar is afhankelijk van verschillende
ontwikkelingsfases. Juridische blik op kinderen is veranderd: niet de vraag of ze rechten hebben,
maar dit is een uitgangspunt. Je houdt ook oog voor de verschillende fases van kinderen. Verdrag
erkend uitdrukkelijk dat kinderen lid zijn van hun gezin (preambule). Gezin is meest natuurlijke
omgeving voor kinderen en verhouden zich tot ouders/verzorgers.

Dit verdrag is erg breed omarmd: bijna alle landen hebben het verdrag erkend. VS niet hoewel er
geen reden is om het niet de ratificeren. Argument wel: bedreiging rechten van ouders en doodsstraf
die op kinderen nooit van toepassing zou mogen zijn. Geen overheidsbemoeienis in de opvoeding.

Positie ouders (18 IVRK): het zijn de ouders die de eerste verantwoordelijkheid hebben voor het kind.
De overheid moet respecteren dat de ouders die rol hebben. Overheid moet ouders hierin
ondersteunen. Positie ouders is niet absoluut: geen scheiding kind met ouders (9 IVRK). Overheid
moet bepaalde dingen wel faciliteren (5 IVRK) (‘evolving capacities’).
19 IVRK: geen vormen van geweld
5 IVRK: overheid moet erkennen dat het aan de ouders is begeleiding uitoefening van hun rechten.
Het gaat dus ook om de horizontale verhouding tussen ouders en kind.

Samenvattend kan de verhouding ouder- kind in het Verdrag als volgt worden omschreven:
1. Ouders zijn verantwoordelijk voor de opvoeding van hun kinderen waarbij zij rekening
moeten houden met de toenemende zelfstandigheid van de kinderen.
2. Deoverheidmoetdeoudersondersteuneninhunopvoedingsverantwoordelijkheid.
3. Kinderen moeten bij hun ouders wonen, tenzij het echt niet kan.
4. Wanneer ouders en kinderen gescheiden zijn, moet de overheid helpen die band weer te
herstellen.
3

, Kinderen moeten meer autonomie krijgen naarmate ze ouder worden.
- Vanaf 16: autonoom
- 12 – 16: gezamenlijk
- Tot 12: ouders

Bijzondere thema’s (selectie):
- Child protection / alternative care (9, 20, 21, 25 IVRK / Guidelinesalternative care);
- Juvenile justice (40, 37 IVRK; Beijing rules / Havana rules / Riyadh guidelines)
- Special groups of children: refugee children (22 IVRK), children with disabilities (23 IVRK),
indigenous children (30 IVRK), children in armed conflict (38 etc. IVRK), detained children (37
IVRK), child victims (39 IVRK).

Uitgangspunten:
 General principles (volgens VN-Comité): werken overal doorheen
- 2 IVRK – Verbod op discriminatie
- 3 (1) IVRK – Belang van het kind
- 6 IVRK – Recht op leven en ontwikkeling
- 12 IVRK – Recht om te worden gehoord
 Definitie van ‘kind’ (1 IVRK)
- Waar beginnen kinderrechten (geboorte of eerder?) en waar eindigen ze (18 jaar)?
 ‘Evolving capacities’ (5 IVRK): ontwikkelende vermogens van het kind
- Vrijheid van godsdienst – 14 IVRK
- Recht op onderwijs – 28 IVRK
- Rechtsingang? + Recht om gehoord te worden – 12 IVRK. - Medische beslissingen

12 IVRK – General principle
Dit artikel laat zien dat er naar kinderen geluisterd moet worden. Het uitgangspunt van het verdrag is
dat elk kind in staat is zijn of haar mening te uiten.

Het is geen recht op zichzelf maar moet worden gebruikt bij de realisatie van de andere IVRK-
bepalingen. Dit artikel moet bij toepassing van alle andere artikelen in acht worden genomen en
daarom is het de centrale bepaling.

Elementen:
- Recht op informatie (over rechten, maar ook procedure);
- Recht om gehoord te worden;
- Recht dat er passend belang wordt gehecht aan de mening.

Opbouw
In het eerste deel (de artikelen 1-41) worden de materiële rechten opgesomd. Het tweede deel (de
artikelen 42-45) gaat over toezicht en rapportage. Het derde deel (de artikelen 46-54) bevat
procedurele voorschriften. Er zijn verschillende indelingen. Een bekende indeling is in de drie p’s:
provision (voorzieningen), protection (bescherming) en participation (participatie):
 Voorzieningen: Kinderen hebben recht op voorzieningen die noodzakelijk zijn voor hun
ontwikkeling zoals recht op voedsel en gezondheidszorg (artikel 24 IVRK), sociale zekerheid
(artikel 26 IVRK), onderwijs (de artikelen 28-29 IVRK) en speelmogelijkheden (artikel 31
IVRK).
 Bescherming: kinderen hebben recht op bescherming tegen mishandeling, verwaarlozing en
andere vormen van geweld (artikel 19 IVRK), kinderarbeid (artikel 32 IVRK), drugsmisbruik
(artikel 33 IVRK), seksueel misbruik (artikel 34 IVRK), handel in kinderen (artikel 35 IVRK) en
marteling (artikel 37 IVRK).
4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Julietmaaike. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 80467 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€7,99  3x  verkocht
  • (0)
  Kopen