Inhoud:
1. Zaalberg, A., Nijman, H., Bulten, E., Stroosma, L., Staak, C. van der (2010). Effects of
nutritional supplements on aggression, rule-breaking, and psychopathology among young
adult prisoners. Aggressive Behavior, 36, 117-126.
2. Asscher, J., Dekovic, M., Laan, P. van der, Prins, P. & Arum, S. van (2007). De effectiviteit
van multisysteemtherapie (MST). Knelpunten en kansen bij de implementatie van een
randomized controlled trial. Tijdschrift voor Criminologie, 49(1), 57-67.
3. Petrosino, A., Turpin-Petrosino, C., & Buehler, J. (2003). Scared straight and other juvenile
awareness programs for preventing juvenile delinquency: A systematic review of the
randomized experimental evidence. The ANNALS of the American Academy of Political and
Social Science, 589, 41-62.
4. Wermink, H., Blokland, A., Nieuwbeerta, P., & Tollenaar, N. (2009). Recidive na
werkstraffen: Een gematchte vergelijking met gevangenisstraffen. Tijdschrift voor
Criminologie, 51(3), 211-227.
5. Tulder, F. van (2008). Kosten van criminaliteit en baten van criminaliteitsbestrijding.
Tijdschrift voor Criminologie, 50, 273-282.
6. Fazel, S. & Seewald, K. (2012). Severe mental Illness in 33588 prisoners worldwide:
systematic review and meta-regression analysis. The British Journal of Psychiatry, 200, 364-
371. doi: 10.1192/bjp.bp.111.096370.
7. Van Bekkum, A.H., Kuin, N.C., Meijers, J. & Harte, J.M. (2021). Te ziek voor reguliere
detentie, te gewelddadig voor de GGZ. Zorg voor gedetineerden met psychiatrische
problematiek in de Penitentiaire Psychiatrische Centra. Sancties, 5, 340-351.
8. Harte, J.M. (2017). Recidive inschatten met behulp van een empirisch model. Kansen voor
de strafrechtspraktijk? Nederlands Juristenblad, afl 33, 2386-2389.
9. Höing, M. & Alards, A. (2019). Circles of Support and Accountability. Een social network
voor zedendelinquenten. Justitiële Verkenningen, 45(3), 61-77.
10. Drieschner K.H., Hesper B., Marrozos I. (2010). Effectonderzoek in de TBSsector. De
Psycholoog, 45, 10-20.
11. Braun, P.C. (2013). Perspectiefverlies bij levenslange gevangenisstraf en longstay-tbs-
kader. Overeenkomsten en verschillen, Justitiële Interventies, 39(2), 109-119.
12. Koehler, J.A., Lösel, F., Akoensi, T.D., & Humphreys, D.K. (2013). A systematic review
and meta-analysis on the effects of young offender treatment programs in Europe. Journal of
Experimental Criminology, 9, 19-43.
13. Farrington, D.P. & Welsh, B. (2005). Randomized experiments in criminology: What have
we learned in the last two decades? Journal of Experimental Criminology, 1, 9-38.
1
,14. Wartna, B., Alberda, D., & Verweij, S. (2013). Wat werkt in Nederland en wat niet? Een
meta-analyse van Nederlands recidiveonderzoek naar de effecten van strafrechtelijke
interventies. Tijdschrift voor Criminologie, 55(1), 3-23.
WEEK 2
Artikel Asscher, Dekovic, Laan, Prins & Arum (2007) – Multisysteemtherapie
In de criminologie wordt gepleit voor meer RCT-onderzoek. In dit artikel lees je voor welke
dilemma's en ingewikkelde vragen je als onderzoeker komt te staan als je kiest voor een RCT.
Algemeen:
• Over multisysteemtherapie: preventie van recidive en verminderen van antisociaal gedrag
bij jeugdige delinquenten.
• Intensieve en ambulante behandeling gebaseerd op Bronfenbrenner’s sociaal-
ecologische gedragstheorie (ontwikkeling van jongeren en daarmee ook van de
instandhouding van gedragsproblemen is het gevolg van de interacties van de jongeren
in verschillende systemen om zich heen, bv. school en gezin).
• Gericht op problemen van de jongeren en hun gezin binnen en tussen verschillende
systemen.
• Behandeling is in de natuurlijke omgeving (+ ecologische validiteit).
• Meta-analyse: effectgrootte van .50 in buitenland (- vaak onderzoek door de ontwikkelaars
of uitvoerders). In onafhankelijke studies geen verschillen tussen MST en controlegroep.
RCT:
• Twee manieren voor verwijzen: strafrechtelijk (op zitting) of civielrechtelijk
(ondertoezichtstelling advies door Raad voor Kinderbescherming).
• Wanneer randomisatie? (1) Wanneer de verwijzers MST voor het eerst overwegen. (2)
Einde van juridische procedure, wanneer iemand daadwerkelijk al is aangemeld.
• Juridische procedures dwingen tot zo vroeg mogelijk (moeilijk om de controlegroep nog in
later stadium de interventie te onthouden).
• Juridische dilemma’s: principe van legaliteit (‘heel gezin veroordelen’),
proportionaliteitsprincipe (zware straf) en gelijkheidsbeginsel (randomisatie gaat daar
tegenin).
2
, • MST supervisor bij De Waag nam het initiatief om onderzoekers te benaderen voor
evaluatieonderzoek. Alle therapeuten werken ook mee.
• Draagvlak neemt af als je controlegroep niks aanbiedt. Nadeel van
wachtlijstcontroleconditie: bij follow-up studies heeft controlegroep inmiddels ook al
interventie gehad.
Artikel Zaalberg, Nijman, Bulten, Stroosma & Staak (2010) – Effects of nutritional
supplements on aggression
In dit onderzoek is gepoogd een dubbelblind RCT uit te voeren. Maar of dat gelukt is?
• Dieet kan invloed hebben op gedrag. Vis bevat bijvoorbeeld voedingsstoffen die invloed
kunnen hebben op breinmechanismen en slechte voeding kan gedragsmatige
consequenties hebben.
• Dubbelblind RCT, random toediening, met mannelijke volwassen daders. 32% drop outs.
• Voor toedienen: enquête afgenomen, agressieve incidenten uitgevraagd.
• 24u na toedienen werd gevraagd in welke conditie de mensen dachten dat ze zaten. 89%
had het fout, maar na het experiment had slechts 25% het fout. Dubbelblind onderzoek is
dus mislukt, maar het wordt niet duidelijk waar dit door komt.
• Onderzoek laat zien dat het totale aantal geregistreerde incidenten afgenomen was in de
experimentele groep, ten opzichte van de controlegroep (MAAR: afname van 34%
tegenover 14% toename bij de controlegroep).
Artikel Petrosino, Turpin-Petrosino & Buehler (2003) – Scared Straight
Dit is een overzicht van studies naar de werkzaamheid van Scared Straight. Het is
indrukwekkend te lezen wat de auteurs hebben gedaan om alle grijze literatuur vinden.
• Delinquente jongeren afschrikken door jongeren een bezoek te laten brengen aan de
gevangenis en in gesprek te gaan met gevangenen.
• Deze interventies zijn populair want ze zijn goedkoop, passen bij wat het publiek wil en
zijn een makkelijke manier om gedetineerden te laten bijdragen aan preventie.
• RCT wees uit dat er geen effect is van de interventie op crimineel gedrag in vergelijking
tot de controlegroep. Sommige studies wezen zelfs uit dat de personen in de
experimentele groep een hogere kans hadden om gearresteerd te worden.
• Desondanks blijven de programma’s nog steeds heel populair.
• De eerdere positieve studies, voorbeeld: 10 v/d 12 jongeren hebben geen delicten
gepleegd binnen de eerste (slechts) 3 maanden na de interventie. Maar hier is geen
controlegroep bekeken.
3