Mk 1.2a bijeenkomst 1: het hormonale stelsel introductie 1 Anatomie 8 & 10 – Pat 12 & 13
Martini: eerste deel hoofdstuk 10, t/m 10.5
Pathologie: Eerste deel hoofdstuk 12, t/m 12.6.
1. De functie bij de homeostase van communicatie tussen cellen verklaren en de aanvullende functies
van het endocriene stelsel en het zenuwstelsel beschrijven.
2. De belangrijkste groepen hormonen noemen en de algemene mechanismen van de werking van
hormonen op doelorganen verklaren.
3. De ligging, de hormonen, functies en aandoeningen van de hypofyse beschrijven.
4. De ligging, de hormonen, functies en aandoeningen van de schildklier beschrijven.
5. De invloed van antidiuretisch hormoon (ADH) op de nieren beschrijven.
6. Het effect van hormonale hyposecretie en hypersecretie op verschillende organen toelichten.
7. Verklaren op welke wijze hormonen op elkaar inwerken om gecoördineerde reacties teweeg te
brengen en beschrijven op welke wijze het endocriene stelsel op stress reageert en welke
invloed veroudering op dit stelsel heeft.
Het hormonale stelsel/ Endocriene stelsel
Handhaven homeostase communicatie tussen cellen en weefsels
- Endocriene stelsel trager en langdurig (hormonen)
- Zenuwstelsel snel en kort (neurotransmitters)
Hoe werkt het hormonale stelsel algemeen:
Al je endocriene organen worden aangestuurd door 1 plek in je hersenen
Aansturing gebeurt door hypothalamus en hypofyse. Dit doen ze door zelf hormonen af te geven.
Endocriene klier geeft hormonen af aan het bloed die gaan via de bloedbaan door het hele lichaam
heen. Dan komen ze bij verschillende weefsel en de organen terecht. Zodra een van dei weefsels het
hormoon herkent kan het hormoon binden aan het weefsel en dat verzorgt een effect. Elk hormoon
heeft een ander effect.
Hormonen = chemische signaalstoffen
Elk hormoon heeft specifieke doelcellen met receptoren
,Hypofyse en hypothalamus
- Vanuit daar wordt je endocriene stelsel aangestuurd
- Doen ze door zelf hormonen af te geven
Hypofyse
Voorkwab = adenohypofyse
- Poortadersysteem
- Adenoweefsel = klierweefsel kan zelf hormonen aanmaken
Achterkwab = neurohypofyse
- Axonen
- Bevat neuroweefsel = zenuwweefsel kan niet zelf hormonen
aanmaken maar kan wel hormonen ontvangen vanuit
de hypothalamus
9 verschillende hormonen
7 door hypofysevoorkwab en 2 door hypofyse achterkwab.
Voorkwab poortadersysteem
Achterkwab axonen
Hormonen voorkwab (adenohypofyse) geeft instructies aan:
ACHTH bijnieren
TSH schildklier (meer van weten)
Groeihormoon (GH) skeletspieren, spierweefsel, kraakbeencellen
Prolactine (PRL) melkklieren (bij zwangerschap)
FSH ovaria/ testes (rijping ei of zaadcellen)
LH ovaria/ testes (ei sprong)
Hormonen achterkwab (neurohypofyse)
Antidiuretisch hormoon (ADH) Nieren, remming plassen
Oxytocine uterus en melkklieren/ zaadleider en prostaatklier
(De 6 in het paars kennen)
,Ontstaat er een storing in een van deze hormonen dan kunnen er verschillende ziektebeelden
ontstaan zoals:
- Tumor in de hypofyse
- Acromegalie (heel erg snel en lang doorgroeien, handen, voeten, hoofdomtrek)
Antidiuretisch hormoon (ADH) (effect op nieren).
Normale werking hypothalamus, ADH gemaakt, word afgegeven aan hypofyse achterkwab de
neurohypofyse en die geeft ADH af aan je bloed. Effect van ADH op je nieren, het zorgt ervoor dat je
meer water terug uit je urine gaat halen, zorgt ervoor dat je minder gaat plassen. Je urine wordt veel
geconcentreerder.
Osmotische (aantal opgeloste deeltjes in een concentratie) waarde van je bloed. Je hypothalamus
registreert constant wat je osmotische waarde is. Als deze stijgt, dan denkt hypothalamus he dit wil
ik niet dus gaat ADH afgeven. Je gaat dan minder plassen, meer dorst krijgt, of te wel meer vocht
vasthouden. De waarde van je bloed gaat dan weer omlaag. Bloed bestaat voor een groot deel uit
water en als je meer vocht vasthoudt word je bloed minder geconcentreerd dus waarde daalt en
herstelt zich.
Wanneer stijgt bijvoorbeeld je osmotische waarde van je bloed? Als mensen uitgedroogd zijn. Dit kan
door buikgriep.
XTC en Alcohol kunnen tijdelijk ADH verstoren, ze beïnvloeden elkaar op een tegenovergestelde
manier:
XTC stimuleert ADH-afgifte (minder plassen maar krijgt dorst)
Alcohol remt ADH-afgifte (meer plassen maar minder dorst)
Ziektebeelden langdurig ADH:
SAIDH
- Te veel ADH afgifte lichaam houdt veel vocht vast
- Weinig plassen hierdoor kan de zouthuishouding in je bloed veranderen
- Geen reactie meer op osmolariteit
Voorbeeld van oorzaken SAIDH (te veel ADH afgeven, plassen wordt extreem geremd):
- Iets in hersenen als oorzaak
- Infectie
- Kanker
- Medicijnen
- Infectie
, - Longaandoening
Gevolg = hyponatriëmie
- Algehele malaise, verwardheid insult en coma
- Belang bijhouden vochtbalans
TSH= hypofyse hormoon
TSH sterk verhoogd? Vrij thyroxine verlaagd? = hypothyreoïdie
THS sterk verlaagd vrij thyroxine verhoogd? = hyperthyreoïdie
Bij kanker: kan hele algemene klachten geven verandering ontlasting, minder eetlust, vermoeidheid
Kan ook bij hormonale, cardiale aandoeningen
Hoe kan iemand een te langzaam werkende schilklier hebben?
1. Ligt aan de schilklier zelf = primaire hypothyreoïdie
Dit kan je zien doordat de TSH-waarde hoog zijn
2. Of hij wordt niet goed aangestuurd vanuit de hypofyse = secundaire hypothyreoïdie
Dit kan je zien doordat de TSH waarde laag zijn
2de stap om te weten wat de oorzaak is voor een te langzaam werkende schilklier?
= kijken naar het hypofyse hormoon (TSH) stimuleert die de schilklier wel voldoende?
Thyroxine = schilklier hormoon, als die is verlaagd= te langzaam werkende schilklier= hypothyreodie
TSH = hormoon wat je hypofyse afgeeft om je schilklier te stimuleren
Oorzaak van schilklier problemen?
Kan bv ziekte van graves zijn dit is een auto-immuun ziekte waar de schilklier te snel werkt hiervoor
is de behandeling met radioactief jodium= dit maakt de schildkliercellen kapot en hierdoor gaat hij
dus minder snel werken. Complicatie: Dit kan doorslaan waardoor iemand weer een te langzaam
werkende schilklier
- Schilklier heeft altijd jodium nodig om schildklierhormoon te maken
Oorzaken gestoorde schilklier werking
Hypothyreoïdie
- Chronische ontsteking = Hashimoto
- Thyreoïditis (tijdelijk)
- Iatrogeen : radioactief jodium, na radiotherapie/chriurgie door bepaalde med.
(Onvoorzien en ongewenst effect van een behandeling)
Hyperthyreoïdie
- Ziekte van graves te snel werkende schildklier te veel gestimuleerd
Auto-immuunziekte 70/80%
Waarom is het vervelend als je schildklier niet goed werkt
Je schilklier hormonen stimuleren de eiwitsynthese en verhogen de zuurstofconsumptie. Kan binden
aan de mitochondriën in je cellen dit stimuleert de aanmaak van ATP (energie) dit beïnvloed je
metabolisme De belangrijkste functie van de schildklier is het cel metabolisme
- Verlaagde schilklierhormonen = vertraagde stofwisseling
Bradycardie en lage hartslagfrequentie kan passen bij hypothyreoïdie door:
Trager cel metabolisme en zuurstofconsumptie
Levothyroxine= is voor behandeling van een te traag werkende schilklier