Medische kennis jaar 2
HC week 1: Celbiologie, genetica en verstandelijke beperking
Indeling menselijk lichaam
Cel - weefsel - orgaan - functioneel systeem - mens
Genetica
● DNA: letters op bladzijde
● Gen: bladzijde van een boek
- vaste locatie op het chromosoom
- allelen, varianten van het gen
- iedereen heeft twee allelen per gen
- elk allel codeert voor een eiwit
● Chromosoom: boek
- 23 paren, 1 van vader, 1 van moeder
- 22 homologe paren
- 1 geslacht paar: XX, XY
● Epigenetica: beïnvloeding/gebruik genen
Overerving aandoeningen
● Klassieke overervingspatronen:
- autosomaal dominant, zoals M. Huntington
- autosomaal recessief, voorbeeld taaislijmziekte
- X-gebonden dominant, X-gebonden recessief
- Y-chromosoom
● Syndroom van Down:
- 95% toeval, sterke relatie met de leeftijd van de vrouw
- 5% overerfbaar, stukje extra chromosoom aan een v/d twee
chromosomen
● Ook mogelijk: mutaties in nucleotiden patronen, epigenetisch, combinaties en
mitochondriaal
Wanneer screenen op aandoeningen?
WHO-criteria volgens Wilson en Junger
● Gezondheidsprobleem van belang.
● Er is behandeling voor.
● Opsporen is mogelijk en acceptabel
● Opsporen heeft meer voordelen dan nadelen.
● Proces is wetenschappelijk bewezen en wordt geëvalueerd.
Diagnosticeren
● Welke persoon?
, ● Wat zie ik?
- klinisch beeld of klinisch probleem
● Anamnese, lichamelijk onderzoek, aanvullend onderzoek
● Waar ligt het?
- anatomie
● Waar gaat het mis?
- pathologische anatomie
● Hoe werkt het?
- fysiologie
● Waar gaat het mis?
- pathofysiologie
● Hoe komt het? - etiologie
➢ simpele verklaring door een oorzaak
➢ multifactorieel oorzaken
➢ verklaringsmodellen
Verstandelijke beperking
● Eén op de zeven kinderen - ontwikkelingsachterstand
● Ernstig bij een op de 280 = jaarlijks 600 in NL
● Gradering:
- IQ 70: globale ontwikkelingsachterstand
- IQ 50-70: lichte ontwikkelingsachterstand
- IQ onder de 50: ernstige ontwikkelingsachterstand
● Ontwikkeling kind: motorisch, mentaal, sociaal, taal
Diagnostiek
● Anamnese
● Lichamelijk onderzoek + neurologisch onderzoek
● Specifiek aanvullend onderzoek
- Van Wiechenonderzoek
- IQ-onderzoek (verbaal en performaal IQ)
- Klinisch chemisch onderzoek (plasma en urine)
- Audiologie en oogheelkundig onderzoek
- Genetisch onderzoek, stofwisselingsonderzoek (metabool)
- Neuroimaging MRI
- Per tractus is aanvullend onderzoek mogelijk
Oorzaken verstandelijke beperking
● Verworven:
- Teratogeen: alcohol, roken
- Perinatale oorzaken: rondom de geboorte
- Infecties
, ● Genetisch:
- Chromosomaal (numeriek, structureel)
- Gendefecten (nucleotiden)
- Enzovoort
● Multifactorieel
● Onbekend
Syndroom van Down
● NL: 12.500 = jaarlijks 270 geboortes in NL
● 50 % in de categorie 0-18 jaar
● Mediane leeftijd (1997): 49 jaar (prognose)
● Ontwikkelingsachterstand
● Typische uiterlijke kenmerken
● Orgaanproblemen: hart, longen, nieren
● Betere medische zorg, wel hogere mortaliteit: 4% sterfte in 1e jaar (0,5 bij
rest)
● Betere begeleiding en mogelijkheden tot zorg (zelfstandigheid)
● Verantwoordelijkheid voor de familie
Controles bij Down
● Voorbeelden:
- 0-3 maand: echo op aangeboren hartafwijkingen
- 0-3 maand: oogonderzoek op cataract
- Jaarlijks: schildklier
- Jaarlijks: gebit
Begeleiding bij Down
● Doel:
- Afname mortaliteit en morbiditeit
- Toenemende kwaliteit van leven, relatieve zelfstandigheid en
autonomie
● Mogelijkheden:
- Richtlijn Nederlandse vereniging voor kindergeneeskunde (2011)
- Multidisciplinaire team met een casemanager
- Preventief en proactief gericht beleid op specifieke problemen
- Begeleiding van de ouders
- Stichting DownSyndroom (SDS)
Fragiele-x-syndroom
● Afwijkend X chromosoom
● 1 op 7000 geboorten in NL
Eigenschappen fragiele x
● Typisch gelaat: met lang gezicht, grote oren en uitgesproken kin.
Ontbrekende ooglidplooi
, ● Langzamere ontwikkeling: J verstandelijk beperkt, bij M heeft 30% normaal IQ
● Hyperlaxiteit: snel vermoeid bij lichamelijke activiteiten
● Druk gedrag, leerproblemen, slechte concentratie, impulsief, verlegen
Familiaire hypercholesterolemie
● Zo’n 70.000 in NL
● Door mutatie gen LDL-receptor, dominant
● Roken, hypertensie, hyperglycemie
● Medicatie: statines, ook andere medicijnen
● Dieet: weinig verzadigd vet, veel voedingsvezel, matig met eieren