Samenvatting Beleidskunde H7
Week 1
Hoofdstuk 7: Cosmetische oplossingen: de Romeinse methode van
beleidsconstructie
Doel van beleidsconstructie is het oplossen, terugdringen of voorkomen van
maatschappelijke problemen.
Probleem = een discrepantie tussen wens en werkelijkheid
‘brood en spelen’: het leveren van publieke goederen en diensten die de klachten
reduceren of elimineren ongeacht of het probleem zelf daarmee ook wordt aangepakt.
7.1 praktijkvoorbeelden
Arnhem coffeeshop van het centrum verplaatsen naar een grenspost met een drive-in
coffeeshop waardoor tegemoetgekomen wordt aan de klachten van de wijkbewoners en
zo wordt de problematiek in subjectieve zin wel opgelost.
Nijmegen het laten verrichten van technisch onderzoek is lange tijd het hele antwoord
geweest op de meldingen van stofoverlast van de vliegas fabriek. Het feit dat bestuurders
opdracht geven tot onderzoek, dat deskundigen de onderzoeken verrichten en dat het
resultaat de bevolking steevast in het gelijk stelt, lijken even zovele aanwijzingen te
vormen dat serieuze probleem reducerende daden zullen volgen. Daarop anticiperend
laat de bevolking haar klachten vallen. De suggestie dat er beleidsdaden volgen, heeft
kennelijk dezelfde kracht als die beleidsdaden zelf.
7.2 Theorie
Het sleutelwoord bij cosmetisch beleid is ‘uiterlijke schijn’. Men wekt de indruk een
maatschappelijke problematiek serieus aan te pakken terwijl daar bij nader inzien niets
van blijkt, of men richt zijn acties op de uiterlijke verschijning van een problematiek
maar laat de problematiek in objectieve zin onaangetast.
Helsloot cosmetisch beleid is niet gericht op de werkelijkheid maar op de perceptie van
de werkelijkheid.
5 vormen van cosmetisch beleid:
1. Surrogaatbeleid
a. De problematiek wordt erkend, er wordt actie ondernomen, men weet
echter dat de acties ontoereikend zijn om de problematiek te reduceren of
te elimineren.
b. Placebo-effect
i. Voorbeeld beleidsplacebo: er werd een wijkbureau van de politie
gesloten, met onrust onder de bevolking in de omliggende buurten
als gevolg. Volgens cijfers was hiertoe geen enkele aanleiding.
Daarop besluit de burgemeester dat ’s avonds het licht in het
leegstaande wijkbureau aan moet. De gevoelens van onveiligheid in
de wijk nemen direct af.
2. Symbolisch beleid
a. Er wordt de indruk gewekt dat er actie wordt ondernomen, maar daden
blijven uit. De fasen of stadia tot en met besluitvorming worden dus
doorlopen, dat zijn in het algemeen de stadia die de aandacht van pers en
publiek trekken, daarna houdt het op.
b. ‘veel show, no action’
c. Voorbeeld: praktijkvoorbeeld Nijmegen.
, d. Voorbeeld: coffeeshopbeleid Rutte II: de minister verbiedt de verkoop van
wiet aan buitenlanders, en wijst de gemeenten aan om daarop toe te zien.
Maar die laten weten dat ‘niet actief’ te doen.
3. Symptoombeleid
a. Gericht op bestrijding van de klachten, niet op de kwaal zelf. Er wordt wel
actie ondernomen (verschil symbolisch beleid), maar die heeft welbewust
geen diepe werking.
b. Voorbeeld: financiële compensatie
c. Het probleem wordt niet aangepakt, maar de last die het oplevert wordt, al
dan niet tijdelijk, verzacht.
4. Schuifbeleid
a. De ‘ware problematiek’ wordt niet verdoezeld, er wordt actie ondernomen,
maar de problemen worden niet gereduceerd of geëlimineerd maar
doorgeschoven of afgewenteld naar andere probleemlijders en/of
beleidsactoren.
b. Doorschuiven in de tijd: aanpak nucleair afval wachten op nieuwe
technologieën.
c. Afwentelen op andere actoren: volgende generaties
d. Voorbeeld: praktijkvoorbeeld Arnhem
5. Spookbeleid
a. Een spook is een waarneming van iets dat niet werkelijk bestaat,
fantoompijn is pijn aan een lichaamsdeel dat is geamputeerd. Zo is
spookbeleid beleid voor een maatschappelijk probleem dat niet bestaat.
b. Voorbeeld: boerkaverbod, dierenpolitie
In de praktische politiek zijn cosmetische beleidsoplossingen echter vanwege hun lage
kosten, snelle toepasbaarheid en al dan niet tijdelijke effectiviteit geenszins
ongebruikelijk.
Cosmetisch beleid bestaat derhalve, maar krijgt weinig aandacht in de bestuurs- en
beleidskunde, wat duidt op een lage status in ons vakgebied. Cosmetische oplossingen
zijn immers geen ‘echte’ oplossingen en alleen daarmee houden zichzelf respecterende
professionals zich vanzelfsprekend bezig.
Cosmetische beleidsmaatregelen zijn gepast in afwachting van het beschikbaar komen
van aantoonbaar werkbaar beleid, dus indien de probleemdefinitie nog niet helder is, of
er weinig inzicht bestaat in de oorzaken, of niet duidelijk is welke instrumenten
doeltreffend zijn (bijvoorbeeld: uitvoering is te duur of te moeilijk). Cosmetische
beleidsmaatregelen zijn bovendien gepast als alternatief voor ‘geen beleid’ (bijvoorbeeld:
problematiek is te moeilijk of te gering of het publiek eist optreden).
7.3 Handleiding voor beleidsconstructie volgens de Romeinse methode
Beleid is een antwoord op maatschappelijke problemen, dat wil zeggen problemen
waaronder burgers en bedrijven lijden en die zij graag zien opgelost door beleidsacties.
De constructie van cosmetisch beleid begint met het welbewust afzien van werkzaam
beleid en met het welbewust afzien van het alternatief ‘geen beleid’.
De volgorde bij stap 4 is belangrijk, omdat er in deze volgorde zo dicht mogelijk bij
‘werkzaam beleid’ gebleven wordt. Staan de kosten centraal, dan is de volgorde
andersom.
Stap 1 analyse van de ontwerpopdracht
Stap 2 analyse van het beleidsprobleem