Tentamenstof
Kwantitatief onderzoek
Colleges 5 en 6 door Jeursen: Cijfers in perspectief
Bijleveld Hoofdstuk 2: Onderzoek naar criminaliteit en aanverwante zaken
- Empirische cyclus
- Operationaliseren
- Maatniveaus
- Betrouwbaarheid en validiteit
o Construct, statistisch, intern, extern
- Andere kwaliteitsaspecten
- Selectie-effecten
- Vergelijkbaarheid
- Gelaagde structuur
- Typen criminologisch onderzoek
- Toestemming, privacy en ethiek
- Ethische toetsingscommissies
Bijleveld Hoofdstuk 5: selectie van analyse-eenheden
- Representativiteit en generaliseerbaarheid
- Grootte onderzoeksgroep
- Primaire en secundaire bronnen
- Steekproef afname
- Uitval, weigering en non-respons
Bijleveld Hoofdstuk 6: Bestaande gegevensbronnen
- Statistieken
- Gegevens bij politie en justitie
- Registraties van de politie, OM
- Andere en niet justitiële archieven en dossiers
- Slachtofferenquêtes
- Methoden verschillen
Kwalitatief onderzoek
- Onderzoeksdesign
- Steekproeven
- Betrouwbaarheid en validiteit
- Open interviews
- Digitale methoden
- Discoursanalyse (alleen H8, niet instructie)
- Participerende observatie
- Kwalitatieve analyse
,Hoorcollege 1: introductie
Waarom doen we nog steeds criminologisch onderzoek?
1. Begrijpen nieuwe ontwikkelingen
a. Globalisering, privatisering en digitalisering
b. Voorbeeld: internet biedt nieuwe mogelijkheden om in contact te
komen/verstrikt te raken in criminaliteit. De vraag is dan of internet (de
ontwikkeling) een reden van criminaliteit is of een ander onderliggend
probleem.
2. Nieuwe, theoretische inzichten
a. Psychologisch, sociologisch en economisch
b. Disciplines vormen verschillende stromingen binnen criminologische theorie.
Deze vakgebieden staan steeds minder vast en gaan verscheidene kanten op,
dit heeft ook gevolgen voor de criminologie
3. Belang van kritische reflectie en discussie
a. Reply all: the crime machine
b. Als je niet kritisch genoeg bent dan ga je herhalen wat er in het verleden niet
gewerkt heeft. Voorbeeld: coffeeshops sluiten (corona) levert criminaliteit op
Hoe weet je of dingen nieuwe ontwikkelingen zijn, of dat het herhalingen van achterhaalde
gedachten zijn?
- Voor wie doe je nou eigenlijk het onderzoek?
- Heeft het onderzoek journalistieke waarde of wetenschappelijke waarde?
Hoe doen wij onderzoek? Voorbeelden:
1. Participerende observatie: om een beter beeld te geven van de realiteit van hoe
mensen leven. Vaak is er een discrepantie tussen wat iemand zegt en wat iemand
doet, telt voor politie als voor criminelen.
2. Interviews
3. Vragenlijsten
4. Discourse analyse
5. Statistiek: cijfers moeten in een context gezien worden, cijfers kunnen erg dominant
worden
6. Digitale etnografie: begrijpen van de oogpunten van mensen zelf.
Empirische cyclus: criminologisch kwantitatief onderzoek
Observatie
- Er ontstaat een idee vanuit een observatie
- Afbakenen onderwerp
- Literatuurstudie
- Bijdrage
Inductie
- Abstracte onderzoeksvraag formuleren
- Richting verband
- Van het bijzondere naar een algemene theorie
- Proposities en concepten
,Deductie
- Algemene theorie specificeren
- Werkbare hypothese ontwikkelen
- Van het algemene/de theorie naar het bijzondere
- Operationaliseren
Toetsing
- Onderzoek uitvoeren
o Data verzamelen
o Analyseren en toetsen
- Conclusie
Evaluatie
- Theorie/hypothese bevestigen of verwerpen
- Voldoende zeggingskracht hebben
- Theorie aanpassen, uitbreiden of verbeteren.
Hoorcollege opbouw
1. Overzicht schema kwalitatief onderzoek
2. Probleemstelling en onderzoeksvraag
3. Dataverzamelingsmethoden
4. Steekproeven
Schema kwalitatief onderzoek: Cyclisch-iteratief proces
Voorbeeld: wat is het effect van corona op drugsmarkten?
Toegang krijgen, data verzamelen en analyse zijn iteratieve processen. Later in de cyclus kan
het zijn dat je nog veranderingen moet maken in voorgaande stappen.
- Cyclisch: stappen voor- en achteruit
- Iteratief: heen-en-weer tussen stappen, herhalen
- Anders dan klassieke PTO (Probleemstelling – Theorie – Operationalisatie)
, o Meestal geen hypothese geen ‘toetsing’ maar ‘exploratief’
o Meestal niet deductief (theorie empirie) maar inductief (empirie
theorie)
o Theorie ‘kader’ of ‘zoeklicht’ om data te interpreteren/beschrijven/
verklaren (sensitizing concepts)
Veel kwalitatieve onderzoeksdesigns
- Longitudinaal onderzoek: meer meetmomenten, onderzoekt ontwikkelingen
- Cross-sectioneel of snapshot (één moment): onderzoekt wat NU gebeurt,
momentopname
- Retrospectief: biografie, levensgeschiedenis, percepties voor en na interventie,
historisch
- Comparatief: meta-level en parallelle studies
- Gevalstudie (n=1)
- Etnografisch: kleine groep, thick description, Verstehen
Probleemstelling en onderzoeksvraag formuleren
- Literatuurstudie doen, informatie verzamelen voordat je begint met een
onderzoeksvraag of probleemstelling te bedenken
- Onderzoekbaarheid: moet empirisch en ethisch zijn
- Haalbaarheid: hoe zijn je middelen tijd, geld, respons
- De onderzoeksvraag moet simpel en duidelijk zijn: geen antwoorden in de vraag
zetten en voor iedereen begrijpelijk zijn
- Relevant onderwerp en origineel
o Wetenschappelijk relevant: gap
o Sociaal relevant: belangrijk voor de maatschappij
o Beleidsmatig relevant: heeft politie er bijvoorbeeld wat aan?
- Balans tussen gefocust en breed
- Er moet in staan: wie, wat, waar, hoe en waarom
- Geen ja/nee onderzoeksvragen, open vragen zijn beter
- Oppassen met waarom vragen. Beter focussen op factoren, motieven, etc. Maak
duidelijk wat je bedoelt met waarom als je een waarom vraag stelt?
Dataverzamelingsmethoden
- Open interviews: met deskundigen, daders, politie, slachtoffers, etc.
- Focusgroepen: collectieve interviews
- Participerende observatie: in situaties en locaties, binnen groepen, netwerken,
organisaties, etc.
- Discourse analyse van beelden, geluid of kunst: Foto’s, films, video’s, muziek, etc.
- (Auto)biografie: construeert ervaringen van één persoon
- Digitale methoden: online interviews, virtuele etnografie, focusgroepen, analyse van
sociale media, big data mining, etc.
Typische criminologische onderzoekseenheden
- Praktijken: pedoseksueel gedrag, digitaal surveilleren, corruptie etc.
- Gebeurtenissen: bouwfraude, coronamaatregelen, 9/11, oorlog in Syrië,
diamantenrood, etc.