100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Inleiding in de psychologie €4,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Inleiding in de psychologie

12 beoordelingen
 3120 keer bekeken  48 keer verkocht

Complete, uitgebreide samenvatting van het boek van Gert Alblas, Inleiding in de Psychologie. Samenvatting is ruim voldoende ter voorbereiding van het tentamen; ik haalde een 9 door deze samenvatting en de samenvatting van Professioneel hulpverlenen te leren.

Voorbeeld 3 van de 49  pagina's

  • Ja
  • 7 september 2015
  • 49
  • 2015/2016
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (13)

12  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: dewnarainm • 1 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: maran_mbala • 1 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: eefjevermeulen • 3 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: dientje2003 • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: romanovriens • 6 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: serenaweert • 6 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: bonoverhoev • 7 jaar geleden

beetje verouderd

Bekijk meer beoordelingen  
avatar-seller
Ineke1971
Samenvatting Inleiding in de Psychologie
1.Wat is psychologie

Psychologie = een wetenschap die gericht is op het bestuderen van de aard en de mogelijke
oorzaken van de gevoelens, opvattingen, wensen en gedragingen van mensen

Deelgebieden van de psychologie: (KOSATFG)

Klinische psychologie = houdt zich bezig met het diagnosticeren en behandelen van mensen met
mentale- en gedragsproblemen. Bijvoorbeeld; relatieproblemen, depressies, angststoornissen en
psychosen. Werken zowel zelfstandig als binnen een instituut.

Ontwikkelingspsychologie → houden zich bezig met de bestudering van de lichamelijke en
geestelijke ontwikkeling van mensen vanaf de geboorte tot en met de ouderdom. Nagaan welke
ontwikkelingspatronen en eventueel afwijkingen er zijn op verschillende gebieden bijvoorbeeld
taalontwikkeling, intellectuele ontwikkeling en ontwikkeling in het denken.

Sociale psychologie → richten zich op de manier waarop de sociale omgeving van invloed is op het
denken, voelen en handelen van mensen. De sociale omgeving bestaat bijvoorbeeld uit familie,
collega’s, vrienden, mensen van de sportvereniging etc. Sociaal psychologen bestuderen mensen in
groepen, gaan na hoe groepsleden elkaar beïnvloeden en welke samenwerkingspatronen er ontstaan.
Ze bestuderen de manier waarop mensen elkaar waarnemen en beoordelen en hoe relaties zich
ontwikkelen

Arbeids- en organisatiepsychologie → houden zich bezig met het gedrag van mensen in
organisaties en hoe dit gedrag wordt beïnvloed door kenmerken van het werk en de werksituatie.
Thema’s van onderzoek zijn leiderschap, personeelsselectie, arbeidstevredenheid, inzet en motivatie,
kwaliteit van het werk en arbeidsprestatie. Afstemming vinden tussen de mogelijkheden en de wensen
van medewerkers en de manier waarop de organisatie is ingericht.

Testpsychologie → richt zich op het onderzoeken en beschrijven van de kenmerken, mogelijkheden
en voorkeuren van mensen. Vaststellen van iemands intelligentie, persoonskenmerken, voorkeuren
voor opleiding of beroep en mogelijkheden (kennis en vaardigheden).

Functieleerpsychologie → onderzoeken de psychologische functies van mensen zoals het denken,
voelen, bewegen, waarnemen, leren, geheugen en aandacht. Vaststellen van de werking van deze
functies en de omstandigheden die daarop van invloed zijn.

Gezondheidspsychologen → onderzoeken de relatie tussen omstandigheden en gedragingen en de
geestelijke en lichamelijke gezondheid van mensen. Op zoek naar ziekmakende of gezond houdende
factoren. Bijvoorbeeld relatie tussen sporten en gezondheid. Stressvolle situaties beïnvloeden
bijvoorbeeld de geestelijke en lichamelijke gezondheid.

Doelen van onderzoek:

Classificeren/beschrijven → beschrijven en daarmee classificeren (categorie of type persoon).
Vaststellen van de aard van de gedragingen (soort, hoeveelheid, frequentie, intensiteit), iemands
opvattingen en houdingen, iemands mogelijkheden, iemands karakter of stoornis.



1

,Verklaren → het gaat dan niet meer om het ‘wat’ maar om het ‘waardoor’. Het achterhalen van
oorzaken van gedrag.

Voorspellen → op basis van de oorzaken van gedrag, het gedrag voorspellen. Je stelt dan een
hypothese. Hypothese = een veronderstelling over de samenhang tussen bepaalde verschijnselen.
Bijvoorbeeld; naarmate mensen meer sporten zullen ze minder gezondheidsklachten hebben. Een
hypothese wordt afgeleid uit de kennis die is verzameld over de relatie tussen bijvoorbeeld sporten en
gezondheid. Het vaststellen van de invloed van een bepaalde situatie op het gedrag van mensen door
het opzetten van een experiment. Mensen worden in verschillende situaties geplaatst. Waarbij
gekeken wordt of dat ook tot verschillend gedrag leidt.

Effecten van ingrepen → onderzoek is dan gericht op het vasttellen van effecten van ingrepen.
Bijvoorbeeld reclamespotjes; om te bekijken of die spotjes van invloed zijn worden effectmetingen
gedaan.

Triangulatie = het toepassen van een combinatie van methoden van gegevensverzameling. De
verschillende methoden om gegevens te verzamelen moeten elkaar aanvullen en ondersteunen en zo
een compleet, betrouwbaar beeld opleveren.

Methoden van gegevensverzameling:

Observatie → meestal systematische observatie waarbij gebruik wordt gemaakt van een schema. Het
schema geeft aan naar welke verschijnselen (gedrag, interactie) gekeken wordt en hoe die worden
gescoord (hoeveelheid, frequentie, intensiteit, etc). Voordeel objectief; alleen waarneembaar gedrag
wordt waargenomen.

Nadelen: Mensen voelen zich soms geobserveerd en vertonen daardoor niet hun natuurlijk
gedrag. Om de invloed van de observator op de situatie te vermijden wordt ook wel gebruik
gemaakt van een one-way screen.

Interview → ondervraging van personen waarbij open en gesloten vragen worden gebruikt. Bij het
interview gaat het om meten van gedrag, maar ook om wensen, opvattingen, voorkeuren, houding en
gevoelens. Opiniepeiling = vaststelling van meningen en voorkeuren. Meestal a.d.h.v gesloten vragen
waardoor antwoorden makkelijk te scoren zijn en in percentages kunnen worden weergegeven. Hoe
groter de steekproef van benaderde mensen, hoe betrouwbaarder beeld dit geeft van bijvoorbeeld de
Nederlandse bevolking. Hoe kleiner de steekproef hoe groter de foutenmarge die aangegeven wordt.
Voordeel: iemand gedachten en gevoelens kunnen worden onderzocht, je ziet ook non-verbaal
gedrag.

Nadelen:

1. Mensen kunnen sociaal wenselijke antwoorden geven
2. Mensen hebben de neiging een zo positief mogelijk beeld van zichzelf te geven
3. Bij een interview met veel open vragen kunnen de antwoorden niet zo objectief gescoord
worden als bij gesloten vragen
4. Bij een open interview ligt het gevaar van de subjectieve beoordeling van de gegeven
antwoorden op de loer. Interviewer moet daarom samenvatten wat hij denkt dat de essentie is
van de antwoorden en goed doorvragen



2

, Vragenlijsten → wordt veel gebruikt bij grootschalig onderzoek en bevat gesloten en open vragen.
Wordt veel toegepast door arbeids- en organisatiepsychologen. Met vragenlijsten kunnen
gedragingen, gevoelens, opvattingen, wensen, houdingen en voorkeuren worden vastgesteld.
Voordeel: Grote groepen kunnen bereiken.

Nadelen:

Betrouwbaarheid van deze onderzoeken is afhankelijk van de eerlijkheid en zelfkennis van de
personen. Wanneer er bij meting sprake is van zelfrapportage moet de onderzoeker bedacht
zijn op sociaal wenselijke antwoorden en de neiging van de persoon om zich beter voor te
doen. Een combinatie met een andere meting is wenselijk, zelfrapportage bijvoorbeeld aan
vullen met het oordeel van collega’s of leidinggevende van een persoon.

Tests → met behulp van tests kunnen de eigenschappen van mensen worden vastgesteld
bijvoorbeeld; IQ-test, Cito-toets, vaardighedentest, sporttest of beroepentest. Worden vaak gebruikt
om toekomstig succes in een opleiding of beroep te kunnen voorspellen. Voordeel: meet objectief
iemands capaciteiten. Nadeel: testuitslag kan worden beïnvloed door iemands motivatie.

Bij veel tests is in de loop der jaren een beeld ontstaan hoe de scores op een test bij de Nederlandse
bevolking verdeeld zijn. Die verdeling drukt men dat uit in een normaalverdeling (een schema waarin
weergegeven wordt wat gemiddeld is voor de Nederlandse bevolking, bijvoorbeeld 68% scoort een IQ
tussen de 85 en 115. Daarboven en daar onder is de verdeling een stuk lager). Door een dergelijke
normering van de scores op een test vast te stellen, is vervolgens goed te bepalen hoe laag of hoog
de persoon scoort ten opzichte van anderen. (figuur 3.1 blz 14)

Fysiologische metingen → hiermee worden zaken gemeten als hersengolven, activiteiten van
diverse delen van de hersenen, de reactie van de huid op emoties, de overdracht van signalen tussen
zenuwen en de productie van verschillende hormonen. Bij stress situaties worden bijvoorbeeld 2
fysiologische reacties vertoont; activering van het sympatische zenuwstelsel waardoor adrenaline in
de bloedbaan komt, waardoor energie vrij komt EN het hormoon ACTH komt vrij in de bloedbaan
waardoor meer cortisol vrij komt wat regelt dat er voldoende energie beschikbaar blijft.

Documentenstudie → bij documentenstudie wordt gebruik gemaakt van geschreven bronnen over
een persoon of situatie, bijvoorbeeld een dossier van een andere instantie of eerdere
onderzoeksgegevens.

Vormen van onderzoek:

Gevalsstudie → een diepgaande bestudering van een persoon, groep of organisatie.

Survey-onderzoek → van een survey-onderzoek is sprake als grote aantallen personen ondervraagd
worden met vragenlijsten, waarbij wordt nagegaan of er een samenhang is tussen bepaalde factoren
(bijvoorbeeld tussen de aard van het werk en werktevredenheid).

De samenhang wordt uitgedrukt in een correlatie (r), die een maat aangeeft voor de sterkte van die
samenhang. Er is bijvoorbeeld een samenhang tussen lengte en gewicht bij mensen. De sterkte van
die samenhang wordt uitgedrukt in getallen die lopen van r = +1.00 naar r = -1.00 met in het midden
r =0.00




3

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Ineke1971. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 67096 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,49  48x  verkocht
  • (12)
  Kopen