Het burgerlijke recht valt uiteen in:
- Het vermogensrecht
o De rechter treedt hier op als geschilbeslechter of als beoordelaar van een
rechtsbetrekking
- Het personen- en familierecht
o De rechter behartigt bepaalde specifieke belangen.
o De rechter treedt vaak op als ordenend orgaan, als onderdeel van het bestuur
o Het rechtssubject moet zonder te veel moeite naar de rechter kunnen om een
nieuwe rechtstoestand te vragen
o Of de rechter ingrijpt hangt af van de rechtmatig en doelmatigheid.
Kenmerken burgerlijke procesrecht:
- De functie van het burgerlijk procesrecht is het verwezenlijken van de uit het privaatrecht
voortvloeiende afspraken. Er bestaan twee verschillende onderwerpen in het burgerlijk
procesrecht:
o De procedure
o De tenuitvoerlegging
- In een vonnis worden beide onderwerpen aan elkaar gekoppeld.
- Na het vonnis kan de tenuitvoerlegging beginnen.
- Procespartijen kunnen aanspraak maken op overheidshulp om hun private rechten te
handhaven.
- Het burgerlijke procesrecht is het grensgebied tussen publiek en privaatrecht
- De crediteur die een aanspraak heeft kan door middel van het burgerlijk procesrecht een
veroordeling verkrijgen en die met overheidshulp executeren zodat hij verkrijgt wat hem
rechtmatig toekomt art. 3:296 BW en wordt eigenrichting voorkomen.
o Eigenrichting: de crediteur dwingt de aanspraak die hij op een ander heeft af, maar
met eigen rechtsmiddelen en zonder overheidshulp.
o Eigenrichting is vaak onrechtmatig en leidt tot het recht van de sterkste.
- Het burgerlijke procesrecht wil eigenrichting voorkomen.
- De rechtsbetrekking tussen partijen in een vermogensrechtelijk geding wordt mede bepaald
door de redelijkheid en de billijkheid.
Eigenlijke en oneigenlijke uitspraak
- De rechter treedt op als geschilbeslechter
o Contentieuze/eigenlijke rechtspraak/ twistgeding
Het gaat om een geding waarbij partijen van mening verschillen
, Het geding wordt behelsd door de verzoekschriftprocedure
- De rechter treedt op in het personen – en familierecht
o Voluntaire jurisdictie/oneigenlijke rechtspraak/vrijwillige rechtspraak
Eigenlijke rechtsspraak wordt behelst door de dagvaardingsprocedure
Bij dagvaardingsprocedures gaat het om zaken die van vermogensrechtelijke aard zijn en bij
verzoekschriftprocedures niet. Hierop zijn wel uitzonderingen van toepassing.
Verschillen tussen dagvaarding en verzoekschriftprocedure
- Start van de procedure
o Bij de dagvaardingsprocedure door middel van een dagvaarding
Dit is een stuk die de deurwaarder naar de tegenpartij brengt waarin de
tegenpartij wordt opgeroepen om voor de rechter te verschijnen en om
welke reden
o De verzoekschriftprocedure begint met een verzoekschrift
Dit stuk wordt ingediend bij de griffie van de rechtbank
- Bevoegde rechter
o Bij de dagvaardingsprocedure is dit meestal de rechter van de woon/verblijfplaats
gedaagde bevoegd
o Bij verzoekschriftprocedure meestal de rechter van de woonplaats verzoeker
- Procedure
o Bij de dagvaarding:
Gedaagde reageert met conclusie van antwoord op de dagvaarding
Comparitie, partijen verschijnen bij de rechter
Proces van repliek en dupliek, conclusiewisseling
Vonnis
o Bij verzoekschriftprocedure
Eerst wordt vastgesteld wanneer het verzoek zal worden behandeld
Belanghebbenden kunnen verweerschriften indienen
Verzoek wordt ter zitting behandeld, waarbij iedereen door de rechter wordt
gehoord
Beschikking
- Houding rechter
o Bij de dagvaarding heeft de rechter een minder actieve houding wegens het beginsel
van partijautonomie. De rechter is meer afhankelijk van wat door partijen naar voren
wordt gebracht.
o Bij de verzoekschriftprocedure heeft de rechter een actievere houding.
- Wettekst
o Bij dagvaarding spreekt de tekst van vordering of vorderen art. 78 Rv
o Bij verzoekschrift spreekt de tekst van verzoeken of verzoekt art. 261 lid 2 Rv
Rechtsvordering
- De rechtsvordering is de in rechte gestelde eis
- Een subjectieve recht is een aanspraak die de schuldeiser heeft
- Een vorderingsrecht is het recht om het subjectieve recht af te dwingen
- Rechtsvorderingen die geen vorderingsrecht hebben zijn niet afdwingbaar, dit zijn natuurlijke
verbintenissen.
Misbruik van procesrecht
- Art. 3:13 BW misbruik van bevoegdheid. Schending hiervan levert een
schadevergoedingsverplichting op maar kan er ook voor zorgen dat de uitoefening van
iemand rechts beperkt of belemmerd wordt (dus toepassing in het burgerlijk procesrecht).
, - Bijvoorbeeld:
o Wanneer een partij enkel in hoger beroep gaat om de wederpartij hinder toe te
brengen.
o Een vordering die gebaseerd is op feiten of omstandigheden waarvan de eiser wist
deze onjuist of onvoldoende toekerend waren.
Brussel I-bis
- De verordening is bestemd de rechterlijke bevoegdheid en de tenuitvoerlegging van
rechterlijke beslissingen in handelszaken en in civiele zaken met een grensoverschrijdend
karakter te regelen.
Betekenisverordening
- Een verordening inzake de betekening en kennisgeving van zowel buitengerechtelijke
stukken als gerechtelijke stukken met een grensoverschrijdend karakter.
- Hetzelfde toepassingsbereik als Brussel I-bis.
- Art. 56 Rv is in 2000 toegevoegd met daarin ook een regeling voor de betekening die geldt
voor andere lidstaten.
Beginselen van het procesrecht:
- Beginselen van het procesrecht zijn normen voor een behoorlijke procedure.
- Een fundamentele eis: sommige beginselen van het procesrecht zijn van zo’n dusdanige aard
dat er niet of alleen in heel ernstige gevallen van mag worden afgeweken.
- Functionele eisen: regels die voor een behoorlijk ingericht en goed functioneren procesrecht
zorgen.
o Wanneer hiervan sprake is, is niet altijd duidelijk
o Meest belangrijke is het beginsel van hoor en wederhoor art. 19 Rv
EVRM
- Art. 6 EVRM
o Algemeen:
Hierin staan eisen die gesteld worden aan de rechter en aan de rechtsgang
bij de rechter.
Lid 1 vooral van belang voor het burgerlijk procesrecht.
Dit zijn fundamentele eisen
Art. 6 EVRM kent geen horizontale werking
Partijen kunnen dit artikel dus enkel inroepen in een zaak tegen de
overheid en niet in een zaak tegen een burger
Er is wel sprake van indirecte werking
Het is aan de Staat overgelaten om de procedure zodanig in te
richten dat ongewenst procesgedrag tegen kan worden gegaan en te
zorgen dat de rechter hierop toeziet.
o Af te leiden rechten:
Het recht op toegang tot de rechter
Hiermee staan in verband de eisen van rechtsgelijkheid en
rechtsbescherming.
o De civiele procedure dient eenvoudig en informeel te zijn
van aard.
, o Er moeten zo min mogelijk belemmeringen zijn voor
rechtzoekende om de procedure te doorlopen.
Bijvoorbeeld het mogelijk maken van gefinancierde
rechtsbijstand art. 18 lid 2 Gw.
De wet op de rechtsbijstand.
Dit betekent echter niet dat wanneer iemand is
toegelaten tot rechtsbijstand, dat bij verlies van de
procedure de eisende partij niet in de (proces)kosten
van de wederpartij kan worden veroordeeld.
Het recht op toegang tot een hogere rechter omvat art. 6 EVRM niet
Het recht op een eerlijke behandeling
Hieronder valt onder ander:
o Het beginsel van hoor en wederhoor
Art. 19 Rv hoofdregel
Is in meer artikelen uitgewerkt
Oproepen van de gedaagde door een
dagvaarding
Regels omtrent het verweer en verloop van
de zaak
Regels omtrent getuigenverhoren.
Er mag van worden afgeweken art. 279 lid 1
jo. 700 Rv
Voorbeeld schending hoor en wederhoor:
HR 18 december 1987 (Schook/Vergeer, Sdu-
bundel nr. 26) (rechters van het hof kwamen zelf
tot de conclusie dat iets geen bedrijfspand was
omdat ze er zelf twee x heen waren gegaan. De
rechtsvraag was dan ook of het pand een
bedrijfspand was ja of nee. De HR zei dat de rechters
niet hun beslissing hadden mogen baseren op hun
eigen waarnemingen geheel buiten de procedure
om, zonder dat partijen zich daarover hadden
kunnen uitlaten.
o Gelijkheid in procespositie
Ook wel equality of arms
Het recht van de gelijkheid in procespositie en van
processuele middelen
Een schending kan bijvoorbeeld plaatsvinden
als de getuigen van de ene partij wel worden
gehoord en van de andere partij niet
o Motiveringsplicht
Eis van de eerlijke behandeling
De rechter dient zijn beslissingen met redenen te
omkleden
Art. 121 Gw, art. 5 RO, art. 30 Rv
De motivering zorgt voor een inzicht in de
achterliggende gedachtegang van de rechter en
zorgt voor een grotere aanvaardbaarheid van
uitspraak
, Hiermee wordt willekeur en partijdigheid
tegengegaan.
Ook wordt er duidelijkheid verschaft omtrent de
mogelijkheid om een rechtsmiddel tegen de
uitspraak in te stellen
Een schending levert een cassatiegrond op art. 79 en
80 Rv.
Het beginsel van rechtszekerheid
Het recht op openbaarheid van behandeling
Het doel is om partijen te beschermen tegen beklemmende
rechtsgangen door publieke controle en zo het vertrouwen in de
rechtspleging te bevorderen.
Ook van belang om het fair trial vereiste te verwezenlijken
Art. 121 Gw, art. 4 RO, art. 27 en 29 Rv
Gehele/gedeeltelijke behandeling achter gesloten deuren is enkel
mogelijk met goedkeuring van rechter en partijen art. 27 lid 1 Rv.
Het geheim van de raadkamer
o De beraadslaging van de rechter vindt achter gesloten
deuren plaats art. 7 lid 3 RO
o Om te voorkomen dat een rechter op zijn persoonlijke
mening wordt aangesproken of wordt beschuldigd van
partijdigheid.
Het recht op behandeling binnen een redelijke termijn
De staat dient middelen ter beschikking te stellen zodat het doel van
een redelijke termijn kan worden gehaald
o Bijvoorbeeld:
Adequate wetgeving
Voldoende rechters met voldoende ondersteuning
Mogelijkheid van tijdige executie
De rechter is zelf verantwoordelijk voor hoe de procedure verloopt.
Een mondelinge behandeling van de rechter is vereist door het
EHRM zodat hij tijdig de vereiste inlichtingen kan verschaffen.
Afhankelijk van het geval wanneer er sprake is van een schending.
Art. 20 Rv de wetgever heeft een verplichting opgelegd zodat er geen
onredelijke vertraging van de zaak plaatsvindt.
o Geldt voor rechter en partijen
In geval van schending is een vordering tot vergoeding van
immateriële schade op grond van art. 6:162 BW aan de orde.
Het recht van onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de rechter
De onafhankelijkheid van de rechter door art. 116, 117 GW
De onpartijdigheid
o Subjectieve aspect: de rechter moet daadwerkelijk
onpartijdig zijn.
o Objectieve aspect: de rechter mag de indruk niet wekken dat
de rechter niet onpartijdig is.
Bijvoorbeeld een rechter heeft de zaak inkortgeding
behandeld, dan kan niet altijd de indruk van
vooringenomenheid worden gerechtvaardigdheid
Maar in het algemeen geldt dat zaken zo veel
mogelijk door dezelfde rechters dienen te worden
behandeld.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper marloesmarloes. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.