Week 6: hoofdstuk 8 en 9............................................................................................................................. 15
1
, Week 1: hoofdstuk 1 en 2
Verbintenissenrecht: rechtsverhouding waarbij de ene partij (schuldenaar/debiteur) een
prestatie verschuldigd is aan de andere partij (schuldeiser/crediteur). Het is de rechtsrelatie
tussen twee rechtssubjecten onderling. Verbintenissen ontstaan uit overeenkomsten of
omdat de wet zegt dat er een verbintenis ontstaat (onrechtmatige daad). De verplichting
moet een op geld waardeerbare prestatie zijn.
Verbintenissen uit de wet volgens art. 6:1 BW.
Verbintenissen uit overeenkomsten volgens art. 6:1 BW. Je kan zelf bepalen met wie
je een overeenkomst aangaat.
Verbintenissen hebben drie kenmerken:
- Prestatie op geld waardeerbaar
- Rechtens afdwingbaar
- Tussen rechtssubjecten
Rechtssubject: de drager van rechten en plichten. Er zijn twee soorten rechtssubjecten te
onderscheiden: natuurlijke personen en rechtspersonen.
Er zijn feiten zonder rechtsgevolg (tv kijken) en feiten met rechtsgevolg (rechtsfeiten). Deze
rechtsfeiten kun je onderverdelen in blote feiten je doet er niks voor maar er zijn toch
juridische gevolgen (geboorte) en menselijke handelingen je doet als mens iets voor het
feit (huwelijk).
Rechtshandelingen juridische handeling met een beoogd rechtsgevolg, dit wil zeggen dat
je weet wat je aan het doen bent (een overeenkomst aangaan). Willens en wetens handelen.
2
, Onder te verdelen in meerzijdige (wederkerig en niet-wederkerig) en eenzijdige (gericht of
ongericht).
Feitelijke handelingen menselijke handeling waar je iets doet waar je geen bedoelingen
mee hebt en juridische gevolgen aanhangen (iets kapot maken). Men beoogt niet op een
juridisch gevolg. Deze feitelijke handelingen kun je opdelen:
1. Onrechtmatige daad = inbreuk op een recht zonder bedoelingen. De ander lijdt
schade die door jou is aangericht.
2. Rechtmatige daad = handeling met juridische gevolgen onverschuldigde betaling
(geld terugstorten) of zaakwaarneming (andermans belangen behartigen met
juridische gevolgen).
3. Wanprestatie een partij heeft zich niet aan de overeenkomst gehouden
Volgens art. 3:33 BW vereist een rechtshandeling een op een rechtsgevolg gerichte wil die
zich door een verklaring heeft geopenbaard. Art. 3:37 lid 1 BW bepaalt dat
rechtshandelingen in beginsel vormvrij zijn. Lid 3 bepaalt dat een gerichte verklaring de
wederpartij moet bereiken om werking te hebben.
Rechtshandelingen kunnen een- of meerzijdig zijn. Bij eenzijdige rechtshandelingen is er
maar een handelende persoon, bijvoorbeeld bij een scheiding of opzegging van een
arbeidsovereenkomst. Meerzijdige rechtshandelingen zijn rechtshandelingen waar twee of
meerdere personen bij betrokken zijn, bijvoorbeeld bij een koopovereenkomst of een
huwelijk. Een overeenkomst waarbij beide partijen een verplichting op zich nemen heet een
wederkerige overeenkomst. Schenking is een voorbeeld van een niet-wederkerige
overeenkomst.
Bij eenzijdige rechtshandelingen kan het gericht of ongericht zijn:
- Gericht: moet een ontvanger hebben bereikt om werking te hebben (aanbod)
- Ongericht: er is geen directe ontvanger (opstellen van een testament)
Vijf beginselen privaatrecht:
1. Contractsvrijheid wil zeggen dat iedereen vrij is om een overeenkomst aan te
gaan en vrij om een wederpartij te kiezen. De basis is dus vrij, er zijn echter wel wat
uitzonderingen op deze vrijheid. De uitzonderingen geven een aanvulling of een
beperking op de inhoud van een overeenkomst.
2. Vormvrijheid is gericht op de totstandkoming van een overeenkomst. De
overeenkomst heeft geen speciale vorm waaraan het moet voldoen.
3. Pacta sunt servanda overeenkomsten moeten worden nagekomen/ belofte maakt
schuld. Wat je bent overeengekomen moet je ook nakomen en dat moet komen
vanuit beide partijen.
4. Redelijkheid en billijkheid verstand en rechtsgevoel
5. Bijzonder gaat voor algemeen
Verbintenis uit overeenkomst:
Een overeenkomst is een afspraak tussen twee partijen die ontstaat door aanbod en
aanvaarding (art. 6:217). Hieruit blijkt dat de wil van de twee partijen overeenstemt
wilsovereenstemming. Als de overeenkomst tot stand moet komen dan moet het aanbod
concreet en nauwkeurig genoeg zijn. Dit heet de eis van bepaalbaarheid (6:227). Het aanbod
moet vervolgens worden aanvaard. Bij een eenzijdige overeenkomst wordt er maar van één
partij een prestatie verwacht (schenking). Het is wel een meerzijdige rechtshandeling omdat
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper sharomyboedjarath. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,99. Je zit daarna nergens aan vast.