Sociologie samenvatting
Lecture 1
Mensen doen niet wat ze doen omdat ze regels moeten volgen maar omdat ze overtuigingen,
waarden, belangen en intenties hebben.
Door sociale normen en structuren worden dingen gevormd die wij van zelfsprekend vinden.
Waar denken sociologen over na?
- Menselijk gedrag in de dagelijkse sociale omgeving te proberen te begrijpen
- Consumptiesociologie: hoe het sociale tot stand komt door middel van consumptie
- patronen in de samenleving en deze begrijpen op verschillende niveaus
een samenleving komt met elkaar tot stand binnen een sociale omgeving
- grotere groepen (collectiviteit)
- kleinere groepen of individuen
- relatie tussen deze twee
verwondering over wat er in een samenleving gebeurd
- waarom dat gebeurd
- wat betekent dat voor de mensen in de samenleving
denken vormgeven en kritisch vragen stellen en mogelijk beantwoorden
theorieën en concepten
- kennen
- begrijpen
- toepassen
- gebruiken om kritisch te kunnen denken
de werkelijkheid is geen vaststaand gegeven maar sociaal geconstrueerd= werkelijkheid komt tot
stand binnen sociale processen die verschillen door de tijd en binnen verschillende (sociale)
contexten.
,Sociologische verbeelding
- the idea that one can use sociology to shed light on the social origins and context of personal
problems and issues.
- Iemand met sociologische inzichten zien problemen niet als een persoonlijk falen maar gaat
kijken naar hoe deze problemen sociale roots hebben.
- Relatie tussen individu en samenleving persoonlijke ervaring gelinkt aan instutionele
krachten (als economie, cultuur en educatie)
- Hoe de samenleving georganiseerd is volgens bepaalde patronen
Stucture and agency
- Social structure: “blijvende patronen in de organisatie van het sociale leven, inclusief zaken
als kapitalisme, bureaucratie en genderongelijkheid. Sociale structuren zijn vast, hoewel het
belangrijk is om te onthouden dat ze zijn geconstrueerd door, en gerelateerd zijn aan,
menselijk handelen”
- Agency: “verwijst naar de mate waarin individuen worden gezien als het vermogen om na te
denken en beslissingen te nemen met een relatieve onafhankelijkheid van grotere
structurele krachten.”
- Civil society: het domein van de onafhankelijke burgerorganisatie. (“the sphere of
independent citizen organising.”)
- Social location: "de positie van een individu binnen verschillende overlappende sociale
groepen, zoals geslacht, leeftijd, ras, klasse, seksualiteit, religie en taal."
Material- cultural
- Material: de fysieke en economische aspecten van het leven
- Cultural: systemen en patronen van symbolen, betekenissen en waarden die leden van een
groep gemeen hebben.
Micro and macro
- Micro: niveau van het creëren van betekenissen en sociale interactie- kleineren groepen en
individuen
- Macro: niveau van grotere groepen of volledige systemen of structuren
Consumer culture vs subsistece culture
Capitalism
- "een economisch systeem dat mogelijk wordt gemaakt en wordt gereguleerd door de staat,
gebaseerd op het privébezit van de productie- en bestaansmiddelen, en gericht op het
genereren van winst voor herinvestering of particulier gewin."
- Kenmerken:
- Betaald werk en de dominantie van de markt
, - Winst en groei
Klasse:
- verwijst naar mensen met vergelijkbare niveaus van inkomen, rijkdom, opleiding,
beroepsprestige, levensstijl, smaak, sociale status en/of toegang tot materiële goederen en
diensten binnen systemen van sociale stratificatie
- social stratification: “systemen van ongelijkheid die categorieën mensen organiseren in
hiërarchische lagen. Sociale stratificatie weerspiegelt intersectielijnen van waarde en macht
op basis van ras, klasse en geslacht”
conspicuous consumptoin:
- (Thorstein Veblen): "verwijst naar de consumptie van zeer zichtbare luxegoederen door elites
om zich te onderscheiden van hun sociale ondergeschikten."
Globalisering
- “een reeks sociale, politieke, economische, culturele en ecologische processen waardoor
mensen, plaatsen en economieën steeds meer met elkaar verbonden zijn (en mensen zijn
zich steeds meer bewust geworden van deze onderlinge verbondenheid)”
- “beschrijft een product of dienst die wereldwijd is ontwikkeld en gedistribueerd, maar ook is
ontworpen om de gebruiker of consument in een lokale markt te huisvesten”