KTF 1 Kern A/C
Positieve gezondheid en concepten
Holistische zorg: zorg die
kijkt naar de mentale of
psychische, de
lichamelijke, sociale en
emotionele kanten van de
mens.
Positieve gezondheid
Zelfmanagement: Het zelf
bepalen over bijvoorbeeld
je zorg en je eigen leven
kunnen regelen
Zelfredzaamheid: Mensen
kunnen zich tijdens het dagelijks leven zelf redden
Hetero-anamnese: de voorgeschiedenis van een ziekte zoals deze is te construeren uit
mededelingen van andere personen dan de patiënt zelf, zoals familieleden
WMO: wet maatschappelijke ondersteuning, hierin is geregeld dat burgers hulp en
ondersteuning krijgen om zelfstandig thuis te wonen
ADL: algemene dagelijkse levensverrichtingen, handelingen die mensen dagelijks in het gewone
leven verrichten
Leefstijlfactoren: gaat om gedrag dat een gunstige of een ongunstige invloed kan hebben op de
gezondheid, zoals lichaamsbeweging, roken en overmatig alcoholgebruik.
Risicofactoren: factoren die een relatie hebben met het zich ontwikkelen van een ziekte
(bijvoorbeeld roken bij longkanker)
Kwaliteit van leven is een subjectief begrip. Het zegt iets over hoe een persoon zijn of haar
lichamelijke, psychische en sociale functioneren ervaart. Het kan daarnaast ook objectieve
aspecten betreffen, bijvoorbeeld als het gaat om beperkingen als gevolg van ziekte.
Veelgebruikte indicatoren voor kwaliteit van leven zijn:
- Tevredenheid
- Ervaren gezondheid
- Beperkingen (functioneringsproblemen)
- Regie over eigen leven
,Leefstijl en risicofactoren
Verschillende levensfasen:
1. Zuigeling tot kleuter
2. Schoolkind
3. .Adolescent
4. Volwassene
5. De (kwetsbare) ouderen
De 5 meest voorkomende soa’s:
1. Chlamydia
- Risico’s: ontsteking van de urinebuis; anus; baarmoedermond, onvruchtbaarheid
door ontsteking in onderbuik of bij de bekken, eileiderontsteking.
- Oorzaak: Onveilig seks
- Behandeling: Antibiotica
- Voorkomen: Seks met condoom ook bij anale of orale seks
2. Genitale wratten
- Risico’s: Zijn niet gevaarlijk
- Oorzaak: Worden veroorzaakt door het HPV (humaan papillomavirus) als je onveilige
seks hebt met iemand die HPV heeft.
- Behandeling: Gaan van zelf weg, kan behandeld worden met een crème
- Voorkomen: condoom gebruiken, raak de wratten niet aan
3. Herpes Genitalis
- Risico’s: Kan tijdens zwangerschap leiden tot miskraam
- Oorzaak: onveilige seks, via vingers die bijvoorbeeld van penis naar vagina gaan.
Herpes op je lip/mond is een koortslip
- Behandeling: blijft altijd in je lichaam. Kan behandelt worden met een crème voor op
de blaasjes
- Voorkomen: condoom gebruiken. Geen orale seks met een koortslip. Blaasjes niet
aanraken
4. Gonorroe
- Risico’s: buikvliesontsteking, ontsteking in de bijbal; urinebuis; endeldarm
- Oorzaak: onveilige seks, orale of anale seks. Ook vingeren, aftrekken en kontlikken
- Behandeling: antibiotica kuur
- Voorkomen: condoom of beflapje gebruiken
5. Hepatitis B
- Risico’s: Ontsteking van de lever
- Oorzaak: onveilige seks, orale seks, bloed (scheermesjes, spuiten etc.)
- Behandeling: Meestal binnen 6 maanden vanzelf over, anders medicijnen
- Voorkomen: vaccineren, condoom gebruiken
Verslaving:
Wanneer je niet meer de drang kunt beheersen tot het gebruik van middelen waarvan je lichamelijk
en/of geestelijk afhankelijk bent geworden. Verslaving is een lichamelijke en/of geestelijke ziekte. Er
, zijn 2 soorten verslaving. Namelijk de verslaving aan stoffen/middelen en de verslaving aan
gedrag/handelingen.
Verslaving aan stoffen/middelen: denk aan alcohol, nicotine, drugs etc.
Bij deze verslaving wordt het in stand gehouden door het blijven gebruiken van deze
middelen
Verslaving aan gedrag/handelen: denk aan shoppen, gamen, gokken, eten, seks
Bij een verslaving aan gedrag ontstaat er een kick door handelingen die worden uitgevoerd
waardoor je dit wilt blijven herhalen
Bij 35-80% van de verslaafde speelt erfelijkheid een rol bij de ontwikkeling van een verslaving.
Kinderen waarbij een of beide ouders verslaafd zijn geweest hebben meer kans op het ontwikkelen
van een verslaving. Daarnaast kunnen persoonlijke- en omgevingsfactoren ook een rol spelen. Denk
bijvoorbeeld aan een psychische stoornis, het vroegtijdig verlaten van school of financiële
problemen.
Overgewicht:
Bij overgewicht en obesitas (ernstig overgewicht) is er te veel overtollig vet in het lichaam
opgeslagen. Mensen met overgewicht lopen meer gezondheidsrisico’s dan mensen met een gezond
gewicht. Naarmate het overgewicht groter is, treden de gezondheidsproblemen vaker op en zijn ze
ernstiger.
Ziekten gerelateerd aan overgewicht en obesitas zijn diabetes type 2 (suikerziekte), hoge bloeddruk,
galstenen, hart- en vaatziekten, rug- en gewrichtsklachten, slaapapneu en bepaalde soorten kanker.
Eenzaamheid bij ouderen:
Meer dan de helft van de 75-plussers in Nederland voelt zich eenzaam. Bij veel ouderen komt dat
vaak door meerdere factoren. Zoals het overlijden van een partner of andere leeftijdsgenoten,
beperkte mobiliteit en achteruitgang in fysiek en mentaal functioneren.
Eenzaamheid is je niet verbonden voelen. Je ervaart een gemis aan een hechte, emotionele band
met anderen. Of je hebt minder contact met andere mensen dan je wenst. Bij eenzaamheid horen
kenmerken als negatieve gevoelens van leegte, verdriet, angst en zinloosheid en lichamelijke of
psychische klachten. Gevoelens van eenzaamheid kunnen invloed hebben op je gezondheid, welzijn
en kwaliteit van leven.
Opvoeding en hechting:
Hechting is eigenlijk een onzichtbare band tussen jou en je kind. Het is dus tweerichtingsverkeer: een
veilig gehecht kind wil de band ook goed houden en wil luisteren naar jou, net zo goed als jij wilt dat
hij naar jou luistert. Een knipoog of blik is dan voldoende voor verstandhouding, omdat jullie elkaar
begrijpen.
Zoals met elke band het geval is (vriendschap, relatie), je kunt hem niet eenzijdig afdwingen. Je
bouwt de hechtingsband op vanaf het allereerste begin, elke dag opnieuw, met je natuurlijke gezag,
van binnenuit. Opvoeden bestaat dus meer uit begeleiden, geduld hebben, aanwezig zijn, sensitief
en responsief zijn dan uit sturen en (af)dwingen.