Maaike de Kleijn Vroegmoderne Tijd 2015 20 oktober 2015
Samenvatting Vroegmoderne Tijd 2015
Week 1 – De Renaissance als begin van de Vroegmoderne Tijd
In hoeverre was er tijdens de vroegmoderne tijd sprake van continuïteit en verandering en
wat is er karakteristiek aan deze periode? De Renaissance wordt gezien als het begin van de
vroegmoderne tijd, maar deze heeft ook middeleeuwse wortels. Bovendien nam de
Renaissance verschillende vormen aan en is dit dus geen eenvormige beweging.
Jeroen Duindam, ‘Early Modern Europe: Beyond the Strictures of Modernization and
National Historiography’, European History Quarterly 40 (2010) 606-623.
De vroegmoderne tijd is problematisch, omdat er sprake is van een grote vorm van
ontwikkeling en verandering, maar er ook veel continuïteit bestond. De vroegmoderne
Europese geschiedenis wordt vaak verteld aan de hand van de geschiedenis van de
verschillende staten, terwijl zij ook met elkaar in samenhang stonden. Bovendien wordt de
vroegmoderne tijd losgezien van de tijd ervoor, terwijl dit juist samengetrokken zou moeten
worden. Het is onvermijdelijk en goed dat er onderzoek wordt gedaan naar kortere periodes,
maar er is ook studie nodig naar periodes die de normale grenzen overschrijden. Er wordt in
de vroegmoderne periode (1500-1800) vaak maar onderzoek gedaan naar een paar jaar, terwijl
er een grotere studie nodig is om de grotere globale vragen te kunnen beantwoorden. Een
groter vergelijkend onderzoek naar andere rijken in Eurazië kan helpen om meer inzicht te
krijgen in grotere vragen. De vroegmoderne tijd wordt vaak gezien als de periode waarin de
natiestaten vorm kregen en er bloei bestond. In conference volumes worden verschillende
publicaties over politieke geschiedenis in verschillende landen in Europa samengevoegd om
een overzicht te geven. Probleem is echter dat deze zijn gebaseerd op secundaire literatuur en
dat de publicaties van ongelijke kwaliteit zijn. Vaak wordt er ook geen conclusie uitgetrokken
en heb je er dus niets aan. Ook de verschillende talen zijn een struikelblok. Vroegmoderne
geschiedenis moet de gehele periode van de 14e eeuwse crisis tot de revolutionaire golf van de
late jaren 1840 omvatten. Er is een vergelijkend onderzoek nodig, maar dit is lastig omdat het
gebaseerd is op secundaire literatuur, die ongelijk is. Er is moeite nodig om Europa en de
vroegmoderne tijd te herdefiniëren.
Nicolo Machiavelli, De Prins (1513) en Desiderius Erasmus, Educatie van een
Christenprins (1516).
1. Hoe verschillen Machiavelli en Erasmus van inzicht over de educatie van een prins?
Erasmus benadrukt het feit dat een prins al zijn afspraken altijd na moet komen. Als de vijand
toch heeft besloten dit niet te doen, moet de prins echter niet gelijk naar de wapens grijpen.
Het is namelijk belangrijker om de vrede te handhaven en de buurlanden niet op de stang te
jagen. Zonder vriendelijke buren kan de staat niet bestaan. Machiavelli zegt echter dat men
van nature slecht is en niemand zich dus aan afspraken zal houden. De prins moet de
kwaliteiten hebben, maar vooral lijken alsof hij deze kwaliteiten bezit. Als de omstandigheden
veranderen mag hij de kwaliteiten naar de slechte kant halen en doen wat nodig is. Als men de
vredesafspraken breekt, zal er dus onmiddellijk naar de wapens gegrepen moeten worden.
2. In welke opzichten reflecteren hun ideeën de Zuidelijke en Noordelijke Renaissance?
Erasmus pleit voor vrede, omdat dit het bestaan van de staat ten goede komt. Dit reflecteert de
Noordelijke Renaissance (Devotio Moderna), omdat er hier meer aandacht wordt besteed aan
vredelievendheid en compromis. Machiavelli is het hier niet mee eens en is veel agressiever
aangelegd. Dit past beter bij de Zuidelijke Renaissance, waar er geen compromissen worden
gesloten en er met hardere hand wordt geregeerd.
1
, Maaike de Kleijn Vroegmoderne Tijd 2015 20 oktober 2015
Week 2 – De Reformatie
In 1521 was de breuk met de Rooms-Katholieke kerk definitief. De propagandacampagne
door de boekdrukkunst was hierbij van groot belang. De Reformatie had ook op staatkundig
en maatschappelijk gebied belangrijke gevolgen. Hoe werkte de Reformatie door in de
politiek en hoe gingen mensen om met religieuze spanningen? We concentreren ons op de
manier waarop de nieuwe leer zich verspreidde en hoe deze de herinneringscultuur
beïnvloedde.
Noble, Western Civilization: hoofdstuk 14 (388-415)
Genade en Avondmaal en Functioneren Betekenis van gezag
verlossing sacramenten van de van de Bijbel
geloofsgemeensc
hap
Rooms- Kan door goed te Eucharistie, Heilige Kerk speelt een Nadruk ligt niet
Katholieke doen, maar ook door Communie, bemiddelende rol alleen op de Bijbel,
kerk middel van aflaten vormsel, de biecht, tussen God en maar ook op traditie
(genadeleer). doopsel, Heilig mens. Er heerst en apolistische
Genade is Oliesel, huwelijk. een sterke successie. Bovendien
afhankelijk van de Transsubstantiatie hiërarchie met zijn er versieringen
clerus en men kan (Jezus ís het brood bisschoppen, en beelden. Vulgaat
hieraan bijdragen en de wijn). priesters en de is leidinggevend.
door goede daden te paus.
verrichten.
Luther Sola gratia met de Heilig Avondmaal, Geestelijken zijn Alleen het woord van
rechtvaardiging door doopsel. niet sacramenteel, God (Bijbel) is
geloof. Goede Consubstantiatie wel bestaat er een gezaghebbend (sola
werken zijn niet (Jezus is wel soort episcopale scriptura). Er is wel
essentieel. aanwezig, maar niet structuur. plaats voor
in het brood en de versieringen (zoals
wijn). muur-schilderingen)
en muziek
Calvijn Dubbele Heilig Avondmaal, Democratische Alleen het woord van
predestinatie: het doopsel (de overige kerkstructuur met God (Bijbel) is
staat al vast of je 5 sacramenten staan door alle gezaghebbend (sola
naar de hemel of hel niet in de Bijbel, kerkleden scriptura). Er is geen
gaat, hier heb je dus worden niet gekozen synodes. plaats voor
totaal geen invloed uitgevoerd). Kerk had versieringen.
meer op (sola controlerende
gratia). functie.
Anabaptisten Genade via de doop Heilige Avondmaal, Pacifisme, sobere Zowel een letterlijke
(doops- op volwassen leeftijd volwassenen levensstijl. Wonen als vergeestelijkende
gezinden) na bekenning van de doopsel. in strikt uitleg van de Bijbel.
zonden. gescheiden Biblicistische
gemeenschappen stroming kreeg vanaf
(communes). de 16e eeuw de
overhand.
2