Leerproblemen signalering &
interventie
College 1: 09-02-2022
Wat is evidence-based werken?
- Basis om verantwoorde beslissingen te nemen
- Evidence-based (bewijs dat iets werkt, experimenteel onderzoek heeft een effect kunnen
meten) vs research based (bepaalde elementen zijn geïdentificeerd als belangrijk en onze
behandeling sluit daarbij aan, in theorie de koppeling maken, maar in de praktijk weet je niet
of dit daadwerkelijk werkt)
- Kritisch kijken naar alles wat je voor je neus krijgt artikel Lilienfeld, Ammirati, & David
(2012).
- Evidence-based werken betekent niet dat er één goed antwoord is
- Altijd zelf verantwoordelijk, zeker in de praktijk
Verschillende benaderingen
- Diagnostisch-voorschrijvende benadering we geven deze diagnostische classificatie aan
iemand, en daaruit concluderen we dat deze behandeling opgaat
o Diagnostic-prescriptive approach
- Handelingsgerichte diagnostiek meer focus op uiteindelijk een advies kunnen geven om te
handelen
- Oplossingsgerichte benadering minder bezig met een diagnostische classificatie, dit is het
probleem, we kijken hoe we dat direct kunnen aanpakken en dit gaan we monitoren
o Problem-solving approach (response to intervention)
Diagnostisch-voorschrijvende benadering
- Diagnose van een bepaalde conditie
- Interventie bepaald aan de hand van de conditie/diagnose
o Aanname dat diagnose leidt tot passende interventie blijkt in de praktijk
problematisch, gaat namelijk niet altijd op
o Diagnose/classificatie/label als beschrijving van eigenschappen, of als oorzaak van
het probleem?
- Soms heb je kinderen die net niet aan de classificatie voldoen, wachten totdat ze de grens
over gaan, daarna kan je ze wel helpen (way to fale probleem) niet de ideale situatie
natuurlijk
,Handelingsgerichte diagnostiek
- Vijf uitgangspunten HGD
o Verloopt volgens systematische procedures
o Is gericht op advisering er wordt ook echt iets gedaan uiteindelijk
o Hanteert een transactioneel referentiekader wordt niet alleen naar het kind zelf
gekeken, maar ook naar de interactie met de omgeving en wat voor rol deze
interactie heeft met het ontstaan van de problemen
o Acht samenwerking met school, ouders en kind cruciaal
o Besteedt aandacht aan positieve kenmerken
- Scholen werken bijvoorbeeld met het handelingsgericht model, is hieraan gekoppeld
Oplossingsgerichte benadering
- Bestaat uit vier stappen
o Probleem identificeren
o Probleem definiëren
o Interventies selecteren of ontwerpen
o Interventies uitvoeren en de effecten hiervan evalueren/monitoren
- Het probleem is een discrepantie tussen verwachtte en daadwerkelijke prestaties
o Dus je formuleert een verwachting van een
interventie
o Je voert de interventie uit
o Komt de verwachting niet overeen met het
resultaat van de interventie, wordt de
interventie aangepast en begint het van
voor af aan
- Effectiviteit wordt getest
- Gekoppeld aan 3 tiers of support
o Klassen instructie
o Instructie in groepjes
o Individuele instructie
Leerstoornissen
- Klacht is niet hetzelfde als een probleem
, o Leerkracht zegt dit kind leert niet voldoende, moeten we niet zomaar overnemen, dit
moeten we toetsen is deze klacht van de leerkracht een daadwerkelijk probleem
- Probleem is niet hetzelfde als een classificatie
o Er kan sprake zijn van bijvoorbeeld veel moeite met lezen (is een probleem), maar
hoeft niet meteen sprake te zijn van een classificatie op het gebied van lezen/spelling
uit de DSM-5 maar je zult toch iets met het probleem moeten
- Classificatie vs ziekte-entiteit
o DSM classificatie loskoppelen van hoe je een ziekte zou diagnosticeren, waar een
specifieke oorzaak gekoppeld is aan een specifieke verschijningsvorm
- Classificatie gebaseerd op de DSM-5
- Alternatief (?) ICD-11
o Wordt vooral in andere landen gebruikt, in Nederland vooral DSM-5, zit wel een
verschil in hoe bepaalde dingen benadert worden
o CD: classification of diseases, dus gaat breder dan de DSM, is meer een medisch
classificatie boek
Classificatie volgens DSM-5
Specifieke leerstoornis DSM-5: criterium A
- Moeite met het aanleren en gebruiken van schoolse vaardigheden
o Persistent (hardnekkig)
o 6 maanden
o Blijvend ondanks interventie
- Onnauwkeurig of langzaam en moeizaam lezen van woorden
- Moeite om de betekenis te begrijpen van wat wordt gelezen
- Moeite met spelling
- Moeite om zich schriftelijk uit te drukken
- Moeite met het zich eigen maken van gevoel voor en feiten rond getallen en berekeningen
- Moeite met cijfermatig redeneren
Specifieke leerstoornis DSM-5: criterium B
- De betreffende schoolse vaardigheden zijn
o Substantieel en meetbaar slechter
o Vergeleken met kalenderleeftijd
o Significant negatieve invloed op schoolresultaten
o Gestandaardiseerde prestatietests en volledig onderzoek
- Bij mensen ouder dan 17 jaar kan het gestandaardiseerde onderzoek vervangen worden door
een gedocumenteerde voorgeschiedenis van tot beperkingen leidende leerproblemen
Specifieke leerstoornis DSM-5: criterium C
- De leerproblemen beginnen tijdens de schooljaren, maar worden soms pas manifest bij
belasting (zoals bij toetsen met een tijdslimiet, binnen een bepaalde tijd lezen of schrijven
van lange, complexe teksten; in geval van een excessief zware studiebelasting)
Specifieke leerstoornis DSM-5: criterium D
- De leerproblemen kunnen niet beter worden verklaard door
o Verstandelijke beperking
o Neurologische stoornis
o Psychosociale tegenslagen
o Psychische stoornis
o Visus- of gehoorstoornis
o Taalbeheersing
, o Inadequaat onderricht
Specifieke leerstoornis DSM-5
- NB: de vier classificatiecriteria moeten gebaseerd zijn op een klinische synthese van:
o De anamnese (ontwikkeling, medisch, gezin, school)
o Schoolrapporten
o Psychologische tests
- Specificeer de beperkingen
In ontwikkeling
- Typische ontwikkeling moet je ook oog voor hebben
- Leerproblemen
o Ander ontwikkelingstempo
o Ander ontwikkelingspatroon
o Ander primair probleem
- Belangrijk voor (prognose voor) behandeling
Kader, perspectieven en verklaringen
- Belangrijk dat je niet in één weg vast blijft lopen
Comorbiditeit
- Bij kinderen met een specifieke leerstoornis in 30-60% van de gevallen sprake van meerdere
domeinen
- Vaak sprake van comorbiditeit met andere psychopathologie
o Meerdere domeinen betrokken, hogere kans op andere psychopathologie
- Voorbeeld uit Duits onderzoek met Duitse sample sprake van comorbiditeit (Visser et al.,
2020)
o Angststoornissen 21%
o Depressie 28%
o ADHD 28%