Dit document is een samenvatting van de hoorcolleges en werkgroepen gegeven door de docenten van het vak beleidseconomie. Er zitten verschillende feiten en beredeneringen in. Zelf heb ik door deze samenvatting te leren een 8,2 behaald, ik hoop dat leerlingen die moeten herkansen of deze toets in ei...
Drie perspectieven op overheidsbeleid:
1. Efficiëntie: meer welvaart/welzijn bij de gegeven middelen. Hoe maken
we de mensen welvaarder.
2. Rechtvaardigheid: hoe verdelen we de welzijn en wat is de impact van
transactiekosten?
3. Uitvoerbaarheid: Is beleid politiek haalbaar en uitvoerbaar met de
gegeven middelen?
Functies van overheidsingrijpen:
1. Allocatiefunctie: ingrijpen in de markt omdat de markt niet goed werkt
(marktimperfecties). Denk hierbij aan marktmacht, externe effecten,
collectieve goederen
2. Verdelingsfunctie: belastingen, toeslagen, sociale verzekeringen. Het
Gini-coëfficiënt is hier belangrijk.
3. Stabilisatiefunctie: stabiel prijspeil, duurzame economische groei,
evenwicht, vermindering conjunctuur.
Marktfalen die blijven bestaan:
1. Monopolie die een hogere prijs zet dan gewenst is
2. Bedrijven verrekenen de negatieve externe effecten niet mee in de prijs
(bijv. milieukosten)
Als bovenstaande gevallen wel aangepakt worden, wordt een poging
gedaan om het marktevenwicht naar het ideale marktevenwicht te
verplaatsen. Je kampt dan met transactiekosten, wat het ingrijpen
ineffectiever maakt.
Economische scholen:
1. Keynesianen: Overheid kan bestedingen aanwakkeren. Bij
tekortschietende vraag is er geen automatisch herstel en de overheid
moet een stabiliserende functie opnemen
(anticyclisch begrotingsbeleid)
2. Monetaristen: Begrotingsbeleid werkt destabiliserend door vertragingen
in beleid. (Monetair beleid)
3. Neoklassieken: Structurele problemen worden niet opgelost met
Keynesiaans of Monetaristisch beleid. De markt zorgt voor evenwicht en
de overheid moet niet ingrijpen.
4. Ricardianen: Nu meer uitgeven geeft meer lasten voor de toekomst.
Burgers compenseren extra overheidsbestedingen of belastingverlagingen
2
, volledig. Er is nergens iets zoals Free Lunch, het moet altijd ergens
vandaag komen. Dit dempt het
uitgeven van geld omdat je weet dat je het later nog kwijt kan raken. In de
praktijk lijkt niet elke burger zo direct op dit principe te letten.
Expansief beleid kan weinig effect hebben in een open economie (vloeit
geld niet weg naar het buitenland?)
De staat van de Nederlandse economie:
4e van de meest concurrerende economieën, laag armoedepercentage,
relatief kleine inkomensverschillen. Krimp tijdens corona, inflatie
opgelopen.
Begrotingsbeleid korte termijn:
Fiscale multiplier. Hoe hoger de MP, hoe meer effect van extra
bestedingen/belastingverlagingen. Als de MP groter is dan 1, krijg je een
grotere taart dan je mee begon, het free lunch principe. De multipliers zijn
hoger tijdens stijgende werkeloosheid, ook bijvoorbeeld tijdens de
kredietcrisis.
- Mensen konden niet veel lenen en er was weinig behoefte aan sparen.
Sterke stijging tekorten en schulden door lage belastinginkomsten en
veel werkeloosheidsuitkeringen.
- In welvarende periodes zal de multiplier lager zijn. Reden daarvoor is
omdat mensen dan toch geld zat hebben en een deel van het extra geld
eerder zullen sparen omdat ze geen drang hebben om te consumeren.
Verstandig beleid na de kredietcrisis? Wellicht toch minder moeten
bezuinigen en meer besteden vanwege de MP. Is er veel groei misgelopen
daardoor? Is bezuinigen of overheidsuitgaven dan beter in
kredietcrisissen?
Begrotingsbeleid lange termijn:
Als er standaard hoge schuldquotas zijn, wordt het stimulerend beleid
minder effectief (denk aan het ricardiaans principe). Hogere schulden
geven ook hogere rentelasten in de toekomst. Daar komt een kredietrisico
bij kijken, Nederland is een tijdje de AAA- status kwijtgeraakt. Probleem
wordt doorgeschoven naar volgende generaties. Zolang de economische
groei hoger is dan de rente is lenen voordelig.
- Nationaal groeifonds? De essentie van het fondsprobleem is dat als je
geld in een fonds stopt, dat je dan tegelijkertijd dat geld moet beleggen
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper yoramdehaan. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,98. Je zit daarna nergens aan vast.