HC 1 Intro
14-03-2022
• Overreactie immuunsysteem = auto-immuunziekte
• Onderreactie immuunsysteem = kanker
Infectieketen
• Ziekteverwekkers
o Bacteriën
o Virussen
o Parasieten, vb. chlamydia
-> diarree in de darm
o Schimmel
• Reservoir
o Mens draagt de bron, vb. mond-/keelholte
o Dieren (zoönose)
o Omgeving (aarde, water (cholera)
(vissen, planten, slakken in water)
• Gastheerstatus; vatbaarheid en uitkomst infectie
o Jonge kids/Ouderen vatbaarder; makkelijker besmet
o Comorbiditeit = andere ziekten, vb astma/emfyseem -> makkelijker longinfecties
▪ Mijnwerkers makkelijker longontsteking
▪ Transplantatie -> immuunonderdrukking -> makkelijker ziek
o Immuundeficiëntie = aangeboren of verworven
▪ Vb. Hiv waardoor je dit krijgt
▪ Brandwond
▪ IC’s -> beademing, katheter
▪ Operatie
Behandeling
Preventie
• Verbeteren gastheer, bv. dmv vaccinaties
• Gedrag zorgt ervoor dat cirkels door kunnen gaan -> niet naar dokter gaan bij geen/weinig klachten
-> ziekte kan doorgaan met verspreiden
De cyclus van de Malaria Parasiet
• Zodra in bloed kan nieuwe mug dit bloed weer opprikken ->
verder ontwikkelen -> verder verspreiden
• In malariagebied veel gestoken
o Kinderen vaak dood, ouder worden en veel gestoken
-> “immuniteit” voor 3 jaar
,HC 2 Koorts
14-03-2022
Casus
Laboratorium
• Hb = 7,6 mmol/L
o Rode bloedlichaampjes
o Iets lager, bv door nog niet helemaal goed werkende nier, met ziektebeeld weinig van doen
• Leukocyten = 12,8 x 109/L
o Witte bloedlichaampjes
o Verhoogd, normaal 5-10 -> wijst op infectie
• CRP = 104 mg/L
o CeReaptieve Proteïne < 10 of nog lager onder 0,5 -> sterk verhoogd -> wijst op infectie
• Bloedgas = pH 7,45 (normaal); pCO2 33 mmHg (laag -> hard werken voor zuurstof, soort
hyperventilatie); pO2 56 mmHg (ondanks hard werken nog steeds laag); O2 saturatie 92% (met 5 L
zuurstof, moet 98-100% zijn)
X-Thorax
• Links = niet heel raar
• Rechts = vooral rechterkant witte dingen die er niet horen, onderin infiltraat -> longontsteking
Patiënt met pneumonie en koorts
• Algemene symptomen
o Koorts
o Malaise
o Verward
o Lage bloeddruk
• Specifieke symptomen
o Hoesten
o Sputum (bij goede bacteriële infectie groen)
o Kortademig
o Soms pijn
• Afwijkingen bij (lichamelijk) onderzoek, lab en X-thorax
• Nu verder ingaan op algemene symptomen
o Koorts
o Sepsis
Lichaamstemperatuur
, • Hoe te meten
• Perifeer (oor, oksel, oraal) 0,6 OC lager dan centraal (rectaal, oesofageaal, longslagader)
• 35,5-37,7 OC en gemiddeld 36,7 OC (oraal)
• Lager bij hogere leeftijd, lagere BMI en mannen
o Maken moeilijker koorts
• Variatie dag (=circadiaan ritme): in ochtend 0,5-1 OC lager om 6 uur
dan in middag 16 uur
• Menstruatie: 2 weken voor ovulatie 0,6 OC lager dan vlak voor en tijd
na ovulatie
Temperatuur
• Kern = dieper gelegen organen (± 37 OC) receptor in hypothalamus
• Schil = perifeer (bij warmte is deze groter, bij kou zijn armen
en benen kouder; deze temperatuur is dus afh. van omgevingstemp)
o Receptoren in ruggenmerg, diep abdominaal/thoracaal weefsel,
maar voornamelijk in huid
• Omgeving = geregistreerd door thermoreceptoren in huid
Regulatie temperatuur (hypothalamus)
• Neuronen in preoptische anterieure en posterieure hypothalamus (centrale
sensor) registreren de bloedtemperatuur (kern-) en integreren thermo-informatie
uit huidoppervlak en diepere weefsels (als abdomen en thorax)
• De anteriore hypothalamus (area preoptica) dient als thermostaat en regelt
warmteverlies via oa AZS (vb. vasodilatatie/-constrictie, zweten, etc)
• Posterior gedeelte hypothalamus regelt warmteproductie en behoud van
warmte. Daarnaast is het een schakelstation naar de hersenstam.
• Info van centrale receptoren (hypothalamus) die de temp. meten via het bloed
komt in de hypothalamus samen met info van de buiten temp. gemeten via de huid
Verhoogde lichaamstemperatuur
• Hyperthermie, niet direct koorts
• Heatstroke = zonnesteek
• Bepaalde medicatie die zorgt voor verhogen lichaamstemperatuur
o Haldol, dit is een antipsychoticum
o Atropine -> vasoconstrictie
o Ecstacy -> vasoconstrictie + minder drinken
• Sommige metabole ziekten, vb. van schildklier
• Geen reset van thermoregulatie; omgevingstemperatuur en andere zaken zorgen voor stijging temp
• Combinatie van exogene hitte en endogene warmteproductie
Verhoogde temperatuur thermostaat (reset van thermostaat; staat op andere temperatuur afgesteld)
• Koorts ontstaat wanneer de centrale lichaamstemperatuur verhoogt door een wijziging in het
setpoint oiv Prostaglandine E2 (PGE2)
• Praktisch: > 37,8 OC of 38 OC
• Cave oudere mensen (maken moeilijker koorts)
• Hyperpyrexie = > 41,5 OC; dit is gevaarlijk; lichaamseiwitten/-enzymen en hun processen stoppen
• Koude rillingen en klappertanden zorgen ervoor dat de thermostaat omhoog gaat naar 39 OC
o Paracetamolgebruik zet zweten in gang, waardoor de warmte weer kwijtgeraakt wordt
Koorts
• Hypothalaam endotheel in de vaatjes rond de hypothalamus meten de Prostaglandine E2
(PGE2) concentratie in het bloed. Wanneer deze verhoogd is, stijgt
het setpoint waardoor de temperatuur stijgt.
• Bij een infectie of ontsteking maken monocyten/macrofagen/endotheel-
cellen pyrogene cytokines (IL-1, IL-6, TNF (=Tumor Necrosis Factor),
IFN (=InterFeroN)). Deze verplaatsen zich naar het endotheel van de
hypothalamus. Arachidonzuur wordt als gevolg hiervan omgezet in PGE2
(=ProstaGlandine E2), waardoor cAMP vrijkomt en het setpoint in de
anteriore hypothalamus wordt verhoogd. Hierdoor ontstaat er koorts
, door de posteriore hypothalamus.
• Microbiele toxinen kunnen ook direct naar hypothalamusendotheel
(Microbiële) Toxinen – pyrogenen (zorgen voor koorts)
• Microbiële toxinen wekken koorts op. De meeste worden geproduceerd door micro-
organismen.
o Klassiek lipopolysaccharide (LPS of endotoxine) wat in de celwand van
Gram - bacteriën zit, bindt aan Toll Like Receptor 4 (TLR). Dit zijn een soort
patroonherkenners.
o Toxinen van Stafylococcus aureus of streptokokken, Gr+ kunnen functioneren
als superantigenen en binden MHC II. Ze kunnen ook binden aan Toll Like
Receptor 2.
• Ook wekken cytokinen (bv. TNF, IL-1, IL-6) koorts op. Deze worden geproduceerd
door oa monocyten, neutrofielen, lymfocyten en macrofagen.
Hoe werken koorts onderdrukkende middelen (anti-pyretica)?
• Koorts onderdrukkende middelen remmen PGE2. Synthese hiervan is afh. van
cyclo-oxygenase dat arachidonzuur omzet in prostaglandines.
• PGE2 synthese afh. van cyclo-oxygenase dat arachidonzuur omzet in
prostaglandine, prostacycline en oa PGE2. Dit arachidonzuur ontstaat uit
fosfolipide.
• Zwakke remmers, zoals paracetamol.
• Sterke remmers als NSAIDs (=NonSteroidal AntiInflammatory Drug), vb.
ibuprofen en voltaren remmen cyclo-oxygenase. Hierdoor wordt geen PGE2
gemaakt.
• Corticosteroiden zoals bv. Prednison remt fosfolipase naar arachidonzuur en
daarnaast blokkeert dit ook mRNA-transcriptie van cytokinen
Verhoogde lichaamstemperatuur
• Pyrogenen = exogeen en endogeen
o Exogeen = buiten lichaam, microben of hun toxines
▪ LPS
▪ Super antigens van S. aureus of streptococcen
▪ Geïnjecteerd geven ze koorts
o Endogeen = vanuit het lichaam, pyrogene cytokines
▪ IL-1
▪ IL-6
▪ TNF(-α)
▪ IFN
o Auto-inflamatoire ziekten en koorts
▪ FMF
▪ Still’s Disease
▪ Hyper IgD syndrome
Malaria en koorts
• Rare koortspatronen (C bij Malaria)