Inhoud
1 Les 1.................................................................................................................................... 3
1.1 Juridische begrippen......................................................................................................3
1.2 Belangrijke wet.............................................................................................................. 3
1.3 Het particularisme van het maritiem recht......................................................................4
2 Les 2.................................................................................................................................... 5
2.1 Belangrijke organisaties.................................................................................................5
2.2 Bestaande regelgeving..................................................................................................5
2.3 Krachtlijnen voor regelgeving.........................................................................................5
2.4 Hague Rules.................................................................................................................. 6
2.5 Gedeclareerde deklading...............................................................................................6
2.6 Uitvoering van de overeenkomst....................................................................................6
2.6.1 Verplichtingen tav het schip....................................................................................6
2.6.2 Verplichtingen tav de lading....................................................................................6
2.7 Uitgeven cognossement................................................................................................6
2.8 Onbekendheidsbedingen...............................................................................................7
2.9 principe bewijslast.......................................................................................................... 7
3 Les 3.................................................................................................................................... 8
3.1 Aansprakelijkheid zeevervoerder...................................................................................8
3.2 Aansprakelijkheid en aangestelde.................................................................................8
3.3 Limitatie zeevervoerder..................................................................................................8
3.4 Gevaarlijke goederen.....................................................................................................9
3.5 Vaststelling schade en protest.....................................................................................10
3.6 Visby protocol en Hague rules verschil........................................................................10
3.7 Obligation of the carrier under HV- rules......................................................................10
3.7.1 interpretatie verschilt tussen landen:.....................................................................10
3.7.2 bewijslast...............................................................................................................11
3.8 waarom zeevervoerder strenger beoordeeld onder Hamburg Rules?..........................11
3.9 Vergelijking Hague Visby en Hamburg rules................................................................11
3.10 LLMC Verdrag...........................................................................................................11
3.11 Verplichte verzekering scheepseigenaar...................................................................11
4 Les 4.................................................................................................................................. 12
4.1 Het cognossement.......................................................................................................12
4.1.1 Definitie Cognossement........................................................................................12
1
, 4.1.2 Uitgeven cognossement........................................................................................12
4.1.3 Bijzondere clausules.............................................................................................12
4.1.4 Vervolg: uiterlijke staat v.d. goederen....................................................................13
4.1.5 aantal clausules op verschillende B/L’s.................................................................13
4.1.6 Soorten cognossement ivm overdraagbaarheid....................................................13
4.2 definitie waardepapieren..............................................................................................14
4.2.1 (Eigenlijke) waardepapieren..................................................................................14
4.2.2 Soorten waardepapieren.......................................................................................14
4.3 Soorten cognossementen............................................................................................15
5 Les 5.................................................................................................................................. 16
5.1 Garantiebrieven...........................................................................................................16
5.1.1 Soorten garantiebrieven........................................................................................16
5.2 deklading..................................................................................................................... 16
5.2.1 Cassatiearrest deklading.......................................................................................17
5.3 Mogelijk getroffen partijen van een faillissement..........................................................17
5.4 Retentierecht en pandrecht..........................................................................................18
5.4.1 Hoe tegenstelbaar maken?...................................................................................19
6 Les 6.................................................................................................................................. 20
6.1 Procedure bewarend beslag........................................................................................21
6.1.1 Verschil zeeschip en gemeenrecht........................................................................21
6.1.2 Op wiens schip beslag leggen...............................................................................22
2
, 1 Les 1
1.1 Juridische begrippen
Aansprakelijkheid= iets dat juridisch is vastgelegd en waarvoor je aansprakelijk kan gesteld
worden
Verantwoordelijk= is een moreel begrip niet aansprakelijk voor het gene
Contractuele aansprakelijkheid= voortvloeit uit een contract als een verkoopcontract,
vervoercontract
Buitencontractuele aansprakelijkheid= tot stand buiten de uitvoering of bestek van
contract zoals verkeersaccidenten
Dwingend recht= hier kan niet van worden afgeweken
Aanvullend recht= hier kan wel van worden afgeweken
Bezit= een feitelijke toestand
eigendom= een juridische toestand -> vooral in zeevervoer vb.: oost Europa naar west hij is
geen eigenaar van de goederen en hij heeft ze niet in bezit dus kan hij er ook niks mee
Pand= een zekerheid van betalen van een schuld expediteur die heeft een wettelijk pand
met betrekking tot zekerheid tot betalen van de schuld
Retentierecht= geeft het recht van de houder om zo lang de goederen bij hem te houden
totdat de schuld is afgelost
Ondertekening= door een politieke verantwoordelijke iets tekent zoals het Marrakesh pact
maar weinig juridische waarden
Ratificatie= is het goedkeuren van een bepaalde wet zoals het bespreken in de kamer,…
Waardepapier= is het document dat de prestatie waarop het document recht heeft in het
document zelf vervat is vb. een cheque, aandeel, Bill of lading
Contractsvrijheid en wilsovereenstemming:= wet is te aanzien van de partijen zee
vervoerder heeft wel een aantal verplichtingen
Derde cognosementshouder= geen telwoord derde is juridisch betekent dat die vreemd is
of niet betrokken is bij de tot stand koming is van het vervoerscontract
Identiteit= Schip heeft ook een identiteit
1.2 Belangrijke wet
Wet 13.82 potje breken is potje betalen in de volks mond echter moet er wel aan 3
voorwaarden worden voldaan er moet schade zijn, fout zijn en oorzakelijk verband hebben
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper pieterjanpot. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.