100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Personenbelasting van de KMO (MKM21a) €8,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Personenbelasting van de KMO (MKM21a)

 74 keer bekeken  8 keer verkocht
  • Vak
  • Instelling

Volledige en uitgebreide samenvatting van het vak Personenbelasting van de KMO, gegeven door N. Diepvens in het tweede semester van het tweede jaar KMO en ondernemen aan UCLL (Leuven). Gemaakt in 2022.

Voorbeeld 4 van de 36  pagina's

  • 26 mei 2022
  • 36
  • 2021/2022
  • Samenvatting
avatar-seller
PERSONENBELASTING
LES 1: INKOMSTEN VAN ONROERENDE GOEDEREN

Onroerende goederen:
 Ongebouwde onroerende goederen (bouwland, bossen, gronden…)
 Gebouwde onroerende goederen (huizen, handelspanden, fabrieken,…)
 Materieel en outillering onroerend van nature of door bestemming (niet op
examen!) (Bv. Dingen die eerst roerend zijn, dan geplaatst worden en
onroerend worden Bv. Machines geplaatst in fabriek niet meer weggehaald
kunnen worden)

Inkomsten van onroerende goederen:
 Goed wordt verhuurd: ontvangen huur
 Goed wordt niet verhuurd: huurwaarde ervan

Voor in België gelegen onroerende goederen: kadastraal inkomen (forfaitaire
vaststelling van de huurwaarde)

4 soorten: roerend, onroerend, beroeps en divers
Examen  welke van de 4 is het?

2 tips:
1) Hangt ervan af hoe je inkomen behaald  privé (onroerend, roerend en divers)
Bv. Tweede verblijf kan je verhuren is onroerend inkomen, je doet het beter en
hebt 10 appartementen maar het wordt beroepsmatig. Je verkoopt er een van de
appartementen dan zit je bij divers inkomen. Verkoop je een van die tien
appartementen dan kom je terug bij beroepsinkomen. Als je privé uit beleggingen,
bitcoins inkomen haalt, zit je bij roerend. Maar als je dit professioneel doet, zit je
terug bij beroepsinkomen)

Grijze zone  wanneer is iemand professioneel? Motiveer altijd waarom het dat is.
Zo geef je feiten en krijg je meer punten.

Voor constructies  laat uw adviseren door adviseurs. Hoe professioneel doe je
dat? Hoeveel tijd steek je erin?

Ander element  lenen of niet? Beroepsinkomen  minder privématig

Onderscheid roerend onroerend en divers
Roerend (verhuur wagen, dividenden, intresten) en onroerend (huurgelden) =
periodiek (= wederkerend inkomen)




1

, 2) Als het periodiek is dan onroerend of roerend
Divers  eenmalig (Bv. Verkopen altijd bij divers nooit bij roerend en onroerend
( enkel verhuren)) (inkomen uit verkoop van onroerend goed of aandeel 
meerwaarde) belast worden op de meerwaarde.
Meerwaarde= het deel dat er bij komt op de aankoopprijs (verkoopprijs –
aankoopprijs)

Onroerende goederen: 3 soorten
- Ongebouwd: gronden
- Gebouwd: panden
- Materieel en outillering: iets roerend dat onroerend geworden is

Kadastraal inkomen = drie belangrijke elementen = geschat huurinkomen, netto
huurinkomen (geen kostenaftrek meer, nooit doen wanneer kostenaftrek van
toepassing is), jaarlijks inkomen (inkomstenjaar en aanslagjaar)

OV (onroerende voorheffing) iedereen die een onroerend goed hebben, betalen
onroerende voorheffing

STAP 1 = gebouwd vs ongebouwd
STAP 2= verhuurd of niet verhuurd
STAP 3 = kadastraal inkomen
KI is veel te laag want de meeste mensen hun KI is hetzelfde voor een klein huis
als een villa


1) KADASTRAAL INKOMEN

Definitie KI:
= Gemiddeld normaal jaarlijks netto-inkomen volgens de huurvoorwaarden op een
bepaald referentietijdstip (01/01/1975) (ieder onroerend goed heeft een KI)
 10 jaarlijkse perequatie
 KI terug te vinden op aanslagbiljet onroerende voorheffing

Berekening:
 Geïndexeerd KI afgerond op de dichtstbijzijnde euro

Bestaan KI (art 9 eerste lid WIB):
 Nieuwgebouwd OG: vanaf de dag van ingebruikname of eerste verhuring
 Verbouwingswerken: verhoogd KI vanaf de dag van de voltooiing van de
werken (Verbouwingswerken ook doorgeven aan de fiscus, maar niemand
doet dat. KI zou verhogen)
 Nog niet gekend: vrijstelling aangifte PB of niets invullen en nadien bezwaar

KI vrijgesteld:
= Het KI kan in een aantal gevallen vrijgesteld worden van aangifte:
 OG die gebruikt worden voor weldadigheidsdoeleinden (art 12 §1 WIB)
 KI van de eigen woning (art 12 §3 WIB)
 KI vrijgesteld dus niet aangeven


2

, Eigen woning is vrijgesteld, hier betaal je al onroerende voorheffing op dus je moet
hier geen personenbelasting op betalen. Woning moet niet aangegeven worden.
Op examen vermelden dat op basis van ART. 12, §3 de eigen woning vrijgesteld
is. De KI van een sociaal gebouw is ook vrijgesteld aan personenbelasting (art. 12,
§1 WIB)


2) BRUTOHUUR

Definitie brutohuur = huurprijs + huurvoordelen:
 Huurprijs = werkelijk ontvangen huurinkomsten
 Huurvoordelen = kosten die de eigenaar (verhuurder) normaal moet dragen
maar die ten laste worden gelegd van de huurder  is dus een voordeel voor
de verhuurder, maar een huurlast voor de huurder
 Opmerkingen:
 Persoonlijke lasten van de huurder die door de verhuurder worden
gedragen, moeten van de huurprijs en de huurvoordelen afgetrokken
worden
 Voor in buitenland gelegen OG mogen de belastingen die betrekking
hebben op de OG worden afgetrokken om de brutohuur te bepalen

Huurvoordelen = kosten die de verhuurder moet dragen maar die ten laste worden
gelegd aan de huurder. Bv. Reparaties

Algemene regel? Wet voorziet een regel = onderscheid tussen kleine en grote
herstellingen. Kleine herstellingen  huurder, grote herstelling  verhuurder
(vloer, elektriciteit, verwarming,…) onroerende voorheffing is voor de eigenaar van
het gebouw of de verhuurder (als deze contractueel wordt doorgeschoven, dan is
dat een huurvoordeel) (Herstellingen en onroerende voorheffing  examen)

Omgekeerde manier  er wordt van de huurder naar de verhuurder verschoven 
dan aftrekken van brutohuur (Bv. Kleine herstellingen) brutohuur is inkomen van
verhuurder. Dan mag hij zijn belastbaar inkomen verlagen indien hij dingen moet
betalen die hij wettelijk gezien niet moet betalen) gebruikszaken liggen vaak bij de
huurder. Als de verhuurder dit betaald mag dat in vermindering gebracht worden.
(kleine huurlast en verbruikszaken (in mindering)  op het examen)




3) WIE MOET ONROEREND INKOMEN AANGEVEN?

Verplichting tot aangifte berust bij de begunstigde van het inkomen (art. 11 WIB:
 Voor in België gelegen onroerende goederen: persoon op wie de OV wordt
ingekohierd: Degene die het inkomen krijgt moet dit aangeven; diegene die de
OV moet dragen:
 Eigenaar
 Bezitter
 Erfpachter (= degene die de erfpacht heeft gekregen Bv; landbouwgrond)
 Opstalhouder(= recht van opstal, verschil tussen de eigenaar van de grond
en de persoon die het gebouw op zijn gebouw zet)

3

,  Vruchtgebruiker (huur) (gebruiken zonder eigenaar te zijn) (bv. Bij erfenis;
Vrouw = vruchtgebruiker, kinderen= naakte eigenaar)

OG in onverdeeldheid:
= elke persoon slechts deel aangeven dat overeenstemt met zijn aandeel in
eigendom
 Iedereen moet zijn eigen deel aangeven
 Samen bezitten, samen erven  niemand is eigenaar op zich maar iedereen is
eigenaar van het geheel. Ieder heeft een aandeel

Aangifte OI bij een gemeenschappelijke aanslag

Burgerlijke stand Aan te geven OI
Wettelijk samenwonend In hoofde van de eigenaar; op basis van
eigendomsaandeel
Scheiding van goederen In hoofde van de eigenaar; op basis van
eigendomsaandeel
Wettelijk stelsel Inkomsten voor de helft belastbaar in hoofde van elke
echtgenoot
Algehele gemeenschap Inkomsten voor de helft belastbaar in hoofde van elke
echtgenoot

Getrouwd onder wettelijk stelsel maakt niet uit wie wat verdiend maar wordt
kadastraal inkomen berekend en dan 50/50 verdeeld.

Algehele gemeenschap= fiscaal niet interessant


 Wettelijk genot van ouders voor OI van minderjarige kinderen (art 126 §4
WIB)
 Bij verandering van eigenaar: OI aangeven evenredig met aantal dagen dat je
eigenaar bent geweest (art 9, tweede lid WIB)
 Bij wijziging van bestemming tijdens BT: OI proportioneel in dagen opsplitsen
naargelang de bestemming (art 9, tweede lid WIB)


4) OI VAN IN BELGIË GELEGEN OG

Verschillende bestemmingen mogelijk: Wat kan je doen met een OG?
 Eigen woning Binnen verhuurd = kijken naar de
 Eigen beroepsmatig gebruik huurder (activiteit is belangrijk om
 OG die niet worden verhuurd of te weten wat belastbare grondslag
worden verhuurd aan een is)
privégebruiker - Of privé
 OG die overeenkomstig de - Of beroepsmatig
pachtwetgeving verhuurd worden (handelsactiviteit uitoefenen)
aan land- of tuinbouwers (andere belastbare
 Verhuring aan personen die ze voor grondslag, wat doet de
hun beroep gebruiken huurder)




4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper MK2002. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 73918 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,49  8x  verkocht
  • (0)
  Kopen