Deze zelfgemaakte cursus bevat alle theorielessen van volgende docenten; Patricia Van de Walle, Kristof Fabry, Elise Nackaerts, Tinne Van Aggelpoel. Zowel ppt's als notities uit de les staan uitgeschreven in een overzichtelijk document.
PEDIATRIE DOORHEEN DE OPLEIDING
PSYCHOMOTORIEK
1) INLEIDING
Psychomotoriek is gebaseerd op een holistische visie v/d mens
die vertrekt v/d eenheid tussen geest en lichaam.
Het begrip integreert het cognitieve, emotionele en motorische
aspect alsook de capaciteit om te zijn en te ageren in een
psychosociale context.
De context errond is heel belangrijk. De meeste gaan het automatisch doen. Kinderen leren
dit als ze jong zijn, maar bij sommige loopt dit mis en dan gaan wij ze hierbij helpen als kine.
Uitgangspunten psychomotoriek :
- Eenheid van lichaam en geest
- Situering binnen menselijk bewegen
- Onderlinge relatie tussen soma, psyche en omgeving
1. Eenheid van lichaam een geest
Geest en lichaam samen vormen essentie van ‘mens zijn’
Voorbeelden zijn legio:
- Kind met koorts gedraagt zich anders dan kind zonder koorts
- Blij kind huppelt, droevig kind slentert
- Of omgekeerd: fysieke klachten als gevolg van stress, angst,
=> Kinderen die ziek zijn, gaan anders bewegen dan gezonde kinderen. Alles hoort dus samen!
2. Situering binnen menselijk bewegen
Groen = typisch motorische ontwikkeling:
Pedagogische maatregelen beginnen in een creche bij het aanleren van vaardigheden, maar
ook thuis. Dit gaat verder in het kleuteronderwijs. Met onderandere vaardigheden zoals
klauwteren en klimmen. → we gaan hierop inzetten om het te ontwikkelen bij de groep van
kinderen.
We spreken van kinderen die de typische ontwikkeling
volgen, het is niet zo dat als je ergens een klein verschil
hebt in de ontwikkeling dat je dan abnormaal bent.
- Psychomotorische opvoeding = eigen lichaam
leren waarnemen, kennen en uitdrukken
- Lichaamelijke opvoeding = leren van motorische,
sociale en cognitieve vaardigheden tijdens LO in
de lagere school
Rood = stoornissen in ontwikkeling:
1
,KINESITHERAPIE BIJ KINDEREN
Hier is waar het misloopt. Therapeutische maatregelen kunnen extact hetzelfde zijn als je doet
in de lessen LO maar dan meer specifiek op een kindje en meer aandacht voor bepaalde
elementen.
→ er is een verschil in aanbreng (groep-individu)
Tussenruimte = diagnostiek
Dit is een dubbele sitiuatie waar je verwacht dat het goed verloopt of waar het misloopt.
We gaan zaken van de ontwikkeling in kaart gaan brengen. Alles moet op een
gestandaardiseerde manier gebeuren.
Voorbeeld :
→ Les LO kracht, snelheid.
De driehoek is een beeld van de totale persoonlijkheid. We gaan dus telkens de 3 elementen
moeten gaan bekijken en het totale pakket gaan bekijken.
Opvoeding en ontwikkeling:
Naarmate dat je ouder wordt, ga je verder en meer leren in het
bewegen. Tot het 6e middelbaar krijg je LO vanaf dan is het de
bedoeling dat je het zelf gaat doen. Het samenspelen in
ploegsporten is veel meer dan alleen maar sporten en heeft dus
een grote inpakt op de sociale ontwikkeling.
Bewegingsontwikkelingstoornis:
Bij ene globale achterstand kan je ook psychomotoriek gebruiken
om hoger te geraken. Maar je gaat nooit volledig boven geraken.
Ondanks hierdoor ga je toch proberen zo veel mogelijk te helpen
en het kind zo veel mogelijk vooruit te helpen.
Kinderen komen naar de therapie, maar daarnaast ook in
groepsomvang gaat er een postief effect zijn.
→ Zoals kleuterturnen
Dus naast therapeutische maatregeling heeft opvolging ook een
invloed.
Er is een verschil in globale achterstand en de vertraging in de ontwikkeling.
- Globale achterstand is bv een mentale beperking
- Vertraging in de ontwikkeling is bv een leerstoornis
2
,KINESITHERAPIE BIJ KINDEREN
3. Onderlinge relatie soma, psyche en omgeving
Een motorische actie (output) is altijd het resultaat
van de input, verwerkt door het individu in een
bepaalde context. Hierbij spelen optimale prikkels
een belangrijke rol (deprivatie vs stimulatie)
Context zal mee bepalen hoe de output er zal uitzien.
Voorbeeld:
Stille omgeving om een koprol te doen of in een luide
zaal met andere kinderen
→ het Is dan veel moeilijker voor ene kleuter wanneer er veel afleiding is.
Denk ook aan stimulatie van de ouders die de ontwikkeling van het kind bevorderen.
STEL :
Je hebt ouders die heel veel bezig zijn met hun
kinderen op vlak van sporten en vaardigheden. Ze
kopen een fiets zodat ze leren fietsen of gaan
ermee voetballen in het park, …
Maar er zijn ook ouders die dit niet doen. En als dan
de scholen geen vaardigheden gaan trainen dan
gaan ze trager gaan ontwikkelen en problemen
odnervinden.
Er is dus ene groot verschil tussen kinderen die gestimuleerd worden en totaal niet. Indien
een kind niet wordt gestimuleert kunnen we dit ook wel noemen als deprivatie van het kind.
Grafiek is een examenvraag !
- Typisch = de normale
ontwikkeling van het
kind
- Risico = kinderen vallen
buiten de grens van 1
standaarddeviatie
- Nood aan interventie =
kinderen die hulp
moeten krijgen van een
specialist
3
, KINESITHERAPIE BIJ KINDEREN
Stoornissen bij kinderen:
Wordt niet gevraagd op het examen, maar moet je aan denken bij het
oplossen van een casus!
- Stoornissen kunnen heel verschillend zijn
- In combinatie kunnen voorkomen
- Maken een deel uit van het kind
- Bepalen voor een heel groot deel hoe het kind is
→ Impact op kind en omgeving
Soms is het dus niet mogelijk om het kind thuis om te vangen en dan
gaan ze naar ene bijzondere school of internaat. Daar kan dan de
therapie verder worden gezet en is er rust voor de ouders en de andere gezindsleden.
2) GENETISCHE SYNDROMEN
- Syndroom= klinische tekenen en symptomen die voorkomen bij een bepaalde ziekte
of aandoening
- Genetisch= veroorzaakt door een verandering in het GENOOM (single – multiple gene
disorder)
• Erfelijk
• Mutaties
=> Verschillende (single) genetische syndromen hebben invloed op de (motorische)
ontwikkeling
Down is de meest bekende. Bij deze ziekte gaat er iets mis met de celdeling en krijgen we een
mutatie in 1 of meerdere genen.
Wat hebben ze allemaal gemeen?
→ Allemaal problemen met de ontwikkeling en dus nood aan specialisten.
Verschil tussen klinische tekenen en symptomen:
- Klinische tekenen
• Zijn klinisch identificeerbare effecten
• Zijn indicatoren van ziekte, handicap of beperking die worden gedetecteerd
door middel van evaluatie of testen die worden toegediend door een medische
professional
- Symptomen
• Zijn effecten die het kind voelt of uitdrukt
• Subjectief aan de persoonlijke ervaring van een individu
Genetische syndromen:
Alle syndromen zijn niet te kennen of hoe vaak ze voorkomen. Wel moet je de informatie
kunnen opzoeken en interpreteren. Je moet kinderen kunnen helpen, je moet ermee aan de
slag kunnen gaan.
3) NEURALE ONTWIKKELINGSSTOORNISSEN
= een verzamelnaam v. psychische problemen in kindertijd of adolescentie waardoor kinderen
of jongeren niet kunnen deelnemen aan dagelijks leven
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lindseywittische. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,99. Je zit daarna nergens aan vast.