Dit document bevat alle benodigde informatie voor het tentamen Rechtsfilosofie. De samenvatting is opgedeeld per week en bevat alle voorgeschreven stof (hoorcolleges, werkgroepen, literatuur).
Rechtsfilosofie =
1. Conceptuele analyse: analyse van juridische en politieke begrippen en ideeën.
De wetenschappelijke discipline die probeert om belangrijke concepten die binnen het
recht gebruikt worden te verduidelijken ‘wat is recht?’
2. Normatieve analyse: denken over het wezen en de grondslag van het recht. Onderdeel
van de ‘praktische filosofie’ (handelen van mensen). Niet ‘hoe moet ik leven’?’, maar ‘wat
is een moreel goede juridische inrichting van de samenleving?’
Radbruchformule: het positieve recht (rechtszekerheid) heeft voorrang, tenzij de
tegenstelling zo ondraaglijk wordt dat de wet als ‘onjuist recht’ voor de rechtvaardigheid
moet wijken lex iniusta non est lex. / gelijkheidsbeginsel
3 inherente waarden: rechtszekerheid, rechtvaardigheid en doelgerichtheid
John Austin: neutrale definitie van recht: hoe kan je rechtsregels onderscheiden van
andere regels?
- Regels (wetten als bevelen): meer dan wens sanctie
- Regels uitgevaardigd door de soeverein: geen hogere macht, merendeel gewoonte om te
gehoorzamen
Fuller: ‘procedureel naturrecht’
- Recht heeft een interne moraal rechtsbeginselen en waarden
Rechtspositivisme = recht moet onafhankelijk van de feitelijk heersende ethiek worden
bepaald als het geheel van regels zoals dat door bevoegde instanties en personen is
ingesteld
Geen noodzakelijk, maar sociologisch verband
Natuurrecht = het positieve recht zoals het is, kan niet losgemaakt worden van ‘recht’
zoals het behoort te zijn
Wel noodzakelijk verband tussen recht en moraal
1.2 Boek
Filosofie betekende oorspronkelijk ‘wetenschap’. Tegenwoordig betreft het enerzijds een
theoretische aangelegenheid die zich bezighoudt met vraagstukken en anderzijds een
praktische aangelegenheid die zich bezighoudt met de mogelijkheid van het goede voor
de mens en voor de samenleving.
Bij praktische filosofie (of: ethiek) richt zich in het algemeen op het goede van de mens
als privépersoon en als burger in de publieke sfeer, terwijl bij rechtsfilosofie vooral het
,laatste centraal staat. Plato: je kunt alleen een goed mens zijn in een samenleving.
De rechtsfilosofie vraagt dus naar een moreel goede juridische inrichting van de
samenleving en staat daarmee dichtbij de politiek(e filosofie).
Mensen zijn ‘ethische wezens’, omdat we anderen en onszelf voortdurend moreel
beoordelen.
Instituties van de samenleving worden in belangrijke mate bepaald door het recht, wat
weer bepalend is voor hoe mensen hun leven inrichten. Daarmee is rechtsfilosofie
‘praktische filosofie’ over het recht, wat wil zeggen dat er als het ware van buitenaf naar
het recht wordt gekeken. De rechtsfilosofie articuleert vooral de waarden die in het recht
altijd een rol spelen en is descriptief.
De mensenrechten als vorm van rechtvaardigheid
Het klassieke idee van de rechtvaardigheid zegt dat rechtvaardigheid
(mensenrechten) iets is wat aan iedereen toekomt, dus aan de mens als zodanig.
De mensenrechten zijn rechten waar iedereen aanspraak op kan maken. Het zijn
geen afgeleide rechten, maar ultieme universele rechten.
Een mensenrecht hoeft strikt genomen dus ook niet te worden gesteld. Enkel het
erkennen van het bestaan ervan door de wetgever zou voldoende moeten zijn.
Mensenrechten zijn qua tijd en geografisch gezien onbegrensd, maar ze moeten
ook deelbaar kunnen zijn. Namelijk: in verschillende culturen en tradities moeten
de rechten als fundamenteel beschouwd kunnen worden. Daarbij, het genot door
de een moet het genot door de ander niet uitsluiten..
In het recht gaat het om conflicterende aanspraken en waarde, maar ook tussen de plicht
tot gehoorzaamheid aan het recht (heteronomie) en de wens om mijn eigen morele
oordeel te volgen (autonomie).
Het positieve recht = het geheel van gestelde, regelende en afdwingbare regels dat binnen
een bepaald territorium geldt. Problematiek:
1. Wie geeft de stellende macht? De meest bekende instantie die bevoegd wordt
geacht tot het stellen van recht is de wetgever.
2. Interpretatie van de regels? Voorts zegt deze simpele definitie dat het recht uit
regels bestaat, uit algemene bepalingen die op de concrete gevallen moeten
worden toegepast.
3. Onderscheid tussen regelende en afdwingbare regels? Deze definitie van het recht
spreekt ten slotte over het onderscheid tussen regelende en afdwingbare regels.
Het recht is een hiërarchisch geordend geheel van regels, waarbij de geldigheid van de
lagere regel ‘afgeleid’ kan worden van de hogere regel, die dan uiteindelijk te herleiden
moet zijn tot een ultieme rechtsregel.
,John Austin: (1) het recht is gesteld door een instantie die daartoe in staat is, die(2) zelf
niet aan normen onderworpen is, maar deze wel kan afdwingen en (3) het karakter heeft
van een bevel dat men gehoorzaamt.
, Week 2
Filosofische context
2.1 Hoorcollege
Declaration of Independence (1776): grondslag voor de staat
- Mensen: als gelijken geschapen.
- Regeringen: ingesteld om onvervreemdbare rechter te garanderen, bevoegdheden
ontleend aan instemming geregeerden.
Kenmerken van mensenrechten:
- Onschendbaar
- Onvervreemdbaar
- Mens
- Waardigheid
Wij hebben deze rechten, omdat erkenning van de inherente waardigheid en van de
gelijke en onvervreemdbare rechten van alle mensen grondslag is voor de vrijheid,
gerechtigheid en vrede in de wereld basisbehoeften, zelfbeschikking en goed leven.
Sociaal contracttheorie: gezag vloeit voort uit het volk de uitoefening van macht wordt
gerechtvaardigd door het feit dat wij daarmee instemmen
Natuurtoestand = beschrijving van hoe het leven tussen mensen eruit zou zien zonder
uitvoerende/rechterlijke macht
Hierin zouden onze rechten als individuen niet gewaarborgd worden. We hebben dus het
recht nodig om beroep te kunnen doen op fundamentele rechten en vrijheden. Hierom
stemmen we in met politieke machtsuitoefening. De Staat maakt dit mogelijk (zonder
gevaar).
Hobbes: rechtvaardiging bijna absolute macht soeverein
De drie hoofdzaken van onenigheid volgens hem zijn: wedijver, wantrouwen en trots. In
de natuurtoestand zou het hierdoor uitkomen op een oorlog van allen tegen allen.
Locke: natuurtoestand geen toestand van wetteloosheid, maar een volmaakte vrijheid
Het enige wat de natuurtoestand mist volgens Locke is vastgelegd recht, een onpartijdige
rechter of een neutrale sanctionerende macht. Mensen hebben recht op vrijheid, leven en
eigendom, de staat moet die rechten waarborgen en mag geen inbreuk hierop maken
liberale democratie.
2.2 Boek
Het recht is geen neutrale instantie die boven de politiek staat, maar de uitdrukking van
maatschappelijke keuzes. In het verleden was vrijheid en gelijkheid van mensenrechten
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Jennifer2022. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,29. Je zit daarna nergens aan vast.