College aantekeningen
Geschiedenis van de
Natuurwetenschappen
College 1 (04-02-2020): Introductie
Vragen staan op canvas, richting gevend voor het tentamen.
Tentamen: niet geproctored, 60 seconden per multiple choice vragen, ook nog open vragen met veel
tijd.
Tentamenstof is colleges en powerpoints, er is ook een boek (staat op canvas).
Wat we gaan behandelen: oudheid tot 20 e eeuw. Voornamelijk klassieke revolutie, copernicaanse
revolutie, wetenschappelijke revolutie, chemische revolutie. Darwiniaanse revolutie,
quantumrevolutie.
Revolutie: alles wat men denkt te weten worden op z’n kop gezet, nieuwe theorieën.
Veranderingen en aspecten die spelen op de achtergrond van zo’n revolutie, zoals hoe mensen de
natuur zien.
Heel lang waren mensen in een tijd waarin mensen niks nieuws ontdekten, ongeveer 2000 jaar lang
tot de 16e eeuw. Het woord ontdekken werd bedacht nadat de ontdekkingsreizen begonnen.
Het begrip feit is bedacht in de 17 e eeuw. Feit is ontwijfelbaar. Komt uit de rechtspraak.
Natuurwet is ook een nieuw begrip van de 17 e eeuw. Binnen de natuurwetenschap hebben we
verschillende disciplines (biologie, scheikunde etc.), wat ook na 1800 bedacht is (niet vanuit de
Grieken, daar hadden ze gewoon filosofie (liefde voor kennis)).
Vroeger waren er verschillende groepen binnen kennis die gescheiden werden in methodes. Het
waren er 3:
- De filosofische methode: onderzoek naar essenties, wezenskenmerken en oorzaken van alles
om ons heen.
- De wiskundige methode: alles waar je aan kunt meten en rekenen (optica, muziektheorie,
hemellichamen, meetkunde, aardrijkskunde).
- De historische methode: inventariseren wat er in de wereld bestaat, niet echt diepgravend,
ook niet de geschiedenis.
Uiteindelijk gaan de wiskundige en filosofische methode een beetje door elkaar heen lopen, zie
Newton en Galileo Galilei.
Takken van filosofie: metafysische tak, natuurfilosofie.
17e eeuw is tijd van absolutisme, de koning was de baas. Hoe zorgde de vorst/koning dat zijn
onderdanen zich gedragen? De harmonische maatschappij werd gevormd door een reeks van wetten
sociale orde. De natuur bestaat uit allemaal materiedeeltjes en tegen elkaar botsen en hoe is er
hier een natuurlijke orde God heeft deze materiedeeltjes wetten opgelegd zodat ze zich netjes
gedragen en er geen chaos is (de natuurwetten). Het begrip natuurwet is dus eigenlijk een soort
metafoor met een maatschappelijke achtergrond.
1
,Vandaag de dag: informatie is het kenmerk van onze moderne samenleving. Alle disciplines vinden
een informatietheoretisch begrip: DNA in biologie, hersenen in neurowetenschappen, computers in
ICT.
Emergente verschijnselen: krachten (ruimte, tijd, zwaartekracht) zijn niet meer fundamenteel maar
emergente verschijnselen. Deze krachten komen voort uit een informatie simulatie??? Energie is het
meest fundamentele natuurkundige begrip.
Griekse wetenschap heeft 3 fasen:
- Presocratici (600-400 v. Chr): koloniën beginnen rond Griekenland. Deze dorpjes groeide uit
tot steden en werden uiteindelijk zelfstandige stadsstaten (zoals Athene, Thebe). Deze
stadsstaten hadden hun eigen bestuur of regeringsvormen, waren dus zelfstandig. Athene
had democratie (alleen Atheense burgers), er waren ook tirannieën of bepaalde families
hadden de macht. Er was ook grote diversiteit over natuur tussen deze stadsstaten,
waardoor stadsstaten verschillende filosofische scholen kende. Ionië is een steden bond in
Azië waar veel natuurfilosofen met radicale nieuwe ideeën vandaan komen.
- Atheense scholen (400-300 v. Chr.): Athene wordt de rijkste en machtigste van de Griekse
stadstaten. Andere stadssteden komen onder bescherming van Athene en vragen hier
belasting voor. Er ontstaan belangrijke invloedrijke scholen, zoals die van Plato. Athene
wordt het intellectuele centrum van de Griekse cultuur.
- Alexandrijnse wetenschap (300-AD 400): stad gesticht door Alexander de Grote die in deze
tijd het wetenschap centrum wordt.
Wereldbeeld van de Babyloniers/Archaisch: aarde is een schijf die in de zee drijft, met daarboven een
hemelkoepel en onder de zee is de onderwereld. Boven de hemelkoepel is de kosmische zee.
Kosmische orde wordt bepaald door goden, die offers willen ontvangen om iets te doen voor de
mensheid (goede oogst of geen rampen).
Thales van Milete: had andere opvattingen over hoe de natuur werkt. Ionische natuurfilosoof. Hij
dacht bijvoorbeeld dat aardbevingen ontstonden door verstoringen in de oceaan waarop de (platte)
aarde drijft. Traditionele opvatting (bestaat over het algemeen in 3 delen): (1) elke blikseminslag is
apart te verklaren (2) door bepaalde gebeurtenissen, (3) waardoor de goddelijke macht bliksem heeft
laten inslaan.
Anaximander: had ook andere opvattingen over de natuur die tegen het traditionele inging. Leerling
van Thales van Milete. Hij dacht bijvoorbeeld dat onweer veroorzaakt wordt door wind die de wolken
splijt.
Deze 2 filosofen zien nu dat de natuur zelfstandig is en dat natuurlijke verschijnselen beschreven
kunnen worden in termen van de natuur zelf (ipv bovennatuurlijke krachten). Het is dus niet meer
het gevolg van goddelijke toorn.
Griekse en ionische filosofen zien de natuur allebei als iets met orde. Daarnaast wordt de natuur ook
wel eens gezien als iets levends (vaak bij ionische natuurfilosofen). Er worden ook vaak relaties
gelegd tussen een (menselijk) lichaam en de natuur.
In dezelfde periode (6e en 5e eeuw voor Chr.) van de ionische filosofen, wordt er een medische school
gesticht: Hippocratische school in Kos. Ze zien de oorzaken van ziekten als de disbalans van de
humores (= 4 belangrijkste lichaamssappen zoals bloed, speeksel, zwart en geel gal). De humores
bepaalden ook de persoonlijkheid karakteristieken. Veel bloed = levensgenieters, veel speeksel =
nuchter, veel geel gal = ?, veel zwart gal = melancholisch. Het is dus niet meer een gevolg van goden.
2
,Ze hebben kritiek op charlatans (tempelgenezers). Charlatans genezen mensen met dingen zoals
magie.
Een vraag die je vaak tegenkomt bij veel ionische filosofen is het wat het oerprincipe of de oer-
substantie is. Thales dacht dat dit water was. Anaximanders dacht dat dit apeiron was (vormloos
onbegrensde substantie). Anaximenes dacht dat het lucht was.
College 2 (09-02-2021)
Periode van de presocratici
Presocratici periode: nieuwe ideeën en opvattingen ontstaan voornamelijk in koloniën van
Griekenland.
Probleem van de verandering:
- Heraclitus vond dat verandering essentieel was.
- Parmenides vond dat verandering onmogelijk was, omdat het de verandering van ‘zijn’ naar
‘niet zijn’ impliceert.
- Empedocles vond dat de vier elementen, liefde en haat onveranderbaar waren.
- Democritus vond dat atomen onveranderbaar waren; atomen werden herschikt naar een
andere vorm tijdens een verandering.
- Pythagoreeërs: essentie ligt in getalen, 4 = gerechtigheid, 5 = huwelijk, 7 = gezondheid, 10 =
volmaaktheid.
Empirisch = gebaseerd op waarnemingen
Pytagoreeërs visie van de wereld: de aarde draait niet om
de zon, maar om het middelpunt van de wereld, waar zich
het centrale vuur (wereldhaard) bevindt. Tussen het
centrale vuur en de aarde zit de tegen aarde, waardoor het
centrale vuur niet zichtbaar is vanaf de aarde. De
tegenaarde is er omdat er 10 hemellichamen moeten zijn
(10 = volmaakt). De aarde is niet meer een platte schijf,
maar een bolvormig lichaam.
Periode van de Socratici, Atheense scholen
Socratici periode: in 5e eeuw voor Chr. verschuift het culturele zwaartepunt naar Athene, als gevolg
van oorlogen die Athene met Perzië gevoerd wordt. Athene werd erg rijk en een democratie.
Atheense scholen = er worden een groot aantal scholen gesticht: Academie van Plato (387 v. Chr.)
Lyceum van Aristoteles (335 v. Chr.) Stoa van Zeno (312 v. Chr.) Tuin van Epicurus (307 v. Chr.).
De scholen gaan voornamelijk over hoe iemand een goed leven kan lijden en inrichten en een goed
mens kan zijn. De scholen bevinden zich buiten de stad, behalve de Stoa.
Stoïcijnen school: het vermijden van alle leed en pijn die het leven met zich meeneemt. Jezelf
immuun maken voor het leed en pijn. Geen verlangens naar allerlei materiele goederen. Gelaten je
3
, lot ondergaan, omdat alles gebeurt met een reden. Pneuma = goddelijk materie die ervoor zorgt dat
onze wereld harmonisch (orderlijk) is.
Tuin Epicures school: niet afhankelijk zijn van allerlei verlangens. Het leven is toch maar een zinloze
samenwerking van atomen. Geen verklaring voor de ordelijkheid en harmonie van onze wereld.
Plato:
- Afkomstig uit een Aristocratische Atheense familie.
- Leerling van Socrates. Zijn boeken zijn dialogen tussen Socrates en andere mensen. Socrates
werd uiteindelijk gedwongen de gifbeker te drinken door het volk.
- Na de dood van Socrates ging Plato reizen, waar hij de tiran dionysus wilde bekeren tot zijn
politieke opvattingen. De tiran nam hem gevangen en verkocht hem als slaaf. Uiteindelijk is
hij weer opgekocht door een ‘fan’.
- School in Athene gesticht: de Academie. Hier discussieerden hij met mensen over filosofische
kwesties. Boven de poort van de academie stond dat er alleen mensen naar binnen mochten
die iets wisten van wiskunde (invloed pythagoreeërs).
- De echte wereld is onveranderlijk, waardoor onze veranderlijke wereld slechts een
schijnwereld kan zijn. De onveranderlijke wereld is een ideeënwereld waar alles in perfecte
en volmaakte vorm/begrip zou bestaan. In onze wereld zijn alle perfecte begrippen van de
ideeënwereld slechts gebrekkig uitgevoerd.
- De kennis van de ideeënwereld is de ware kennis en wetenschap. Kennis van de materiële
wereld verkregen door middel van zintuigen is geen echte wetenschap.
- Kennis van deze ideeën (vroomheid, rechtvaardigheid, vriendschap, de waarheid, schoonheid
etc.) wordt vergaard door jarenlange filosofische training. De mogelijkheid om deze kennis te
vergaren is aangeboren, omdat de ziel eerst in de ideeënwereld bestond en hier kennis heeft
opgedaan. Zodra de ziel in het lichaam neerdaalt ontstaat er een ruis, waardoor we niet
makkelijk meer toegang hebben tot deze kennis. Je hebt dus aangeboren talent nodig om
deze kennis te vinden.
- Wiskunde kan waargenomen worden (gebrekkige kennis) of het kan bewezen worden (echte
kennis). Plato heeft wel waardering voor wiskunde als een begin van echte kennis.
- Plato’s kosmologie (materië):
o Bolvormige geocentrische wereld.
o Aarde is het middelpunt.
o De hemellichamen zijn goddelijk, omdat de ideeënwereld het beste benaderen door
weinig verandering.
o De wereld is een organisme.
o De mens is een weerspiegeling van de wereld en universum.
o De wereld heeft een wereldziel die alles (dat de wereld beweegt) geactiveerd heeft.
o Scheppingsverhaal waar de relatie tussen de ideeënwereld en de materiële wereld
duidelijk wordt.
- De 4 elementen kunnen ook gezien worden als figuren van driehoeken, zoals vuur was de
tetrahedron, aarde de kubus, etc. Niet alle elementen kunnen in elkaar worden overgezet,
alleen vuur, water en lucht kunnen dat.
- Drievoudige ziel: hiërarchie in delen van de ziel
o Het hoogste deel is verbonden met de hersenen: verstand, streeft naar waarheid.
o Middendeel is verbonden met het hart: emoties, streeft naar moed.
o Onderste deel is verbonden met de lever: begeerten, eten, drinken, geld.
- Ideale maatschappij heeft ook deze drie hiërarchieën die per deel vertegenwoordigd worden
door een deel van de ziel:
o 1e deel (hersenen): macht is in handen van filosofen/koningen die kennis bezitten.
o 2e deel (hart): wachters zijn mensen die de staat verdedigen, die moedig moeten zijn.
4